-
Zij beginnen
2:00
-
Sluiting
23:18
-
voorwaarde
Onverbeterlijk
Opening
Voorzitter: Bergkamp
Er zijn 145 leden van de Kamer aanwezig, namelijk:
Aartsen, Agema, Akerboom, Alkaya, Amhaouch, Azarkan, Van Baarle, Baudet, Becker, Beckerman, Belhaj, Van den Berg, Bergkamp, Van Beukering-Huijbregts, Bevers, Bikker, Bishop, Bontenbal, Martin Bosma, Boswijk Boswijk, , Boulakjar, Boutkan, Brekelmans, Van den Brink, Bromet, Bushoff, Van Campen, Ceder, Dassen, Dekker-Abdulaziz, Tony van Dijck, Dijk, Inge van Dijk, Drost, Eerdmans, El Yassini, Ellemeet, Ellian, Ephra , Erkens, Van Esch, Fritsma, Futselaar, Van Ginneken, De Graaf, Van der Graaf, Grevink, Grinwis, Peter de Groot, Tjeerd de Groot, Den Haan, Van Haga, Hagen, Hammelburg, Haverkort, Rudmer Heerema, Pieter Heerma, Heinen, Helder, Hermans, Van den Hil, Van Houwelingen, Idsinga, Jansen, Léon de Jong, Romke de Jong, Kamminga, Kat, Kathmann, Van Kent, Kerseboom, Klaver, Klink, Koerhuis, Kops, De Kort, Kröger, Krul , Kuik, Kuiken, Kuzu, Kwint, Van der Laan, Van der Lee, Leijten, Maatoug, Madlener, Maeijer, Marijnissen, Markuszower, Van Meenen, Van Meijeren, Michon-Derkzen, Minhas, Mohandis, Edgar Mulder, Mutluer, Nijboer, Van Nispen, Omtzigt, Ouwehand, Palland, Paternotte, Paul, Paulusma, Peters, Piri, Van der Plas, Podt, Pouw-Verweij, Van Raan, Raemakers, Rahimi, Rajkowski, De Roon, Sahla, Chris Simons, Sylvana Simonsmas, , Slootweg, Smals, Smolders, Sneller, Van der Staaij, Stoffer, Van Strien, Strolenberg, Teunissen, Thijssen, Tielen, Valstar, Vedder, Verkuijlen, Wassenberg, Van Weerdenburg, Van der Werf, Werner, Westerveld, Vanj Wengayenarden , Wilders , Van der Woude y Wuite,
en de heer Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mevrouw Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat, de heer Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw Helder, minister van Langdurige Zorg en Sport, De heer Van der Maat, staatssecretaris van Defensie, de heer Van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mevrouw Van der Wal-Zeggelink, minister van Natuur en Stikstof, en mevrouw Yeşilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid.
Vansilla:
Ik open de vergadering op dinsdag 16 mei 2023.
tijd om te vragen
tijd om te vragen
Onder geschilmondeling vragenuur, volgens artikel 12.3 van de Regeling.
geval Erkens
Graag gedaanvan het lid Erkens tot de minister van Economische Zaken en Klimaathet bericht "ACM Voogd: 'Consumenten vaak bedrogen door nieuwe energiecontracten'".
Vansilla:
Het volgende punt is het mondelinge vragenuur. Ik nodig de heer Erkens van de VVD uit om zijn vraag voor te leggen aan de minister van Economische Zaken en Klimaat. Het is onderweg, begrijp ik. 2 uur 's middags is 2 uur 's middags, zeg ik. Kijk, de minister is er. Ik ben blij dat je er bent. Welkom. De heer Erkens heeft een vraag aan de minister van Economische Zaken en Klimaat naar aanleiding van het rapport 'ACM Voogd: Consumenten worden vaak misleid over nieuwe energiecontracten'. Het woord wordt gevoerd door de heer Erkens van de VVD.
DhrErkens(VVD):
Dank u wel, voorzitter. Tot de energiecrisis zorgde onze energiemarkt voor lage prijzen en vernieuwende aanbiedingen voor de consument, maar dit ging ten koste van consumentenbescherming en prijszekerheid op lange termijn. Tijdens de energiecrisis zagen we energieprijzen stijgen en vaste energiecontracten verdwijnen. Nu zien we weer enkele cowboys die consumenten via de telefoon oplichten met duistere deals. Ik wil er nu graag op ingaan.
Stoel. De minister moet dit stoppen. Achterover leunen en wachten tot het vanzelf goed komt, is niet genoeg. Het is noodzakelijk de consumentenbescherming op de energiemarkt te verbeteren. Dit soort louche verkoopgedrag en fraude is voor de VVD onaanvaardbaar en moet zo snel mogelijk worden gestopt. Hoe kan het nog gebeuren, aangezien in de Telecommunicatiewet staat dat het helemaal niet meer mag zonder toestemming van de consument?
Stoel. In haar reactie roept de ACM mensen op om op hun hoede te zijn voor dit soort praktijken, maar zelfs dat is niet genoeg. ACM moet als marktleider controleren en handhaven. Kan de minister de ACM vragen een rapport op te stellen waarin staat welke klachten en hoeveel klachten zij ontvangt over welke bedrijven en dat rapport openbaar te maken? In ieder geval kan naming en shaming ervoor zorgen dat consumenten weten welke bedrijven ze moeten mijden. Wat doet de minister in de nabije toekomst nog meer om deze cowboys neer te halen? Heeft ACM hiervoor voldoende tijd en mankracht? Zijn er nog andere dingen die gedaan kunnen worden? Kunnen we de boetes voor dit soort cowboys fors verhogen zolang uit het onderzoek blijkt dat zij zich hieraan schuldig maken? Ziet de minister mogelijkheden om de vergunning in te trekken van slechte clubs die consequent dit soort praktijken toepassen, waarover we in andere debatten al vaak hebben gesproken? Ziet u bijvoorbeeld een herhaalverbod voor betrokkenen om een nieuw energiebedrijf te starten?
Stoel. We moeten ook op lange termijn denken. Dit soort praktijken, waarbij mensen via de telefoon onder druk worden gezet met allerlei onwaarheden, waarna ze ongewild akkoord gaan met grote contracten, kan niet meer. Het is duidelijk dat het niet genoeg is om het in de wet te ondertekenen. De aanpak moet harder en beter. Welke langetermijnoplossingen ziet de minister voor ogen? Eerder heb ik samen met mijn CDA-collega Bontenbal gepleit voor een verbod op welkomstbonussen en soortgelijke acties, omdat die moeten verwijzen naar de daadwerkelijke prijs die consumenten betalen voor hun energiecontract, op transparante wijze. Geldt dit verbod nu?
Dank u wel, voorzitter.
Vansilla:
Bedankt. Het woord is van de minister.
MinisterAndriansen:
Voorzitter, dank u. Vorig jaar had iedereen te maken met hoge energieprijzen en was er weinig diversiteit aan energiecontracten op de consumentenmarkt. Dit was ons een doorn in het oog. Dus ik deel het met de heer Erkens. Er was zelfs een periode dat er geen aanbod was voor vaste contracten. Dit was een zeer onwenselijke situatie voor consumenten die meer zekerheid wilden over wat ze zouden betalen bij het aangaan van een energiecontract. De situatie met betrekking tot energieleveringscontracten is nu positief veranderd. De energieprijzen dalen weer en er is weer aanbod van vaste energiecontracten, soms zelfs tegen tarieven onder de maximumprijs.
Consumenten hebben dus weer keuze, maar keerzijde van de medaille is helaas dat de diversiteit van het aanbod aan energiecontracten weer toeneemt, en daarmee de concurrentie tussen energieaanbieders, en dat sommige dienstverleners hen vaak weer agressief benaderen consumenten . energiecontracten of tussenpersonen. ACM heeft nog geen exacte cijfers. Hiervoor moeten alle belichtingen vooraf goed worden geanalyseerd. De ACM doet zeker onderzoek naar deze meldingen. Als er grond is voor handhaving vanwege oneerlijke handelspraktijken, kan en zal de ACM een boete opleggen. Deze boete is aanzienlijk. Deze boetes kunnen oplopen tot negen ton of 10% van de omzet als die groter is dan deze negen ton. In 2022 hebben twee energieaanbieders, DGB en Budget Thuis, een boete gekregen van de ACM in het kader van het onderzoek naar misleidende contracten van energieaanbieders. Het feit dat je deze bedrijven kunt noemen, suggereert dat de ACM erover rapporteert en er transparant over is – het zogenaamde naming and shaming waar de heer Erkens over sprak. Net als uw Kamer, voorzitter, heb ik gehoor gegeven aan de oproep van de ACM tot waakzaamheid. Net als uw Kamer spijt het mij zeer dat het nodig is om de consument nu te waarschuwen. Want ik vind het absoluut onaanvaardbaar -- laat ik duidelijk zijn -- dat consumenten worden misleid en dat bepaalde energieleveranciers of partijen die hun leveranciers gebruiken hen agressief benaderen. Ik vind het, om een Nederlands woord te gebruiken, erg vervelend als ik ongevraagd wordt aangevallen, zeker als het gaat om zoiets ingewikkelds als een stroomcontract. Ook kan het mogelijk zijn om misbruik te maken van mensen die minder zicht hebben op uw stroomcontract. Het maakt de kwetsbaren in onze samenleving nog kwetsbaarder. Dit moeten we niet accepteren. Het doel van het ACM-rapport van 15 mei in De Telegraaf is om consumenten bewust te maken van agressieve of misleidende aanbiedingen, nu de verkoop van verschillende soorten elektriciteitscontracten weer in de lift zit.
Voorzitter, als u het niet erg vindt, zal ik nu de specifieke vragen van de heer Erkens beantwoorden. Hij vroeg onder meer hoe huis-aan-huistelemarketing zonder toestemming van de consument nu is geregeld. We hebben al het nodige gedaan. Vanaf 2021 hebben we het bel-me-niet-register vervangen door een wettelijke belregeling. Dit is een soort legale opt-in status, waarbij je als consument verklaart open te staan voor deze aanpak. Er wordt een uitzondering gemaakt als u al klant was en dus een klantrelatie had. Daarom is deze aanpak van maximaal drie jaar nog steeds mogelijk. Dit is echt een verandering in onze juridische status. ACM houdt hier toezicht op.
Na de verkoop aan de deur, met een mooi woord "verkoop aan de deur". Dit is voor altijd. De energiesector is de sector waar dit het meest gebeurt. Het wordt vaak gedaan door derden: handelaren en verkopers. Deze was kort na de kroon ingestort. Toen hadden we de energiecrisis. Daar hadden we weinig aanbod voor vaste contracten en een tijdlang was er helemaal geen aanbod. Nu verwachten we dat het weer gaat stijgen. Ook de ACM heeft hiervoor gewaarschuwd, een waarschuwing eigenlijk.
Hier gelden de gebruikelijke consumentenregels, die voor alle branches gelden, maar er is altijd ruimte voor verbetering. Zo zien we dat gemeenten heel weinig gebruik maken van de mogelijkheid om woningverkopen vanuit een woonwijk aan banden te leggen als je bijvoorbeeld ziet dat er meer kwetsbare bewoners zijn, zoals ouderen. Daarom vraag ik gemeenten om waar nodig meer gebruik te maken van deze mogelijkheid.
De volgende vraag was of ik de ACM kan vragen om te rapporteren welke klachten er zijn en hoeveel klachten er zijn binnengekomen. ACM doet aangifte, ook naming en shaming, waarvan ik zojuist een voorbeeld gaf, voor onderzoeken en boetes. Binnenkort verschijnt een jaarverslag van de ACM. Het is verzendklaar, dat geef ik toe, en ik zal het ook naar de Tweede Kamer sturen. Het bevat een analyse van wat er in de markt gebeurt. Daarnaast zal ik de ACM vragen om vanaf deze zomer de veranderende energiemarkt beter in de gaten te houden, omdat we te maken hebben met een verandering in de situatie, en de signalen daarvan met mij en mijn collega Jetten te delen, zodat we kunnen ingrijpen als dat nodig is. .
De volgende vraag was wat te doen om deze jeans te bestrijden. Kunnen boetes oplopen en zijn er mogelijkheden om een vergunning in te trekken? Het is belangrijk dat het voorkomen van oneerlijke handelspraktijken, zoals bedrog in energiecontracten, onderdeel wordt van de energiewetgeving. Zoals gezegd kunnen er al boetes worden opgelegd, maar in de Energiewet zal dit nog verder worden aangescherpt. Dan kijken we ook naar de mogelijkheden van een welkomstbonus of bijvoorbeeld licenties. Energieleveranciers zijn in ieder geval de klanten van bijvoorbeeld straatverkopers en telemarketeers.
Ik merk ook op dat bedrog of zelfs fraude van alle tijden is. Ik maak me geen illusies dat we het hele probleem van de kaart kunnen vegen met wetgeving op het gebied van telemarketing of het intrekken van vergunningen. Maar we leggen de lat steeds hoger. Het wordt ook steeds minder aantrekkelijk.
Naast de mogelijkheden van ingrijpen, handhaven en straffen is er ook de informatiekant. We willen consumenten nog beter informeren en hun rechten onder de aandacht brengen. We hebben dit versterkt met consumentenwetgeving. Daarom investeren we veel in campagnes en voorlichting.
Dan de laatste vraag, die ik al beantwoord heb. Welke langetermijnoplossingen overweeg ik? Het was voor bonussen. Overal worden verkoopkortingen gegeven, maar het is de vraag of ze met name in de energiesector nog wenselijk zijn, gezien de recente ontwikkelingen op het gebied van energievoorzieningszekerheid, faillissementen en prijzen. Dit is een geldige vraag. Daarom wordt hij onderzocht.
Een laatste vraag. Ook was er een vraag over het personeelsbestand van de ACM. Het is natuurlijk altijd moeilijk om te beoordelen wat genoeg is. Ik weet dat er veel meldingen binnenkomen. De vraag is of er voldoende capaciteit is. Als we ACM vergelijken met vergelijkbare organisaties in andere landen, krijgt ACM meer capaciteit. Ik hou het in de gaten, maar er is geen directe reden om in te grijpen.
DhrErkens(VVD):
Consumentenbescherming op de energiemarkt is al jaren niet meer een van de belangrijkste onderwerpen in dit Parlement, omdat de prijzen ongelooflijk laag waren en mensen gemakkelijk konden overstappen. Sinds de energiecrisis is dit veranderd en hebben we gezien dat toezicht en regulering in deze retailmarkt voor consumenten simpelweg niet sterk genoeg was. Hij wil dat consumenten die een energiecontract tekenen er vanuit kunnen gaan dat ze dat doen met een legitieme partij die eerlijk is over de voorwaarden, net als bij een zorgverzekering. U wilt ervan uit kunnen gaan dat wat u ondertekent, wat u bij de aanbieding hoort klopt. Ik ben blij dat het toezichtregime deze zomer verder wordt aangescherpt. Ik zou de minister hierover een concrete vraag willen stellen. De ACM heeft weliswaar voldoende capaciteit ten opzichte van omringende landen, maar de capaciteit voor de retail energiemarkt kan voor de consument nog onvoldoende zijn, juist omdat we het net samen bekeken hebben. Kan de minister daar volgende week concreet naar kijken?
Voorzitter, dan een tweede vraag. Kunnen bedrijven die worden onderzocht op deze praktijken of telemarketing die frauduleus genoeg is, tijdelijk worden geweerd tijdens de onderzoeksfase van de ACM?
Mijn laatste vraag gaat over de boetes, die 10% van de omzet bedragen of $ 900.000, afhankelijk van wat het hoogste is. Maar als een bedrijf herhaaldelijk op deze manier wordt beboet, denk ik dat we moeten concluderen dat deze partij ongewenst is in deze markt.
MinisterAndriansen:
Wat betreft de eerste vraag over capaciteitswaarneming, over het monitoren van kritieke capaciteit voor de retail energiemarkt, zeg ik: ja, dat zal ik doen en ik zal het kritisch bespreken met ACM.
Twee. Ik zal de heer Jetten vragen of hij in de onderzoeksfase van zijn onderzoek naar wijziging van de regel ook een tijdelijk verbod op telemarketing wil overwegen. Ik kom hierop terug.
Dat geldt ook voor de derde vraag van de heer Erkens over terugkerende boetes. Ik heb die aanwijzing nu niet, maar als je die wel hebt, kan ik zeker de noodzaak begrijpen om ernaar te zoeken. Zal het doen.
Vansilla:
Dank u meneer Erkens. Dan geef ik het woord aan de heer Bodenball van het CDA.
Dhrbal van bont(ADC):
Ook was er in 2019 een soortgelijk ACM-rapport over agressieve en misleidende werving. Blijkbaar was het probleem al een jaar of vier geleden. Blijkbaar zijn er niet genoeg maatregelen genomen. Tegen de tijd dat een gemiddeld huishouden een energiecontract afsluit, zit je al snel op €3.000. Moeten we het er niet over eens zijn dat het echt onredelijk is om voor de deur een contract van $3.000 te ondertekenen? Moeten we het niet gewoon hardop zeggen: huis-aan-huisprospectie, huis-aan-huis verkoop van energiecontracten, dat doen we toch niet meer? We moeten het niet in de handen van de gemeenten laten, maar het nu landelijk organiseren.
MinisterAndriansen:
Nogmaals, ik begrijp de toon en urgentie waarmee dit wordt gepresenteerd. Dat keur ik ook goed. We hebben sinds 2019 een paar wijzigingen aangebracht. We hebben het bel-me-niet-register gewijzigd, zodat de wet mij kan bellen. Dit is één kant. Twee. Daarnaast geldt er een wettelijke bedenktijd van veertien dagen na het aangaan van een overeenkomst. De heer Bodenball wees erop dat het misschien niet genoeg is voor deze zeer gevoelige kwestie, die ook ingewikkeld is om te volgen. In die zin wil ik die opening wel opnemen, maar in principe wil ik niet te veel uitzonderingen maken op wat we hebben op het gebied van wetgeving. Dit zou eigenlijk voor alle soorten verkopen moeten gelden. Er zijn nog complexere conventies die kunnen worden bedacht die nog steeds doorzoekbaar zijn. Maar we moeten het doen op basis van de feiten. Laten we dus het ACM-onderzoek afwachten en het nauwlettend in de gaten houden. Maar ik zeg geen nadrukkelijk nee tegen het voorstel van de heer Bontenbal als dit allemaal echt zeer ernstige gevolgen heeft voor de consument, want dat willen we niet. We willen een veilige transactie garanderen.
Damerestaurants(Groen Links):
Ik heb ook een vraag over de rol die de minister zelf ziet. Het geeft deels aan welke gemeenten actie kunnen ondernemen. Het toont een beetje ACM. Maar de minister kan natuurlijk ook veel zelf doen. Hoe ziet hij het? Het gaat ook om de marktmacht van bedrijven die voor een uitkering die draait om sociale zekerheid misbruik maken door mensen te misleiden. Hij zei eerder in een discussie over vangstinflatie dat hij het een polariserend woord vindt, maar het gaat ook om marktmacht. Hoe denkt deze minister op te treden tegen dit soort marktmacht van het bedrijfsleven?
MinisterAndriansen:
Als er marktmacht is, moeten we daartegen optreden, maar dan wel op basis van de feiten. Daarom zei ik: laten we wachten tot het jaarverslag van de ACM er is. Ook ACM voert momenteel handhavend optreden uit. Ik noemde twee voorbeelden van onlangs opgelegde boetes. Op dit moment heb ik geen indicatie dat het wetgevende en uitvoerende kader ontoereikend is. Sterker nog, we hebben het versterkt. Maar over het algemeen ben ik altijd alert om de positie van de consument te verbeteren. Als er sprake is van misbruik van marktmacht, moeten we daartegen optreden.
Vansilla:
Bedankt. Vervolgens wil ik de minister van Financiën en Klimaat bedanken voor haar reactie en aanwezigheid in de Kamer.
Proguntas Van Baarl
Graag gedaanvan lid Van Baarle aan de minister van Justitie en Veiligheidhet bericht "Politie bespioneert illegaal onschuldige burgers".
Vansilla:
Ik heet de minister van Justitie en Veiligheid van harte welkom en nodig de heer Van Baarle uit om zijn vraag aan de minister te stellen over het rapport "Politie-inlichtingen illegaal spionage onschuldige burgers". Ik geef het woord aan de heer Van Baarle van DENK.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Dank u wel, voorzitter. Het illegaal uitzenden van spionnen naar moskeeën onder leiding van de NCTV, of het op duistere wijze registreren van mensen op internationale lijsten waardoor veel Nederlandse moslims internationaal ten onrechte als terrorist worden aangemerkt, of het illegaal verzamelen van informatie over burgers door NCTV en titels. hun. Onder leiding van deze minister lijkt het ministerie van Justitie en Veiligheid de rechtsstaat aan hun laars te lappen en zijn er veel redenen om aan te nemen dat etnisch profileren plaatsvindt. Met als gevolg dat mensen in het land dingen niet meer vertrouwen.
Want wat gebeurt er in de bediening van deze minister? Een inlichtingendienst van de politie bespioneert illegaal onschuldige burgers, meldt RTL. De Inlichtingendienst Openbare Orde opereert al jaren zonder wettelijke basis, zonder toezicht, zonder duidelijke werkwijze en zonder enige vorm van verantwoording. Wat is hierin het gevaar voor de inwoners van het land? Dat wil zeggen, mensen worden verkeerd gelabeld en vastgehouden door de politie, zoals Said Ahamri. De politie bestempelde hem ten onrechte als een "jihadistische terrorist", alleen maar omdat hij zich vrijwillig aanmeldde bij een moskee. Het team lijkt zelfs met betaalde bewoners te werken. Een professor noemt dit 'praktijken van de politiestaat'. Laat dat even bezinken: "staatspolitiepraktijken" op het ministerie van deze minister.
Stoel. Allereerst vraag ik deze minister om zich in de schoenen van de mensen op deze lijst te verplaatsen. Het is eng om mensen als jihadistische terroristen te bestempelen zonder het te weten. Klopt het dat er absoluut geen wettelijke basis is voor het optreden van TOOI en dat de etikettering dus illegaal is? Krijgen mensen een idee als ze op deze lijsten staan? Kunt u hier bezwaar tegen maken? Deelt de minister de mening dat het zonder reden bestempelen van mensen als jihadistische terroristen de praktijk is van een politiestaat? Klopt het dat er geen intern en extern toezicht is, dat hier al jaren kritiek op is, maar er niets aan wordt gedaan? Als iemand wordt bestempeld als jihadistische terrorist alleen omdat hij zich vrijwillig heeft aangemeld bij de moskee, deelt de minister dan de mening dat dit riekt naar en lijkt op islamofobe profilering en dat deze praktijken moeten worden onderzocht zodat profilering niet plaatsvindt?
Vansilla:
Bedankt. Het woord is van de minister.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dank u wel, voorzitter. Er is veel verwarring in de vraag van de heer Van Baarle. Laat me teruggaan naar de basis van het artikel. Dit is echt iets heel anders dan waar de heer van Baarle mee begon en eindigde. Dus ik zal mijn antwoord als volgt structureren. Alleen zo blijven alle taken en bevoegdheden gescheiden. Een zeer belangrijke taak van de politie is natuurlijk de handhaving van de openbare orde. Hiervoor moet de politie informatie verzamelen. Dat doen ze op grond van artikel 3 van de Politiewet 2012, die de basis vormt voor het verzamelen van informatie die niet meer dan inbreuk maakt op de privacy van een minderjarige. De Law and Order Intelligence Group is geen inlichtingendienst, zoals Van Baarle beweert, maar een van de politiediensten die zich bezighouden met de handhaving van de openbare orde. Dit doet het team door zich te richten op het verkrijgen van informatie over ernstige verstoringen van de openbare orde of dreigende ernstige verstoringen van de openbare orde, zoals bij een potje betaald voetbal met hoge inzet. Het team verkrijgt deze informatie bijvoorbeeld door met klokkenluiders te praten of tijdens zo'n bijeenkomst te kijken naar mensen die aanstichters zijn van zaken die de openbare orde kunnen verstoren en door openbare bronnen te raadplegen. Vervolgens voert het team zijn werkzaamheden uit onder gezag van de burgemeester. Zoals de Kamer weet hebben we dit in het verleden gemeld en zijn er vragen over geweest, mijn afdeling werkt op dit moment samen met burgemeesters en politie aan een strengere invulling van de bevoegdheid zodat burgemeesters beter weten waar ze deze apparatuur voor kunnen gebruiken en om hun toezichthoudende werk voor deze groep beter te organiseren. In het Klavervoorstel van eind vorig jaar werd ook opgeroepen om politie en veiligheidsdiensten alle middelen ter beschikking te stellen om bij geweld, bedreiging en intimidatie adequaat in te grijpen en de openbare orde te handhaven. Natuurlijk vragen technologische ontwikkelingen ook om aanpassingen. Dus nu staan we er allemaal samen voor.
Zoals ik al zei, begon de heer Van Baarle met een uitgebreid betoog op NCTV. Dit heeft er absoluut niets mee te maken. Op dat moment werken we ook samen aan een heel sterk fundamenteel proces. Dus die laat ik hier buiten beschouwing. We hebben hier ook uitvoerig gesproken over de mappen waar de heer van Baarle het over heeft. Dit is van een geheel andere orde. Deze lijsten worden bijgehouden om ons land en bijvoorbeeld mensen op bepaalde vluchten te beschermen tegen terroristen. Er is al vaak gezegd dat het ook kan gebeuren dat mensen per abuis op de genoemde lijst terechtkomen, wat helemaal niet de bedoeling is. Ik heb ook uitgebreid uitgelegd wat mensen in dergelijke gevallen kunnen doen. Natuurlijk kunnen we hier in de zaal geen individuele gevallen analyseren en beoordelen of dit verkeerd was of niet. Maar mensen kunnen verhaal halen en hun rechten krijgen als blijkt dat er iets mis is gegaan. We werken er ook samen aan in een apart proces. Ik zou deze zaken dus graag gescheiden zien, zodat ze zich kunnen concentreren op het beschermen van de grondrechten van burgers, en terecht, en tegelijkertijd op de ongelooflijk belangrijke taak van de politie om ons allemaal veilig te houden.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Alle mensen die de politie en de diensten niet meer vertrouwen, zijn niet gebaat bij het antwoord van deze minister, want er staat: slaap zacht. Daarin staat dat er geen inlichtingendienst is. Ik zou de minister willen vragen waarom men zich gedraagt als een inlichtingendienst. Als je met informanten werkt, mensen in de gaten houdt, zoals de minister letterlijk zei, en bronnen raadpleegt, dan gedraag je je als een inlichtingendienst. Dat kan toch niet alleen op grond van de Politiewet? Politieagenten melden zelf dat hierdoor de integriteit en legitimiteit van de nationale politie in gevaar komt door het ontbreken van wet- en regelgeving en een systeem van controle en toezicht. Burgemeesters melden dat er weinig of geen controle is over dit project. Dus ik zou tegen de minister willen zeggen dat het 'gewoon slapen'-verhaal nergens op slaat. Ik vraag nogmaals om de toezegging van deze minister dat het toezicht en de controle goed zijn. Ik wil ook een toezegging om etnisch profileren te onderzoeken, want zo ziet het eruit als de politie mensen bestempelt als terroristen alleen maar omdat ze vrijwilligerswerk doen in de moskee. Doe twee toezeggingen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik vind het jammer dat de heer Van Baarle ervoor kiest om alles bij elkaar te blijven brengen. Vertrouwen in de politie, maar ook in de politiek, gaat er ook om dat iedereen doet wat hem is opgedragen. Vertrouwen in de politie wordt ook opgebouwd omdat mensen erop moeten kunnen vertrouwen dat de politie er is om ons te beschermen. Op grond van onder andere het zojuist genoemde artikel 3, dat handelt over de inzet van informanten en het raadplegen van openbare bronnen, kan en doet de politie dit naar behoren.
President, misschien staat u mij een bijna persoonlijke noot toe. Als je alle lijstjes bekijkt - vorige week zagen we er weer eentje - van vertrouwen in de politiek, zowel in het parlement als in het kabinet, en vertrouwen in de politie, dan staat de politie in de top drie en zitten we samen ergens beneden. van. Dus ik denk dat we daar rekening mee moeten houden en ons niet moeten laten leiden door dit soort waanvoorstellingen richting bijvoorbeeld de politie.
Maar de heer Van Baarle heeft gelijk en dat heb ik hem ook al gezegd, want daar hebben we het de afgelopen maanden ook over gehad. Samen met bijvoorbeeld de burgemeesters en de politie, ook op vraag van de Kamer, kijk ik wat de politie nog meer nodig heeft, zowel met het oog op de nieuwe realiteit van de samenleving als de technologische vooruitgang. Dat is waar het door de heer Van Baarle voorgelezen document naar verwijst en het voorstel van Klaver vereist dat ook. Wat heeft de politie nog meer nodig om de openbare orde op een solide manier, met de juiste fundamenten, te kunnen waarborgen? Samen komen we er uit. Tegelijkertijd kijk ik samen met de burgemeesters hoe zij hun toezichthoudende rol in de Inlichtingengroep Rechtshandhaving het beste kunnen vormgeven, en dat is precies wat het is. Deze groep heeft dus niets te maken met een inlichtingendienst. Een inlichtingendienst heeft overigens veel ruimere bevoegdheden, zoals het hoort, met een heel andere toezichthouder en een heel andere rechtsgrondslag. Dat wordt trouwens een heel ander debat met een heel andere minister.
Vansilla:
Dank u wel meneer Van Baarle. Ik zal kijken of er behoefte is aan een vervolg. Houd het alsjeblieft kort en krachtig. In de eerste plaats mevrouw Helder van de PVV. Vooruit.
DameBriljant(PVV):
Ik kan het meestal vrij snel, maar nu heb ik een introductie nodig. De minister zegt wat de politie nog meer nodig heeft. Ik ben het met haar eens, want ik denk dat dit een belangrijk project is. Maar ik heb de toelichting bij artikel 3 van de Politiewet bekeken en die heb ik nodig. Daarin staat: “In algemene zin zijn de wetgever en de Hoge Raad van oordeel dat de politie aan de taakomschrijving van artikel 3 die bevoegdheden kan ontlenen die nodig zijn voor de vervulling van die taak. Volgens artikel 3 dient de politie te handelen volgens de daarvoor geldende wettelijke regels. In beginsel is daarom een meer specifieke grondslag voor schending van grondrechten vereist. Dan is artikel 3 niet voldoende." Ik denk dus dat er een specifiekere rechtsgrondslag nodig is.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Artikel 3 van de Politiewet biedt de grondslag voor een kleine inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. U kunt de dingen gebruiken waar we het vandaag over hebben die nu in het artikel staan. Het is bijvoorbeeld het inzetten van informanten of het heel kort opmerken van wat iemand doet omdat het vermoeden bestaat dat ze de boel gaan opstoken en bijvoorbeeld het recht op protest schenden. We zijn net aan het kijken of de politie meer nodig heeft. Het is dan - dit is precies wat mevrouw Helder aangeeft - buiten de scope en wat moet ik dan doen? In dat proces zitten we nu. Dit past bij de suggestie van Klaver, maar ook bij wat mevrouw Helder zegt. Als ik je vraag op deze manier op het proces mag richten, dan: graag!
Vansilla:
En een termijn?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Als ik me niet vergis, en ik zie dat dit niet het geval is, zouden we ruim voor de zomer een antwoord moeten hebben op het effect hiervan. Mochten wij om wat voor reden dan ook verhinderd zijn, dan zal ik ervoor zorgen dat ook de commissie wordt geïnformeerd. Maar we zijn hier sinds eind vorig jaar mee bezig, dus het zou ooit moeten lukken.
Damewederzijds(PvdA):
Ook ik was zeer verrast door de berichten dat de inlichtingendienst van de politie illegaal onschuldige burgers bespioneert. Ook de later gegeven reactie van de minister en de politie dat het op grond van de Politiewet zou moeten kunnen en dat er slechts sprake is van een lichte inbreuk op de privacy, begrijp ik ook niet. Wat mij betreft ben je niet half zwanger. Het schenden van uw privacy is een inbreuk. Dus ik vraag me af wat deze "kleine overtreding" is en of het echt niet moet worden gestopt. Je wordt als extremist bestempeld zoals uit de berichten blijkt. Ik zou daar graag een toelichting op willen van de minister.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik dacht dat dat was wat ik aan het doen was. Dat is het mooie van messaging. Ik ben uitgenodigd om hier te komen en dan kan ik de situatie nog een keer uitleggen, evenals onze reactie op deze berichten. Mevrouw Mutluer begint haar vraag met "de politie-inlichtingendienst die achter onschuldige burgers aan gaat", maar ik heb 20 minuten besteed aan het proberen uit te leggen dat het geen inlichtingendienst is. Het is een politiedienst die op grond van artikel 3 precies op de punten die ik zojuist aan mevrouw Helder heb genoemd, kleine inbreuken op die rechten kan maken en mensen kan controleren om ervoor te zorgen dat bijvoorbeeld het recht om te demonstreren niet wordt misbruikt of ondermijnd, zoals zagen we vorig jaar. Ik ben hier ook geweest voor vragen van dezelfde Kamerleden die vroegen: wat hebben de politie en de burgemeester gedaan? Ik denk dat dat een van de redenen is waarom de heer Klaver zijn motie heeft ingediend en die door de Kamer is gehaald, dus dat is precies wat de politie misschien extra nodig heeft. Dus we onderzoeken het. Dus de vraag is, zoals mevrouw Helder vroeg, heb je een nieuwe basis nodig. Het is fijn dat ik hier mijn uitleg kan geven, maar het is ook goed als ik de mogelijkheid krijg en leden mij op basis van die uitleg vragen stellen.
DameTeunissen(PvdD):
Een paar maanden geleden hield de politie in het geheim chatgroepen van klimaatactivisten in de gaten. Daar zijn ook Kamervragen over gesteld. Uit het antwoord op deze Kamervragen blijkt, zoals de minister zegt, dat op grond van artikel 3 "niet meer dan een geringe inbreuk op de privacy mag worden gemaakt". Maar in de reactie staat ook: "Als er meer dan één klein vergrijp is gepleegd, is een bevel van de staat vereist. Dan moet er onderzoek worden gedaan op basis van een verdenking van een misdrijf." Nou, dat gaat hier natuurlijk niet op omdat het om overheidsbeleid gaat, maar in het RTL Nieuws artikel las ik dat er informatie werd gedeeld met buitenlandse instanties, dat mensen niet meer vrij mogen reizen, en dat er een code komt . de namen van onschuldige burgers. Erkent de minister dat dit geen kleine, maar een serieuze inbreuk op de privacy is en dat daarvoor onvoldoende wettelijke grondslag bestaat?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Zoals ik de heer Van Baarle heb verteld, heeft dit niets te maken met de Law Enforcement Intelligence Group. Dit is een andere basis. d.w.z. artikel 3. Ik heb aangegeven dat de autoriteiten, verschillende instanties en politiediensten betrokken zijn bij artikel. Het heeft andere autoriteiten, die onder terrorismebestrijding vallen, om er bijvoorbeeld voor te zorgen dat terroristen onze vliegtuigen niet besturen om mensen te beschermen. Die discussie hebben we met elkaar gehad, ook met DENK. DENK is terecht een van de aanjagers geweest van dit onderwerp en de vraag hoe mensen eruit komen als ze per ongeluk op deze lijsten terecht komen. We hebben hiervoor het hele proces uitgestippeld en ik heb onder andere DENK verteld dat we ook meer mensen gaan helpen als ze per ongeluk op deze lijst terecht komen. Maar dat onderscheid kunnen wij in de Kamer nooit per geval maken, maar het idee dat je altijd alert moet zijn, is vrij duidelijk. In het zojuist genoemde voorbeeld op basis van Kamervragen is dat een andere grondslag. Je kunt alles verwarren, maar dan raak je in de war over de autoriteiten en wat mensen mochten doen en wat de politie mocht doen. Maar dat hebben we in dit land goed geregeld. Soms is dit ingewikkeld. Dus ik ben blij dat ik het kan uitleggen.
DameTeunissen(PvdD):
Ik denk dat het punt is dat we het hier hebben over de Law Enforcement Intelligence Group. Dit is een organisatie die gegevens verzamelt van burgers, ook als die burgers onschuldig blijken te zijn. Dat gebeurt nu, zo lezen we in het onderzoek van RTL Nieuws. Mensen worden geclassificeerd als terroristen en ten onrechte in verband gebracht met het plegen van gewelddaden. Deze organisatie heeft nu een record van deze personen gemaakt. Mijn volgende vraag aan de minister is de volgende. Als dit echt is gedaan om zwakke juridische redenen, bent u dan bereid om op zijn minst de gegevens van deze onschuldige burgers te wissen?
MinisterOjoverde-Zegerius:
De Inlichtingengroep Rechtshandhaving richt zich op ernstige verstoringen van de openbare orde. In die zin heeft het nut en de noodzaak van het bestaan van de groep niets te maken met deze internationale lijsten. Nogmaals, dat is daar gemengd. Bij individuele casuïstiek is het dan ook de vraag of dergelijke informatie daar ooit terecht is gekomen, waardoor men op een internationale lijst terecht is gekomen. Het zal nooit een-op-een zijn, maar altijd boordevol informatie over terrorisme of andere onderwerpen. Deze verbinding kan dus niet op deze manier gemaakt worden. Je kunt dus niet zeggen dat de basis verkeerd is. Dit moet je scheiden. Dat is wat ik hier probeer te doen. Het doel van de Law and Order Intelligence Group is niet het verzamelen van gegevens over personen, maar het handhaven van de openbare orde. Dan doet de groep dit zoals de politie dat doet, dus onder gezag van de burgemeesters. Dit is de reis die we samen maken. We kijken of de burgemeesters het nog beter aankunnen en of ze er beter op kunnen toezien. Het doel is informatie op te halen over mogelijke verstoringen van de openbare orde, bijvoorbeeld als het gaat om demonstraties of een voetbalwedstrijd. Het zijn ook dingen waarvoor ik hier ben. Dus mensen vragen: wat heb je gedaan om het te vermijden?
DameDekker Abdulaziz(D66):
Ik maak me zorgen over de rechtsbescherming van burgers, aangezien deze bevoegdheden... Het debat gaat over bevoegdheden, maar ook over burgers die gewoon hebben deelgenomen aan een vreedzame en legale demonstratie. Daar maak ik me zorgen over. Is de minister het met ons eens dat burgers het recht hebben om hun profiel te bepalen? En bij wie kunnen ze terecht als ze het niet eens zijn met je profiel?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Burgers kunnen altijd naar de politie. Ik ben het helemaal eens met D66 en alle anderen, want dat is ook mijn punt. Zo ben ik begonnen. De politie is er om ons veilig te houden en om fundamentele rechten te beschermen en te waarborgen. we zijn er allemaal voor, en de politie ook. De politie heeft in dit kader reden om haar werk te doen. Als wij, ik, de Kamer of wie dan ook daar vragen over hebben, kijken we daar kritisch naar. Als we kijken of er nieuwe bevoegdheden nodig zijn en of daar nieuwe fundamenten voor nodig zijn, dan kijken we daarnaar. Dus als er in dat geval mensen zijn die het er niet mee eens zijn of willen weten hoe het zit, kunnen ze gewoon toegang vragen tot de Landelijke Eenheid. Die mogelijkheid hebben we altijd. Dit is altijd mogelijk.
DhrVan Meijer(FVD):
Dit is niet de eerste keer dat een overheidsinstantie op illegale wijze onschuldige burgers bespioneert. We hebben hier in dit Parlement onlangs gesproken over de NCTV, het leger en zelfs de gemeenten, die allemaal burgers bespioneren en undercoveragenten spelen. Mijn vraag aan de minister is: hoe beoordeelt u de zorg van veel Nederlanders dat we steeds meer van een rechtsstaat naar een toezichtstaat gaan? Wat gaat de regering doen om deze trend te keren?
MinisterOjoverde-Zegerius:
De politie heeft redenen om het werk te doen dat ze doen om ons veilig te houden. Dit houdt de heer Van Meijeren ook veilig als hij ergens voor of tegen spreekt. Ik wou dat de politie dit op de juiste manier kon doen, met garanties van de grondrechten, zoals we hier samen hebben gepresenteerd en die we ongelooflijk belangrijk vinden. In een debat als dit stel ik het op prijs dat we de feiten op tafel kunnen leggen, dat ik dingen kan aanpakken als ze niet kloppen, en dat als de dingen anders waren, de leden in dat geval zeggen dat ze het ermee eens zijn. om erachter te komen hoe het is. Ik negeer wat ik al een half uur zeg en begin met te zeggen dat de politie illegaal alle onschuldige burgers gaat lokaliseren, zoekend en ik weet niet wat, dus ik denk echt dat het ondermijnt wat we hier samen doen . , vanwaar hij de politie en bewakers verwacht die we in dit land hebben. Ik ben hier regelmatig. Als het niet goed gaat, zeg ik vaak dat we er naar zullen kijken. Maar ik hou ook van de mogelijkheid om uit te leggen hoe de dingen zijn.
DhrVan Meijer(FVD):
Ik deel de mening van de minister dat de politie ons moet beschermen. De minister wil dat dit effectief gebeurt. Ik wil vooral dat dit legaal gebeurt. De minister beroept zich op artikel 3 van de Politiewet, waarin uitdrukkelijk geen grondslag wordt gelegd voor beperkende maatregelen op grondrechten. Dat zeg ik niet alleen. Dat zeggen ook veel experts in het nieuws die we vandaag bespreken, waaronder professor Sven Brinkhoff van de Universiteit van Amsterdam. Als de minister vond dat de rechtsstaat voorop stond, zou ze deze zorgen liever serieus nemen dan hier een half uur bij elkaar te kruipen om deze illegale werkwijze op te lossen. Dus nogmaals mijn oproep aan de minister: neem dit aub serieus en zorg ervoor dat burgers worden beschermd tegen deze ongeoorloofde overheidsinvloed.
MinisterOjoverde-Zegerius:
We kunnen veel ruzie maken, maar ik denk dat er... Laat me het anders formuleren. Ik vind het ongelooflijk belangrijk dat de politie haar werk zowel effectief als legaal kan doen, want dat is de basis waarop het publiek en wij samen erop moeten kunnen vertrouwen dat de politie een legitiem geweldsmonopolie heeft. Het is daarom ontzettend belangrijk – dat is onze verantwoordelijkheid, die van de heer Van Meijeren én die van mij – om precies aan te geven hoe het zit en dan te kunnen analyseren waar het beter kan. Totdat u aangeeft op basis waarvan en waar het gebeurt, waar we het toezicht versterken en waar we kijken of er nieuwe bevoegdheden en dus nieuwe bevoegdheden nodig zijn, dan zou het mooi zijn om vanuit dat uitgangspunt verder te gaan. punt want dan hebben we alles op tafel. Maar het moet effectief en legaal zijn, anders ondermijnen we een rechtsstaat die ik niet kan steunen.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Ik ben zeer verrast door dit nieuws en heb een vraag. Een tijdlang ontkende hij dat welke overheidsinstantie dan ook dingen offline zou halen en zou bellen of petitie of wat dan ook naar sociale mediabedrijven zou vragen om inhoud minder zichtbaar of onzichtbaar te maken of mensen van LinkedIn, Facebook, Twitter of wat dan ook te verwijderen. In de eerste reeks antwoorden op mijn vragen werd de politie niet genoemd. De tweede belde de politie. Hebben deze groepen, waar de burgemeester kennelijk naar verwijst en waarvoor de burgemeester ogenschijnlijk verantwoordelijk is, ook ooit hun content laten verwijderen of de socialemediabedrijven gevraagd om de content minder zichtbaar te maken? Als u deze vraag niet meteen kunt beantwoorden, kunt u er dan later op terugkomen?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Na het laatste half uur kan ik waarschijnlijk gerust stellen dat ook ik geschrokken was van de berichtgeving. Of ik begrijp wat de vragen stellen is niet relevant, maar ik begreep ze heel goed. Dus ik ben het er helemaal mee eens. Ik weet wat meneer Omtzigt bedoelt. Ik denk dat er in het verleden een discussie over is geweest met de minister van Binnenlandse Zaken en UK Relations. Ik zal zeker eens kijken of dat ook de groepen omvat die per regio georganiseerd zijn. Ik heb het nu nog niet klaar, maar ik kom er voor de zomer op terug. Ik zal het zo snel mogelijk doen. Ik ken meneer Omzigt. Hij zal waarschijnlijk zeggen dat ik 24 uur heb, maar ik zal mijn best doen.
Vansilla:
De heer Omtzigt vraagt of het wat eerder kan en de minister geeft aan daar alles aan te zullen doen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
We gaan in ieder geval direct aan de slag. Ik kan het in ieder geval beloven.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Ik vraag me echt af waarom de minister hier alle zorgen van de Kamer bagatelliseert, maar belangrijker nog die van iemand die op de lijst van jihadistische terroristen staat. Ik zou de minister dus willen vragen of het klopt dat de politie al jaren te horen krijgt dat er geen wettelijke basis of duidelijkheid is in wat we hier doen en dat dit grote risico's met zich meebrengt. En klopt het dat deze dienst vertrouwelijke informatie gebruikt, mensen volgt, informatie over burgers verzamelt en mensen tagt? Goed?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik minimaliseer niets. Precies, we hebben dit uitvoerig besproken met DENK, dus gaan we er ook vanuit dat de heer Van Baarle dit paraat heeft, zo scherp, specifiek voor het scenario waarbij het in sommige gevallen kan gebeuren dat iemand ten onrechte op een internationale ranglijst wordt geplaatst. als "gevaarlijk". Ik zei er net over: niet alleen begrijp ik het en zijn er protocollen en stappen die men kan nemen, maar ik blijf ook praten met bijvoorbeeld Buitenlandse Zaken en de politie om te kijken of we daar verder iets kunnen doen. . We zijn er nog steeds naar op zoek. We hebben deze discussie uitvoerig gevoerd. Ik herken die bagatellisering helemaal niet.
Dan op artikel 3, waarop een beroep wordt gedaan door de politie en dat de basis is voor het handhaven van de openbare orde, bijvoorbeeld door risicovolle wedstrijden en demonstraties goed te laten verlopen zodat we allemaal veilig zijn en gebruik kunnen maken van een noodzakelijk recht als bewijs. Ja, de politie heeft alle recht en plaats om bijvoorbeeld informanten hiervoor in te zetten. Overweeg ook om tijdens een demonstratie automobilisten die zich misdragen te kunnen monitoren. Het is dus aanzetten tot en oproepen tot geweld tijdens een demonstratie, en dan het recht om te demonstreren ondermijnen. Dat heeft ook te maken met de bescherming van anderen die daar protesteren. Je kunt ook denken aan een onaangekondigde demonstratie waarbij mensen ook moeten weten of het uit de hand loopt of niet. Het gaat juist om de bescherming van onze grondrechten, waarvoor we ook bij de politie aankloppen. Ze hebben er een basis voor. Dus dat zouden ze moeten kunnen. Dat zijn twee verschillende dingen, zeg ik nogmaals tegen meneer Van Baarle.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Deze minister hoeft de heer Van Baarle niet te vertellen dat dit aparte zaken zijn. De lijsten waar de minister het over heeft, verwijzen naar internationale lijsten waarop mensen zijn geplaatst. Dit is toch wat anders dan deze politie-inlichtingendienst, die blijkbaar ook mensen door elkaar schudt en lijstjes maakt. Ik vraag de minister nogmaals: is het waar dat de politie al jaren beweert dat de wettelijke basis daarvoor ontoereikend was en dat we daardoor een groot risico lopen dat er in het verleden grote fouten zijn gemaakt met betrekking tot burgerrechten en privacy? ? ? ? En als dat zo is, vraag ik de minister: onderzoek het! Onderzoek of er hier sprake is van etnisch profileren en of mensen verkeerd zijn gecodeerd of op lijsten zijn gezet, want dat is het enorme risico waar we nu in lopen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik weet echt niet wat nationaliteit te maken heeft met het handhaven van de openbare orde en veiligheid tijdens een risicovolle demonstratie of wedstrijd. En hier dan denk ik dat meneer Van Baarle de zaken bij elkaar brengt. Ook dit doet geen recht aan de complexe vraagstukken waar het om gaat.
Ik heb mevrouw Helder en andere collega's ook verteld dat we iets extra's doen. Los van de basis dat het bestaat om de taak van handhaving van de openbare orde te kunnen uitoefenen, is dit het gesprek met de burgemeesters. Heeft het meer nodig? En hoe kun je je begeleiding beter organiseren? Daar hoef ik me niet aan te binden, want daar zijn we al mee bezig, overigens op verzoek van de Kamer. Ook kijken we of de politie andere dingen moet doen om de openbare orde te handhaven en of daar een basis voor is. Dit was de zet van meneer Klaver. Als ik me niet vergis, was THINK daar ook voor. Nou, ik neem al deze stappen bovenop wat er al is gedaan om ons veilig te houden.
DameDekker Abdulaziz(D66):
Het is goed om te weten dat de minister bezig is met het toezicht. Het is ook goed dat hij het goed probeert te krijgen met de burgemeesters, want dat is mijn tweede vraag. Wat vindt de minister van het feit dat de burgemeesters op grond van artikel 180 van de Gemeentewet verantwoording moeten afleggen aan de gemeenteraad, die de inhoud van deze onderzoeken inzichtelijk moet maken voor de gemeenteraad? Kan de minister beloven dit op te lossen?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik weet niet of ik de vraag helemaal begrijp, maar misschien kunt u het volgende toevoegen. Ik denk dat de vraag heel specifiek is voor het ministerie van Binnenlandse Zaken en niet voor mij, maar ik praat met burgemeesters en politie om te zien waar zo'n team voor is, waarvoor het kan worden gebruikt, waarvoor het wordt gebruikt, wanneer kan dit team een burgemeester noemen en hoe een burgemeester toezicht houdt. Ik moet meer specifieke vragen over de verantwoordelijkheid van gemeenteraden doorgeven aan het ministerie van BZK. Daarom neem ik deel aan de basisgesprekken over nut en noodzaak van dergelijke apparatuur en over de organisatie van toezicht. Dat is aan mij.
Vansilla:
Ik dank de minister van Justitie en Veiligheid voor haar antwoord.
vraag het de dijk
Graag gedaandoor het lid Dijk aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij afwezigheid van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ophet bericht "Vooral jongeren besparen op zorgkosten: vergeet naar de tandarts".
Vansilla:
Ik roep de heer Dijk van de SP op om zijn vraag aan de staatssecretaris te stellen, in afwezigheid van de minister, over de boodschap "Vooral jongeren besparen op zorgkosten: vermijd tandartsbezoeken". Dit is de eerste mondelinge vraag voor dit relatief nieuwe parlementslid, dus veel succes. De heer Dijk heeft het woord.
DhrDijk(SP):
Dank u wel, voorzitter. Een op de drie Nederlanders heeft het afgelopen half jaar een of meer medische bezoeken uitgesteld. Bij jongeren is dat bijna twee op de drie. Dit is het vermijden van bezoeken aan de fysiotherapeut of tandarts, het niet nemen van medicijnen of het niet gaan naar een ziekenhuisafspraak. Dit komt door de stijgende kosten van levensonderhoud en de persoonlijke financiële onzekerheid, die vooral onder jongeren enorm is toegenomen. Het geldt voor een derde van alle Nederlanders en de helft van alle jongeren.
Deze liberaal-christelijke regering plaatst jongeren voor duivelse dilemma's. Betaal ik de huur of ga ik naar de tandarts? Ga ik winkelen of koop ik de medicijnen die ik nodig heb? Betaal ik de elektriciteitsrekening of ga ik naar de afspraak in het ziekenhuis? Dat jonge mensen zo vroeg in hun leven voor deze keuzes staan, is zeer verontrustend. Dus de politiek, dit kabinet, zorgt ervoor dat onze jeugd en vele andere mensen zich onzeker en letterlijk ziek voelen.
Deze duivelse dilemma's zorgen ervoor dat steeds meer mensen hier en nu medische behandeling mijden, waardoor later ernstiger klachten en problemen ontstaan. Uit onderzoek van Zorgverzekeraars Nederland uit 2015 blijkt dat een vijfde van de mensen de zorg mijdt uit angst voor kosten. Dit is nu de helft van alle jongeren en een derde van alle mensen. Hoe ver wil de staatssecretaris dat het aantal mensen dat de zorg vermijdt stijgt? Wat is de analyse van de staatssecretaris van de toename van zorgmijding? Wat gaat de staatssecretaris doen om deze verhoging ongedaan te maken? Is de staatssecretaris het met de SP eens dat betaalbare zorg voor iedereen de beste vorm van preventie is? Zal de staatssecretaris ervoor kiezen om de problemen nu op te lossen of zal hij de grieven en gezondheidsproblemen van jongeren en vele anderen in de toekomst verergeren?
Gracias.
Vansilla:
Bedankt. Het woord komt overeen met de staatssecretaris.
staatssecretarisVan Ooyen:
Dank u wel, voorzitter. Met dank aan de heer Dijk voor zijn vragen. Ik begin graag met dit belangrijke onderwerp. Dit is het bericht dat onlangs verscheen in De Telegraaf. Ik moet toegeven dat er nogal wat opmerkingen te maken zijn. Belastingontduiking is immers al jaren een heikel punt, ook voor het ministerie. Precies daarom houdt het Nivel jaarlijks een onderzoek. Dit valt ook onder de staat van volksgezondheid en zorg. Uit een recent onderzoek van Nivel blijkt dat in 2021 8% van de volwassenen aangeeft wel eens zorg te hebben geweigerd vanwege de kosten. Dit percentage is de voorgaande jaren vrij stabiel en lag in 2016 met 16% beduidend hoger.
Maar ik neem de tekenen van het vermijden van zorg zeer serieus. Dat geldt zeker ook voor de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Als overheid hebben we op dat vlak de nodige ambities. Naar aanleiding van berichten over bijvoorbeeld toegenomen vermijding van tandheelkundige zorg wordt ingegaan op de omvang van het probleem en mogelijke oplossingen. De minister heeft de Kamer hierover geïnformeerd in zijn brief van 10 november 2022. Voor de zomervakantie ontvangt de Kamer een brief met de stand van zaken van dit onderzoek. Daarnaast wil ik ook benadrukken dat de overheid investeert in de economische situatie van de lage lonen. We hebben zeker in de gaten wat er aan de hand is. Ik kan enkele voorbeelden geven zoals de zorgtoeslag en de aftrekstop. Daarnaast werken we aan een display dat de opbouw van eigen bijdragen in kaart brengt en daarmee ook inzicht geeft in de kosten die verschillende groepen burgers maken voor de gezondheidszorg. Kortom, ondanks de aanhoudende zorg van de minister over deze kwestie, vind ik dat het artikel een wat te rooskleurig beeld schetst van de situatie en dat we verder moeten gaan om absoluut te voorkomen dat we onnodig de aandacht trekken.
DhrDijk(SP):
Dit zijn de antwoorden waarvan je hoopt dat je ze niet krijgt in je eerste week als parlementslid, maar niet in je tweede, of elke week daarna. Ga je wel eens naar de tandarts of dokter? Ik denk dat je dat doet. Dat zou goed voor je zijn. Zo ja, vraag dan wat zij vinden van stijgende zorgkosten voor gewone mensen. Vraag hen wat ze ervaren in hun eigen praktijk. Dan hoor je dat ze zien dat veel mensen de zorg mijden en later terugkomen met veel ergere klachten. Dit zorgt voor persoonlijk ongemak, maar verhoogt ook de kosten omdat klachten veel erger zijn. Er moet dus veel meer gebeuren en ze zullen voor langere tijd zorg nodig hebben.
Behalve dat. Een half jaar geleden sprak ik veel jongeren op mbo's, hogescholen en universiteiten in Groningen. Deze discussies gingen over stijgende energiekosten. Doordat ze geen energiesupplement krijgen, hebben ze laten zien dat ze onzekerder worden, meer stress ervaren in hun persoonlijke leven en meer angst voor de toekomst. Ik noem het woord 'angst' omdat een samenleving met jonge mensen die bang zijn heel belangrijk is voor de toekomst. Ik hoop dat de staatssecretaris het daarmee eens is. Daarom vroeg ik hem om een analyse van het probleem in plaats van een paar korte antwoorden en trefwoorden. Als mensen oud en bang worden, belooft dat geen goede en mooie toekomst. Dus ik zou heel graag willen dat het ministerie van Buitenlandse Zaken hier commentaar op geeft, vooral met betrekking tot jongeren. Dit artikel ging over Je kunt dus praten over 16% of 8%, alsof 8% laag is. Je weet misschien van mij dat ik hier ook zou zijn als ik 3% was. Het is onredelijk dat mensen medische zorg mijden vanwege hogere kosten. Ik zou graag de analyse van het probleem van deze staatssecretaris willen, in plaats van enkele korte, pakkende antwoorden met enkele basisfeiten die ik misschien zelf had bedacht.
staatssecretarisVan Ooyen:
Ik moet zeggen dat de heer Dijk zich bezighoudt met een onderwerp dat mij zeer na aan het hart ligt, namelijk de samenleving en hoe die werkt voor jongeren. Ik ben me nog goed bewust van de situatie waarin veel jongeren opgroeien met angstgevoelens, depressieve gevoelens en gevoelens: is deze samenleving echt iets voor mij? Kortom, dit weet ik heel goed, vanuit mijn eigen verantwoordelijkheid om voor jeugd en jongeren in brede zin te zorgen. Sterker nog, economie speelt daarbij een belangrijke rol, want 8 procent – ik ben het eens met de heer Dijk – is een boodschap die we niet mogen missen, die uit onze eigen analyse komt en die we dus ook niet gaan missen. Het is daarom belangrijk dat we ook in die richting handelen. Maar in werkelijkheid gaan deze angstgevoelens veel verder. Dit geldt bijvoorbeeld voor de manier waarop we samenleven. Dit over het weer en de gevoelens van jongeren over het weer. Hoe ziet de wereld er voor jou uit? Dit is een van de grootste problemen die ze hebben, en vanuit geopolitiek oogpunt. Kortom, dit is echt veel breder dan dit onderwerp. Maar ik ben het helemaal eens met de heer Dijk dat we hier in de samenleving werk aan hebben.
Damebezit(PVV):
Ik feliciteer de heer Dijk met zijn eerste mondelinge vragen. De mijne zijn iets groter; dat was in 2006. Het is het jaar waarin de Zorgverzekeringswet van kracht werd. Wat deden de sequentiële kasten? Ze hebben steeds meer uitgaven verschoven van het collectief naar onze eigen portefeuilles. De zorg kost de overheid dus niet zoveel, namelijk 9% van het BBP, maar is voor de burger onbetaalbaar geworden. Dus 6 miljoen mensen hebben het afgelopen jaar de zorg vermeden. Daardoor worden ze duurdere patiënten. Als u niet naar de tandarts gaat, kunt u hartfalen krijgen. Mijn vraag aan de staatssecretaris is: begrijp alsjeblieft dat dit probleem door de overheid is gecreëerd en los het op door simpelweg de korting af te schaffen.
staatssecretarisVan Ooyen:
De korting is al enkele jaren bevroren. Dit is een belangrijke keuze die dit kabinet heeft gemaakt en houdt het ook levend. Dat is de keuze die de regering heeft gemaakt. Ik sta er volledig achter. Het is ook een kritische keuze. Stel dat er nu iets zou veranderen. Dat zou dus echt effecten hebben, zeker in het vermijden van bijvoorbeeld zorg. Dit is de keuze. Ik vind het een zeer verdedigbare keuze.
Dameellevlees(Groen Links):
Ik weet het nog goed: een paar jaar geleden, drie jaar geleden hadden we ook een discussie over mensen die de zorg niet kunnen betalen en dus niet naar de zorgverlener gaan. Dit was toen 7% volgens Level. We zien dit stijgingstempo. Dus ze vertelden ons: we zullen onderzoeken waarom het zo is en komen bij je terug. Nu hoor ik de staatssecretaris weer zeggen: laten we het onderzoeken. Ik zou de staatssecretaris willen vragen om twee zeer concrete stappen te ondernemen. A. Vooral jongeren kiezen vaak voor een vrijwillige franchise, waardoor de rekening nog hoger uit kan vallen. Snel van deze vrijwillige korting af, speciaal voor de jeugd. En twee. In de conceptversies van de Voorjaarsnota konden we lezen dat de eigen bijdrage aan de WMO verder zal toenemen. Ik vraag hier ook aan de staatssecretaris: is hij op de hoogte van de gevolgen, waaronder het omzeilen van zorg? Wilt u het kabinet overtuigen om dit niet te doen?
staatssecretarisVan Ooyen:
Sterker nog, deze 7% tot 8%, dit relatief stabiele getal dat het Level aangeeft, is nog steeds een reden voor verdere actie. Dit is wat de overheid doet. Dus dat hebben we ook bestudeerd. Ik heb al toegezegd, maar ik wil het nog eens onderstrepen, dat de minister voor de zomervakantie de stand van zaken zal presenteren met betrekking tot de maatregelen, mogelijk op korte termijn, en mogelijk op lange termijn, nodig en nodig. . .
Welnu, met betrekking tot de twee suggesties die u hier doet. Allereerst voor eigen bijdrage aan de WMO. Ik wil benadrukken dat de eigen bijdrage aan de WMO niet langer afhankelijk is van het inkomen. Het is een abonnement, een vast bedrag voor iedereen. Dit heeft zo'n impact dat je je moet afvragen: is het niet eerlijker om deze vorm van inkomensafhankelijkheid te herstellen? Veel gemeenten vragen er al lang om. Ze zeiden dat inkomensafhankelijkheid essentieel is. Het kabinet hield hier rekening mee en besloot vervolgens ook om deze afhankelijkheid van inkomen uit eigen bijdrage WMO te verminderen. Dit is erg belangrijk. Ik zou dit ook graag verder bespreken met de Kamer, maar ik denk dat het een cruciaal uitgangspunt is. Want bij vrijwillige overdrijving speelt natuurlijk een veel bredere discussie, namelijk: hoe om te gaan met overdrijving? En zelfs met de verplichte inhouding besloten ze natuurlijk om het te bevriezen, maar ze besloten ook om te zien hoe ze het zouden doen met de betalingen. Daarbij koos de minister er ook voor om een andere wijze van betalen te organiseren. Kortom, we denken erover na. Maar geen moedwillige overdaad meer toestaan is, denk ik, een keuze die zo'n impact heeft dat we er nu niet voor kiezen.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Dank u wel, voorzitter. De minister van Buitenlandse Zaken vertelt over maatregelen die zijn genomen en nu worden teruggedraaid. Het geeft aan dat u er niet met opzet voor kiest om door te schieten. Ik vraag me af of dit gedocumenteerd is. Maar wat ik me nu afvraag is het volgende. Preventie is erg belangrijk. Ook de minister van Buitenlandse Zaken wijst hierop. Kinderen tot 18 jaar zijn gratis verzekerd bij de tandarts, maar kinderen van ouders die de tandarts niet kunnen betalen gaan vaak niet naar de tandarts. Dit veroorzaakt langdurige gezondheidsschade. Dat geldt voor jongeren, die tandartskosten willen vermijden, maar ook voor ouderen. Ouderen hebben hierin ook een meer specifiek nadeel. Bij een slechte mondverzorging lopen ze een zeer groot risico op hartfalen, elke vorm van hartziekte, maar bijvoorbeeld ook diabetes. Ik zou graag van de staatssecretaris horen: enig idee hoeveel het kost om te zorgen voor reparatie, in plaats van te investeren in preventie op dit gebied?
staatssecretarisVan Ooyen:
Ik heb dit idee nu zeker niet klaar, dus ik kan het nu niet delen met mevrouw Den Haan. Ik ben blij dat u erop wijst dat tandheelkundige zorg voor kinderen onder de 18 natuurlijk gratis is. Het is belangrijk dat dit nog eens heel duidelijk wordt onderstreept, want hier kunnen geen misverstanden over bestaan. Sterker nog, voor deze specifieke groep is het nodig om een aanvullende maatregel te nemen, die het vermijden van onnodige zorg omzeilt. Op dit moment kijken we naar het volgende en ik denk dat we zelfs kijken naar hoe we het kunnen implementeren. Vanuit de adviescentra willen we meer en betere voorlichting geven in het kader van preventie, om juist die kinderen, voor wie het economisch gezien niet echt nodig is om zorg te mijden, te motiveren om voor preventieve mondzorg te kiezen. Het is inderdaad een juiste constatering van mevrouw Den Haan. We zijn er dus al over in gesprek met de adviseurs.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Dank daarvoor. Ik zie het als een verplichting. Ik denk dat het erg belangrijk is. Dat geldt ook voor jongeren die niet altijd weten dat ze zorgtoeslag kunnen aanvragen en hoe ze dat moeten doen, ook al is daar informatie over. Ook hier wil ik aandacht aan besteden. Ik kan niet wachten om de cijfers te zien.
Vansilla:
Kan de staatssecretaris deze informatie verstrekken?
staatssecretarisVan Ooyen:
Ik kan dat niet garanderen, omdat ik niet weet of ze bestaan. Ik heb gemerkt, ik zal je de minister teruggeven, maar ik weet niet of ze beschikbaar zijn.
Vansilla:
Maar de minister komt er in ieder geval op terug. Dan meneer Bushoff, PvdA.
DhrBosoff(PvdA):
Het is prima dat de staatssecretaris ook zegt dat het om financiële redenen vermijden van zorg een groot probleem is. We horen deze staatssecretaris dan samenvatten dat onderzoek naar oplossingen gaande is en dat bestaand beleid wellicht al helpt. Daarnaast komt er een display die informatie geeft over de kosten die mensen met weinig geld maken voor de zorg. Die mensen met weinig geld hebben niets met zo'n scherm. Ze hebben veel meer geld in hun portemonnee om naar de tandarts te gaan.
Vansilla:
Uw vraag, meneer Bushoff?
DhrBosoff(PvdA):
Mijn specifieke vraag aan deze staatssecretaris is dus niet om het huidige beleid op een rijtje te zetten, maar om aan te geven welke aanvullende stappen u gaat nemen om ervoor te zorgen dat mensen medische zorg niet meer mijden. Als niet...
Vansilla:
Ik geef nu het woord aan de staatssecretaris. Uw microfoon staat niet meer open, meneer Bushoff.
staatssecretarisVan Ooyen:
Ik heb net een gesprek gehad met mevrouw Den Haan over een stap die we aan het zetten zijn. Met die klinieken zijn we in gesprek, juist over die groepen die nu de tandheelkundige zorg mijden - helaas zijn er ook die groepen - zonder financiële reden. Mensen met een laag inkomen en kinderen onder de 18 jaar zijn een zeer belangrijke doelgroep die nu ook tandheelkundige zorg mijden. Dat moeten we echt doen met deze adviesbureaus, met de coaches die erover praten. Dit is een van de interventies die ik noem. Ik heb ook toegezegd dat de minister voor het zomerreces een update zal geven over deze korte en lange termijn maatregelen. Ik denk dat meneer Bomhoff het wat minder duister moet zien dan hij het nu presenteert.
Damevan de berg(ADC):
Ik sluit me in ieder geval aan bij de oproep van mevrouw Ellemeet om de extra korting af te schaffen, maar mijn vraag gaat over de toegankelijkheid van de zorg. De staatssecretaris heeft zojuist aangegeven zich te gaan verdiepen in de oorzaken. We zien dat steeds meer zorg minder toegankelijk is, dat zorg uit de regio wordt gehaald. Ik zou graag de toezegging van de staatssecretaris willen hebben om dit in zijn onderzoek op te nemen.
staatssecretarisVan Ooyen:
Ik weet dat mevrouw van den Berg hierover heftige discussies heeft met de minister. Ik denk niet dat het aan mij is om daar nu commentaar op te geven. Er zijn verhitte discussies over en de minister heeft het al meerdere keren beantwoord in boeiende discussies. Er zijn bepaalde afspraken of toezeggingen gedaan. Ik kan daar nu niets aan toevoegen, zeg ik tegen mevrouw van den Berg.
DameTielen(VVD):
Ik begrijp de opmerkingen van de staatssecretaris over het onderzoek, dat anders is gestructureerd dan het Nivel-onderzoek. Het gaat echt om bewuste keuzes. Daar gaat mijn vraag ook over, omdat mijn indruk is dat veel jongeren tussen de 18 en 29 jaar, waar we het op basis van het artikel over hebben, vaak niet precies weten hoeveel de tandarts kost en wat er vergoed wordt en wat niet vergoed. is klaar. Kan de staatssecretaris beloven dat er veel meer transparantie komt, misschien vanuit de beroepsgroep zelf, maar ook vanuit de zorgverzekeraars, om deze jongeren te helpen een weloverwogen beslissing te nemen over het wel of niet inkopen van zorg?
staatssecretarisVan Ooyen:
Sterker nog, het is heel belangrijk dat we jongeren een goed beeld geven van wat kan helpen en welke stappen ze zelf kunnen zetten, en dat ze de juiste informatie hebben over de kosten, wat er wel en niet extra kan en wat de effecten zijn.heeft. En inderdaad, soms ontbreekt dat. Nogmaals, neem mensen met een laag inkomen, voor wie tandheelkundige zorg gratis beschikbaar is, maar die er soms niet komt. Dit is echt gebaseerd op desinformatie of onvoldoende informatie. Mevrouw Tielen slaat dus de spijker op de kop: we hebben hier echt een lek te dichten.
DhrDijk(SP):
Voor iedereen die ooit met een klein budget heeft moeten leven, is het heel begrijpelijk dat ouders met een beperkt budget of weinig geld, ook al weten ze dat hun kinderen gratis naar de tandarts kunnen, niet gaan. Maar misschien moet ik het hier nog wel honderd keer uitleggen. Dus ik hoop dat je het ooit begrijpt.
Vansilla:
Uw vraag aan de staatssecretaris.
DhrDijk(SP):
Mijn vraag is deze. Als je mensen buiten deze muren zou vragen wat er moet gebeuren om mensen minder vaak de zorg te laten mijden, dan zou iedereen iets bedenken waardoor de voorwaarden zouden veranderen, ofwel door de kosten van de gezondheidszorg voor mensen te verlagen, ofwel door het eigen risico te verlagen. , premieverlaging of uitbreiding van het basispakket met fysiotherapie, tandheelkundige zorg en geestelijke gezondheidszorg. Mijn vraag aan de staatssecretaris is heel concreet: vertel me één aanvullend voorstel dat de zorgkosten van mensen zal verlagen.
staatssecretarisVan Ooyen:
Laat me hier heel duidelijk over zijn. Ik heb al een paar dingen genoemd. Ik zei tegen mevrouw Den Haan iets over mondtrainers in consultatiebureaus. Voor de zomer presenteert de minister de stand van zaken van het onderzoek en de maatregelen die daarvoor op korte en lange termijn nodig zijn. Ik heb ook gewezen op de maatregelen die de regering de afgelopen maanden heeft genomen. Ik denk dat dit betekent dat de maatregelen duidelijk zijn voor de heer Dijk.
Vansilla:
Bedankt. Ik dank de staatssecretaris voor zijn antwoord. Hiermee zijn we aan het einde van het mondelinge vragenuur gekomen. Ik schors de vergadering even en dan gaan we over tot de stemmingen.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Advertenties
Advertenties
Advertenties
Vansilla:
Ik informeer het parlement dat de volgende parlementsleden zijn vertrokken:
Gündoğan, voor vandaag en morgen.
Van Raan, alleen voor vandaag.
Deze mededeling wordt met kennisgeving ontvangen.
Werkopdracht (stemmen)
Werkopdracht (stemmen)
Werkopdracht (stemmen)
Vansilla:
Ik stel ook voor dat we binnenkort stemmen over een brief van de Commissie verzoekschriften en burgerinitiatieven (36253, nr. 5).
Dit wordt besloten.
Vansilla:
Voordat ik ga stemmen, geef ik eerst het woord aan de heer Bisschop van de SGP.
Dhrobispo(SGP):
Voorzitter, dank u. Mevrouw Bromet had vorige week een goed voorstel, dacht ik, over agendapunt 7, namelijk vandaag stemmen over de amendementen en moties en dan volgende week de eindstemming over het wetsvoorstel. Ik heb begrepen dat het verzoek om stemmingen te splitsen is ingetrokken. Maar zoals u weet, aarzelt de SGP niet om goede voorstellen van collega's te steunen, ook al komen die uit totaal verschillende groepen. Dit keer gaan we een stap verder. wij accepteren het voorstel. Ik zou graag zien dat de stemming over het wetsvoorstel op agendapunt 7 aanstaande dinsdag plaatsvindt. Ik kijk uit naar de steun van collega's.
Vansilla:
Stem dus vandaag over de amendementen en voorstellen en volgende week over het wetsvoorstel. Ik zal kijken of hier bezwaar tegen is. Dit is punt 7: het tijdelijk overgangsfonds.
Ik zie daar geen bezwaar tegen. Daarom is het voorstel aangenomen en stemmen we vandaag alleen over de amendementen en voorstellen. Hartelijk dank.
Depressie
Depressie
Stembrief Voorbehoud voor parlementaire behandeling EU-voorstellen Herziening rijbewijsrichtlijnen 2023
Onder geschilde humoropde brief van de Vaste Commissie voor Europese Zaken over de formulering van het voorbehoud voor parlementaire behandeling bij de EU-voorstellen: Herziening van de rijbewijsrichtlijnen 2023 COM(2023) 126, 127 en 128 (36354, nr. 1).
Vansilla:
Ik stel voor besluiten te nemen op advies van de vaste commissie Europese Zaken en de regering te vragen voor alle voorstellen een parlementair studievoorbehoud te maken.
Dit wordt besloten.
Stem Derde Aanvullende Aanvullende Begroting om Gasopslag Bergermeer verder te vullen
Onder geschilde humorin verband met het wetsvoorstelWijziging begrotingsstaat Ministerie van Financiën en Klimaat (XIII) voor het jaar 2023 (Derde suppletiebegroting extra vulling Gasopslag Bergermeer) (36313).
Het wetsvoorstel wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van SP, GroenLinks, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga dit wetsvoorstel steunen en de leden van Ta-partijen BIJ1, PvdD, Kamerlid Omtzigt en FVD stemden tegen en dus werd het goedgekeurd.
Stembiljet Voorstellen Verdedigingsmateriaal
in orde zijnstemmen over voorstellen, gepresenteerd opdiscussie van twee minuten Materiële verdediging,
sabel:
- Kuzu's voorstel om het PULS-raketartilleriesysteem (27830, nr. 396) niet te kopen.
- het Kuzu-voorstel voor hardheid van de politiek van het land en meer nadruk op mensenrechten (27830, nr. 397).
(Zie vergadering van 9 mei 2023).
Er zal over het Kuzu-voorstel (27830, #396) worden gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties SP, BIJ1, DENK, Fractie Den Haan, PvdD en FVD voor dit voorstel hebben gestemd en de leden van de fracties GroenLinks, Volt, PvdA, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga v., daarom afgewezen.
Er zal over het Kuzu-voorstel (27830, #397) worden gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de partijen SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA en PvdD voor dit voorstel hebben gestemd en leden van fracties D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, tegen CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga, waarvoor het werd afgewezen.
Stemvoorstellen Racisme en discriminatie in de politieorganisatie
in orde zijnstemmen over voorstellen, bespreekbaar voorracisme en discriminatie in de politieorganisatie,
sabel:
- het voorstel van Azarkan en anderen om het leed van de arbeiders te erkennen en de kosten van hulp en aandacht voor de ontijdige interventie te vergoeden (29628, nr. 1162);
- het voorstel van Azarkan et al om alle leidinggevenden, docenten en schoolleiders structureel te trainen op het gebied van diversiteit en het ontwikkelen van strenge criteria voor nieuwe medewerkers (29628, nr. 1163);
- het voorstel van Azarkan et al. om geen nieuwe politieagenten aan te nemen die zich schuldig maken aan discriminatie, racisme of intimidatie (29628, nr. 1165);
- bij koninklijk besluit (29628, nr. 1166) het voorstel van Helder voor het huidige adres van de instantie naar huis te sturen.
- het voorstel van o.a. Van der Werf betreffende het toezicht door een bestaand instituut op de uitvoering van de aanbevelingen van het Actieplan Uitsluiting, Discriminatie en Racisme (29628, nr. 1167);
- het voorstel van Mutluer cs voor de ontwikkeling van een niet-bindend sociaal zekerheidsplan of protocol voor duidelijkheid bij de aanpak van discriminatie en racisme bij de politie (29628, nr. 1168);
- de indiening van het voorstel door Mutluer et al. over het afhandelen van meldingen van wangedrag bij een extern bureau (29628, nr. 1169).
- Voorstel van Sylvana Simons om de aanwezigheid en impact van racistische en extreemrechtse ideeën in de politieorganisatie te onderzoeken (29628, nr. 1171).
(Zie vergadering van 9 mei 2023).
Vansilla:
Op verzoek van mevrouw Mutluer stel ik voor dat haar verzoek (29628, #1168) wordt ingewilligd.
Dit wordt besloten.
Vansilla:
Voor de stemming geef ik eerst het woord aan mevrouw Van der Plas van de BBB voor de stemverklaring en aan de heer Omtzigt.
Damevan de plek(BBB):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb een reden om te stemmen over het voorstel in document #1166 van collega Helder, over het sturen van het politieadres naar huis.
Stoel. De politieagenten van dit land zijn helden. Ze zijn behulpzaam, professioneel en betrouwbaar. Het PTSS-politiedossier bevestigt dat we deze kwaliteiten soms missen in de politiek. Het zijn mannen en vrouwen die waken over onze veiligheid en daarvoor betalen met blijvende mentale schade, met niet alleen ernstige gevolgen voor henzelf, maar ook voor hun families. Het is zeer oneerlijk van de regering om haar afspraken met deze mensen niet na te komen. Ze zijn verantwoordelijk voor de rol die de leiding van het bureau heeft gespeeld bij het frustreren van de betaling van deze ereschuld aan hun eigen collega's, vooral hun collega's. Daarom zal de BBB voor dit voorstel stemmen.
Gracias.
Vansilla:
Dank u wel mevrouw Van der Plas. Ik geef het woord aan de heer Omtzigt.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Stoel. Ik zal bovenstaand voorstel niet steunen. Hoewel ik veel van de bezwaren deel, vind ik de maatregel erg slecht.
Mijn stemmotivering verwijst naar het voorstel op punt 1171 van mevrouw Sylvana Simons. Het roept de regering op om te onderzoeken of er racistische en extreemrechtse ideeën bestaan in de politieorganisatie en zo ja, in welke mate. Ik steun dit onderzoek. In de overwegingen staat echter dat politiechef Huyzer onlangs meldde dat uit het onderzoek bleek dat er bij de Nederlandse politie een overwegend rechtse politieke oriëntatie heerst. De afzender volgt dan meteen: de opvatting dat extreemrechtse ideeën binnen een handhavingsorganisatie met geweldsmonopolie hoogst onwenselijk zijn. Wat mij betreft is er een scherp onderscheid tussen "rechtse politieke oriëntatie" en "extreemrechtse opvattingen". Dit zijn twee totaal verschillende dingen. Wat dat betreft ben ik helemaal voor onderzoek. Dus ik zou deze niet verwarren. Ik zou het ook niet doen met "links" en "extreem links", want die zijn ook niet gelijk te stellen.
Gracias.
Vansilla:
Dank u meneer Omtzigt.
Het voorstel van Azarkan et al. (29628, #1162) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de partijen SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA en PvdD voor dit voorstel hebben gestemd en leden van fracties D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, tegen CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga, waarvoor het werd afgewezen.
Het voorstel van Azarkan et al. (29628, #1163) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Kamerlid Omtzigt, ChristenUnie, VVD en CDA voor dit voorstel hebben gestemd. en leden van de fracties SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus werd het aangenomen.
Dame. Van der Plas, BBB.
Damevan de plek(BBB):
Bedankt. Hij had zijn hand niet opgestoken voor item #1162, maar dat had hij wel moeten doen. Ik zou daarom graag geacht worden voor deze motie te hebben gestemd.
Vansilla:
Bedankt. We zullen dit opnemen in de Handelingen.
Het voorstel van Azarkan et al. (29628, #1165) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, BIJ1, DENK, Den Haan en PvdD-fractie voor dit voorstel hebben gestemd en de leden van GroenLinks, Volt, PvdA, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga v, waarvoor het werd ontslagen.
Op Motion Helder (29628, #1166) wordt gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat de fractieleden van de SP, BIJ1, BBB, de PVV en de FVD voor dit voorstel hebben gestemd en de fractieleden van GroenLinks, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, De PvdD , D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, JA21 en Groep Van Haga maakten bezwaar, dus het werd afgewezen.
Het voorstel van Van der Werf et al. (29628, #1167) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de partijen SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Statenlid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA en BBB voor dit voorstel en de leden van de Kamerfractie van JA21 stemden PVV, FVD en Groep Van Haga tegen, dus het werd goedgekeurd.
Over het voorstel wordt gestemd door Mutluer et al (29628, nr. 1169).
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, Lid Omtzigt en BBB voor dit voorstel hebben gestemd en fractieleden van SP, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga tegen, dus afgewezen.
Het voorstel van Sylvana Simons (29628, #1171) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie en BBB voor dit voorstel hebben gestemd en de leden van de SP, VVD fracties, SGP, CDA, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga v. werden daarom ontslagen.
Stemmen Tijdelijk Transitiefonds Omgevings- en Natuurwet
in orde zijndepressiein verband met het wetsvoorstelOvergangsregeling instelling Begrotingsfonds Landelijk Milieu en Natuur (Overgangsfonds Omgevings- en Natuurwet) (36277).
(Zie vergadering van 10 mei 2023.)
Vansilla:
Vandaag stemmen we over de amendementen.
Het amendement Bromet et al. (Document nr. 26, I) zal worden gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, Fractie Den Haan, PvdA en PvdD voor dit amendement hebben gestemd en fractieleden van DENK, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus werd het afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit amendement betekent dat de andere amendementen op paragraaf 26 als verworpen kunnen worden beschouwd.
Het gewijzigde amendement van Bishop (Paper #29, I) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van D66, Lid Omtzigt, SGP, BBB, JA21 en Groep Van Haga voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en fractieleden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, La The Den Haan, de PvdA, PvdD, ChristenUnie, VVD, CDA, PVV en FVD waren er tegen en het werd daarom afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit gewijzigde amendement betekent dat de andere gewijzigde amendementen in document 29 als verworpen kunnen worden beschouwd.
Het amendement van Van der Plas cs (stuk nr. 37, I) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de fractieleden van Kamerlid Omtzigt, SGP, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit amendement hebben gestemd en de fractieleden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, de PvdA, PvdD, D66, ChristenUnie, VVD, CDA en FVD waren tegen, dus werd het afgewezen.
Ik constateer dat de verwerping van dit amendement betekent dat de andere in paragraaf 37 genoemde amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.
Gaat het om dit amendement, mevrouw Simons?
DameSilvana Simons(BIJ1):
Zeker, voorzitter. Ik was erg opgewonden. Ik ben geen voorstander van het amendement.
Vansilla:
Mevrouw Simons is geen voorstander van het amendement. Het amendement werd verworpen.
Het amendement Bromet/Thijssen (stuk 35, I) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, de PvdA, de PvdD, Lid Omtzigt en BBB voor dit amendement hebben gestemd en de leden van de fracties SP, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen en dus afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit amendement betekent dat de andere amendementen op paragraaf 35 als verworpen kunnen worden beschouwd.
Het amendement van Ouwehand (stuk nr. 14, I) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties BIJ1, Volt, Den Haan en PvdD voor dit amendement hebben gestemd en dat de leden van de SP, GroenLinks, DENK, PvdA, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21 , PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus werd het afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit amendement betekent dat het andere amendement in punt 14 als verworpen kan worden beschouwd.
Het Grinwis-amendement en andere amendementen (document nr. 18) zullen in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, leden van Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB en JA21 voor dit amendement hebben gestemd en leden van de fracties van PVV, FVD en Groep Van Haga tegen, waarvoor het is goedgekeurd.
Het amendement Bromet/Thijssen (stuk 28, I) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de partijen SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA en PvdD voor dit amendement hebben gestemd en leden van fracties D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, de VVD, de SGP, het CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga maakten bezwaar en dus werd het afgewezen.
Ik constateer dat de verwerping van dit amendement betekent dat de andere in paragraaf 28 genoemde amendementen als verworpen kunnen worden beschouwd.
Het amendement Ouwehand/Boutkan (stuk nr. 24, I) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, Fractie Den Haan, PvdA en PvdD voor dit amendement hebben gestemd en fractieleden van DENK, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus werd het afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit amendement betekent dat het andere amendement in punt 24 als verworpen kan worden beschouwd.
Het amendement Ouwehand/Boutkan (stuk nr. 34, I) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, Fractie Den Haan, PvdA en PvdD voor dit amendement hebben gestemd en fractieleden van DENK, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus werd het afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit amendement betekent dat het andere amendement in paragraaf 34 als verworpen kan worden beschouwd.
Het amendement Ouwehand (stuk 12) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties BIJ1, Volt, Den Haan en PvdD voor dit amendement hebben gestemd en dat de leden van de SP, GroenLinks, DENK, PvdA, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21 , PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus werd het afgewezen.
Het gewijzigde amendement van Grinwis et al (Paper nr. 52, II) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21 en Groep Van Haga hiervoor hebben gestemd gewijzigd amendement en de leden van SP, PVV en FVD-fractie waren tegen, daarom werd het aangenomen.
Ik merk op dat het aannemen van dit gewijzigde amendement betekent dat het andere gewijzigde amendement in document nr. 52 kan als goedgekeurd worden beschouwd.
Het amendement Van der Plas cs (stuk nr. 39, I) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de SP, GroenLinks, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, BBB, JA21, PVV en de Van Haga-fractie dit amendement steunen en leden van de BIJ1-fractie, PvdDA en FVD stemden tegen, dus het werd goedgekeurd.
Ik constateer dat de aanneming van dit amendement betekent dat het andere amendement in paragraaf 39 als aangenomen kan worden beschouwd.
Over het amendement van de bisschop (Paper #27) zal worden gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van SGP, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit amendement hebben gestemd en fractieleden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, D66 , lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, CDA en FVD waren tegen, dus het werd verworpen.
Het amendement van Bromet cs, zoals later gewijzigd (stuk nr. 55, I) zal in stemming worden gebracht om een artikel 5a in te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, leden van Omtzigt, ChristenUnie, VVD en CDA voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en leden van fracties SGP, BBB, JA21, de PVV , FVD en Groep Van Haga waren tegen en dus werd het aangenomen.
Ik constateer dat de aanneming van dit gewijzigde amendement betekent dat het andere gewijzigde amendement vervat in punt 55 geacht kan worden te zijn aangenomen.
Het amendement Van Campen cs (stuk nr. 50, I) zal worden gestemd om een artikel 5a in te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de partijen SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21 en PVV voor dit amendement hebben gestemd en leden van de politieke groepen PvdD, FVD en Groep Van Haga v, waarvoor het is goedgekeurd.
Ik constateer dat de aanneming van dit amendement betekent dat het andere amendement op punt 50 als aangenomen kan worden beschouwd.
Het gewijzigde amendement van de bisschop (document #44) werd in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van SP, GroenLinks, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de onderdelen van BIJ1, CDA en FVD tegen, waarvoor het is goedgekeurd.
Noot: Aangezien zowel 44 als 50 zijn aangenomen, wordt de voorgestelde derde alinea met paragraaf 50.II, met uitzondering van "Het meerjarenprogramma verschaft informatie", toegevoegd als onderdeel c aan de voorgestelde derde alinea met 44, waarbij de periode wordt vervangen door het einde van de derde lid voorgesteld door 44 met een vraagteken.
Het gewijzigde amendement Ouwehand/Beckerman (stuk nr. 54, I) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden van SP, BIJ1, Volt, Fractie Den Haan, PvdD en MEP Omtzigt voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en fractieleden van GroenLinks, DENK, PvdA, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA , BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga v. en daarom ontslagen.
Ik merk op dat de verwerping van dit gewijzigde amendement betekent dat het andere gewijzigde amendement in document 54 geacht kan worden te zijn verworpen.
Het gewijzigde amendement Van der Plas/Bisschop (stuk 31) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de fractieleden SGP, BBB, JA21 en Groep Van Haga voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en dat de fractieleden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Fractie Den Haan, De PvdA, de PvdD, D66, Kamerlid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, CDA, PVV en FVD waren tegen, waarvoor het werd afgewezen.
We gaan niet stemmen over het wetsvoorstel. Dit betekent ook dat we stemverantwoordingen uitstellen tot waarschijnlijk volgende week, maar je kunt ze natuurlijk ook weer intrekken.
Stemming over voorstellen Tijdelijke Transitiefondswet Landelijke Omgeving en Natuur
in orde zijnstemmen over voorstellen, gepresenteerd tijdens het debat over het wetsvoorstelOvergangsregeling instelling begrotingsfonds platteland en natuur (Wet Tijdelijk Overgangsfonds Platteland en Natuur),
sabel:
- om het voorstel van Grinwis et al te organiseren. op de begroting van het transitiefonds zodanig dat zoveel mogelijk recht wordt gedaan aan het fiscale recht van de Kamer (36277, nr. 38).
- het voorstel van Van Campen cs voor heldere doelen in het uitvoeringsprogramma Nationaal Programma Bewustwording Stikstof (36277, hfd. 40);
- het voorstel Omtzigt/Ouwehand voor een toekomstvisie landbouw en veeteelt, waaruit duidelijk blijkt op welke wijze de doelstellingen worden gerealiseerd (36277, nr. 43).
- het voorstel Van der Plas/Eppink over het onderzoek naar onomkeerbare natuurschade in Natura 2000-gebieden, bijvoorbeeld door droogte of overstromingen (36277, nr. 45);
- het voorstel van Van der Plas om uiterlijk 1 juli 2023 Subsidiesecties open te stellen voor resource-based management en duurzaamheidsmaatregelen (36277, #46);
- Voorstel van Bishop om een eenzijdige aanpak van verregaande reducties van stikstofdepositie te voorkomen (36277, nr. 47).
- Voorstel Bisschop over het niet belemmeren van duurzame bedrijfsontwikkeling rond stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden (36277, nr. 48).
(Zie vergadering van 10 mei 2023.)
Vansilla:
Het voorstel Van der Plas (36277, nr. 46) is gewijzigd en luidt nu als volgt:
Vierde,
luister naar het gesprek
constaterende dat de onderdelen Stal en Beheersmaatregelen (Sbv) Brongerichte Verduurzaming nog niet zijn geopend, terwijl dit in 2022 al het geval zou zijn;
dat veel initiatieven gericht op onder andere stikstofreductie wachten op het openen van subsidie-units;
dat we moeten versnellen en niet vertragen.
roept de regering op om de subsidiemodules voor op hulpbronnen gebaseerde duurzaamheid in huisvesting en beheersmaatregelen zo snel mogelijk open te stellen;
En ga verder naar de agenda.
Hij krijgt het nr. ??, was het nr. 46 (36277).
Ik constateer dat we er nu over kunnen stemmen.
Het voorstel zal worden gestemd door Grinwis et al. (36277, nr. 38).
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21 en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd. en leden van de PVV en FVD fracties tegen, zodat het wordt aangenomen.
Motie van Van Campen et al (36277, #40) ter stemming.
Vansilla:
Ik constateer dat SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd en de leden van de fracties PvdD en FVD tegen hem, waarvoor hij werd goedgekeurd.
De motie Omtzigt/Ouwehand (36277, nr. 43) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, leden van Omtzigt, BBB en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd en partijleden van D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA , JA21, PVV en FVD waren tegen, waarvoor het werd afgewezen.
Over de motie Van der Plas/Eppink (36277, nr. 45) wordt gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de fracties Den Haan, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd en leden van de fracties SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK , PvdA, PvdD en FVD waren tegen en dus werd het aangenomen.
Het gewijzigde voorstel Van der Plas (36277, nr ??, ex nr 46) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de fractieleden van D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21 en Groep Van Haga voor dit gewijzigde voorstel hebben gestemd en de fractieleden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Partij Den Haan, PvdA, PvdD, PVV en FVD waren tegen, dus werd aangenomen.
Het voorstel van de bisschop (36277, nr. 47) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, D66, Kamerlid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd. en de leden van de fracties van BIJ1 en PvdD tegen, goed te keuren.
Het voorstel van de bisschop (36277, nr. 48) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat fractieleden Volt, DENK, Fractie Den Haan, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd en fractieleden SP, GroenLinks, BIJ1, PvdA en PvdD tegen, dus werd goedgekeurd.
Stemmen voor bewegingen van instellingen voor ouderenzorg die in financiële problemen komen door hoge energiekosten
in orde zijnstemmen over voorstellen, gepresenteerd tijdens het dertig leden tellende debat overbejaardentehuizen die in financiële problemen komen door hoge energiekosten,
sabel:
- het voorstel Maeijer/Agema voor meer zekerheid in de energierekening voor mensen met een meervoudige beperking die afhankelijk zijn van elektrische en zuurstofapparatuur (31765, nr. 776);
- Dijk-voorstel over het gebruik van kostendekkende vergoedingen in de ouderenzorg (31765, nr. 777).
- voorstel van Dijk om de personeelsnorm te behouden en de thuiszorg niet te verminderen (31765, #778);
- het voorstel van Mohandis/Den Haan tot instandhouding van een energienoodfonds voor de VVT-sector (31765, nr. 779);
- het voorstel van Mohandis/Den Haan over het inventariseren van de impact van hogere energietarieven in de VVT-sector (31765, nr. 780);
- Het voorstel van Den Haan et al. over inzicht in de macro-economische en budgettaire effecten van de langdurige zorg per cliënt (31765, #781).
- de motie Sahla/Den Haan over een onderzoek naar het effect van het voornemen de woonregelcomponent te verminderen (31765, nr. 782).
(Zie vergadering van 11 mei 2023).
Vansilla:
Het voorstel Den Haan et al. (31765, nr. 781) is gewijzigd zodat het nu is ondertekend door de leden Den Haan, Mohandis, Dijk, Maeijer, Kuzu, Omtzigt, Ellemeet, Pouw-Verweij, Ephraim en Sylvana Simons.
Ontvangt het nr. ??, was het nr. 781 (31765).
Ik constateer dat we er nu over kunnen stemmen.
Over de motie Maeijer/Agema (31765, nr. 776) wordt gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, Leden Omtzigt, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en de Van Haga Groep voor deze beweging en leden van de fractie D66 , ChristenUnie, VVD en CDA stemden tegen, dus het werd verworpen.
De motie Dijk (31765, nr. 777) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, Leden Omtzigt, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en de Van Haga Groep voor deze beweging en leden van de fractie D66 , ChristenUnie, VVD en CDA stemden tegen, dus het werd verworpen.
De motie Dijk (31765, nr. 778) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, Leden Omtzigt, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en de Van Haga Groep voor deze beweging en leden van de fractie D66 , ChristenUnie, VVD en CDA stemden tegen, dus het werd verworpen.
De motie Mohandis/Den Haan (31765, nr. 779) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, Leden Omtzigt, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en de Van Haga Groep voor deze beweging en leden van de fractie D66 , ChristenUnie, VVD en CDA stemden tegen, dus het werd verworpen.
De motie Mohandis/Den Haan (31765, nr. 780) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, Leden Omtzigt, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en de Van Haga Groep voor deze beweging en leden van de fractie D66 , ChristenUnie, VVD en CDA stemden tegen, dus het werd verworpen.
Het gewijzigde voorstel van Den Haan et al. zal worden gestemd.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga voor hebben gestemd gewijzigd, dus goedgekeurd.
Er zal worden gestemd over de motie Sahla/Den Haan (31765, nr. 782).
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga hiervoor hebben gestemd voorstel. en leden van de VVD-fractie stemden tegen, dus werd het goedgekeurd.
Stembrief Motie zoals de stukken die betrekking hebben op het verzoekschrift van mw. JUD B.-S. in de Vaste Commissie Financiën
Onder geschilde humoropde brief van de Commissie verzoekschriften en burgerinitiatieven voor een voorstel om de relevante documenten betreffende het verzoekschrift van mevrouw JUD B.-S. verwees naar de vaste commissie Financiën en verzocht die commissie nader te rapporteren (36253, nr. 5).
Vansilla:
Ik stel voor dat de besluiten worden genomen op basis van het voorstel van de Commissie verzoekschriften en burgerinitiatieven.
Dit wordt besloten.
Aanneming van de wet op de huurovereenkomsten voor onbepaalde tijd
in orde zijndepressiedaarmee verband houdtWetsvoorstel van de leden Nijboer en Grinwis tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek in verband met de afschaffing van tijdelijke huur van vrijstaande woningen (Wet duurzame huur) (36195).
(Zie vergadering van 11 mei 2023).
Vansilla:
Eerst stemmen we over de amendementen.
Het gewijzigde amendement Beckerman/Boulakjar (document nr. 24, I) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, leden van Omtzigt, ChristenUnie en CDA voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en fractieleden van Volt, VVD, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga v. werden daarom goedgekeurd.
Ik constateer dat de aanneming van dit gewijzigde amendement betekent dat de andere gewijzigde amendementen op punt 24 als aangenomen kunnen worden beschouwd.
Het verder gewijzigde amendement Inge van Dijk (document nr. 31, I) zal in stemming worden gebracht om een deel 0A toe te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit gewijzigde amendement zijn stemden tegen en leden van SP, BIJ1, PvdD en FVD stemden tegen, dus werd het goedgekeurd.
Ik constateer dat de aanneming van dit gewijzigde amendement betekent dat de andere gewijzigde amendementen waarnaar in paragraaf 31 wordt verwezen, als aangenomen kunnen worden beschouwd.
Het gewijzigde amendement van Beckerman (document nr. 29, I) om de secties Ba tot en met Bg in te voegen, wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van de SP, GroenLinks, BIJ1, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD en BBB-fractie voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en leden van de Volt, DENK, D66-fractie, Europarlementsleden Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA , JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga waren tegen, dus het werd afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit gewijzigde amendement betekent dat de andere gewijzigde amendementen in document 29 als verworpen kunnen worden beschouwd.
Het gewijzigde Beckerman-amendement (stuk nr. 17, I) zal worden gestemd om een deel Ba in te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, BIJ1, Den Haan, PvdD en lid Omtzigt voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en leden van GroenLinks, Volt, DENK, PvdA, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, de PV, FVD en Groep Van Haga maakte bezwaar en dus werd het afgewezen.
Ik constateer dat de verwerping van dit gewijzigde amendement betekent dat het andere gewijzigde amendement in punt 17 als verworpen kan worden beschouwd.
Geamendeerd amendement van Peter de Groot op par. 28 Ik zal in stemming worden gebracht Ik constateer dat de leden van de fracties in Den Haan, ChristenUnie, VVD... ChristenUnie nr. Wel de VVD. Ik denk dat ik het nog een keer ga doen.
Het gewijzigde amendement-Peter de Groot (stuk nr. 28, I) zal in stemming worden gebracht om een onderdeel Ba in te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties Den Haan, VVD, JA21 en Groep Van Haga voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de fracties SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, SGP, CDA, BBB, PVV en FVD maakten bezwaar, dus werd het afgewezen.
Ik merk op dat de verwerping van dit gewijzigde amendement betekent dat het andere gewijzigde amendement in document nr. 28 kan worden geacht te zijn kwijtgescholden.
Het gewijzigde amendement-Inge van Dijk (document nr. 32, I) zal in stemming worden gebracht om een deel Ba in te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en de leden van de fracties van de SP, BIJ1, D66 en FVD tegen, waarvoor het is goedgekeurd.
Ik constateer dat de aanneming van dit gewijzigde amendement betekent dat de andere gewijzigde amendementen die in punt 32 voorkomen, als aangenomen kunnen worden beschouwd.
Dame. Van der Plas, BBB.
Damevan de plek(BBB):
Vanwege de verwarring die zojuist is ontstaan, heb ik u de BBB niet horen noemen als kiezer voor het gewijzigde amendement van Peter de Groot op artikel #28, I.
Vansilla:
Wat wil je hebben?
Damevan de plek(BBB):
Nou, dat zou ik heel graag willen.
Vansilla:
Voor zijn.
Damevan de plek(BBB):
Ik ben voor.
Vansilla:
Dus zullen we het in Handelingen zetten.
Damevan de plek(BBB):
Ja bedankt.
Vansilla:
Bedankt. Zo komen we er altijd uit.
Het wetsvoorstel wordt in stemming gebracht, gedeeltelijk gewijzigd door het aannemen van de gewijzigde amendementen Beckerman/Boulakjar (onderdeel nr. 24, I t/m III), de later gewijzigde amendementen Inge van Dijk (onderdeel nr. 31, I t/m III) en de gewijzigde Amendementen Inge van Dijk (stuk nr. 32, I t/m III).
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, SGP, CDA, BBB, JA21 en PVV voor dit voorstel hebben gestemd en leden van de VVD-fractie, de politici van het FVD en de Groep Van Haga waren er tegen en dus werd het aangenomen.
(Bankrol)
Vansilla:
Vervolgens wil ik de sponsors vragen of ze bereid zijn de verdediging in de Eerste Kamer op zich te nemen. Wat is uw antwoord hierop? De heer Nijboer, PvdA.
Dhrjonge boer(PvdA):
Stoel. Het was een verhit debat over drie perioden, een verhit debat maar een zinvol debat. Mr Greenwich en ik kijken ernaar uit u te verdedigen in de Senaat.
Vansilla:
Gracias.
Stemvoorstellen Wet Vaste Huurovereenkomsten
in orde zijnstemmen over voorstellen, gepresenteerd in zijn behandelingWetsvoorstel van de leden Nijboer en Grinwis tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek in verband met de afschaffing van tijdelijke huur van zelfstandige woningen (permanent huurrecht),
sabel:
- Voorstel van Boulakjar om in overleg met gemeenten meer ruimte te creëren voor kamerverhuur met campuscontracten (36195, nr. 13).
- Voortzetting van Beckerman's Motie over Monitor Interim Lease (36195, nr. 14).
- volgt de motie Peter de Groot over het effect van verdringing en aanscherping van het huurrecht op het aanbod van huurwoningen (36195, nr. 15).
(Zie vergadering van 11 mei 2023).
De motie Boulakjar (36195, nr. 13) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, Volt, DENK, Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en FVD voor dit voorstel hebben gestemd en de leden van fracties van de SP, BIJ1 en Groep Van Haga tegen, waarvoor het werd goedgekeurd.
De motie van Beckerman (36195, nr. 14) zal in stemming worden gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en FVD voor dit voorstel hebben gestemd en fractieleden Groep Van Haga tegen, waarvoor het werd goedgekeurd.
Het voorstel van Peter de Groot (36195, nr. 15) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties GroenLinks, Volt, Fractie Den Haan, PvdA, D66, Kamerlid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga voor dit voorstel zijn en de leden van fracties van SP, BIJ1, DENK en PvdD stemden tegen, dus werd het goedgekeurd.
Stemmen over de Wet aanpak dierenmishandeling en verwaarlozing
in orde zijndepressiein verband met het wetsvoorstelWijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Dierenwet ter versterking en aanvulling van de middelen voor opsporing, vervolging en bestuurlijke bestraffing van dierenmishandeling, achterlating en schending van dierenwelzijn, diergezondheid en dierenopruiing Misbruik en verwaarlozing Focus Act) (35892).
(Zie vergadering van 11 mei 2023).
Vansilla:
Eerst stemmen we over de amendementen.
Gewijzigd Wassenberg et al.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Kamerlid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor deze wijziging hebben gestemd. amendement en leden van de BIJ1- en FVD-fractie zijn tegen, dus aangenomen.
Ik merk op dat de goedkeuring van dit gewijzigde amendement betekent dat het andere gewijzigde amendement in document nr. 21 kan als goedgekeurd worden beschouwd.
De gemodificeerde Wassenberg et al. (Document #22) zal worden gestemd om deel 0A in te voegen.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit amendement hebben gestemd. amendement en de leden van de SGP- en FVD-fractie waren tegen, dus werd het aangenomen.
Het gewijzigde amendement van Haverkort cs (stuk nr. 23) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga ervoor hebben gestemd. het amendement werd gewijzigd en de leden van de FVD-fractie waren tegen, dus het werd aangenomen.
Er zal worden gestemd over het wetsvoorstel, zoals gedeeltelijk gewijzigd door het aannemen van de gewijzigde amendementen - Wassenberg cs. als gemodificeerd-Haverkort et al. (Onderdeel nr. 23).
Vansilla:
Ik constateer dat leden van SP, GroenLinks, BIJ1, Volt, DENK, Den Haan, PvdA, PvdD, D66, Lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga ervoor hebben gestemd. wetsvoorstel en leden van de FVD-fractie ertegen, dus het is aangenomen.
Stem Moties Dierenmishandeling en Verwaarlozing Focuswet
in orde zijnstemmen over voorstellen, gepresenteerd tijdens het debat over het wetsvoorstelWijziging van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en de Dierenwet ter versterking en aanvulling van de middelen voor opsporing, vervolging en administratieve bestraffing van dierenmishandeling, achterlating en schending van dierenwelzijn, dierengezondheid en dierenopruiing ( Wet aandacht voor dierenmishandeling en -verwaarlozing),
sabel:
- het voorstel Wassenberg/Van der Plas over de verplichting voor aspirant-hondenbezitters om cursussen te volgen bij een erkende instelling (35892, nr. 24);
- het voorstel van Van der Plas over de vergoeding van de kosten van het evalueren van de gids voor goede praktijken als de gids wordt goedgekeurd (35892, nr. 26);
- het voorstel Van der Plas voor overheidsinbreng over de inhoud van gidsen voor goede praktijken (35892, nr. 27).
(Zie vergadering van 11 mei 2023).
Vansilla:
Op verzoek van de heer Wassenberg verzoek ik om handhaving van zijn aanvraag (35892, #24).
Dit wordt besloten.
Vansilla:
Het voorstel Van der Plas (35892, nr. 26) is gewijzigd en luidt nu als volgt:
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat voor kleine huisdieren die door fokkers als hobby worden gehouden, weinig regels zijn opgesteld over hoe de dieren moeten worden gehouden;
opmerkend dat dit het behoud bemoeilijkt als deze dieren niet goed worden onderhouden;
dat volgens de jurisprudentie de best practice guide tool door executeurs kan worden gebruikt bij de uitvoering;
opmerkend dat het bezit van een herziene gids met beste praktijken € 1.000 kost;
dat dit een organisatie ervan kan weerhouden een gids voor goede praktijken in te dienen;
dat de Nationale ombudsman bevestigt dat de overheid er is voor de burger en niet andersom;
verzoekt de regering de kosten van de herziening van de gids met goede praktijken voor kleine hobbyhouders te verlagen;
En ga verder naar de agenda.
Hij krijgt het nr. ??, was het nr. 26 (35892).
Ik constateer dat we er nu over kunnen stemmen.
Het gewijzigde voorstel Van der Plas (35892, nr ??, was nr 26) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de SP, Volt, DENK, D66, ChristenUnie, VVD, SGP, BBB, JA21, PVV, FVD en Groep Van Haga voor dit gewijzigde voorstel hebben gestemd en de leden van de fracties GroenLinks, BIJ1 , Fractie Den Haan, PvdA, PvdD, Kamerlid Omtzigt en CDA waren tegen en dus werd het goedgekeurd.
De motie Van der Plas (35892, nr. 27) wordt in stemming gebracht.
Vansilla:
Ik constateer dat de leden van de fracties Volt, DENK, D66, lid Omtzigt, ChristenUnie, VVD, SGP, CDA, BBB, JA21, PVV en Groep Van Haga voor dit voorstel hebben gestemd en de leden van de partijen SP, GroenLinks , BIJ1, Partij Den Haan, PvdA, PvdD en FVD waren tegen en dus werd het aangenomen.
Bedankt. Dat brengt ons aan het einde van deze peilingen. Ik schors de vergadering even en dan gaan we verder met het regelen van de problemen.
Ik dank de staatssecretaris voor zijn aanwezigheid hier.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Advertenties
Advertenties
Advertenties
Vansilla:
Er is een lijst met inkomende documenten in de Registratietabel. De map bevat suggesties voor het bewerken van deze documenten. Als er voor het einde van de vergadering geen bezwaren zijn geuit, ga ik ervan uit dat hiermee wordt ingestemd.
werk regeling
werk regeling
werk regeling
Vansilla:
De orde van de dag staat op het spel.
Ik stel voor om aan de agenda van de Kamer het wetsvoorstel Wijziging op de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 2023 (Tweede suppletiebegroting voor steun aan Oekraïne en tweede verhoging Nederlandse bijdrage aan het Europees Vredesfonds) toe te voegen ( 36336 ) .
Ik wil de Kamer mededelen dat het Interpellatie-Vestering-debat over het niet uitvoeren van het goedgekeurde Vesting-amendement over de uitfasering van de gevaarlijkste bestrijdingsmiddelen is verlengd.
Conform artikel 9.25 van de Regeling stel ik voor de volgende initiatiefvoorstellen als vervallen te beschouwen:
- Wetsvoorstel van lid Arib tot wijziging van de Gemeentewet en eventuele andere wet tot invoering van de burgemeester (wet burgemeester) (29958).
- het wetsvoorstel Arib-deelnemers tot wijziging van de Wet op de uitvaartverzorging en de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (30564);
- wetsvoorstel van lid Arib tot invoering van een regime ter bestrijding van problemen in krimpgebieden (Wet Krimppreventie) (34520).
Overeenkomstig artikel 10.10 van de verordening stel ik voor de volgende memoranda van initiatief als vervallen te beschouwen:
- Initiatiefnota van lid Ploumen over de noodzaak van gendersensitieve zorg: ongelijke behandeling = betere zorg (35560);
- de initiatiefnotitie van partners Asscher en Segers "The Recapture of Public Society, Towards Collaborative Government Management" (34581).
Op verzoek van verschillende afgevaardigden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw in te dienen: 36200-XIV-64; 28286-1276; 30950-292; 32793-520; 29538-318; 34104-291; 31015-214; 31765-498; 29477-672; 28345-243; 25295-53; 20454-152; 28/11/2019; 21501-32-1017; 34682-124; 34682-123.
Ik stel voor aan de agenda toe te voegen:
- het twee minuten durende gesprek over Humanitaire Hulp (CD dd 11/05), met D66'er Hammelburg als eerste spreker;
- het twee minuten durende debat over Regionale Verpleging (CD van 11/05), met PvdA-lid Mohandis als eerste spreker.
- het twee minuten durende debat over Ruimtelijke Ordening (CD van 11/05), met als eerste spreker het lid Van Esch van de Partij voor de Dieren.
Beslissingen worden genomen op voorstel van de president.
Vansilla:
Allereerst geef ik het woord aan mevrouw Van der Laan van D66 voor haar debatverzoek. Vooruit.
DameVanderlaan(D66):
Dank u wel, voorzitter. Dit is eigenlijk een herhaling van een verzoek dat ik eerder deed. De Kamer besloot ook een plenair debat te houden over het Akkoord Gezond en Actief Leven. Ik wil het graag weer op de agenda zetten. Het is een belangrijke pijler van ons preventiebeleid en dient om gezondheidsverschillen te verkleinen. Ik denk dat het heel belangrijk is dat dit debat in de plenaire vergadering en vóór het zomerreces wordt gepland.
DhrRudmer Heerema(VVD):
Voorzitter, ik steun het verzoek. Dit niet alleen omdat het belangrijk is om te plannen, maar ook omdat als we het niet voor de zomerstop doen, we als Kamer geen aanpassingen meer kunnen doen. Daarom is het belangrijk om dit te doen. Ik heb een verzoek: niet meteen volgende week. Maar dan hebben we zeven weken om het te plannen.
DhrFassler(SP):
Stoel. We maken ons grote zorgen over het aantal verzoeken om iets in te plannen voor de zomervakantie, dus we zien op dit moment geen steun.
DameVan as(PvdD):
Wat ons betreft is het belangrijk om daar invloed op te kunnen uitoefenen, dus we pleiten ervoor om dat voor de zomerstop te doen.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Hetzelfde geldt voor GOLD en de THINK-fractie.
DameKuiken(ADC):
Steun.
DhrButkan(Volt):
Stoel. Ik heb hier een vraag over. We staan weer op de kalender in de zomervakantie en de ruimte lijkt erg, erg krap. Dus in dit geval is er geen ondersteuning.
DhrMohadi's(PvdA):
Voorzitter, mede namens GroenLinks, ondersteuning. Maar het is ook aan jou om te kijken of het nog mogelijk is. We moeten immers ook voorkomen dat bepaalde eisen worden afgewezen, bijvoorbeeld de eis om voor de zomervakantie een ingrijpende hervorming van de jeugdzorg aan te pakken. Met deze challenge steunen wij deze petitie.
DhrVan der Staij(SGP):
Ik mag hier namens SGP aan meewerken.
DameKan(PVV):
Niet ondersteund.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Wij steunen u, voorzitter.
Damevan de plek(BBB):
Belangrijk is het zeker, maar gezien de ontzettend krappe agenda van de Kamer en alle debatten die nog niet zijn ingepland, is er geen draagvlak. Dit komt mede omdat ik verwacht dat er hier maar een heel klein aantal partijen in het plenaire debat zal zijn. Maar goed, dat is mijn kristallen bol. Dus geen ondersteuning op dit moment.
Vansilla:
Er is een meerderheid voor uw verzoek. We zullen doen wat we kunnen. Zoals gezegd staan er nog veel besprekingen op de lijst voor de zomerstop. Dus misschien laat ik je een keer kiezen. Maar we doen ons best.
Ik geef nu het woord aan mevrouw Van Esch van de Partij voor de Dieren.
DameVan as(PvdD):
Ik zou om een debat willen vragen, maar niet voor het zomerreces, voorzitter. Toch nodig ik de discussie uit. Onze Raad Leefomgeving en Infrastructuur heeft vorige week een zeer hard oordeel geveld over de Nederlandse inzet op de Kaderrichtlijn Water. Er gebeurt heel weinig, er zijn geen wettelijke waarborgen en er is geen urgentie. Binnenkort, weet ik, staat het debat in de Watercommissie op het programma, maar Rli concludeert terecht dat de urgentie ook in deze Kamer onvoldoende gevoeld wordt. Daarom wil ik een dubbel verzoek doen. Ik wil de minister vragen om snel te reageren op het rapport dat we vorige week hebben ontvangen. Ik wil er ook plenair uitgebreid over kunnen discussiëren. Ik ga niet vragen om dit voor het zomerreces te doen, mijnheer de Voorzitter, maar ik denk dat het belangrijk is om het hier in het Parlement te bespreken naast het debat in de Watercommissie.
DhrTjeerd de Groot(D66):
Steun voorzitter. Volledige ondersteuning.
DhrMi(VVD):
Stoel. Mevrouw Van Esch wijst er terecht op dat dit een belangrijk punt is. Welnu, laten we het debat van de Watercommissie hierover gebruiken. Dit zal zijn op 7 juni. Dit is de snelste tijd om erover te praten. Als we later samen tot de conclusie komen dat het onvoldoende is, kunnen we altijd om een plenair debat vragen.
Vansilla:
Dus voorlopig geen ondersteuning. Dus meneer Butkan, Volt.
DhrButkan(Volt):
Steun.
DhrFassler(SP):
Stoel. Waterkwaliteit wordt de volgende stikstofcrisis, dus ik steun het.
DameBromet(Groen Links):
Stoel. Ik betwijfel het, want een commissiedebat is net zo belangrijk als een plenair debat en vindt daarvoor plaats. Qua urgentie zou ik zeggen: ik ben het helemaal eens met de Partij voor de Dieren. Maar ik ben bang dat we het in het commissiedebat over water zullen hebben en niet in de plenaire vergadering. Ik zal het echter steunen, steun waarvan ik denk dat het een belangrijk punt is. Maar ik hoop echt dat we er op 7 juni in de commissie aandacht aan zullen besteden, want zoals ik net zei, is een debat in de commissie net zo belangrijk als een debat in de plenaire vergadering.
DameInzet(ADC):
Met dezelfde redenering als mijn collega van GroenLink kwamen we tot een andere conclusie, namelijk dat we dit heel graag op 7 juni willen bespreken en daarom nu geen ondersteuning geven.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Ik wil de woorden van mevrouw Bromet herhalen, dus steun alstublieft de aanvraag.
Damevan de plek(BBB):
Er is geen ondersteuning voor het verzoek. Eigenlijk ben ik het eens met wat mevrouw Vender zei. De commissiebespreking is op 7 juni. Dan kunnen we het bespreken.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Stoel. We selecteerden in eerste instantie ook het debat in de commissie Water op 7 juni.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Stoel. Als het de regering lukt om voor het commissiedebat een kabinetsreactie aan de raad te schrijven, lijkt het mij verstandig om die daar snel te bespreken. Daarom is er momenteel geen ondersteuning voor het gesprek.
DamePauw Verweij(JA21):
Wij zien dit ook liever als eerste besproken in de commissiebespreking. Als er nog iets over is, kunnen we kijken of het past in de toch al overvolle agenda van de plenaire vergadering.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Steun.
DhrVan der Staij(SGP):
Niet ondersteund. We kozen ook voor de paneldiscussie.
DhrMadlener(PVV):
Steun.
Vansilla:
Er is geen meerderheid voor uw verzoek, mevrouw Van Esch. Wij sturen het verzoek om informatie door naar het kabinet. De meeste collega's hebben aangegeven dit het liefst in een commissievergadering te doen.
DameVan as(PvdD):
Hij is misschien terug hier na het debat in de Watercommissie, maar we zullen het onderzoek voortzetten. Bedankt.
Vansilla:
Gracias.
Vervolgens geef ik het woord aan de heer Drost van ChristenUnie.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Stoel. Vorige week hadden we een technische briefing en paneldiscussie over de voorbereiding op het coronavirus en de pandemie. Hiermee werd eens te meer aangetoond dat het longcoronavirus of postcommunautair syndroom volgens het ministerie van Volksgezondheid een groot maatschappelijk probleem is. We kennen allemaal de verhalen. Mijn inbox en de inbox van velen hier in de zaal staat vol met verhalen van mensen die er last van hebben. Veel mensen lijden ook in stilte. Ik ben er inmiddels van overtuigd dat dit maatschappelijk probleem groeit en dat een plenair debat hierover nodig is. De cijfers laten het steeds meer zien. Ook in het land zijn er veel vragen, vooral bij patiënten en direct betrokkenen. Ik zou graag in gesprek willen met de ministers VWS en SZW, zodat we hier uitgebreid over kunnen praten, zowel vanuit de medische als de maatschappelijke kant. Dit verzoek doe ik mede namens mijn collega Van den Berg van de CDA-fractie.
Vansilla:
Gracias.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Stoel. Ik sta achter dit verzoek, maar het was fijn geweest als er vooraf een visie van het kabinet was geweest over wat ze willen met longcovid. Omdat ze tot nu toe niet eens willen vertellen of verder onderzoek willen doen. Ze willen eigenlijk helemaal niets. Ik zou dus graag van het kabinet willen weten: wat wilt u op deze punten doen? Zodat we dit gesprek op een redelijk tijdstip kunnen inplannen.
DhrFassler(SP):
Applicatie ondersteuning.
DhrLam(IK DENK HET WEL):
Stoel. Sterker nog, we hebben het er vorige week over gehad. Dus ik wil het niet steunen.
Damevan de plek(BBB):
Zelf heb ik al een verzoek ingediend voor een debat, over de pulmonale covid, maar zeker ook over hoe deze regering omgaat met mensen die lijden aan pulmonale covid. Helaas werd dit discussieverzoek destijds afgewezen. Dus ik steun deze discussie zeker. Maar ik zou ook graag zien dat de minister van Langdurige Zorg komt, want zij is natuurlijk een van de belangrijkste veroorzakers van wat er met deze mensen is gebeurd. Ze krijgen nog steeds geen reguliere vergoeding enz. Er is geen onderzoek.
Vansilla:
Gracias.
Damevan de plek(BBB):
Dus ik vraag of de minister van Langdurige Zorg ook aanwezig is.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Stoel. Daar wil ik mijn steun voor uitspreken, maar ik sta ook achter het aanvullende verzoek van de heer Omtzigt.
DhrButkan(Volt):
Daar zijn wij het mee eens.
DhrVan der Staij(SGP):
Ik steun het verzoek en ook de aanvullende vraag van mevrouw Van der Plas.
Vansilla:
Dan meneer Bushoff, PvdA.
DhrBosoff(PvdA):
Ik denk dat mijn collega een voormalig president was.
Vansilla:
We proberen te zien wie als eerste zal verhuizen, maar ga verder.
DhrBosoff(PvdA):
Stoel. Kortom: steun van GroenLinks en PvdA, ook voor de verzoeken om andere mensen uit te nodigen voor dit debat.
DamePaulusma(D66):
Ik steun deze discussie zeker. Ik ben het ook eens met het verzoek van mevrouw Van der Plas. Als we een groot plenair debat gaan houden, wil ik graag dat minister Schouten erbij is, gezien de maatschappelijke impact en alle gevolgen, zeker voor de mensen in de eerste groep, die nu te maken hebben met WIA en reïntegratie.
DameVan as(PvdD):
Steun.
DamePauw Verweij(JA21):
Steun. Ook ondersteuning voor de info-aanvraag, want dat wordt zeer op prijs gesteld. Eigenlijk krijgen we veel berichten, maar het is niet duidelijk om hoeveel patiënten en wat voor soort patiënten het gaat omdat de verhalen zo verschillend zijn. Alleen een duidelijke casusdefinitie van waar we het over hebben, zou een groot verschil maken.
Damebezit(PVV):
Stoel. De overheid, waar de partij van de heer Drost deel van uitmaakt, doet helemaal niets voor covid-longpatiënten. Ze doen nog niet eens mee aan behandelingsproeven.
Vansilla:
We gaan nu niet discussiëren.
Damebezit(PVV):
Al mijn collega's kunnen een aanvullend gebed uitspreken en ik niet, voorzitter?
Vansilla:
Je kunt het presenteren, maar we gaan het nog niet met elkaar bespreken.
Damebezit(PVV):
Maar als mevrouw Van der Plas hier om een debat vraagt, krijgt ze de steun van de ChristenUnie niet. Kunnen we dat soort dingen niet in het tijdschema noteren, voorzitter? Dus ik zou zeggen steunen.
DameTielen(VVD):
Steun.
Damekerstboom(FVD):
Niet ondersteund.
Vansilla:
Er is een meerderheid voor uw verzoek. Ook is er een uitgebreide informatievraag. We sturen het naar het kabinet. Hartelijk dank.
sr. Markuszower, PVV.
DhrMarkuszower(PVV):
Dank u wel, voorzitter. Een gelukszoeker mishandelt een jongetje dat in een asielzoekerscentrum woont. Zo'n asielzoeker, zo'n misbruiker, zo'n pedofiel wordt niet zwaar gestraft en niet uitgezet, maar krijgt van de staatssecretaris toestemming om te blijven. Ik denk dat ze hem een paar uur de afwas hebben laten doen. Ik wil graag een discussie, want mensen die kinderen misbruiken mogen zeker niet in Nederland blijven wonen.
Vansilla:
Bedankt. Ik zal kijken of daar draagvlak voor is.
Damekerstboom(FVD):
Ondersteuning voor discussie.
DameComfortabel(D66):
Namens collega Podt: geen steun.
Damevan de plek(BBB):
Er is geen steun voor dit specifieke debat, maar ik blijf voorstander van een groot debat over asiel met alle problemen die zich voordoen.
DhrBreckelmans(VVD):
Vorige week hadden we de laatste. Er is geen draagvlak voor deze discussie.
DhrLam(IK DENK HET WEL):
Ook namens GOLD: geen goedkeuring, voorzitter.
DhrButkan(Volt):
Niet ondersteund.
Vansilla:
Bedankt. Er is geen meerderheid voor uw verzoek.
Dan gaan we naar mevrouw Agema, PVV.
Damebezit(PVV):
Dank u wel, voorzitter. Een paar weken geleden hebben we hier een debat gehad over de woon- en zorgplannen van het kabinet en de terughoudendheid om in 2040 ongeveer de helft van de verpleeghuisplaatsen te bouwen die nodig zijn. Toen zei de minister: maar ik ga straks 4.800 verpleeghuizen bouwen. onderdelen. Onderzoeksreporters van het televisieprogramma Pointer onderzochten hoe het met deze verpleeghuizen gaat. Dit alles is in mysterie gehuld. Er heerst absolute, absolute onzekerheid over de realisatie van de woningen en bejaardenruimtes die de minister heeft toegezegd. Ik zou graag een discussie hierover willen vragen, want we zijn met iets anders naar huis gestuurd.
DhrFassler(SP):
Steun.
Dhrbevers(VVD):
Niet ondersteund.
DameComfortabel(D66):
Voorzitter, geen steun. In juni hebben we een debat over ouderenzorg.
DamePauw Verweij(JA21):
Steun.
DhrMohadi's(PvdA):
Stoel. Dit onderwerp blijft terugkomen. Aangezien eerdere discussieverzoeken niet werden ondersteund, zullen we dit in andere discussies blijven vermelden. Nu weer steun, ook namens GroenLinks. Deze kwestie moet in dit Huis duidelijker worden afgehandeld.
Damekerstboom(FVD):
Ik steun dit verzoek.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Stoel. Eerder riep ik op tot een bredere discussie over de visie op ouderenzorg. Dit lijkt me erg belangrijk. Maar ook ik steun dit verzoek, en wel namens DENK.
Damevan de plek(BBB):
Ja, steun het verzoek.
DameVan as(PvdD):
Steun.
DhrButkan(Volt):
Steun.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Geen steun, voorzitter. Wij willen u betrekken bij het overleg in de commissie ouderenzorg in juni.
Vansilla:
Er is geen meerderheid voor uw verzoek, mevrouw Agema.
Damebezit(PVV):
Nee. Ik zou graag opgenomen willen worden in de discussielijst van dertig leden. Er werd verwezen naar het debat over de ouderenzorg. Tot slot gaan we het nog een keer hebben over de kwaliteit van de ouderenzorg. Dit is dus geen huisvestingsdebat.
Vansilla:
Hartelijk dank. Hoe dan ook, we zetten je op de dertig man sterke discussielijst.
Vervolgens geef ik het woord aan de heer Omtzigt.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Dank u wel, voorzitter. Aanstaande dinsdag hebben we onder andere een gesprek met de minister-president over het ongekende onrecht, over de stand van zaken na het aftreden van het kabinet over het kinderopvangtoeslagschandaal. Als splitter zou je daar de helft van de zendtijd hebben. Ik zou het Parlement willen vragen dezelfde spreektijd te hebben als andere collega's, zodat ik gewoon het woord kan voeren in dit debat, waaraan ik ook een bijdrage lever en helaas nog steeds moet.
Ik zou het ook op prijs stellen om een minuut aan de gesprekstijd toe te voegen, om er vijf minuten van te maken.
Vansilla:
Bedankt. Ik zal kijken of daar draagvlak voor is bij collega's.
DhrFassler(SP):
Voorzitter, dat is nog het minste. Steun.
Damevan de plek(BBB):
Nou, dat lijkt mij... Ik vind het sowieso altijd een terechte vraag van de heer Omtzigt, maar zeker in dit debat. Ik hoop ook dat het brede steun zal krijgen, inclusief het verzoek om een minuut aan de zendtijd toe te voegen. Steun daarom dit verzoek.
DhrButkan(Volt):
Dit lijkt een verzoek dat we niet anders kunnen dan steunen, dus steunen.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Stoel. Gezien de staat van dienst van collega Omtzigt in dit dossier steunen wij zijn verzoek. Ik zou hieraan willen toevoegen dat we het belangrijk vinden om hierover in het algemeen te praten. De laatste keer dat de heer Omtzigt zo'n verzoek deed, geloof ik dat het door een mede-bisschop werd gedaan. Ik vind het goed om dat te doen, anders moeten we het er elke keer weer over hebben. Maar we steunen de heer Omtzigt in zijn verzoek op dit punt, met dit voorbehoud.
DameInge van Dijk(ADC):
Ook onze steun. We vinden het ook goed dat er een duidelijke lijn ontstaat. Sterker nog, de heer Bisschop heeft aangegeven er graag mee te willen beginnen. Indien gewenst bied ik graag mijn hulp aan.
DameVan as(PvdD):
Steun.
DamePablo(VVD):
Steun ook voor de opmerkingen van collega's Drost en Van Dijk.
DameKathman(PvdA):
Onvoorwaardelijke steun, ook namens GroenLinks.
DhrVan der Staij(SGP):
Ondersteuning, met de gemaakte uitzonderingen.
DamePauw Verweij(JA21):
Ik steun oprecht. Sterker nog, het is goed om te praten over hoe we dit in de toekomst eerlijk kunnen oplossen.
DameKat(D66):
Ik sluit me aan bij de woorden van SSA.
Damekerstboom(FVD):
Steun.
Damebezit(PVV):
PVP-ondersteuning.
Vansilla:
Hartelijk dank. Er is een meerderheid om hem dezelfde spreektijd te geven als de andere leden, maar ook om de spreektijd met een minuut te verlengen. Dat betekent dat het vijf minuten duurt. Eerder vorige week hebben we geconcludeerd dat dit een zaak is voor de Methodecommissie. Ik heb het daar al gepost. De Kamer heeft eerder aangegeven af te willen wijken van de afgescheiden leden van de partij. Als de Kamer de behoefte voelt om het opnieuw te bespreken, zoals het de vorige keer al aangaf, dan is het een goed idee om te kijken hoe we dat structureel aanpakken. Dit betekent dat dit op de agenda van de methodecommissie staat.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Stoel. Ik kom op 30 mei terug uit Parijs om het te bespreken. Bedankt voor het plannen. Ik denk ook dat het beter is om de heer Bisschop iets te vragen voordat je het bespreekt, en niet andersom.
Vansilla:
Zo kunnen we de Methodecommissie vragen om een paper uit te brengen. Dit behoort tot de mogelijkheden.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Dit is wat ik bedoelde. Daarom. Omdat ik denk dat het verstandig is om advies te vragen voordat iedereen een gesprek heeft.
Het tweede verzoek, voorzitter, ik zal iets anders doen dan hier wordt gezegd. Dit is het debat over oversterfte. Dit is een meerderheidsdiscussie. Bijna alle tips zitten erin. Ik zou het graag vóór de zomervakantie willen plannen, maar ik zie je agenda, dus ik ga je vragen het tussen het einde van de zomervakantie en Prinsjesdag in te plannen, zodat we wat tijd hebben, maar het staat gepland.
Vansilla:
De verlenging tot na de zomervakantie wordt in ieder geval op prijs gesteld. Ik ga luisteren of mijn teamgenoten dat ook willen.
Damebezit(PVV):
Stoel. Dus ik zou de week na Prinsjesdag doen, want mijn ervaring is dat de opkomst bij de debatten die rond Prinsjesdag gepland staan vrij laag is. Dus ik zou het de eerste week na Prinsjesdag doen.
DameTielen(VVD):
Ergens in de eerste weken na de zomervakantie lijkt me een heel goed plan. Ondersteuning dus.
DhrButkan(Volt):
Mee eens zijn.
Vansilla:
Ik zal kijken of alle collega's het hiermee eens kunnen zijn. Ja, er was al een meerderheid, maar het verzoek was om het wat sneller te doen. Dit betekent dat we er na de pauze een goede plek voor gaan zoeken.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Spreker, mag ik concluderen: de weken voor Prinsjesdag of de eerste week erna? Want het is ook oké als het dan gebeurt.
Vansilla:
Mevrouw Agema zegt dat ze toch komt, maar geeft aan...
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Het zou de illusie wekken dat collega's er niet zouden zijn in de weken voorafgaand aan Prinsjesdag, en dat zijn ze ook, dus ik denk dat mensen zullen komen. Ik heb er vertrouwen in.
Vansilla:
We zullen doen wat we kunnen.
Dan mevrouw Michon-Derkzen. U kunt uw verzoek ook aanpassen. Vooruit.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Stoel. Elk weekend gebeurt er iets in en rond het stadion. Ik zou graag een debat willen hebben dat al een meerderheid heeft, over voetbal en veiligheid, gepland voor de zomer. De belangrijkste reden hiervoor is ook dat de maatregelen die volgens ons nodig zijn kunnen worden genomen voordat een nieuw voetbalseizoen na de zomer van start gaat. Vandaar dit verzoek.
DameBriljant(PVV):
Precies daarom begrijp ik dit verzoek en steun ik het.
DhrButkan(Volt):
Gezien het grote aantal belangrijke debatten dat eraan komt, waarvoor we niet veel ruimte op de agenda zien, kunnen we het echt niet steunen.
Damevan de website(D66):
Stoel. Ik sta heel graag achter het verzoek, maar niet als het ten koste gaat van veel wetgeving die ook via Justitie en Veiligheid op de agenda staat.
Vansilla:
Dit is een zware opgave, maar sta jij er ook achter, voor de zomervakantie? Want er staat al veel op de planning.
Damevan de website(D66):
Ja, voorzitter, er staat veel op de planning, maar ik vraag de meneer achter u ook even te kijken wat we doen met dit agendaverzoek, want het is erg vol.
Vansilla:
Maar uiteindelijk is het de Kamer die de prioriteiten kiest en aangeeft, dus ik wil toch een duidelijke uitspraak.
Damevan de website(D66):
Voorzitter, dan onderschrijf ik het verzoek.
DamePauw Verweij(JA21):
Support, mede namens BBB.
DhrLam(IK DENK HET WEL):
Stoel. Als supporter van de beste club van Nederland vind ik dit een belangrijk punt. Steun, mede namens de GOUD-fractie.
Damewederzijds(PvdA):
Ook namens GroenLinks begrijpen wij deze vraag. Wij zullen dit steunen, met dien verstande dat het naar onze mening nuttig zou zijn als de minister van Sport bij deze discussie betrokken zou worden.
DhrVan der Staij(SGP):
Voorzitter, steun deze petitie. Ik zou hieraan willen toevoegen: we weten niet precies wat er kan sterven dat ons nog minder gelukkig kan maken. We kunnen ons dus voorstellen dat op een gegeven moment de wens "voor de zomervakantie" komt te vervallen. Maar op zich begrijp en ondersteun ik de wens om te zeggen: deze kwestie moet echt voor de zomer aan de orde komen.
DameKuiken(ADC):
Steun.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Ik sluit me aan bij wat mijn collega Van der Staaij zei. Ik ken de processen hier nog niet goed genoeg om te weten of u bij ons terugkomt als er echt behoefte is aan prioritering. In dat geval moeten we er misschien naar kijken. Ik begrijp de moeilijkheid.
DhrFassler(SP):
Voorzitter, ik vind het moeilijk. Gezien onze brede en alomvattende agenda, denken we dat het verstandig zou zijn om deze nu niet te steunen. Dit is zodat andere belangrijke dingen niet verloren gaan voor de zomer.
Damekerstboom(FVD):
Ik steun dit verzoek.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
President, of ik u steun of niet, is niet langer een probleem. Op een bepaald moment zou ik van het Bureau willen weten hoeveel besprekingen we voor de zomer zullen hebben. Zullen we de zomervakantie wat inkorten? Omdat ik denk dat het een van de twee is.
Vansilla:
Je steunt hem tenminste.
Er is een meerderheid voor uw verzoek, mevrouw Michon-Derkzen. We nemen het voor de zomervakantie mee in de planning.
Vervolgens geef ik het woord aan de heer Van Baarle van DENK.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Voorzitter, dank u. Ik zou graag een debat willen vragen naar aanleiding van het RTL-rapport waaruit bleek dat een inlichtingendienst van de politie illegaal mensen bespioneert. Ik vond het antwoord van de minister tijdens het vragenuur volstrekt onbevredigend. Daarom ontvang ik graag een brief van haar waarin zij de volgende zaken zorgvuldig bespreekt: welke activiteiten voert TOOI uit, wat is de exacte grondslag voor al deze werkzaamheden, waarom is deze per activiteit grondslag wettelijk voldoende, kunt u zich afmelden als er in het verleden fouten zijn gemaakt door TOOI omdat er geen instituut was, omdat er jarenlang niet werd geluisterd naar de interne waarschuwingen van de politie dat er onvoldoende fundamenten en controlemechanismen waren, hoe kan het dan dat er een gelabelde wereld is geweest , ja, mensen weten dat ze zijn gemarkeerd en wat mensen eraan kunnen doen. Ik zou die brief graag beantwoord zien. Vervolgens ga ik graag in gesprek met de minister van Justitie en Veiligheid.
DameBriljant(PVV):
Stoel. De heer Van Baarle heeft geen steun nodig voor de brief, maar ik ook niet. Ik steun ook het plenaire debat niet. Tijdens het vragenuurtje beloofde de minister mij een brief waarin ze ingaat op wat de politie nodig heeft en op de activiteiten die al plaatsvinden. Ik zal hierover voor de zomer rapporteren aan de Kamer. Dus het debat van de politiecommissie, dat we altijd in juni houden, is een goede plek.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Stoel. Eerlijk gezegd vind ik het een beetje vreemd. De fractie DENK stelt via het vragenuurtje vragen aan de minister en krijgt antwoord. Hij belooft een brief en dan gaan we over een half uur zitten met een verzoek om een plenair debat over dezelfde onderwerpen. Het lijkt mij een heel vreemde gang van zaken.
Vansilla:
Ondersteunt u de toepassing of niet?
DameMichon-Derkzen(VVD):
Daarom steun ik het niet. Ik vind ook dat we dit niet samen moeten doen. Ik wil dit gewoon zeggen.
DhrFassler(SP):
Applicatie ondersteuning.
DhrVan der Staij(SGP):
Mijnheer de spreker, er is wat ons betreft geen steun, alleen de normale voortzetting van wat in het vragenuur is beloofd.
DhrButkan(Volt):
Steun.
Damekerstboom(FVD):
Dit zijn belangrijke kwesties die volgens mij moeten worden besproken, dus ik steun het verzoek.
Dhrterugkomen(Omtzigt-lid):
Stoel. Dit zijn zeer relevante vragen, dus steun het verzoek. Ik wil ook weten wanneer het is opgericht en wat de rechtsgrondslag is voor de groepen, niet alleen voor de maatregelen, maar ook voor de uitvoering ervan. De enige vraag die ik niet hoef te beantwoorden is of de minister kan uitsluiten dat er ooit fouten zijn gemaakt. Daar weet ik het antwoord al op: nee, de minister kan het niet uitsluiten.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Ondersteuning voor het verzoek.
DamePauw Verweij(JA21):
Ook sluit ik mij namens de BBB graag aan bij de woorden van mevrouw Helder en mevrouw Michon-Derkzen.
Damewederzijds(PvdA):
Mede namens GroenLinks steun.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Stoel. Het is net uitgewisseld tijdens het vragenuurtje. We wachten eerst de resultaten daarvan af en praten dan verder over het plenaire debat. Dus nu geen ondersteuning.
DameKuiken(ADC):
In de commissiebespreking.
DameDekker Abdulaziz(D66):
Voorzitter, steun. We hebben het er nog niet over gehad.
DameVan as(PvdD):
Steun.
Vansilla:
Er is geen meerderheid voor uw verzoek, maar een update is nodig. U heeft een aantal vragen gesteld. We sturen het naar het kabinet.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Dus ik zou het graag op de discussielijst van dertig leden willen zetten. Ik wil ook graag persoonsgegevens maken. Als leden, en dan een lid van de bredere fractie, van dit Parlement zeggen dat volgens dat lid de vragen zijn beantwoord, neemt dat niet weg dat ik namens mijn fractie daar niet van overtuigd ben. Ik heb dus het volste recht om een debat hierover hier in deze zaal te vragen. Dit heet democratie.
Vansilla:
Bedankt. Het staat vermeld in Handelingen.
Ik geef nu het woord aan de heer Martin Bosma.
DhrMartin Bosma(PVV):
Stoel. De staatsomroep NPO liegt al jaren tegen ons, en niet weinig, over vermeende banden tussen president Trump en Rusland. De NPO had niet de middelen, miljoenen en rapporten om ons hiervan te overtuigen, maar het bleek een leugen van A tot Z te zijn. Dit is in strijd met de mediawet, met name artikel 2.1, punt 2. Het is ook een enorme ironie . omdat de staatsomroep al jaren probeert ons een complottheorie op te dringen, maar de NPO Ongehoord Nederland wil vernietigen op grond van het feit dat Ongehoord Nederland een complottheorie heeft verspreid. Dus wat je zegt is eigenlijk jezelf. Dat vind ik ongelooflijk ironisch. Ik zou heel graag met de staatssecretaris willen spreken, want het is de taak van de staatssecretaris om ervoor te zorgen dat de wet wordt uitgevoerd. De wet is niet uitgevoerd. We zijn vreselijk en structureel voorgelogen. Ik wil hier graag een discussie over.
Dhrzijn bar(IK DENK HET WEL):
Stoel. Eigenlijk zou ik ook graag van gedachten willen wisselen met de minister van Buitenlandse Zaken, maar dan op een andere manier dan de heer Bosma. Ik hoor graag van de staatssecretaris of hij inderdaad de complottheorie die uitzending van de zender Ongehoord Nederland uit het systeem gaat bannen, dus daar sta ik achter.
Damekerstboom(FVD):
Stoel. Ik vind het belangrijk om een gesprek te voeren over de uren die de NPO heeft besteed aan het verspreiden van nepnieuws en nepnieuws, dus steun het gesprek alsjeblieft.
DamePauw Verweij(JA21):
Het is een heel belangrijk punt dat de heer Bosma naar voren brengt, dat de Ombudsman zo ongelooflijk kritisch kan zijn over vermeende desinformatie in het ene kanaal en niet in het andere. Het is terecht om hier goed op te letten. Ik steun oprecht.
DhrFassler(SP):
Stoel. Mooi dat de PVV hier de NRC als bron voor een discussieverzoek noemt. Vroeger was het anders, denk ik. Dat getuigt mijns inziens van zo'n wijdverbreid vertrouwen in de Nederlandse media dat dit debat niet nodig is, dus geen steun wat mij betreft.
DhrSjoerdsma(D66):
Voorzitter, geen steun.
Dhrvan strien(VVD):
Omwille van het effect sluit ik me graag aan bij de woorden van de SP.
Dhrmenselijk afval(ChristenUnie):
Er is geen ondersteuning voor plenaire discussie, maar u kunt het natuurlijk op elk moment ter sprake brengen.
Dhrbal van bont(ADC):
Voorzitter, geen steun. Eigenlijk hoopte ik dat meneer Bosma mensen zou vragen om 's avonds geen tv te kijken, maar gewoon een goed boek te lezen.
DhrMohadi's(PvdA):
Mijnheer de voorzitter, er is geen steun voor dit verzoek om debat. We wachten de brief af van de minister van Buitenlandse Zaken over het intrekken van de zendvergunning van Ongehoord Nederland, mede namens GroenLinks.
DhrButkan(Volt):
Niet ondersteund.
DameVan as(PvdD):
Niet ondersteund.
Vansilla:
Het heeft geen meerderheid, maar het heeft een verzoek om informatie. We zullen het uitzenden. Hartelijk dank.
Tot slot geef ik het woord aan mevrouw Piri van de PvdA.
Damepiri(PvdA):
Stoel. Ik wil een aankondiging doen voor een debat van twee minuten na de RBZ-vergadering of morgen.
Vansilla:
En morgen stemmen, begrijp ik, mevrouw Piri? Ja, ik zal kijken of daar bezwaar tegen is. Dat betekent dat we vandaag een debat van twee minuten hebben en morgen stemmen. Ik zie daar geen bezwaar tegen. Dit betekent dat we het zo gaan organiseren. Hartelijk dank.
Dit brengt ons aan het einde van het uur. Ik schors de vergadering tot 16.20 uur en dan beginnen we met het twee minuten durende debat Voortgangsgebied, programma's en overleg over het Landbouwakkoord.
De vergadering wordt geschorst van 16.14 uur tot 16.21 uur.
Voortgang lokale programma's en overleg Landbouwakkoord
Voorzitter: Martin Bosma
Voortgang lokale programma's en overleg Landbouwakkoord
is de volgordedebat van twee minuten Voortgang lokale programma's en overleg Landbouwakkoord (30252, nr. 84).
Vansilla:
Een warm welkom aan beide ministers. Fijn je hier te zien. Er zijn meerdere sprekers uit de Tweede Kamer en de eerste is mevrouw Van der Plas van de BBB-fractie. Net als iedereen heb je twee minuten spreektijd. De vloer is van haar.
Damevan de plek(BBB):
Dank u wel, voorzitter. Kan ik eerst een bestelvraag stellen? Er waren weer lekken, er kwamen weer documenten naar buiten: het werk van het landbouwakkoord. We weten dat we hier als Kamer voortdurend mee worden geconfronteerd. We moeten dingen beantwoorden die we officieel nog helemaal niet weten. Het is daar; Ik wil deze ministers vragen hoe dit heeft kunnen uitlekken. Wat gaan de ministers ermee doen? Ik denk dat de president hierover de vorige keer een boze brief aan de premier heeft geschreven en ook heeft aangegeven dat de gelekte kwesties de volgende keer niet in het kabinet zullen worden besproken voordat ze volledig zijn onthuld. Ik wil dit punt graag verduidelijken. Hierop zou ik graag een antwoord willen van de ene of de andere minister, die zich daartoe het meest geroepen voelt, of wie het bevoegd of bevoegd gezag is.
Mijnheer de Voorzitter, ik zal beginnen met twee voorstellen.
Vierde,
luister naar het gesprek
constaterende dat de Wet transitiefonds platteland en natuur verschillende bestedingsdoelen kent;
dat we voldoende boeren, tuinders en landbouwers in Nederland moeten houden;
dat er veel boeren, kwekers en tuinders zijn die vrijwillig willen stoppen.
roept de regering op om te bepalen dat geld uit de Transitiefondswet niet gebruikt mag worden voor zogenaamde "verplichte maatregelen" zoals gedwongen onteigening van boerderijen;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Van der Plas.
Het duurt het nummer 88 (30252).
Vierde,
luister naar het gesprek
constaterend dat er nu nieuwe coalities worden gevormd in de provincies;
dat de details van het landbouwakkoord nog niet bekend zijn en dat het waarschijnlijk belangrijke elementen zal bevatten voor de provinciale plannen voor het landelijk gebied;
overwegende dat nog niet alle benodigde middelen voor bestemmingsplannen beschikbaar of bekend zijn;
overwegende dat dit het voor provincies moeilijk maakt om voor 1 juli gedetailleerde streekplannen op te stellen;
roept het kabinet op zich flexibel op te stellen tegenover provincies als de plannen van het gebied nadere uitwerking behoeven;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Van der Plas.
Het duurt het nummer 89 (30252).
Damevan de plek(BBB):
Ik heb dus nog een vraag. Voor openstaande bedrijven wordt de subsidieregeling graslandonderhoud opengesteld. Deze regeling is bedoeld om landbouwers te compenseren voor het lagere gebruiksniveau van dierlijke stikstof nu de ontheffing wordt afgebouwd. Het is een geweldige lay-out op zich. Helaas is er voor gekozen om aanvragen alleen op volgorde van binnenkomst te beoordelen. Nu de volgorde van aanmelding doorslaggevend is, is het niet uitgesloten dat sommige bedrijven achterop raken in het netwerk, terwijl zij hetzelfde recht op schadevergoeding hebben als andere bedrijven. Voor bijvoorbeeld adviesbureaus is dit een zeer vervelende situatie, omdat zij in principe om bijvoorbeeld 12.15 uur aanvragen zouden moeten indienen namens de boeren die zij vertegenwoordigen, waar zij dan zouden moeten kiezen welke De aanvraag moet indienen Eerst. Ik denk dat de minister er ook geen goed gevoel over heeft. Zou het niet veel eerlijker zijn om bij budgetoverschrijdingen ieders subsidie gelijkelijk te verlagen en niet aan te nemen "je hebt alles of je hebt niets" zoals de verordening nu stelt?
Ik sta erbij. Bedankt.
Vansilla:
Erg goed. Dan mevrouw Akerboom van de Partij voor de Dieren.
DameAkerboom(PvdD):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb ook twee bewegingen.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat in de Provinciewet is bepaald dat als een provincie een wettelijke verplichting, zoals verplichtingen op grond van de Natuurbeschermingswet, niet nakomt, het Rijk die provincie kan vervangen;
constaterende dat provincies voor 1 juli plannen moeten presenteren, maar dat de kans bestaat dat deze onvoldoende zijn om te voldoen aan wettelijke verplichtingen op het gebied van natuur, stikstof, klimaat en water;
verzoekt de regering een termijn vast te stellen waarbinnen de centrale regering het besluit neemt om een provincie te vervangen indien een provinciaal maatregelenprogramma ontoereikend is om de wettelijk vastgelegde milieudoelstellingen te halen en er dus sprake is van nalatigheid van de kant van die provincie;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Akerboom.
Neemt nr. 90 (30252).
DameAkerboom(PvdD):
Dan nog een suggestie, voorzitter. Ik hoorde zondag op Buitenhof dat de minister er voorstander van is, dus ik hoop dat het werkt.
Vierde,
luister naar het gesprek
dat agribusinessbedrijven zoals voerbedrijven, slachthuizen en stallenbouwers, banken en supermarkten al decennia enorme winsten maken met de veehouderij, terwijl de maatschappelijke kosten via het transitiefonds nu deels door de belastingbetaler worden gedragen.
dat in het regeerakkoord staat dat de coalitiepartijen "een vrijwillige bijdrage verwachten van banken, toeleveranciers, downstream-industrie en de 'retailer'";
overwegende dat het Parlement bijna overal heeft bewezen dat het niet eerlijk is om boeren en belastingbetalers alleen te laten om de kosten van de stikstofcrisis te dragen;
roept de regering op om uiterlijk volgende Prinsjesdag een substantiële bijdrage van agribusinessbedrijven, banken en supermarkten wettelijk te garanderen, hetzij via het transitiefonds, hetzij via het volgende belastingplan;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Akerboom, Thijssen, Beckerman en Bromet.
Het duurt het nummer 91 (30252).
Erg goed. Bedankt. Dan mevrouw Bromet van GroenLinks.
DameBromet(Groen Links):
Stoel. Vorig jaar kwam er een outlook letter met geen outlook voor boeren. Daarna beloofde hij een nieuw perspectief. Dat kwam niet. Een nieuwe minister arriveerde en beloofde een landbouwdeal. Nu lezen we in de krant dat er een conceptakkoord of interimakkoord komt, dat er nog geen definitieve teksten zijn en dat morgen een belangrijke dag is. Mijn vraag aan de minister van Landbouw is: wat is de definitie van een landbouwovereenkomst?
Ik heb nog een zet.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat de beloofde boerderijovereenkomst voor januari nog moet worden gerealiseerd;
constaterend dat veel partijen die belangrijk zijn voor een breed gedragen overeenkomst zich nu hebben teruggetrokken en dat de steun voor een mogelijke overeenkomst daarom zeer beperkt zal zijn;
opmerkend dat de minister weken geleden zijn laatste deadline van "vóór Hemelvaartsdag" heeft gesteld;
dat er aanzienlijke belangenconflicten zijn tussen sectorale actoren en het algemeen belang, zodat geen enkele overeenkomst aan de wensen van iedereen kan voldoen;
is van mening dat Nederland zich geen verdere vertraging van de landbouwtransitie kan veroorloven;
verzoekt de regering te stoppen met verdere inspanningen om tot een landbouwakkoord te komen als er op dinsdag 23 mei 2023 om 17.00 uur geen akkoord wordt bereikt;
verzoekt de regering om via wet- en regelgeving alles af te dwingen wat zij over de landbouwtransitie afsprak in overeenkomsten en contracten;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Bromet, Beckerman, Akerboom en Thijssen.
Neemt nr. 92 (30252).
Dan de heer Van Campen van de VVD.
Dhrvan de camping(VVD):
Voorzitter, dank u. We praten al een hele tijd over een landbouwdeal. Hoewel we hier samen vaak hebben gezegd dat je een broedende kip niet lastig moet vallen, begint deze kip nu een hele grote kip te worden. Ik denk dat het de minister ook veel meer nodig heeft dan hij zou willen. Als er zoveel nieuws is over een op handen zijnde farm deal, dan zou ik de minister het volgende willen vragen. Wat is de status van de farm deal op dit moment? Wat zijn de mogelijke vervolgstappen om tot een landbouwakkoord te komen? En wanneer kunnen we een definitief akkoord over landbouw verwachten en bespreken in de Kamer, onderling en met het kabinet? Want dat is wat ik wil.
Vansilla:
Erg goed. De heer Tjeerd de Groot van D66.
DhrTjeerd de Groot(D66):
Stoel. Mag ik kortheidshalve aansluiten bij de VVD-vraag? Dat was dus mijn spreektijd.
Vansilla:
Hoe korter hoe beter. De heer Thijssen van de PvdA is onze laatste spreker.
DhrThijssen(PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ik ben het eens met mijn collega van GroenLinks: wanneer krijgen we dit landbouwakkoord? Wanneer kunnen we dit verwachten, want dit is hard nodig om dit gesprek over natuurbehoud vooruit te helpen, Nederland te ontsluiten en onze boeren eerlijk te behandelen? Wat is er precies gelekt? Is dit concept echt? Wanneer kunnen we de definitieve versie verwachten? Ik hoor graag wat antwoorden van minister Adema.
We lazen in het concept dat er geen bijdrage zou komen van grote agrarische bedrijven als de Rabobank of voerbedrijven, terwijl er vorige week wel een berekening was van de schade aan de natuur veroorzaakt door een bedrijf als de Rabobank. Het was meer dan 3 miljard. Wat vindt de minister van LNV van dit aantal? Bent u het met uw Kamer eens dat het aangenomen voorstel inderdaad uitgevoerd moet worden en dat de Rabobank moet bijdragen aan het transitiefonds? Wat is er aan de hand met deze beweging? Ik weet dat de minister daar ooit met de Rabobank over heeft gesproken. Dus het antwoord was, niet verwonderlijk, nee. Maar is uw ministerie of misschien de Schatkist bezig om te zien of de banken of andere bedrijven in het agribusinesscomplex kunnen bijdragen aan dit enorme landbouwhervormingsfonds van $ 24 miljard? Antwoord alstublieft.
Tot slot heb ik een vraag aan de minister van LNV over iets wat we vorige week ook hebben besproken in de wet tot instelling van het transitiefonds. Het gaat hier om de volksgezondheid. Er zijn nu vier grote doelen in de transitie: Stikstof, CO2en water. Maar we weten ook dat er mogelijkheden zijn om te verbinden, zoals volksgezondheid en zoönosen. Is de LNV-minister niet bang dat als we eindelijk een boerendeal sluiten en de hele transitie beginnen, zijn opvolger weer het atrium in moet stappen en moet zeggen: hé, wij hebben ook een volksgezondheidsprobleem? Volksgezondheid moet dus niet zozeer een netwerkmogelijkheid zijn, maar juist een te behalen doel zodat boeren de komende tien jaar kunnen blijven ondernemen?
Dank u wel, voorzitter.
Vansilla:
Bedankt. Er is nog een vraag van mevrouw Van der Plas.
Damevan de plek(BBB):
Ja, ik heb een vraag voor de heer Thijssen. Nogmaals, deel mijn ergernis over het uitlekken van deze concept-boerderijovereenkomst. Als parlementsleden worden we altijd gevraagd om vanavond bij de shows te gaan zitten om hierover te praten. Ongetwijfeld zullen collega's deze vraag ook stellen. Dat ga ik gewoon niet doen. Ik ga het niet doen. Ik ga niet ergens over nadenken als we niet weten of het precies is wat er staat. Ik zou collega's, en in dit geval de heer Thijssen, willen vragen om dit als blok te steunen. Zo niet, dan praten we opnieuw en lossen we de lekken op. Dit stoort me erg. Dus mijn vraag aan meneer Thijssen is: als u een uitnodiging krijgt... Nee, u moet luisteren. Hij zou het zelf kunnen weten. Ik zeg niet: het mag niet, er staat een boete op! Maar we faciliteren lekken, want dan ontspant de publieke opinie weer en dan kan het verbeterd worden of niet. Ik denk niet dat we dat moeten doen. Is meneer Thijssen het daarmee eens?
DhrThijssen(PvdA):
Nou, ik weeg het mediaverzoek dat ik krijg op zijn merites. Als ik de kans krijg om uit te leggen waarom ik vind dat het agribusinesscomplex moet bijdragen aan zo'n transitiefonds, dan zal ik dat zeker doen. Als ik aan tafel mag zitten en zeggen waarom ik het belangrijk vind om biologische landbouw in Nederland te verspreiden, dan zal ik dat zeker doen. Als ik het verband kan uitleggen tussen het feit dat de natuur wordt aangetast en dat het voor ons steeds moeilijker wordt om huizen te bouwen in dit land, en dat hier echt een doorbraak voor moet komen, dan zal ik dat zeker doen. Ik wil het lek niet faciliteren, maar ik ga mevrouw Van der Plas of wie dan ook niet beloven dat ik mediaverzoeken niet op hun merites zal beoordelen, want dat zal ik wel doen.
Vansilla:
Briljant. Binnenkort, sluiten.
Damevan de plek(BBB):
Nogmaals, voordat "Van der Plas verbiedt parlementariërs om naar de programma's te gaan" weer ter sprake komt, wat natuurlijk nergens op slaat, zeg ik het van tevoren. Maar misschien moeten we daar als Kamer ook heel vroeg bij zijn, want dat faciliteert. Ik begrijp dat alle Kamerleden zullen zeggen: Nou, dat geeft mij een goede kans. Je zou mij ook een kans geven, nietwaar? Maar "kans maakt een dief". Dit is een heel mooi gezegde. En die mogelijkheid blijven we bieden.
DhrThijssen(PvdA):
Ik denk niet dat ik zeg dat je me verbiedt ergens heen te gaan, want ik denk niet dat je dat doet. Dus laten we eens kijken wat onze rol is in de democratie en als er vraag is vanuit de media, laten we kijken of we reageren.
Vansilla:
Wilt u uw 06-nummer opnieuw doorgeven? Geschorst tot 16.45 uur Dan horen we van de twee ministers.
De vergadering wordt geschorst van 16.35 uur tot 16.44 uur.
Vansilla:
Minister Adema is aan het woord.
MinisterAdam:
Dank u wel, voorzitter. Ik begin met het beantwoorden van de vragen. Daarna heb ik nog twee zetten om te waarderen. Allereerst de vragen van mevrouw Van der Plas. Hoe kon de boerderijdeal gelekt zijn? Wat gaan we ermee doen? Wordt dit niet besproken in het kabinet? Dit is overigens geen voorstel dat in de ministerraad ligt. Van een dergelijke relatie is in dit geval geen sprake. Ik begrijp wat je zegt. Ik ben ongelooflijk boos dat er een lek is. Waar het vandaan komt weet ik natuurlijk niet. Ik heb echt geen idee. Maar het kan me schelen, want het helpt het proces ook niet. U zult begrijpen dat ik niet op de inhoud van de documenten inga, omdat we nog in onderhandeling zijn. De gesprekken zijn nog gaande, alles is nog gaande, er is nog geen akkoord. Ik kan in die zin geen commentaar geven op de tekst. Maar ik haat het, zie je, omdat het het proces niet helpt.
Mevrouw Van der Plas vraagt ook naar de subsidie aan weilandbedrijven in het kader van het behoud van weilanden, in het kader van het derogatiebesluit, in feite het verlenen van een derogatie. Dat is een goede vraag, want ik kan me voorstellen dat de boeren die zich hiervoor aanmelden deze zorg hebben: "Stel je voor dat als ik achterin kom, ik niet het laatste lid zal zijn? Dus er is geen geld?" Uiteraard hebben we een inschatting gemaakt van het maximaal aantal bedrijven dat aan deze regeling kan deelnemen. Op basis hiervan is het fiscale kader vastgesteld. Daarom gaan we er ook van uit dat het fiscale kader voldoende is om alle bedrijven die willen deelnemen, toe te laten.
Mevrouw Bromet vraagt wat de definitie is van een landbouwovereenkomst. Het zijn afspraken tussen de overheid, actoren in de keten, natuurorganisaties, biologische bedrijven en jonge boeren. Deze overeenkomsten bevatten eigenlijk twee regels. Allereerst de visie op de toekomst van de landbouw en wat daarvoor nodig is. Ten tweede de bijdrage van de landbouw aan de natuur-, stikstof-, klimaat- en waterdoelstellingen. Zoals u weet, werken we samen hard aan een landbouwovereenkomst die ecologisch en economisch duurzaam is.
Damevan de plek(BBB):
Terugkomend op het antwoord over het subsidieregime: ik vind het eerlijk gezegd een beetje mager. De minister zegt "we gaan ervan uit dat iedereen mee kan doen, want we hebben het berekend", maar dat kan niet zo zijn. Iemand die ergens in Noordoost-Nederland woont, waar geen glasvezel is en de verbinding slecht is, kan niet communiceren of het systeem werkt niet. We hebben vaak gezien dat systemen crashen wanneer dingen worden gelogd. Die zekerheid is er dus helemaal niet. Het zal dus bitterzoet zijn als je niet meer in aanmerking kunt komen voor dit programma omdat het om wat voor reden dan ook het laatste is. Eerlijk gezegd vond ik het een goed idee om de subsidie met een evenredig percentage te verminderen voor alle aanvragers als een regeling zou worden geschrapt, want dan zouden alle aanvragers tenminste wat hebben. Dus niemand wordt buitengesloten.
MinisterAdam:
Ja, maar het vervelende is dat de bedrijven die een bepaalde subsidie hebben, uiteindelijk zeggen dat ze het berekende bedrag niet krijgen. Wederom is het budget zo gekozen dat ervan uitgegaan wordt dat met maximale deelname kan worden volstaan. Natuurlijk houden we het ook nauwlettend in de gaten. je kunt het begrijpen. Wanneer er bedrijven zijn die buiten het budget gaan, zoals u beschrijft, zullen we kijken hoe we een goede oplossing kunnen vinden. Maar dat zal wat mij betreft niet jouw oplossing zijn, want het verlaagt ook het bedrag voor boeren die dachten recht te hebben op dat bedrag.
Vansilla:
Tot slot mevrouw Van der Plas.
Damevan de plek(BBB):
Prima, maar mag ik er vanuit gaan dat het ministerie zijn werk heeft gedaan, dat niemand wordt buitengesloten en dat iedereen die in aanmerking komt recht heeft op de subsidie? Nou, ik kan er vanuit gaan dat iemand die net alles goed heeft ingeleverd, maar toch als laatste in de rij staat, door deze bureaucratische regel niet naast de pot gaat plassen zeg maar?
MinisterAdam:
Je formuleert het nu als een bureaucratische regel, maar dat is het niet. We openen een beurs onder het de minimis-regime. We zorgen ervoor dat het beschikbare budget zeer zorgvuldig wordt gekozen, zodat alle bedrijven waarop we rekenen kunnen deelnemen. Het gaat hier niet om een bureaucratische regel. Ik beloof je dat we hier heel voorzichtig mee zullen zijn. We gaan ervan uit dat de budgetten voor alle bedrijven voldoende zijn om deelname te garanderen. Mocht dit niet het geval zijn, dan gaan we kijken hoe we voor de specifieke bedrijven een oplossing kunnen vinden. Het gaat hier niet om een bureaucratische regel. Zo werkt dat. We hebben budgetten, die vervolgens gevuld worden met aanvragen.
DameBromet(Groen Links):
De minister van LNV vergadert al maanden met allerlei belangengroepen, die u zojuist noemde in uw antwoord op mijn vraag, in de hoop dat er toekomstperspectief komt voor boeren en natuurlijk voor de natuur, maar wanneer is dat eigenlijk een overeenkomst?
MinisterAdam:
Ja, daar zag ik ook beweging in. Zoals u weet zijn wij in onderhandeling. Wat voor mij belangrijk is, is dat we tot een alomvattende overeenkomst komen die wordt gesteund. Natuurlijk zullen we proberen het zo snel mogelijk af te ronden, maar het moet grondig zijn en ook ondersteuning behouden. Ik denk dat dit buitengewoon belangrijk is. Dus een extra dag of een week is voor mij minder belangrijk dan de kwaliteit van de deal en de ondersteuning ervan.
Vansilla:
Finish.
DameBromet(Groen Links):
Eerder gaf de betreffende minister aan dat er voor Hemelvaartsdag een akkoord zou zijn. Dus het circuleert?
MinisterAdam:
Ik zei dat het voor de Hemelvaart duidelijk moet zijn of een dergelijke overeenkomst kan worden bereikt of niet. Er zijn ook partijen die hebben gezegd dat ze er voor Hemelvaartsdag zouden moeten zijn, maar ik heb gezegd dat het stilaan voor Hemelvaartsdag duidelijk moet worden of we op weg zijn naar een akkoord. Dit is gezegd. Het is duidelijk dat we ons in een stadium bevinden waarin we op een aantal punten duidelijkheid nodig hebben om verder te komen, maar toch is het nog niet voorbij. Er is pas sprake van een overeenkomst als er een overeenkomst is die door alle partijen is goedgekeurd en ondertekend.
Dan de vraag van de heer Thijssen over zoönoses en het belang van de volksgezondheid. Zoals de heer Thijssen weet, hebben we in dit Huis vaak een debat over zoönoses. Zoönosen zijn als paringskans opgenomen in het Nationaal Programma Plattelandsgebieden. Zoönosen zijn overigens ook als mogelijke schakel opgenomen in de landelijke programmarichtlijn. Hiervoor wordt een handleiding meegeleverd. Uiteraard gaan de middelen van het Transitiefonds vooral naar natuur, stikstof, water en klimaat. Dat zijn ook de belangrijkste doelstellingen van het Klimaatfonds. Dit is nog steeds waar. Nogmaals, aangeboden als een hechtingsmogelijkheid. Nu we op deze gebieden nog bezig zijn, is het goed om te kijken wat u mee zou kunnen nemen om zoönosen verder te beperken.
Dan heb ik een vraag van de heer Thijssen over de 3 miljard. De kernvraag is: gaan we in gesprek met de banken en alle partijen in de keten om hen te vragen ook een bijdrage te leveren? Dit gesprek is nog gaande. We zijn er nog niet en ik denk ook niet dat we morgen zullen zijn. Vanmorgen had ik een gesprek met de minister van Financiën en de banken waar we het intensief hebben besproken. We hebben er de laatste tijd ook heftige discussies over gehad. Deze gesprekken zijn nog gaande en we moeten afwachten wat er uit komt.
Vansilla:
De heer Thijssen, in het kort. De volgende discussie begint over twee minuten.
DhrThijssen(PvdA):
Nou, we moeten opschieten! Ik vind deze discussies erg interessant, omdat ik niet echt begreep dat deze discussies plaatsvonden. Wat voor stellingen worden erin besproken? Misschien kan dat niet in de komende paar minuten, maar misschien kunt u er een brief over sturen, zodat we weten welke verschillende opties worden besproken en onderzocht voor deze partijen om bij te dragen.
MinisterAdam:
Zoals u weet zijn wij in onderhandeling over een landbouwakkoord waarin ook de banken een rol spelen. Ik ga u geen brief schrijven met de voorstellen die wij daar bespreken, omdat daarover met deze partijen wordt onderhandeld. Binnenkort komt er een volledig akkoord. Dan kun je nadenken of de afspraken voldoende zijn. Maar we praten nog steeds met elkaar. Zoals de heer Van Campen zei: een legkip of een legkip -was voldoende gegroeid- mocht niet gestoord worden. Dit is ook hier het geval.
Stoel. Dan is er nog de vraag van de heer Van Campen over de status van de farm deal, mede naar aanleiding van krantenberichten. Ik wil er niet veel over zeggen. Eén ding is absoluut duidelijk: er is pas een landbouwakkoord als alle partijen het akkoord hebben aanvaard. Dat geldt voor armaturen op tafel, maar ook voor de kast. We zijn er nog niet. We praten met elkaar over een aantal belangrijke zaken. We zullen het morgen bespreken. We hopen dat we hierover tot overeenstemming kunnen komen. Morgen is er dus nog steeds geen akkoord, maar wel een tussenresultaat dat bijvoorbeeld voor berekeningen naar het PBL kan worden gestuurd. Dit is een stap die we nodig hebben, een belangrijke stap ook, maar daarna gaan we ook gesprekken voeren om goede teksten te blijven ontwikkelen. Daarna worden de laatste punten opgeteld. Er is dus nog steeds geen definitieve deal volgende week, als je wilt. Dat kan ook niet, want daarvoor hebben we eerst de beoordeling van het Planbureau voor de Leefomgeving nodig. Nogmaals, terwijl het Planbureau voor de Leefomgeving bezig is met de voorbereiding van dit onderzoek, gaan we door met de partijen in gesprek. De gesprekken zullen worden voortgezet. Banken bestaan al een tijdje. Dit wordt besproken. Dus laten we hopen dat er ooit een boerderijdeal komt.
DameBromet(Groen Links):
Als ik dit hoor, word ik echt teleurgesteld. Ik heb een vraag aan de heer Adema naar aanleiding van zijn opmerking dat alle partijen het eens moeten zijn en dat we blijven praten tot alle partijen het eens zijn, wat volgens mij nooit gaat lukken. Omvat "alle partijen" ook partijen die al van tafel zijn of zijn het gewoon alle partijen die nog aan tafel zitten?
MinisterAdam:
Als een van de partijen besluit om niet verder te praten over de boerderijovereenkomst, dan is dat de verantwoordelijkheid van de partij die dat wel doet. Hij zet deze stap. Wij houden hier rekening mee. Medelijden. We hadden deze onderhandeling graag met nog een paar onderdelen afgerond, maar zoals u weet had de totale opstelling, dwz de hoofdtafel en de bijzettafels, meer dan 50 onderdelen op tafel. Twee partijen hebben actief de gesprekken stopgezet. De andere delen liggen nog op tafel. Natuurlijk proberen we naast de belangrijkste partijen aan tafel ook zoveel mogelijk partijen achter de deal te krijgen.
Mijnheer de Voorzitter. Dan twee zetten.
Vansilla:
Let wel, want ik moet echt verder met de volgende discussie.
MinisterAdam:
Ja, als ik het op prijs stel, kan het vragen oproepen, meneer de president, dus daar moet ik iets over zeggen.
Motie Akerboom c.s. in document 91. Via het transitiefonds of via het volgende Belastingplan wordt een substantiële bijdrage gevraagd aan banken en supermarkten. Zoals u weet en ik u al heb verteld zijn wij in gesprek met de ketenpartijen, de banken en andere partijen om een bijdrage te krijgen voor de transitie van de landbouw. Daarom is dit ook uitdrukkelijk onderdeel van het landbouwakkoord. We praten erover en proberen er afspraken over te maken. Wederom hadden we vanmorgen ook een praatje. Allereerst moet juridische implementatie mogelijk zijn, maar zover zijn we nog niet, want we proberen met afspraken bij te dragen. Dus wijs ik dit voorstel af.
Dan is er de beweging van Bromet et al. in document #92, waarin me wordt gevraagd om met mijn eigen plan te komen als er voor 17.00 uur geen overeenstemming is. M. op dinsdag 23 mei. Eigenlijk ben je het eens met wat Remkes zei: Als je er niet uitkomt, maak dan een plan. Maar we zijn in onderhandeling. Stel hier een deadline in. Ik zei net iets over de timing en het belang van de deal. Ik moet deze motie dan ook afwijzen.
Vansilla:
Geweldig, dankje. Dan geef ik graag het woord aan minister Van der Wal.
MinisterVan der Wal-Zeggelink:
Stoel. Drie bewegingen, drie smaken. In het eerste voorstel, het voorstel van Van der Plas in punt 88, staat dat onteigening geen doelstelling mag zijn in het overgangsfonds. Ik zou mevrouw Van der Plas willen vragen deze motie in te dienen. Ik sta voor een reeks dilemma's. Technisch gezien is dit lastig in relatie tot de wet. Een ander dilemma betreft de relatie tussen de fondsbeheerder en de provincies, die bevoegd zijn voor het gebruik van verplichte instrumenten. Ik sta voor een dilemma vanwege de verplichte media-uitsluiting. Er zijn veel boeren die vrijwillig gedwongen worden te onderhandelen met de provincies. U maakt dus geen gebruik van een regeling, maar zegt bijvoorbeeld dat u vrijwillig gaat onderhandelen over een licentie-intrekking, want dan krijgt u een volledige vergoeding. Soms is dit financieel aantrekkelijker dan het gebruik van een plan. Je snijdt dat pad af als je dat doet. Ik ben het met mevrouw Van der Plas eens dat we een sterke landbouwsector willen. Ik wil ook inzetten op vrijwilligheid en er alles aan doen om onteigeningen, intrekking van vergunningen en dergelijke dwangmiddelen te voorkomen, maar ik kan het niet helemaal uitsluiten, want de rechter kan ons zomaar dwingen. Dit zijn dilemma's. Ik zou daarom willen vragen om dit voorstel te handhaven. Ik stuur dan uiterlijk maandag een schriftelijke reactie om te kijken hoe de verplichte instrumenten zich verhouden tot dit fonds en wat wel en niet kan.
Vansilla:
Mevrouw Van der Plas knikt. Ik moet dat bevestigen.
Op verzoek van mevrouw Van der Plas verzoek ik haar aanvraag in te willigen (30252, #88).
Dit wordt besloten.
MinisterVan der Wal-Zeggelink:
Dank u, mijnheer de Voorzitter, en dank u, mevrouw Van der Plas.
Dan het voorstel van spoor 89 over de flexibele houding ten opzichte van de provincies, ook van de BBB. Het voorstel zal worden goedgekeurd door het parlement.
Zo komen we bij de derde smaak. Het is de zet van 90 punten, de nalatige wisselzet. Ik moet deze motie afwijzen. Ik focus me echt op verschillende kijkmomenten en kies er echt voor om de provincies vertrouwen te geven. Je doet het heel goed met je lokale programma's. Ik wil naar positieve energie. Dus ik wil dat we verhuizen. Ik denk dat het sneller resultaat zal geven dan nu met het mes in de nek weer een deadline voor vervanging stellen. Ik wil heel graag werken op basis van vertrouwen en daarom adviseer ik dit voorstel niet.
Vansilla:
Briljant. Bedankt. Tot zover deze discussie.
Discussie is gesloten.
Vansilla:
Dinsdag stemmen we over de voorstellen. Ik dank bij voorbaat minister Van der Wal, die ons gaat verlaten.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
dier proeven
dier proeven
is de volgordetwee minuten durende lezing Dierproeven (09/05 CD).
Vansilla:
We gaan verder met de discussie van twee minuten over dierproeven. De commissiebespreking vond plaats op 9 mei. Er zijn nieuwe hulptroepen gestuurd, zoals minister Dijkgraaf net zei. Dan vertelt hij over zichzelf. Wij heten u van harte welkom. Ik ben blij dat je bij ons bent! We hebben vijf sprekers van de Kamer en de eerste is de heer Wassenberg van de Partij voor de Dieren. De vloer is van jou.
DhrWassenberg(PvdD):
Dank u wel, voorzitter. Heel kort na het gesprek hebben we al dit gesprek van twee minuten. Ik heb twee zetten en nog een vraag zo meteen.
Vierde,
luister naar het gesprek
constaterende dat artikel 1d van de Wet op dierproeven (WOD) dierproeven verbiedt als het gewenste resultaat ook kan worden bereikt zonder gebruik van levende dieren;
opmerkend dat ZonMw stelt dat met een systematische review, waarin onderzoekers een uitgebreid overzicht krijgen van alle informatie op hun vakgebied, vooraf kan worden geïnventariseerd welk onderzoek er al is gedaan, wat de resultaten zijn en wat het beste model is is voor een specifiek onderzoek.
opmerkend dat systematische reviews de facto leiden tot beter onderzoek, betere medicijnen en minder gebruik van proefdieren;
er echter op wijzend dat systematische beoordeling nog geen standaardprocedure is voordat een dierproef wordt goedgekeurd;
dat dit in veel gevallen in strijd is met artikel 1 kwintessens van de Dierexperimentenwet.
verzoekt de regering te onderzoeken hoe de structurele implementatie van systematische reviews het beste kan worden geïmplementeerd;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Wassenberg, Graus, Beckerman en Tjeerd de Groot.
Het duurt het nummer 145 (32336).
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat systematische reviews leiden tot beter onderzoek, betere medicijnen en minder gebruik van proefdieren;
constaterende dat ZonMw in de Kennistransitieagenda proefdiervrije innovaties aanbeveelt kennis over proefdiervrije innovaties te integreren in het hoger onderwijs om de kennis van toekomstige generaties onderzoekers op het gebied van de vele mogelijkheden van proefdiervrije onderzoeksmethoden te vergroten ;
opmerkend dat systematische reviews echter nog geen standaardonderdeel zijn van het curriculum van relevante opleidingen;
roept de regering op om in overleg met onderwijs- en kennisstakeholders te onderzoeken hoe kennis over (en implementatie van) systematische reviews een vast onderdeel kan worden van het biomedisch onderwijs;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Wassenberg en Beckerman.
Het duurt het nummer 146 (32336).
DhrWassenberg(PvdD):
Stoel. In mijn laatste seconde wil ik de minister nog een vraag stellen. Ik heb een zeer complexe vraag. Het debat van vorige week riep vragen op over het valideren van succesvolle proefdiervrije innovaties. Onderzoekers hebben hier nog veel vragen over. Ik geef een voorbeeld. Bij celgroei wordt vaak foetaal kalfsserum gebruikt, waarbij een naald in het hart van het ongeboren kalf wordt gestoken om het bloed af te tappen, dat vervolgens in serum wordt omgezet. Dit serum dient als voedingsbodem voor de cellen. Dit is echt een verschrikkelijke praktijk. De Technische Universiteit Eindhoven werkt eraan om dit foetale kalfsserum te vervangen door een diervriendelijk alternatief, maar met deze kennis wordt nog weinig gedaan totdat deze gevalideerd is. Mijn vraag is dus: kan de minister zien hoe dit verbeterd kan worden? Ik deel natuurlijk graag alle informatie die ik heb met hem. Het is een lastige vraag, dus ik zou het begrijpen als de minister er later in een brief op terugkomt. Dank u wel, voorzitter.
Vansilla:
Heel goed bedankt. De heer Haverkort van de VVD.
Dhrkorte haver(VVD):
Voorzitter, hartelijk dank. De implicaties van het debat van vorige week blijven voor de VVD enigszins onduidelijk. Aan de ene kant zien we fantastische technologie, mede mogelijk gemaakt door overheidsbeleid, die de wetenschap meer en betere handvatten geeft. Dit leidt tot betere wetenschap en dus tot betere medicijnen. Aan de andere kant zien we dat het aantal experimenten op dieren niet afneemt en dat het gebruik van nieuwe technieken nog niet evident is. Dierproeven blijven voor veel onderzoekers de norm. dit is als het ware de koppigheid van de gouden standaard.
Stoel. Ik ben tevreden met de toegezegde inspanningen van ministers en het is goed om de kansen van Nederlandse innovatie in Europa te delen. Ik ben ook blij dat de minister met subsidieverstrekker ZonMw gaat bespreken hoe de subsidie effectiever kan worden ingezet, zodat bij de beoordeling van de aanvraag rekening wordt gehouden met het aantal te vermijden dierproeven.
Ik heb nog een vraag, voorzitter. Mocht het voorkomen dat onderzoekers zich niet automatisch en zonder meer richten op proefdiervrij onderzoek, dan is het nog belangrijker dat ze nieuwe kennis opdoen over kansrijke technologie. Dus wil de minister in publicaties over proefdiervrije innovaties expliciet aangeven welke dierproeven vermeden kunnen worden? Dit kan bijvoorbeeld door het in overleg met ZonMw op te nemen in de subsidievoorwaarden. Dat zou weer een stap in de goede richting zijn.
Er zijn vandaag geen voorstellen van mij, meneer de president. Bedankt.
Vansilla:
Sr. Tjeerd de Groot η D66.
DhrTjeerd de Groot(D66):
Dank u wel, voorzitter. Ik denk dat we ons een leuk en constructief gesprek kunnen herinneren. De ene beweging, die de volgende betreft.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat de Europese REACH-verordening (Registration, Evaluation, Authorization and Restriction of Chemicals) eind 2023 zal worden herzien;
overwegende dat dierproeven nog steeds worden gebruikt als referentiestandaard in het kader van REACH;
overwegende dat nieuwe benaderingsmethoden nodig zouden moeten zijn om af te stappen van de gouden standaard;
overwegende dat het belangrijk is dat de regels en wetteksten in deze herziening worden geharmoniseerd, voor de volledige acceptatie van NAM's;
roept de regering op om NAM's in Brussel te verdedigen tijdens de herziening van de REACH-verordening;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Tjeerd de Groot en Wassenberg.
Het duurt het nummer 147 (32336).
Een heel toegankelijke beweging die voor iedereen begrijpelijk is. Dat vinden wij leuk!
DhrTjeerd de Groot(D66):
Ik leg het graag uit als je me toch uitnodigt, want ik heb nog een paar seconden.
Vansilla:
Wel, wees mijn gast.
DhrTjeerd de Groot(D66):
Sinds enkele jaren zijn we tot de conclusie gekomen dat dierproeven een slecht model zijn voor het menselijk lichaam en de werking van stoffen op het menselijk lichaam. We weten dit allemaal. Dierproeven in de politiek blijven echter zeer hardnekkig, ook in Brussel. Als het om chemische goedkeuring gaat, staat dierproeven weer op nummer één, ook al is het niet zo'n mooi model. Er zijn allerlei nieuwe technieken met computers en instrumenten op een chip. Je kunt ze ook laten reageren op deze nieuwe stoffen. Dus nu weet je alles.
Vansilla:
Je uitleg is dus in het Nederlands, maar de helft van je zet is in het Engels.
DhrTjeerd de Groot(D66):
Ja, zo gaat dat.
Vansilla:
Verrukkelijk. Ik begrijp het nu. Thijssen van de PvdA is de laatste spreker in de Kamer.
DhrThijssen(PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ja, het was een goed debat, maar we ontdekten ook van links naar rechts dat het een beetje lijkt op Groundhog Day, dus we hebben dat debat elk jaar, maar we zien niet elk jaar een vermindering van dierproeven. Ik hoop dat we de stap kunnen zetten die ik in dit voorstel heb uitgesproken en ik wacht het advies van het kabinet af.
Vierde,
luister naar het gesprek
overwegende dat, ondanks brede maatschappelijke en politieke consensus en decennia van beleid ter zake, het aantal dierproeven in Nederland niet afneemt;
overwegende dat er nog lang alternatieven voor dierproeven bestaan, mede omdat partijen die dierproeven voorschrijven of uitvoeren vaak ook alternatieven moeten vinden;
overwegende dat noodzaak een krachtige aanjager van innovatie is, maar dat de noodzaak om alternatieven te vinden kennelijk niet voldoende wordt gevoeld;
roept de regering op om te onderzoeken hoe bijvoorbeeld het stellen van kwantitatieve reductiedoelstellingen, een aangewezen distributieroute, heffingen voor het gebruik van proefdieren of verplichte publieke verantwoording voor het gebruik van proefdieren kan leiden tot meer druk en behoefte bij de industrie en hoe zij kan dit op Europees of nationaal niveau voorschrijven,
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Dit voorstel is ingediend door de leden Thijssen, Bromet en Wassenberg.
Het duurt het nummer 148 (32336).
Bedankt. blaffen...
DhrThijssen(PvdA):
Allemaal in het Nederlands, voorzitter!
Vansilla:
Ja, dit strekt tot uw eer. Dat horen we graag.
DhrThijssen(PvdA):
Zal ik het nog meer uitleggen of komt het wel goed?
Vansilla:
Nee. Wassenberg zal het proberen.
DhrWassenberg(PvdD):
Mijnheer de Voorzitter, ik heb geen uitleg nodig, maar met uw instemming en natuurlijk de instemming van de heer Thijssen wil ik ook deze motie steunen.
DhrThijssen(PvdA):
Dit ziet er mooi uit.
Vansilla:
Deze naam hebben we toegevoegd.
DhrThijssen(PvdA):
Nat!
Vansilla:
Ik zal vijf minuten schorsen en dan horen we van beide ministers.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Vansilla:
Ik geef het woord aan minister Adema.
MinisterAdam:
Dank u wel, voorzitter. Ik heb een reeks bewegingen en een reeks vragen.
Allereerst de vraag van de heer Wassenberg. Hij gaf natuurlijk al een heel mooi kruis met zijn vraag. Hij zei: ik heb een lastige vraag, dus ik kan me voorstellen dat de minister daar schriftelijk op terug wil komen. Zo ook. Dus ik ga je een in wezen ingewikkeld antwoord geven in een brief, zou ik bijna zeggen, maar we moeten het niet ingewikkelder maken dan het is.
DhrWassenberg(PvdD):
Kan ik hier iets aan toevoegen. Als dit geen gesprek van twee minuten was, maar een gesprek van dertig minuten, had ik er dertig minuten over kunnen praten. Ik heb dus meer informatie maar die deel ik graag met de minister zodat hij een goed doordachte brief kan schrijven. Er komt dus nog steeds informatie bij het ministerie.
MinisterAdam:
Uiteraard is alle aanvullende informatie welkom.
Dan de vraag van de heer Haverkort: mogen we in publicaties vermelden welke dierproeven vervangen worden door innovatie? Dit is een zeer relevante en ook een goede vraag. Zo kan het ook een grotere acceptatie en bredere implementatie van deze innovatieve alternatieven stimuleren. Ik beloof dat ik met ZonMw in gesprek zal gaan om te kijken of zij het in hun eigen communicatie zo duidelijk mogelijk kunnen maken, ook over de randprojecten. Maar we zijn ook aan het kijken of we aanvullende voorwaarden kunnen stellen aan het programma Meer Kennis met Lewer Animals om weer een stap in die richting te zetten. Dit is belangrijk. Bedankt.
Vansilla:
Er is nog een korte en scherpe vraag van de heer Haverkort.
Dhrkorte haver(VVD):
Ik ben blij met het compromis, maar de specifieke vraag is natuurlijk wanneer deze toezegging kan worden nagekomen.
MinisterAdam:
Ik zag het natuurlijk al aankomen, want het is logisch om die vraag te stellen. Laten we beginnen. Aan het eind van het jaar hebben we weer de verzamelbrief dierproeven. Ik stel voor dat we hierop terugkomen, onder verwijzing naar onze gesprekken met ZonMw.
Dhrkorte haver(VVD):
Voorzitter, als ik mag. Ik meen me te herinneren dat we in de commissiebespreking ook de gesprekken tussen het ministerie en ZonMw hebben besproken. Die zouden waarschijnlijk voor de zomer tot een brief leiden. Het zou mooi zijn als dit punt direct opgepakt kan worden.
MinisterAdam:
Ik begrijp dat je het erg naar je zin hebt. Ik zou hetzelfde voelen als ik parlementslid was. We hebben slechts twee stappen nodig om dit gesprek met ZonMw aan te gaan. ZonMw moet ons dan feedback geven over de features en hoe ze die kunnen implementeren. Ik wil deze informatie ook graag in de brief opnemen. Als ik het eerder kan, zal ik dat natuurlijk doen, maar ik zou mezelf niet als rijk beschouwen. In de eindejaarsbrief proberen we in ieder geval terug te komen op dierproeven.
Meneer de President, ik heb verschillende voorstellen. Het voorstel voor document nr. 145 Ik geef een advies aan het Parlement. Je wilt het snel, dus ik doe er geen moeite mee.
Ik geef ook het advies van de Tweede Kamer over het voorstel van document nr. U krijgt daarom ook een dwangsom in de Kamer.
Dan het voorstel voor punt 148. Het gaat om...
Vansilla:
Wacht even. Er is enige verwarring over wat dit voorstel was, omdat minister Dijkgraaf een andere maatstaf heeft.
MinisterAdam:
Het voorstel dat ik heb in nummer 145 is van de heer Wassenberg en gaat over de systematische review.
Vansilla:
Y.
MinisterAdam:
Volgens mij is dat het voorstel voor document 145. Ik zal een advies uitbrengen in de Kamer. Ik heb een voorstel van de heer De Groot over REACH en...
Vansilla:
Systematische reviews zijn ons voorstel voor paper nr. 146.
MinisterAdam:
Er zijn er twee.
Vansilla:
O, er zijn er twee.
MinisterAdam:
Ja, dat klopt ook, mijnheer de spreker, want ik ga van de motie op punt 145 naar de motie op punt 147. De motie op punt 146 staat nog in het midden, maar mijn collega van OCW zal reageren.
Het REACH-regelvoorstel krijgt daarom ook een besluit van de Tweede Kamer.
Vervolgens heb ik het voorstel van de heer Thijssen, mevrouw Bromet en de heer Wassenberg. In deze zet vraag je om veel dingen te onderzoeken. Dat is ook logisch. Gezien de cijfers begrijp ik dat je het systeem zo snel mogelijk wilt pushen om het aantal dierproeven zo snel mogelijk terug te dringen. Zoals we in het debat hebben opgemerkt, is dit ook de ambitie van deze ministers. Ik zou u willen vragen even te stoppen, want er zijn veel aspecten die hier worden genoemd en ik denk dat deze aspecten het onderzoeken waard zijn als deze aspecten het onderzoeken waard zijn. Van mijn kant zal ik een schriftelijke reactie op deze motie indienen. Je kunt het dus nog afstemmen. Dus ik vraag je om het te bewaren.
Vansilla:
Meneer Thiessen knikt.
Op verzoek van de heer Thijssen vraag ik om uitstel van zijn aanvraag (32336, #148).
Dit wordt besloten.
DhrThijssen(PvdA):
Ik zou graag willen weten wanneer ik deze reactie schriftelijk zal ontvangen.
Er staat ook "bijvoorbeeld". Ik bood in gesprek van alles aan: zou dit of dat kunnen werken? Ik kan tien andere voorbeelden bedenken. De vraag is terecht: laten we het oplossen en onderzoeken, zodat we volgend jaar niet opnieuw een Groundhog Day-dierproef meemaken.
MinisterAdam:
De heer Thijssen zegt terecht dat het een voorbeeld is. Maar we kennen onze parlementsleden. Als er een lijst genoemd wordt en ik geef een antwoord waar een van de items niet tussen staat, dan zeg je: ja, maar die stond ook op de lijst. Dus ik zeg: maar het was toch een voorbeeld van een serie? Dus je zegt: ja, maar het was er, dus waarom geen reactie? Dus laten we het goed doen. Ik zal hierop uitgebreid schriftelijk reageren. Op basis hiervan wilt u het voorstel misschien nog even op tafel leggen en dan in stemming brengen.
DhrThijssen(PvdA):
Ik wil dit doen. Wanneer komt dit antwoord schriftelijk?
MinisterAdam:
Eerlijk gezegd duurt dit even. Voor de feestdagen?
DhrThijssen(PvdA):
Voor de feestdagen. Goed.
MinisterAdam:
Ik bedoel zomervakantie.
Dank u wel, voorzitter.
Vansilla:
Erg goed. Bedankt. Ik geef dan het woord aan minister Dijkgraaf om commentaar te geven op het voorstel voor agendapunt 146.
MinisterDijkgraaf:
Stoel. Ik herinner me ook een heel leuk inhoudelijk gesprek. De beslissing blijft op een motie. Dit is het voorstel van de heer Wassenberg voor punt 146, ook voor systematische reviews, maar dan voor onderwijs. Ik zou deze motie in de Kamer willen beoordelen, maar met het volgende voorbehoud. Van belang is natuurlijk dat het ministerie van OCW in beginsel niet betrokken is bij de curriculuminhoud van opleidingen in het hoger onderwijs. Dat wil ik ook graag zo houden, om geen precedentwerking te scheppen. Dat laten we over aan de experts, die elkaar ook testen tijdens keuringen.
Maar de NFU en UNL, de verenigingen van medische centra en universiteiten, presenteerden in oktober 2022 het doel proefdiervrije innovatie in het academisch onderwijs. Uitgangspunt van dit doel is dat het onderwijs meer aandacht moet besteden aan deze innovaties. vermindering van het gebruik van proefdieren. Het is de bedoeling om dit breed te verspreiden over het curriculum, overal. Daar ligt ook de nadruk op innovaties, dus op deze nieuwe methodieken, en op systematische reviews in de zin van integrale reviews langs verschillende applicatietrajecten, ook met nieuwe methoden. Laten we eerlijk zijn: dit is een snelgroeiend vakgebied, ook omdat er zoveel meer kan in informatieverwerking. We hebben het al vaker gehad over kunstmatige intelligentie. Dit maakt ook deel uit van het postdoctoraal onderwijs.
Voor de implementatie van het objectieve scenario zeg ik het volgende. Als ik uw motie zo mag interpreteren dat ik in gesprek ga met onderwijs- en academische instellingen om precies te verkennen wat de mogelijkheden zijn om meer aandacht te besteden aan systematische reviews in het curriculum van opleidingen medische biologie, in de context die ik zojuist heb beschreven, Met dit commentaar kan ik de mening van de Kamer over het voorstel geven.
DhrWassenberg(PvdD):
Ja graag. Dan heb ik nog een hele kleine toevoeging, een commentaar op het commentaar. Ik zou heel graag willen dat de minister hier de rol van katalysator speelt. De minister weet net zo goed als ik dat een katalysator de uitkomst van een proces niet beïnvloedt, maar versnelt. Als ik die scheikundige term mag gebruiken, zou ik graag zien dat de minister hierin de katalysator is.
MinisterDijkgraaf:
Nou, dat is een rol die ik graag speel. Natuurlijk doe ik het niet alleen. Ik denk dat het een belangrijke rol is voor het ministerie van OCW om dit soort processen, dat nu al op eigen kracht plaatsvindt, te versnellen en de instellingen aan te spreken. Ik vind dit geweldig om te doen.
Hier is mijn bijdrage aan deze discussie van twee minuten.
Vansilla:
Kort maar krachtig! Hartelijk dank hiervoor. Ik dank beide ministers.
Discussie is gesloten.
Vansilla:
Dinsdag stemmen we over al deze voorstellen. Doodsangst voor een moment.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Defensie veiligheid en integriteit
Defensie veiligheid en integriteit
is de volgordediscussie van twee minuten over defensieveiligheid en -integriteit (CD gedateerd 04/13).
Vansilla:
Het onderwerp is het twee minuten durende debat over defensieveiligheid en -integriteit. Hartelijk welkom aan de minister van Buitenlandse Zaken. Ik ben blij je te zien. We hebben twee parlementsvoorzitters. De eerste is de heer Futselaar, van de socialistische partijfractie. Ik geef hem graag het woord.
DhrFassler(SP):
Dank u wel, voorzitter. Helaas zijn de slachtoffers van chroom-6 bij Defensie nog niet volledig in het gelijk gesteld, vandaar een reeks voorstellen.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat nabestaanden van chroom-6-slachtoffers geen rechten kunnen ontlenen aan de nieuwe nederzettingen als hun echtgenoot hen niet voor hun overlijden op de hoogte heeft gesteld;
opmerkend dat de erkenning van de rechten van deze gezinsleden op juridische problemen stuit;
dat de oneerlijkheid van de situatie belangrijker is dan wettelijke uitsluiting.
vraagt de regering om het plan uit te breiden tot de nabestaanden,
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door het lid Futselaar.
Het duurt het nummer 74 (36200-X).
Vierde,
luister naar het gesprek
erop wijzend dat slachtoffers van chroom-6- en CARC/HDI-werk civiele rechtszaken kunnen aanspannen;
opmerkend dat juridische kosten hoog kunnen zijn;
is van mening dat werknemers die ziek zijn geworden door het werken met chroom-6 niets te verwijten vallen;
roept de regering op om de juridische kosten van een civiele procedure tegen POMS-werknemers te vergoeden, ongeacht de beslissing van de rechtbank;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door het lid Futselaar.
Het duurt het nummer 75 (36200-X).
DhrFassler(SP):
En, meneer de president, u kunt aan het laatste toevoegen: redelijk in termen van juridische kosten.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat de medische kosten voor slachtoffers van het werken met gevaarlijke stoffen, met name chroom-6 en CARC/HDI, zeer hoog kunnen zijn;
is van mening dat deze patiënten niet verantwoordelijk zijn en dat deze kosten afzonderlijk van de baten moeten worden vergoed;
verzoekt de regering om alle gerelateerde medische kosten te vergoeden voor bekende slachtoffers van chroom-6 wanneer deze het vaste bedrag overschrijden;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door het lid Futselaar.
Het duurt het nummer 76 (36200-X).
DhrFassler(SP):
Stoel. De minister van Buitenlandse Zaken zei over dat laatste dat hij niet op de hoogte was van enig geval dat zoiets gebeurde. We horen andere berichten, maar aan de andere kant: als er geen gevallen zijn, kan het geen kwaad om deze stap over te nemen, want dan ben je er klaar voor. Dit is waarom.
Bedankt. Dit leidt tot een vraag.
Vansilla:
Ja, een vraag van de heer Valstar.
DhrValstar(VVD):
Het is misschien een beetje ongewoon om gevraagd te worden dit voorstel te aanvaarden. In de commissiebespreking heeft de staatssecretaris op mijn verzoek aangegeven de commissie te zullen raadplegen over de betreffende zaken. Daarom denk ik dat het verstandig is om die reacties af te wachten alvorens deze motie in te dienen.
DhrFassler(SP):
Ik wil altijd overwegen om dit voorstel te handhaven, maar zelfs als de staatssecretaris deze gevallen als het ware nu niet vindt, kan deze situatie zich in de komende jaren voordoen. Als het niet gebeurt, hebben we niets verloren. Dat is het voordeel van te zeggen: wij accepteren deze uitzonderingen.
Vansilla:
Finish.
DhrValstar(VVD):
Toch nog een laatste verzoek om nog even te wachten met deze verhuizing. Ik denk dat de staatssecretaris straks misschien dezelfde antwoorden zal geven: even afwachten of de commissie deze voorbeelden ook vindt. Dan kan mijn team ook een beslissing nemen.
DhrFassler(SP):
Ik ben altijd bereid om naar een staatssecretaris te luisteren en te kijken of hij zinnige dingen zegt, zodat ik voorstellen kan doen. Maar eerlijk is eerlijk, dat is altijd afwachten met deze kast.
Vansilla:
Wij houden het spannend. Dan meneer Fritzma, van de PVV. Hij is de laatste voorzitter van het parlement.
DhrFritzma(PVV):
Voorzitter, dank u. Sterker nog, de discussie in de commissie werd vooral gedomineerd door het probleem van chroom-6, dat nog lang niet is opgelost. Veel oud-defensiefunctionarissen die met deze giftige stof in aanraking zijn gekomen, worden nog steeds schandalig in de steek gelaten door het kabinet. Dat komt vooral doordat hun ziekte niet wordt herkend als gevolg van blootstelling aan chroom-6, terwijl er wel al wetenschappelijk bewijs is voor zo'n oorzakelijk verband.
Vandaar de volgende stap.
Vierde,
luister naar het gesprek
roept de regering op om aan te nemen dat de gezondheidsproblemen van (voormalig) Defensiepersoneel dat is blootgesteld aan chroom-6 een gevolg is van deze blootstelling en deze mensen zo snel mogelijk te compenseren;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Fritsma.
Het duurt het nummer 77 (36200-X).
DhrFritzma(PVV):
Stoel. Ook is de vergoeding voor degenen die in aanmerking komen erg laag.
Een tweede zet dus.
Vierde,
luister naar het gesprek
roept de regering op om de zeer magere vergoedingen die worden betaald aan (voormalig) defensiepersoneel dat ziek is geworden door blootstelling aan chroom-6, ten minste te verdubbelen;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Fritsma.
Het duurt het nummer 78 (36200-X).
DhrFritzma(PVV):
Bij de laatste suggestie merk ik op dat de regering hiervoor ruimte zou moeten kunnen maken in haar defensiebegroting. Dat is een menswaardige relatie met mensen die zich met hart en ziel hebben ingezet voor Defensie. Helaas werden ze ziek van deze baan.
Tot nu toe, voorzitter.
Vansilla:
Erg goed. Tot zover de termijn van de Kamer. Ik pauzeer vijf minuten en dan horen we van de staatssecretaris.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Vansilla:
Het woord komt overeen met de staatssecretaris.
staatssecretarisVan der Maat:
Dank u wel, voorzitter. Dank ook aan de leden, vooral voor de discussie die we de vorige keer hadden over Chromium-6. Natuurlijk ben ik blij met bewegingen.
Ik moet de SP-motie van de heer Futselaar op punt 74 afraden. We hebben dit uitvoerig besproken. Het is belangrijk om te zeggen, zoals we de vorige keer al zeiden, dat er natuurlijk veel leed is voor zowel de slachtoffers als hun families. Er is een evenwichtig en ruimhartig uitkeringsstelsel voor slachtoffers. Dat heeft de door de Tweede Kamer ingestelde commissie vastgesteld. Nabestaanden krijgen een vergoeding voor materiële schade. Ook wij als kabinet staan voor het door u aangehaalde dilemma. Compensatie voor intelligentie is heel persoonlijk. Je wilt de pijn van de werknemer zelf goedmaken en hebt het gevoel dat je altijd een stap verder wilt gaan. Afwijken van het principe, zoals we ook zagen bij asbest en de TSB-regeling, zou betekenen dat we ook actief selecteren op gezinsongelijkheid. Wij wegen het. Ik heb erop gewezen dat ik het niet eens kan zijn met het principe, maar tegelijkertijd kan ik het wel eens zijn met de geest van het debat zoals we dat in het verleden hebben gevoerd. We gaan kijken hoe we het beter beheersbaar kunnen maken binnen het wettelijk kader zoals wij dat zien. Ook de vergoedingen gaan omhoog, inclusief de begrafeniskosten. Het is dus niet dat we niets doen, maar we kijken binnen het wettelijk kader zoals wij dat zien, rekening houdend met het overheidsbeleid dat we hebben op het gebied van asbest en ook andere regelgeving. We komen zo ver als we kunnen, maar we kunnen niet voorbij het principe komen dat u zegt dat we zouden moeten. Voorzitter, daarom wordt het voorstel op punt 74 ontmoedigd.
Futselaars voorstel voor document nr. Dit raakt ook aan de oorzakelijkheid van de heer Fritzma. Ik raad je aan dit niet te doen. Ik zal straks een meer gedetailleerde uitleg van het argument geven. U zegt: u gaat ook over tot vergoeding van gerechtskosten, ook al is het oorzakelijk verband niet echt vastgesteld en is er geen uitkomst waardoor de rechter zou aangeven dat vergoeding wel of niet mogelijk zou moeten zijn. Ik adviseer daarom het voorstel voor punt 75 niet.
Dan het voorstel van Futselaar op punt 76. De heer Valstar hintte er al een beetje op: ik nam het op me om te onderzoeken wat de commissie precies bedoelde met voorbeelden, die we niet konden zien, dat vaste prijzen niet OK zouden zijn. Deze discussie is gestart. Laat ik het zo zeggen: de commissie vond het ook een interessante vraag, een vraag waar ze ook even over na moest denken. Zonder de commissie te haasten, probeer ik zo snel mogelijk een antwoord te vinden. Ik meen te hebben gezegd: voor het volgende debat V. Mijn verzoek aan de rapporteur is om de motie uit te stellen - niet lang, want dit debat is bijna voorbij - en dan opnieuw af te wegen met de redenering die ik geef, als u de behoefte voelt om het voorstel in stemming.
DhrFassler(SP):
Met de duidelijke verklaring, ik zal niet de garantie zeggen, dat het zal gebeuren en binnenkort kan ik deze beweging behouden.
Vansilla:
Op verzoek van de heer Futselaar vraag ik om uitstel van zijn motie (36200-X, nr. 76).
Dit wordt besloten.
staatssecretarisVan der Maat:
Fritsma's voorstel in document #77 vraagt de regering om uit te gaan van gezondheidsklachten van Defensiepersoneel dat is blootgesteld aan chroom-6 en tot compensatie over te gaan, inderdaad in alle gevallen. Dit is de causaliteitsdiscussie die we eerder hadden. Ik wijs deze motie af. Eigenlijk is de korte uitleg, ik denk dat de voorzitter het leuk vindt, dat de commissie Heerma van Voss, die er speciaal op zijn verzoek naar heeft gekeken, ook zei dat er een goede deal is.
Ook raad ik de motie op punt 78 af. De heer Fritzma vraagt de regering met deze motie om de "lage vergoeding" te verdubbelen. Ik verwijs nogmaals naar het rapport in opdracht van de Kamer waarin staat dat de tarieven redelijk zijn en vergeleken met andere bestaande systemen.
DhrFritzma(PVV):
Ik pik er maar één uit, want de minister van Buitenlandse Zaken verschuilt zich altijd achter dit rapport van de commissie Heerma van Voss. Het probleem is dat dit rapport ontbreekt. Alle Chromium-6-slachtoffers die ik sprak, denken er ook zo over.
Zelfs als er enig wetenschappelijk bewijs is dat blootstelling aan Chroom-6 kan leiden tot een bepaalde ziekte (het is categorie 3 voor fijnproevers), wordt er geen vergoeding verleend. Zo kun je toch niet met mensen omgaan? Deze mensen kunnen hun rechten nog steeds niet uitoefenen terwijl ze ernstig ziek zijn. Verschuilen achter een commissie is niet genoeg. De staatssecretaris zou hier beter naar moeten kijken.
staatssecretarisVan der Maat:
Ik verschuil me niet achter een commissie. Ik wil daar drie dingen over zeggen. Elke reflectie over chroom-6 moet uitgaan van het leed van de slachtoffers en de fouten die de verdediging heeft gemaakt, niet alleen in wat er is gebeurd, maar ook in het te laat erkennen ervan. Ik laat geen gelegenheid voorbijgaan om dit te zeggen. Er is dus een intensief traject gestart, in samenwerking met onder andere de vakbonden, om te kijken hoe we daar het meest effectief mee om kunnen gaan. De categorieën zijn gebaseerd op onderzoek van het RIVM. Categorie 1: Chroom-6 kan de ziekte hebben veroorzaakt. Categorie 2: Chroom-6 wordt vermoed. De heer Fritzma is ook heel duidelijk dat dit onder deze causatie valt. Categorie 3: nog niet duidelijk genoeg. oorzakelijk verband kan niet worden bewezen. Dit is hoe het hele huis van chrome-6-fees is gebouwd. Dit is herzien in opdracht van het Parlement. Dubbel gecontroleerd: is het redelijk, is het eerlijk? Ik verschuil me er niet achter, maar ik herhaal dat het met die extra oefening werd herbevestigd. Ook gezien andere arrangementen willen we niet willekeurig gaan regelen. Ik moet de motie dus afwijzen.
DhrFassler(SP):
Dezelfde commissie wijst op het probleem van morele schade aan nabestaanden. Het wordt expliciet genoemd. Ik zal de staatssecretaris er niet van beschuldigen zich achter de commissie te verschuilen, maar als je iets gaat omarmen, dan moet je dat van harte doen en niet selectief. Ik wil eigenlijk iets zeggen over oorzakelijk verband en juridische kosten. De staatssecretaris zegt: individuen mogen geen vergoeding krijgen voor juridische kosten tenzij oorzakelijk verband is vastgesteld. Maar die juridische kosten worden eigenlijk gedragen door mensen die oorzakelijk verband via de rechtbank willen bewijzen. Ze zijn niet opgenomen in de categorisering. In de praktijk is er een enorme drempel om deze stap te zetten. Het kost geld, het kost tijd. Sommige mensen zijn gewoon moe. Velen van hen zijn ziek, want daar hebben we het over. Je bent als overheid ook niet verplicht om te zeggen: zijn deze mensen die mogelijk ziek zijn geworden door iets wat wij hebben gedaan? We moeten ze de middelen geven om die strijd te voeren om te bewijzen dat er een oorzakelijk verband is.
staatssecretarisVan der Maat:
Niet dat het starten van een juridische procedure en niets doen de enige twee smaken zijn. Niet voor niets hebben we binnen Defensie allerlei kanalen, waaronder adviesmogelijkheden etc. etc. Dit is geen wandeling in de woestijn. We zijn enorm actief in het faciliteren hiervan, in het ondersteunen van mensen. Daarom leg ik dit verband met causaliteit, afbakening en het rechtssysteem dat wij in Nederland hanteren. Ik denk dat het eerlijk is om het op die manier te doen. Echter, op het moment dat iemand een juridische procedure start, zoals wij die wettelijk kennen, en er wordt een vonnis uitgesproken, dan zijn daar de gerechtskosten bij inbegrepen. Zo niet, dan niet. Dat verandert niets aan de argumentatie.
Vansilla:
Finish.
DhrFassler(SP):
Ja, voorzitter. Ik twijfel niet aan de inzet en eerlijke mening van de staatssecretaris over dit dossier, maar ik hoop ook dat hij zich kan voorstellen dat het niet meer zo vanzelfsprekend is dat slachtoffers naar Defensie gaan en gebruik maken van de daar geboden faciliteiten omdat er gewoon een groot wantrouwen is in deze groep richting Defensie als organisatie.
staatssecretarisVan der Maat:
Daarom werken we bijvoorbeeld zo intensief samen met de vakbonden en hebben we het hele proces zo georganiseerd. We zijn voortdurend in gesprek met syndicaten over hoe we verschillende kanalen naar de Chromium-6-envelop kunnen organiseren. We zijn van mening dat we de juiste stappen in deze richting zetten. Als we verdere stappen in deze richting zouden kunnen nemen, zouden we dit verder kunnen bespreken, maar in het licht van uw verzoek moet ik dit voorstel helaas afraden.
Vansilla:
Goed. Bedankt staatssecretaris voor uw aanwezigheid vandaag.
Discussie is gesloten.
Vansilla:
Dinsdag stemmen we over de voorstellen.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Geestelijke gezondheidszorg/zelfmoordpreventie
Geestelijke gezondheidszorg/zelfmoordpreventie
is de volgorde2 minuten gesprek Geestelijke gezondheidszorg/zelfmoordpreventie (CD d.d. 19/04).
Vansilla:
Onderwerp is het twee minuten durende debat over geestelijke gezondheidszorg en suïcidepreventie. De commissiebespreking vond plaats op 19 april. Een paar hartelijke woorden van welkom aan de minister en de minister van Buitenlandse Zaken. Ik ben blij je weer te zien. We hebben maar liefst negen deelnemers in de Kamer. Graag geef ik het woord aan mevrouw Van den Hil van de VVD-fractie. De vloer is van haar.
Damevanaf de heuvel(VVD):
Dank u wel, voorzitter. Niet zo lang geleden hadden we een lange discussie over geestelijke gezondheidszorg en zelfmoordpreventie. In de discussie zijn veel problemen naar voren gekomen. Het is goed dat naast TOPGGz ook de gespecialiseerde GGZ met de professionals zelf in kaart wordt gebracht en wordt aangestuurd. Ik wil pleiten voor de invoering van zelfmanagementcentra in het hele land en speciale aandacht vestigen op ervaringsdeskundigen. Daarom steun ik de actie van de PvdA.
Ik heb ook enkele vragen over wetenschappelijk onderzoek. Maatschappelijk urgente vraagstukken in de GGZ zijn dermate urgent dat wetenschappelijke middelen meer gericht moeten worden ingezet op maatschappelijke impact. Hoe gaan we dit promoten?
Dan over de forensische GGZ. Een goede interinstitutionele samenwerking tussen Justitie en Veiligheid en VWS is essentieel. Het woord is al ingewikkeld, laat staan de uitvoering. Is de minister bereid zich hiervoor in te zetten en hoe gaat zij dit realiseren?
Daarnaast is er een kleine groep patiënten die geen strafblad heeft, maar voor goede psychiatrische zorg naar een forensische kliniek zou moeten kunnen. Het is een zwaar beveiligd bed, zoals ze het noemen. Ook is het belangrijk dat crisisdiensten er toegang toe hebben. Hoe gaan we dit garanderen?
Ten slotte. We moeten realistisch zijn. Geestelijke gezondheidszorg kan niet alles oplossen en niet alles heeft geestelijke gezondheidszorg nodig. Preventie op het gebied van onder meer schuldhulpverlening en verslaving is belangrijk. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat mensen op de juiste plek geholpen worden?
Dank u wel, voorzitter.
Vansilla:
Bedankt. Dan mevrouw Agema van de Partij voor de Vrijheid.
Damebezit(PVV):
Dank u wel, voorzitter. Naar aanleiding van het gesprek hebben wij een brief van de NZa ontvangen waarin zij haar standpunt over de beschikbaarheid van gelden en de beschikbaarheid van premies nader toelicht. Vandaar de volgende stap.
Vierde,
luister naar het gesprek
constaterende dat de NZa voornemens is vitale GGZ te bekostigen via bekostiging en op verzoek van de minister kan onderzoeken of verzekeraars onderling onvoldoende bekostiging krijgen en daardoor onvoldoende vitale GGZ beschikbaar is, of De bijdrage van beschikbaarheid (het resultaat van marktwerking bij het verkrijgen van vitale GGZ) is een oplossing.
verzoekt het kabinet de NZa te vragen te onderzoeken of een beschikbaarheidsbijdrage een haalbare oplossing biedt voor het aanhoudend onvoldoende aanbod van vitale GGZ voor de ernstigst zieke patiënten;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door het lid Agema.
Het duurt het nummer 652 (25424).
Bedankt. De heer Raemakers van D66.
DhrRaemakers(D66):
Voorzitter, dank u. Vorige maand hebben we een goed debat gehad in de commissie geestelijke gezondheidszorg en zelfmoordpreventie. Dit zijn belangrijke zaken, omdat u patiënt bent en op een wachtlijst komt te staan voor psychologische hulp. Dit is verschrikkelijk. Je bent alleen de nabestaande van iemand die zelfmoord heeft gepleegd. Dit is verschrikkelijk. D66 is blij dat de minister enkele toezeggingen heeft gedaan, bijvoorbeeld over overbruggingszorg of zorgbemiddeling. De minister van Buitenlandse Zaken steunt - heel belangrijk - een coalitie van maatschappelijke partijen rond overlevenden van zelfdoding. Wat betreft de GGZ en de langdurige zorg zijn we blij dat de minister heeft toegezegd dat de huidige groep patiënten hoe dan ook hun recht behoudt. Dit is belangrijk voor kwetsbare patiënten die deze zorg echt nodig hebben. Dit is erg belangrijk voor de D66.
Net als D66 pleitten we ook voor snelle vooruitgang in de zorg voor transgenders. Nu zijn er twee rapporten hierover, waarover ik twee vragen heb. A. Het is essentieel om specialisten te gebruiken die ervaring hebben met de zorg voor transgenders. Je voelt meteen dat er naar je geluisterd wordt. Hoe gaat de minister meer inzetten op ervaringsdeskundigheid voor transgenderzorg in de GGZ? Twee. Door meer kennis over genderdiversiteit onder GGZ-werkers krijgen mensen sneller en beter hulp. Hoe gaat de minister zorgen voor meer bewustwording hiervan bij GGZ-werkers?
Nog een punt over onnodig heronderzoek van ernstig zieke psychiatrische patiënten. In het debat beloofde de minister het door te geven aan haar collega van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Mag ik aannemen dat we ook actieve feedback krijgen van deze minister?
Ten slotte. De heer Mohantis komt binnenkort namens mij en anderen met een voorstel voor zelfmanagementcentra.
Gracias.
Vansilla:
Bedankt voor het aankondigen van wat de heer Mohantis gaat doen. Mevrouw Van den Berg van het CDA.
Damevan de berg(ADC):
Dank u wel, voorzitter. Twee bewegingen. Veel zorgprofessionals worden freelancers omdat ze weinig autonomie en inspraak hebben in hun werk. Dit is een echte opgave voor werkgevers om hun HR-beleid te moderniseren. De huidige grote toename van het aantal zelfstandigen is niet wenselijk. Vandaar de volgende stap.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat ongeveer 169.000 zelfstandigen werkzaam zijn in instellingen voor gezondheidszorg en geestelijke gezondheidszorg, dit treft soms 50% van de professionals;
is van mening dat in het tarief van zelfstandigen zonder personeel niet alleen een adequaat uurloon conform cao moet worden opgenomen, maar ook een realistische opslag voor de opbouw van het pensioen, het doorbetalen van werkvakanties, arbeidsongeschiktheid enz. .
Als je bedenkt dat zzp'ers nu vaak een opslag van 50-100% vragen en nauwelijks avond-, nacht- en weekenddiensten draaien, maakt dat voor loontrekkenden in dezelfde functie een groot verschil, verhoogt het de toiletkosten en bemoeilijkt het de bedrijfsvoering.
verzoekt de regering te onderzoeken hoe regelgeving kan worden ingevoerd om zelfstandigen in de zorg gelijk te stellen aan werknemers in loondienst, en hierover vóór het begrotingsdebat verslag uit te brengen aan de Tweede Kamer;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Van den Berg en Mohandis.
Het duurt het nummer 653 (25424).
Damevan de berg(ADC):
Dan de tweede, voorzitter.
Vierde,
luister naar het gesprek
dat er te weinig behandelmogelijkheden en -ruimten zijn voor mensen met zeer complexe en gespecialiseerde psychische problemen;
overwegende dat er in Nederland voldoende plaatsen moeten zijn voor zeer complexe en gespecialiseerde psychische problemen en dat dit vraagt om een landelijk overzicht van de benodigde behandelplaatsen;
dat per regio wordt geïnventariseerd wat onder 'kritische GGZ' valt, maar dat elke regio voor zichzelf bepaalt wat daaronder valt;
is van mening dat dit niet leidt tot een goede nationale vergelijking en een beter inzicht in het aantal posten dat nodig is voor zeer complexe en gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg, vooral omdat deze door verschillende sectoren wordt gefinancierd;
verzoekt de regering duidelijk te stellen dat kritieke geestelijke gezondheidszorg in ieder geval zeer complexe en gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg omvat, en kaders vast te stellen voor wat er nog meer onder kritieke geestelijke gezondheidszorg valt, zodat er adequaat nationaal toezicht is;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Van den Berg en Westerveld.
Het duurt het nummer 654 (25424).
Damevan de berg(ADC):
Dank u wel, voorzitter.
Vansilla:
Bedankt. Dan mevrouw Westerveld van GroenLinks.
DameWesterveld(Groen Links):
Dank u wel, voorzitter. Ik maak me grote zorgen over de 84.000 mensen op de wachtlijst die dringend hulp nodig hebben. Ik denk aan de jongeren en volwassenen die wel eens horen dat de gespecialiseerde instelling waar ze eindelijk de juiste behandeling hebben gevonden gaat sluiten. Ik maak me ook zorgen dat we nauwelijks enig idee hebben hoe groot deze problemen zijn, hoeveel onderdelen er nu zijn en wat we gaan doen om het op te lossen.
Ik heb een heel specifieke vraag aan de minister. Er staan nu zo'n 84.000 mensen op de wachtlijst. Dit aantal is door de jaren heen redelijk constant gebleven. We weten ook dat een groot percentage van hen veel langer op de wachtlijst staat dan de vorige normen, de zogenaamde boomnormen. Dit is ook niet nieuw. En dit gebeurt al jaren. In het Zorgakkoord is afgesproken dat eind 2026 – nog tweeënhalf jaar later – de gemiddelde wachttijd voor mensen vijf weken moet zijn. Mijn heel concrete vraag aan de minister is wat zij de komende tijd precies gaat doen zodat ook wij deze ambitie kunnen waarmaken. Zo niet, dan zou ik u willen aanmoedigen om deze woorden, hoe mooi ze mij ook lijken, niet te schrijven. Het laatste wat mensen verwachten, is dat hen dingen worden beloofd die uiteindelijk niet uitkomen.
Stoel. Ik heb ook een verhuizing.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat een van de doelstellingen van de invoering van het zorgprestatiemodel was om de zorg voor de meest kwetsbare groepen te stimuleren door middel van een financiële stimulans;
vaststellend dat deze belofte niet wordt nagekomen omdat de beperkte vergoeding van algemene tijd het minder lonend maakt om complexere cliënten in de geestelijke gezondheidszorg te helpen, die meer coördinatie en coördinatie nodig hebben;
verzoekt de regering al het mogelijke te doen om de geplande stimulansen van het zorgprestatiemodel tegen 2024 in goede banen te leiden, waarbij zorg en tijd voor de meest complexe cliënten worden aangemoedigd, en de Kamer hierover op de hoogte te houden;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Westerveld en Mohandis.
Het duurt het nummer 655 (25424).
Erg goed. Bedankt. Dan mevrouw Den Haan van de Den Haan Groep.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb twee bewegingen.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat het telefoonnummer 113 niet gratis is;
constaterende dat mensen met schulden, jongeren en anderen in ons land die vaak in een afhankelijke relatie verkeren vaak geen telefoonabonnement hebben, maar bellen met beltegoed;
dat iemand met heel weinig of geen beltegoed 113 niet kan bereiken en dus niet wordt doorverwezen naar het gratis 0800-0113 nummer.
dat het belangrijk is om te voorkomen dat iemand de 113 niet haalt en vervolgens zelfmoord pleegt.
dat het rapport dat het demissionair kabinet heeft opgesteld na het voorstel Van Kooten-Arissen niet is besproken met de Kamer, ondanks dat het een betaalbaar scenario voor gratis bellen bevat;
vraagt de regering om het telefoonnummer 113 gratis te maken,
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Den Haan.
Het duurt het nummer 656 (25424).
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat mensen met schulden twee keer zoveel kans hebben op zelfmoordgedachten en dat financiën een van de directe redenen zijn voor een op de zes zelfmoorden;
overwegende dat medewerkers van de financiële handhavingsinstanties van de overheid veel mensen met schulden en financiële zorgen te woord staan;
dat het van vitaal belang kan zijn dat medewerkers in deze organisaties cliënten met zelfmoordgedachten kunnen herkennen en weten hoe ze moeten handelen.
dat het ook belangrijk is dat de arbeiders zelf weten wat ze moeten doen als ze suïcidale gedachten bij een persoon vermoeden en dat de rijksoverheid de weg vrijmaakt voor onder meer de sociale sfeer;
roept de regering op om initiatieven te nemen om financiële handhavers uit te rusten met klantcontact als model, zodat ze zelfmoordgedachten kunnen herkennen en informatie kunnen verstrekken voor actie;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Den Haan.
Het duurt het nummer 657 (25424).
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Gracias.
Vansilla:
sr. Dijk van SP.
DhrDijk(SP):
Dank u wel, voorzitter. In de tweede helft van de 19e eeuw kwam de wetenschap van de sociologie eigenlijk een beetje op gang. Émile Durkheim was toen zeer actief in Frankrijk. Overweeg zelfmoord. Hij zag een zeer sterk verband tussen zelfmoord en andere psychische aandoeningen, en sociale cohesie in een samenleving. Ik dacht aan de bijdrage van mijn voorganger, de heer Hijink. vatte het veel mooier samen dan ik net deed. Maar je vraagt je dan af waarom het aantal zelfdodingen in Nederland de afgelopen jaren stabiel is gebleven en waarom het niet kan dalen en alleen maar toeneemt. Hetzelfde geldt voor het oproepen van geestelijke gezondheidszorg.
Dat gezegd hebbende, heb ik veel voorstellen gehoord waar ik later graag aan zou willen deelnemen.
Er is een open einde voor meneer Hijink, als je wilt.
Vierde,
luister naar het gesprek
constaterende dat er grote zorgen blijven bestaan over de grootschalige verzameling en analyse van HoNOS+-gegevens door de NZa;
Gezien het feit dat de HoNOS+ vragenlijsten niet geschikt zijn om de prestaties van behandelaars te vergelijken.
roept de regering op ervoor te zorgen dat de NZa stopt met het vragen naar HoNOS+ vragenlijsten;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Dit voorstel is ingediend door lid Dijk.
Het duurt het nummer 658 (25424).
Er is nog een vraag voor u, meneer Dijk. Als je stilstaat
Damevan de berg(ADC):
Dit verbaast me een beetje en ik zou graag een toelichting horen, want ongeveer zes maanden geleden hebben we gestemd over een motie van de heer Hijink waarin we zojuist samen hebben gezegd wat de contexten en omstandigheden waren waaronder dit gebeurde. Dit was precies een initiatief van de heer Hijink waar we allemaal achter staan.
DhrDijk(SP):
Ja dat klopt. Nu maken we deze stap omdat er een grote vraag is om professionals te vergelijken en we denken dat het niet nodig is. Het leert ons niets over de kwaliteit van een beoefenaar.
Damevan de berg(ADC):
Ik heb in ieder geval begrepen dat wat we toen hebben afgesproken nauwlettend wordt gevolgd door de GGD. Mocht dat niet zo zijn, dan hoor ik dat ook graag van de minister, maar nogmaals, daar verbaas ik me over.
DhrDijk(SP):
Zo niet, dan hoor ik dat ook graag van de minister.
Vansilla:
Meneer Mohanty van de Labour Party.
DhrMohadi's(PvdA):
Voorzitter, dank u. Mede naar aanleiding van een werkbezoek van deze commissie aan een zelfmanagement- en herstelcentrum hier in Den Haag en de gesprekken die we daar voerden, het volgende voorstel.
Vierde,
luister naar het gesprek
dat laagdrempelige steunpunten zoals zelfmanagement- en rehabilitatieorganisaties (ZHO's) ervoor kunnen zorgen dat mensen in hun eigen omgeving op een betaalbare manier dicht bij huis kunnen werken aan rehabilitatie;
is van mening dat de huidige reeks laagdrempelige steunpunten in Nederland, zoals zelfmanagement- en herstelorganisaties, moet worden omgevormd tot een landelijk dekkend netwerk, in overeenstemming met de doelstellingen van IZA;
verzoekt het kabinet de Tweede Kamer een concrete aanpak voor de begrotingsbehandeling 2024 te sturen over hoe stap voor stap een landelijk netwerk van laagdrempelige steunpunten kan worden gerealiseerd en tevens de Tweede Kamer op de hoogte te stellen van het tijdschema en de financiering van deze laagdrempelige steunpunten - drempelhulpcentra,
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Mohandis, Van den Hil, Westerveld, Raemakers en Bikker.
Het duurt het nummer 659 (25424).
DhrMohadi's(PvdA):
Stoel. Een ander punt dat ik tijdens en voorafgaand aan het debat op de agenda heb gezet betreft de problemen die cliënten ondervinden wanneer zij op advies van de behandelend arts voor ontslag uit de instelling thuis moeten kunnen slapen. In de GGZ heet dat 'slaapverlof'. Ik krijg veel berichten over hoe dit in de praktijk pijn doet en dat dingen niet gaan zoals verwacht. Vandaar de volgende stap.
Vierde,
luister naar het gesprek
overwegende dat GGZ-patiënten die volgens hun behandelend arts baat zouden hebben bij inslaapverlof, niet thuis mogen slapen omdat de instelling en zorgverzekeraar dit vanwege de huidige NZa-regelgeving weigeren;
dat de door de minister genoemde mogelijkheid om de verblijfsvergoeding in rekening te brengen daar uiteraard geen oplossing voor biedt.
is van mening dat de zorginhoud en het belang van een patiënt moeten prevaleren boven financiële regels en bureaucratie en dat het verlengen van een experiment dat al drie jaar loopt uiteraard geen oplossing is;
verzoekt de regering de NZa te gelasten de regels te wijzigen om slaaptoestemming per direct mogelijk te maken en voor 1 juni 2023 een afschrift aan de Staten te sturen;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door het lid Mohandis.
Het duurt het nummer 660 (25424).
DhrMohadi's(PvdA):
Gracias.
Vansilla:
De laatste spreker van Kamerkant is de heer Van Houwelingen van de Forum voor Democratie-fractie.
DhrVan Houwelingen(FVD):
Dank u wel, voorzitter. Een paar weken geleden hadden we een discussie over de geestelijke gezondheidszorg in Nederland. Je staat onder grote druk. Dit kan komen doordat de geestelijke gezondheid van Nederlanders niet in orde is. Dat zien we onder meer terug in de toename van het aantal burn-outs. Een op de zeven werknemers heeft nu een burn-out. Dit aantal is sterk toegenomen. We zien het ook aan het aantal jongeren met zelfmoordgedachten. Dat is nu een op de zes jongeren. Ook dit aantal is flink toegenomen.
Dus rijst de vraag: hoe is het mogelijk? Hoe is het mogelijk dat alles zo hoog is? Zelf kan ik daar meerdere redenen voor bedenken, zoals het nadenken over klimaatcatastrofe onder jongeren. Als jongere zie je natuurlijk geen goede toekomst meer als je denkt dat het slecht weer is. Het kunnen ook de lockdowns zijn vanwege het coronavirus, waardoor jongeren nu minder kunnen sporten en minder sociaal contact hebben. Het kan zijn dat we in steeds grotere organisaties werken, waaronder GGD's, waardoor je minder grip hebt op je werk. Dit is een bekende oorzaak van burn-out. Het kan ook zijn omdat het steeds moeilijker wordt om rond te komen, zoals net gezegd: mensen met schulden, jongeren die geen huis kunnen betalen, gezinnen waar beide partners moeten werken. Nou, ik kan veel redenen bedenken.
Mijn vraag aan de regering is eigenlijk, omdat dit niet heel duidelijk was in het debat, dit te onderzoeken. Hoe lijkt de geestelijke gezondheid van de Nederlandse bevolking te verslechteren? Ik heb hiervoor een voorstel opgesteld, dat ik nu zal presenteren.
Vierde,
luister naar het gesprek
constateert dat er een groeiende vraag is naar geestelijke gezondheidszorg in Nederland;
constateert bijvoorbeeld dat het aantal burn-outs de afgelopen decennia sterk is gestegen en dat steeds meer jongeren zelfmoordgedachten hebben;
roept de regering op om te onderzoeken of de geestelijke gezondheid van de Nederlandse bevolking de afgelopen decennia inderdaad is verslechterd en zo ja, wat de oorzaken daarvan kunnen zijn;
verzoekt de regering om de Kamer vóór 1 juni 2024 op de hoogte te stellen van de resultaten van dit onderzoek;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door het lid Van Houwelingen.
Het duurt het nummer 661 (25424).
Heel goed bedankt. Een vraag van mevrouw Westerveld.
DameWesterveld(Groen Links):
Een korte vraag aan de heer Van Houwelingen: zou het ook zo kunnen zijn dat sommige jongeren het niet goed doen omdat ze zichzelf niet kunnen zijn, zich niet veilig voelen of soms door anderen met onzekerheid worden behandeld?
DhrVan Houwelingen(FVD):
Ja, dat kan ook een oorzaak zijn. Ik vermoed dat mevrouw Westerveld hier iets specifieks op het spoor is. Maar ja, dat kan ook een reden zijn.
DameWesterveld(Groen Links):
Ik heb dus nog een opmerking. Op zich een goede zet, maar er is ook onderzoek gedaan naar jongeren in de LGBTQ+-gemeenschap. Ze doen bijvoorbeeld vier en een half keer vaker een zelfmoordpoging omdat ze zich niet veilig voelen. Laten we er ook voor zorgen dat deze jongeren kunnen zijn wie ze willen zijn. dat zou mijn oproep aan iedereen zijn.
DhrVan Houwelingen(FVD):
Bedankt. U presenteerde andere mogelijke oorzaken, en wat mij betreft moeten alle mogelijke oorzaken natuurlijk worden meegenomen in het onderzoek. Wat ons betreft is het dan ook een heel breed onderzoek.
Nat.
Vansilla:
Ik zal vijf minuten schorsen en dan horen we van beide ministers.
De vergadering wordt geschorst van 18.13 uur tot 18.21 uur.
Vansilla:
Het woord is van de minister. Dan komt de staatssecretaris vanzelf.
MinisterBriljant:
Dank u wel, voorzitter. Ik heb nog een paar vragen te beantwoorden. Ik zal de vragen en suggesties door elkaar halen in de volgorde waarin ze zijn besproken.
De eerste vraag van mevrouw Van den Hil ging over wetenschappelijk onderzoek. Ik deel de mening van mevrouw Van den Hil dat dit zeker kan helpen. Specifiek voor de GGZ hebben we natuurlijk dit GGZ-onderzoeksprogramma via ZonMw. Deze is nadrukkelijk gericht op uitvoering en ook op praktijkprojecten die direct bijdragen. Daarnaast is er ook het Actieplan Grip op Onbegrip. Dit is eigenlijk een behoorlijk uitgebreide wetenschappelijke agenda.
Dan de vraag van mevrouw Van den Hil over de tafel met beveiligde bedden. Allereerst wil ik erop wijzen dat het dashboard een overzicht geeft van de beschikbare beveiligde bedden in instellingen op niveau 2 en 3. Met deze beschikbaarheidsinformatie ondersteunt het dashboard het plaatsingsproces. Het is dus geen plaatsingstool. Het is informatie die beschikbaarheid aangeeft en bedoeld is om het plaatsingsproces te ondersteunen. Met deze geactualiseerde omschrijving kunnen coördinatoren opnames van instellingen sneller tussen hen schakelen als iemand een veilig bed nodig heeft. In de crisisdienst is niet altijd duidelijk wat de aard en ernst van de stoornis is. Eerst moet je het evalueren. Aan de hand van de indeling wordt bepaald welke zorg passend is. Dit kan ook de uiterst veilige zorg zijn die op het dashboard staat vermeld. Na de screening kan de toelatingscoördinator kijken of er een plek vrij is.
Voorzitter, ik voel een vraag sluimeren.
Damevanaf de heuvel(VVD):
Ik begrijp de uitleg, maar wat mij zorgen baart is dat u nog steeds geen coördinatie heeft van de opname in de crisisdienst. Als daar iets wordt gevonden, heeft het die nacht een bed nodig. Ik vraag de minister zelfs om hier richting aan te geven en te kijken of er iets aan kan worden gedaan. Vooral in instellingen waar iedereen tegelijkertijd aan het opnemen is, levert dat soms echte problemen op. Ik kan me voorstellen dat je de volgende dag daadwerkelijk gaat kijken hoe dit werkt met de compensatiecoördinator, maar er komt echt een roep uit het veld om dit te verbeteren. Het kamp zegt: "Geef ons af en toe toegang tot die extra beveiligde bedden, want dat voorkomt een hoop gedoe vooraf. Daar maken we natuurlijk geen misbruik van."
MinisterBriljant:
Ik begrijp de vraag van mevrouw Van den Hil, maar de vraag is of directe toegang tot het bestuur de werkzaamheden van deze opnamecoördinator vervangt. Het is dus nog maar de vraag of dat op deze manier kan, maar ik neem de vraag van mevrouw Van den Hil mee. Dit levert wat mij betreft niets extra's op, maar ik zal de vraag ook meenemen in eventuele vragen die we hierover hebben met JenV.
Damevanaf de heuvel(VVD):
Ik dank de minister dat hij hem in ieder geval heeft meegenomen. Het gaat mij natuurlijk niet alleen om de toegang tot het dashboard, want in het dashboard kun je alleen zien wat er beschikbaar is. Ik maak me zorgen over de toegang tot het bed. Met alleen toegang tot het dashboard ben je er nog niet. wat nauwelijks oplost. Maar ik krijg de afweging en ik ben gelukkig. Dit is hoe ik het interpreteer: je zult het ontdekken en met me meevoelen om er in de toekomst naar te kijken.
MinisterBriljant:
Mevrouw Van den Hil ziet mijn geest open om mee te denken of het altijd beter kan, maar dan moeten we ook een onderscheid maken tussen waar we toegang geven tot de daadwerkelijke locatie en de beschikbaarheid van de informatie. Ik sta aan de kant van de beschikbaarheid van informatie, maar ik sta open voor uw vraag.
Dan de eerste zet. Dit is de suggestie van Agema in document nr. 652. Ik raad u aan dit niet te doen. De NZa heeft een brief gestuurd over hoe het toezicht op de intensive care kan worden vergroot. Deze brief is aan de Kamer meegedeeld. Wij voeren het uit. Daarom wil ik dit voorstel afwijzen.
Damebezit(PVV):
Ik citeer uit de brief van deze motie. De tekst komt uit de brief. Naar aanleiding van het gesprek is er weer een brief gestuurd vanuit de NZa. Ik citeer deze brief in deze zin. Mijn verzoek aan de minister is om te gaan kijken of de kritische GGZ niet bekostigd kan worden via een beschikbaarheidsbijdrage. Ik vraag de minister om de NZa alvast richting te geven omdat de problemen met onvoldoende beschikbaarheid van zorg voor de meest ernstige gevallen al zo lang aanslepen dat er nu een plan B moet komen.
MinisterBriljant:
In de discussie hebben we hier natuurlijk al het een en ander over uitgewisseld. Mijn standpunt is nog steeds als volgt. Ik deel de wens om tot een goede, heldere afbakening van de kritische GGZ te komen en er dan ook voor te zorgen dat we die in voldoende mate kunnen inkopen. Wat mij betreft is dit opeenvolgend, aangezien ik in het debat ook uitgebreid met mevrouw Agema heb gesproken. Met het stadion hebben we uitgebreide procedurele afspraken gemaakt. Dat is wat we nu doen met het stadion. Dan komen we met een antwoord op de vraag hoe we dat gaan financieren en kopen, wat onderdeel is van de hele weg die we nu inslaan met NZa.
Damebezit(PVV):
Ik begrijp gewoon niet waarom de minister - dat deed ze in het debat - aandringt op dit bevel. Kan het niet tegelijk? Tegelijkertijd kun je de NZa vragen om vooraf onderzoek te doen naar plan B, dat hoeft niet perse te betekenen dat je van tevoren een plan B moet bedenken en steigers moet gaan bouwen, toch? De tijd dringt immers.
MinisterBriljant:
Nu we het proces aan het afronden zijn, gaat het vooral om het definiëren van kritische GGZ, wat is het huidige aanbod en wat hebben we nodig. Dan zullen we nadenken over hoe we het kunnen kopen. Ik ben het helemaal met mevrouw Agema eens dat we haast hebben, maar we moeten ook een geweldige tijd hebben. Dit proces zijn we gestart met de NZa en het veld. Ik ben er echt van afhankelijk dat we dit proces doorlopen.
Damevan de berg(ADC):
Daar wil ik graag mee doorgaan, want er is nu een inventarisatie van wat kritiek is in de GGZ. Maar mevrouw Agema vraagt: kunt u het niet gewoon onderzoeken? Er staat ook: dit betekent niet per se dat je klaar bent met plan B, maar kun je op zijn minst nadenken over wat het zou betekenen als kritische GGZ of hele specialistische klinieken zouden worden bekostigd via deze beschikbaarheidsbijdrage in plaats van beschikbaarheidsfinanciering?
MinisterBriljant:
Nogmaals, dit is echt het verwachte resultaat. Dit is een heel belangrijke stap die we over het veld zetten. Hier hebben we voor het eerst gezegd: laten we dit pakken. Samen nadenken over wat kritische GGZ inhoudt, is een heel delicaat proces. Ik zal daar ook iets over zeggen in het antwoord op het voorstel van mevrouw Van den Berg. Pas als we het in handen hebben, kunnen we de financiering zien. dit is zeker mogelijk, want het doel is om voldoende in te kopen. Om het nu apart te noemen, onderbreekt naar mijn mening het proces te veel. Dan hebben we een grotere kans dat dit proces op andere verstoringen stuit. Het is echt een heel delicaat proces met alle betrokken partijen in de IZA-sector, met de zorgverzekeraars en met de NZa, om het daar een plek te geven en uit te werken.
DameWesterveld(Groen Links):
Ter ondersteuning van mevrouw Agema: een van de problemen hier is dat de partijen op het terrein en IZA telkens weer melden wanneer hier specifieke zorgen worden geuit door de Kamer, omdat wij naar hen luisteren. Wij zijn hier natuurlijk de Tweede Kamer. Hier voor ons staat de minister. Het proces zie ik dus niet als een argument om een probleem zo urgent af te bakenen als: dit kan niet vanwege het proces. Ik zou de minister willen vragen of ze tenminste begrijpt dat een deel van de onvrede in de zaal hier vandaan komt. Omdat we horen dat dit enorme problemen zijn. We horen alleen van mensen op wachtlijsten. We horen van mensen die hulp nodig hebben maar die niet krijgen. Dus het proces onder de aandacht brengen, terwijl we samen zien dat er een groter probleem is, is, met alle respect, een uiting van zwakte.
MinisterBriljant:
Daar ben ik het niet mee eens. Ik heb dit ook uitgebreid toegelicht in de discussie. Ik herken en erken dat we een grote pool van wachtende mensen hebben. Hoewel de vraag toeneemt, is dit aantal van 85.000 redelijk stabiel gebleven. Maar het zijn er te veel.
Ook mevrouw Westerveld vraagt: wat gaat deze minister nu eigenlijk doen? Tijdens de discussie heb ik uitgebreid uitgelegd wat we allemaal doen om dit reservoir te verkleinen. Er zit zeker een rush achter, maar tegelijkertijd hebben we ook veel dingen te bouwen. Deze omvatten die lage limietsteunpunten. Dit zijn centra voor geestelijke gezondheidszorg. We moeten ook de kritische aandacht controleren. De begrippen 'kritieke zorg', 'hooggespecialiseerde zorg' en 'hoogcomplexe zorg' blijven met elkaar verweven. Die hebben we nog helemaal niet. Het is ook een heel moeilijke taak voor het veld. Nu voeren ze het uit. Op dit moment voeren we het uit. Het boekje is in december aangekomen. Medio mei zal de inventaris er zijn. Medio juni wordt het winkelplan 2024 gepubliceerd. Daarbij hoort natuurlijk ook de vraag hoe we het gaan financieren. Is dit een beschikbaarheidsbijdrage of gewoon een gewone aankoop? Dit wordt meegenomen in het proces. Als we deze beschikbaarheidsbijdrage of iets anders nu apart gaan opleggen, dan profiteren we allemaal van dit proces. Dit is precies wat alle partijen binnen IZA als urgent onderkennen, in welk tempo en waarom de partijen samen aan tafel zitten. Laat ons dit proces op deze manier doorlopen, alleen om de kritieke zorg te controleren. Ik ben hier heel duidelijk over.
Vansilla:
Het voorstel voor punt 653.
MinisterBriljant:
Ja, dat was... Ik moet kijken, want nu heb ik de derde akte voor me. De eerste twee vragen, omdat de heer Raemakers veel vragen heeft gesteld. Hoe kunnen geestelijke gezondheidszorg en zorg meer gericht worden op ervaringsgerichte zorg voor transgenders? Dit is voor ons een belangrijke prioriteit. Dat blijkt ook uit de brief die vorige week binnenkwam. Transgender aandachtsmanagement heeft de afgelopen jaren in samenwerking met de partijen gezorgd voor meer verbinding, vertrouwen en samenwerking in het netwerk. Ook de inzet van ervaringsdeskundigen kwam aan de orde. Zo is er in het UMC in Amsterdam de genderraad, die fungeert als een soort patiëntenadviesraad in het kader van genderzorg. Hierbij wordt ook gebruik gemaakt van de ervaringen van transgenders. Ook wordt gesproken over de oprichting van een soort commissie die ervaren experts een nog betere rol zou geven. Ook wordt gekeken naar de rol van de huisarts in de zorg voor transgenders. Even in antwoord op de vraag van de heer Raemakers.
Dan de tweede vraag van de heer Raemakers over kennis. In samenwerking met huisartsen, LZV, endocrinologen, Movisie, Transvisie en Rainbow Academy is een webinar ontwikkeld. Ook het webinar Transgenderzorg in de Algemene Gezondheidszorg wordt dit jaar een aantal keer gehouden. Dit lijkt goed te worden opgevangen door de gezondheidswerkers van de GGZ. Ik zal zorgen voor nader overleg met de webinarorganisatie om te kijken of we dit webinar ook breder kunnen toepassen in de GGZ. Dat was zijn tweede vraag.
Uw derde vraag ging over onnodige beoordelingen. Ik heb dit punt voorgelegd aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De heer Raemakers vraagt mij om actieve feedback. Zodra ik het heb zal ik het doen.
Dan ga ik verder met het voorstel van mevrouw Van den Berg voor punt 653. Ik kan de Kamer een oordeel geven over het voorstel, als ik het woord 'regel' maar zo kan lezen dat het ook kan verwijzen naar regels tussen branchepartijen.
Damevan de berg(ADC):
Ik kijk ook naar meneer Mohanty, omdat ik niet denk dat de regels tussen branchepartijen iets zijn dat kan worden gehandhaafd. En dan is het allemaal weer gratis. Ik ben er een beetje boos over. Nu kijk ik ook naar meneer Mohanty.
Vansilla:
Dat wordt een topbijeenkomst op de pauzemicrofoon.
DhrMohadi's(PvdA):
Ik zou de minister willen voorstellen om deze kwestie sowieso door het hele kabinet te bekijken, want ook over regelgeving wordt gesproken en niet alleen tussen departementen. Vanuit dat perspectief zou ik het ook doen... De collega van SZW houdt zich ook bezig met wetgeving. Dat.
Vansilla:
Daarom?
Damevan de berg(ADC):
Dit is precies het probleem en dit is wat ik de heer Mohantis hoor zeggen. Dit wordt breed gedeeld in ons team. Het gaat dus niet alleen om de gezondheidszorg, het gaat om het hele probleem van het ongebreidelde aantal zelfstandigen zonder loon en zeker de toestand van zelfstandigen in de publieke sector. Wij vinden het ongewenst. Is het daarom door de kast heen te zien? Ik denk dus dat het mogelijk is om verder te gaan dan sectoroverschrijdende arrangementen.
Vansilla:
Daarom?
MinisterBriljant:
Dat kan ik het hele kabinet beloven, want dat is wat we doen. Maar ik moet dit specifieke voorstel afraden als ik het niet kan zien als een beweging van regels tussen branchepartijen. En ik moet u ook adviseren dat niet te doen, want het is een heel kabinetsverhaal om te kijken welke regelgeving er mogelijk is.
Vansilla:
Goed. Dan het voorstel voor artikel 654.
MinisterBriljant:
Goed. Ik moet het voorstel voor item #654 afraden. Zoals opgemerkt, is het proces om een landelijk overzicht op te stellen aan de gang. Ik wil dit proces niet belemmeren en raad dit voorstel dan ook af.
Damevan de berg(ADC):
Net toen we het voorstel van mevrouw Agema bespraken, vertelde minister Helder aan mevrouw Westerveld precies wat we in ons voorstel zeiden, namelijk dat nog niet zo duidelijk is wat zeer complex, specialistisch en kritisch is. Mevrouw Westerveld en ik zijn van plan om precies dat te verduidelijken. Dus toen de minister dat zei, dacht ik: dit is een vinkje in het hokje. we hebben dit opgelost.
MinisterBriljant:
Het staat in de formulering van het voorstel omdat het zegt "duidelijk te maken dat kritische GGZ in ieder geval zeer complexe en gespecialiseerde GGZ omvat". Er is veel complexe en gespecialiseerde zorg die niet noodzakelijkerwijs onder die kritieke zorg valt, maar die gewoon overal verkrijgbaar is. Er is één stuk dat er niet in past en het is precies die precisie die ik nog steeds moet kunnen doen met de toonhoogte.
Vansilla:
Goed. Het voorstel voor artikel 655.
MinisterBriljant:
Voorzitter, laten we eens kijken. Ik heb eigenlijk al antwoord gegeven op de vraag van mevrouw Westerveld, namelijk wat we allemaal doen om deze wachttijden te verminderen. Ik verwijs ook naar de discussie, want ik heb het al vaak gezegd.
Dan heb ik het voorstel voor artikel 655. Daar moet ik helaas over adviseren, want het is nadrukkelijk een NZa-bevoegdheid. Ook hij wordt momenteel vastgehouden door de NZa.
Vansilla:
Mevrouw Westerveld, kort, kort.
DameWesterveld(Groen Links):
Ik weet dat de NZa een loononderzoek doet. Nogmaals, dit is een probleem waar veel mensen mee te maken hebben. We vragen de minister om er alles aan te doen om zo snel mogelijk tot een oplossing te komen. Ze kan er wat steviger in lopen. Uiteraard is de minister in gesprek met de NZA. De minister kan deze gesprekken natuurlijk ook op andere manieren voeren. wat kan. Dit is waar we om vragen in de beweging. Ik begrijp niet waarom dergelijke stappen worden ontmoedigd terwijl we proberen een oplossing te vinden voor zeer specifieke problemen die we allemaal kennen, vóór 2025, dat is volgend jaar.
MinisterBriljant:
Dit omdat dit echt een NZa wedstrijd is. Ik heb deze gesprekken met de NZa. Ze werken. Na 1 juli zal ik de Kamer informeren over de uitkomst van het onderzoek. Daarin zit natuurlijk ook precies die prikkel voor complexere zorg, voor voldoende financiering. We moeten dit echt in samenhang kunnen zien, maar het is nadrukkelijk een taak van de NZa.
Vansilla:
Vervolgens de motie over punt 656. Oké, mevrouw Westerveld, wacht even.
DameWesterveld(Groen Links):
Als het gaat om financiering en hoe het geld wordt verdeeld, is dat niet alleen de provincie NZa. We hebben dus een gedeelde verantwoordelijkheid, namelijk om de financieringssystemen zo in te richten dat er geen groep klanten de dupe van wordt. Daarom begrijp ik niet waarom de minister, in een tijd dat we allemaal merken dat er iets niet klopt, weer naar de NZa wijst.
MinisterBriljant:
Ik heb zojuist mijn antwoord gegeven. De NZa werkt hier hard aan. Na 1 juli kan ik voortgang melden.
Dan een motie over stuk nr. 658 van de heer Dijk. Ook mevrouw Van den Berg zei in haar bijdrage: Dit is uitgebreid besproken met de Kamer en er is een voorstel goedgekeurd waarvan de uitvoering conform het advies van de AP is. Ik moet deze motie dan ook afwijzen.
Vansilla:
Dat was het voorstel op post 658. Dan het voorstel op post 659.
MinisterBriljant:
Dan heb ik de motie over document 659. Dat is wat mij betreft de mening van de Kamer. Partijen zijn onderling overeengekomen om dit netwerk van laagdrempelige steunpunten met landelijke dekking op te zetten. U vraagt mij om met het Parlement te delen hoe zij dit zullen begrijpen. dit is uiteraard mogelijk. Ze zijn bezig met die bewerking en ik zal het je ook toesturen. Ik hoop dat dit u het gewenste perspectief geeft op de uitkomst van deze deal. Ook in de reguliere actualisering van de ketenzorgovereenkomst kom ik hierop terug.
DhrMohadi's(PvdA):
Ook vraag ik de minister om, mede om te voorkomen dat zo'n grote ambitie verwatert met alle andere ambities, te kijken of één organisatie een leidende rol kan spelen, misschien MIND, bijvoorbeeld in samenwerking met de VNG. Mijn angst is een beetje dat we dit allemaal willen en dat het toch niet gebeurt, en dat de volgende regering ernaar streeft er weer iets aan te doen. Dat zou zonde zijn voor de komende anderhalf jaar.
MinisterBriljant:
Ik neem het heel serieus. Ik ben het met de heer Mohandis eens dat we moeten versnellen. Dit hebben we echt nodig, vooral om de vertraging van wachtende mensen te verminderen.
Ik ben dus aan het einde gekomen: de beweging naar spoor nummer 660, om te laten slapen. Ik heb hierover al verschillende dingen uitgewisseld met meneer Mohanty. Op verzoek van meneer Mohanty krijg je na de zomer ook van mij de lessen en de tussentijdse evaluatie die we gaan doen. Ik vind het dus niet gepast, gezien de duur van het experiment en de lopende tussentijdse toetsing, om de NZa te vragen de bekostiging bij te stellen. Dit is nog in behandeling. Wij hebben deze op uw verzoek gedeeltelijk verlengd en hebben ook ingestemd met deze tussentijdse aanslag.
Vansilla:
Daarom?
MinisterBriljant:
Sorry. Ik wijs deze motie af.
DhrMohadi's(PvdA):
Als we na de zomer een tussentijdse evaluatie krijgen, is het waarschijnlijk verstandig om daar aan vast te houden. Ik wil erop wijzen dat het experiment is verlengd terwijl de Kamer in antwoord op onze Kamervragen te horen kreeg dat het experiment eind april zou zijn afgerond. Dit heeft zich nu verspreid. Ik wacht op de tussentijdse beoordeling, maar zelfs als slechts 50 klanten het ervaren, moeten we dit kleine probleem op een gegeven moment oplossen. Ik ga dus door met de motie, maar de zaak is niet weg. Dit komt steeds terug.
Vansilla:
Op verzoek van de heer Mohanty stel ik voor dat zijn motie (25424, nr. 660) wordt aangenomen.
Dit wordt besloten.
MinisterBriljant:
Partijen die mee willen doen aan het experiment vraag ik nogmaals om zich daarvoor aan te melden.
Nat.
Vansilla:
Erg goed. Ik dank de minister. Over de resterende voorstellen horen we dan van de staatssecretaris.
staatssecretarisVan Ooyen:
Dank u wel, voorzitter. Mag ik drie andere moties waarderen, allereerst de motie op punt 656. Dat is natuurlijk een zeer gunstige motie. Allereerst wil ik het graag aan mevrouw Den Haan vertellen. Het is niet de eerste keer dat we over dit onderwerp praten. Sterker nog, mijn voorganger Blokhuis heeft al een onderzoek gedaan om 113 vrij beschikbaar te maken. Uit dit onderzoek bleek dat er eigenlijk geen knelpunten zijn die per se opgelost moeten worden omdat er een alternatief gratis nummer is: 0800-0113. In feite hebben we nu een herhaling van een bestaande discussie. Ik verwijs echter naar het bestaande onderzoeks- en besluitvormingsproces. Ik wil er bij blijven. 0800-0113 is gratis, 113 niet.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
De staatssecretaris verwijst naar een onderzoek waaruit ik in ieder geval niet kan concluderen dat het gratis maken van 113 geen zin heeft. Het is gewoon niet goed onderzocht. Ik las vorige week ook op Skipr dat de staatssecretaris zegt: "112 is een nummer dat levens redt en 113 kan ook een nummer zijn dat levens redt." En: "Van Ooijen wil dat iedereen weet dat als iemand echt in de problemen zit, ze 113 kunnen bellen. De minister van Buitenlandse Zaken vindt elke zelfmoord te veel." Ik ben het volledig eens met de staatssecretaris. Het kost ook tussen de drie ton en 1,2 miljoen, naast het feit dat zelfdoding niet in geld uit te drukken is, omdat het ongelooflijk veel leed veroorzaakt en een enorme impact heeft op de samenleving. We hebben het over een VWS-budget van zo'n 100 miljard. Dus dat is natuurlijk onzin, dat hoorde ik mijn collega net zeggen. Dat geld moet toch ergens gevonden worden? Dus ik denk bij mezelf: het is een gebrek aan politieke wil. Maar als de staatssecretaris het inhoudelijk met me eens is, vind ik dat je daar goed gebruik van moet maken.
staatssecretarisVan Ooyen:
Kijk, ik denk dat hij, alweer, echt goed is. Precies daarom hebben we onderzocht of dit echt een meerwaarde is, hoeveel het kost en of het echt gaat helpen. Die discussie eindigde eigenlijk met de conclusie dat we het zo niet gaan doen.
Vansilla:
Het verzoek wordt daarom afgewezen. Dan het voorstel voor artikel 657.
staatssecretarisVan Ooyen:
Ja, dus ik moet het aanbod afslaan.
Het voorstel voor post 657 is eveneens van mevrouw Den Haan. Ik zou mevrouw Den Haan inderdaad willen vragen de motie aan te houden. Op dit moment nemen veel ministeries deel aan de derde Nationale Suïcide Preventie Agenda. Uw beweging behoort in feite tot het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In het kader van de Nationale Agenda Suïcidepreventie wordt gewerkt aan het vergroten van de kennis en vaardigheden van professionals in de sociaal-economische sector om zelfdoding bij mensen met financiële problemen te herkennen en bespreekbaar te maken. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verkent momenteel met verschillende partijen, waaronder ZBO's, de noodzaak van mogelijke vervolgstappen. Ook hier is haalbaarheid een belangrijk punt. Daarom wil ik u vragen om het verkeer door te laten gaan. Even afwachten waar SZW studio momenteel mee bezig is, echt een action studio.
DameDe Haan(Den Haan-fractie):
Blij te weten dat SZW hieraan werkt en dat het zich ook uitbreidt naar ZBO's. Dus steun ik de motie.
Vansilla:
Op verzoek van mevrouw Den Haan stel ik voor dat haar verzoek (25424, #657) wordt ingewilligd.
Dit wordt besloten.
staatssecretarisVan Ooyen:
Nat.
Dan de motie over punt 661. Dit doet me sterk denken aan een gesprek dat ik met de heer Verkuijlen had in het debat over jeugd en de geestelijke gezondheid van jongeren. Na dit gesprek besloot hij geen voorstel in te dienen. De heer Van Houwelingen ja. Ik wil dezelfde logica tegen hem gebruiken. We hebben al veel materiaal. Laat me een paar dingen noemen, met name op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg voor jongeren. Ik verwijs naar de HBSC 2021-studie die veel cijfers heeft en zeer goed is gedefinieerd. Onlangs publiceerde het Nederlands Jeugdinstituut een goed essay. In 2018 schreef RV "Overly Concerned" over de geestelijke gezondheid van jongeren. En alsof dat nog niet genoeg is, werken we er ook aan om het te blijven monitoren als onderdeel van onze 'Mental Health: For All'-benadering. Dus het is te veel voor mij om een andere studio te vragen om dit hele spectrum te overtreffen. Daarom zou ik dit voorstel afraden.
DhrVan Houwelingen(FVD):
Bedankt voor je antwoord. Eigenlijk zijn er veel onderzoeken, maar de onderzoeken die ik hier hoor gaan vooral over de geestelijke gezondheid van jongeren. Dit is natuurlijk heel belangrijk, maar ik heb nog andere voorbeelden genoemd. Natuurlijk zijn er ook andere vormen van psychische problemen, zoals burn-out. Dus mijn vraag aan de staatssecretaris is: is er een studie of iets dat dit als geheel bekijkt? Ik bedoel de druk op de gezondheidszorg en de oorzaken ervan. Niet alleen jongeren hebben problemen. Er zijn andere oorzaken, zoals uitputting. Zijn er studies die hier naar kijken en de belangrijkste oorzaken opsommen? En zou het niet leuk zijn om zo'n studio te hebben? Want voorkomen is natuurlijk beter dan genezen.
staatssecretarisVan Ooyen:
Stoel. Ik heb twee dingen, ten eerste. Het continuüm dat we gaan ontwikkelen als gevolg van de 'Mental health: for all'-benadering omvat uiteraard het hele spectrum. Want niet alleen jongeren zijn een doelgroep, maar ook werkenden en mensen met een sociaal-economische achterstand. Kortom, dit is een breder perspectief. Dit is een.
Seconde. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid heeft uiteraard ook brede perspectieven geschetst, zowel voor de jeugdzorg als voor de geestelijke gezondheidszorg, over hoe de duurzaamheid van de zorg in het geding is. Het is dus een breder perspectief. Het gaat niet alleen om jongeren, maar ook om andere doelgroepen. Ik geloof dat ze grondig zijn onderzocht.
Vansilla:
Goed. We snappen het, mevrouw Van den Hil. Kan ik iets voor je betekenen?
Damevanaf de heuvel(VVD):
President, het kan zeker iets voor mij betekenen. Ze had nog een vraag gesteld over preventie en niet alles over geestelijke gezondheidszorg. Ik denk dat het tussen de twee ministers is verdwenen. Ik wachtte af wie er zou antwoorden, maar nu ook niet. Dit gebeurt vaker. Als je er twee verantwoordelijk houdt, doen ze het gewoon niet. Dus mijn vraag is: hoe promoten we dit partnerschap? Hoe controleren we dat het niet allemaal GGZ is en dat mensen terecht kunnen in de juiste sector?
staatssecretarisVan Ooyen:
Dat is het voordeel van samenwerken. Dit gaat zo automatisch. De minister fluistert me in dat er bij IZA belangrijke afspraken zijn gemaakt om te voorkomen dat de geestelijke gezondheidszorg overbelast raakt. Dit is één stap. Ik moest meteen denken aan de afspraken die we maken over de jeugdzorg en de hervormingsagenda. Het bevat ook een zeer belangrijke passage over hoe stress in de jeugdzorg kan worden voorkomen door middel van preventie.
Vansilla:
Goed. Voor zover
Discussie is gesloten.
Vansilla:
Dinsdag stemmen we over de voorstellen. Ik dank beide ministers voor uw aanwezigheid. We nemen afscheid van de minister, die we een fijne avond wensen.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
oorlogsslachtoffers
oorlogsslachtoffers
is de volgordetweeminutengesprek Oorlogsslachtoffers (CD dd 12/04).
Vansilla:
Het volgende onderwerp is de twee minuten durende discussie Affected by War. De commissiebespreking vond plaats op 12 april. We hebben vijf parlementsvoorzitters. De eerste is meneer Dijk van de SP. U heeft twee minuten spreektijd.
DhrDijk(SP):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb een verhuizing. Het is heel pijnlijk dat ik dit vandaag moet presenteren. De SP vindt het jammer dat we het nog steeds hebben over het herstel van de rechten van mensen die tijdens de oorlog in dienst waren van de Nederlands-Indische regering en daarvoor geen loon of pensioen ontvingen. Dit is echter een gevolg van eerdere politieke beslissingen. Toen in 2015 eindelijk een nabetalingsregeling werd ingevoerd, werden weduwen van tussentijdse overledenen louter op financiële gronden hiervan uitgesloten, en hadden deze weduwen ook te kampen met een gebrek aan rechtsmiddelen.
Ook na het eerdere voorstel van Henk van Gerven weigerde de minister van Buitenlandse Zaken een betalingsregeling voor weduwen voor te stellen. Vandaar de volgende stap.
Vierde,
luister naar het gesprek
opmerkend dat het besluit om weduwen uit te sluiten van de regeling met terugwerkende kracht van 2015 tot veel wrevel heeft geleid;
dat in het AEF-rapport stond dat de regeling voor achterstallige betaling van een weduwe ingewikkeld zou zijn, maar niet onmogelijk;
verzoekt de regering een regeling voor betalingsachterstand voor weduwen voor te stellen, waarbij 15 augustus 2015 als referentiedatum wordt genomen;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Dijk en Mohandis.
Het duurt het nummer 188 (20454).
Er is een vraag van meneer Mohanty.
DhrMohadi's(PvdA):
Ik doe het met mijn eigen inbreng. Ik heb geen eigen beweging. Ik zou dit voorstel van harte steunen en mede voorstellen.
DhrDijk(SP):
Ik heb het je voorgelegd.
DhrMohadi's(PvdA):
Dus bij deze. Misschien ben je mijn naam vergeten te lezen.
Vansilla:
Je naam staat hieronder.
DhrDijk(SP):
Misschien nog een zin. Ik ben het echt vergeten. Ik ben anderhalve week parlementslid. Ik heb hier geen moment gehad dat ik nerveus of gespannen was, maar ik moet toegeven dat ik daar wel zin in heb. Dat heeft ermee te maken dat ik het echt jammer vind dat dit soort dingen in ons land niet goed geregeld zijn.
Vansilla:
Bedankt. Dan de heer Van Haga van de Van Haga Groep.
DhrUit Den Haag(Van Haga Groep):
Stoel. Ik heb twee bewegingen.
Vierde,
luister naar het gesprek
verzoekt het kabinet de ongerechtvaardigde ongelijke behandeling van materiële oorlogsschade zoals vastgesteld door de rechtbank Den Haag op 1 juni 2022 te verhelpen door middel van een individuele financiële regeling voor de slachtoffers van de eerste generatie overlevenden van de Japanse bezetting in voormalig Nederlands-Indië en hun directe nakomelingen,
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Van Haga.
Het duurt het nummer 189 (20454).
Vierde,
luister naar het gesprek
roept de regering op om een individuele financiële regeling te treffen voor de weduwen van ambtenaren en KNIL-militairen die tijdens de Tweede Wereldoorlog abusievelijk geen salaris ontvingen;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Van Haga.
Het duurt het nummer 190 (20454).
DhrUit Den Haag(Van Haga Groep):
Gracias.
Vansilla:
Bedankt. Dan meneer Mohantis van de PvdA.
DhrMohadi's(PvdA):
Voorzitter, dank u. Het was een zeer emotionele discussie in de commissie. Dit is ook terecht, als je dit onderwerp ziet. In 2020 was de Tweede Kamer het er in grote lijnen over eens dat we een volgende stap moeten zetten. Dit moest onderzocht worden. Tijdens deze discussie is er veel gezegd over dit onderzoek. Daarom zijn we uiteindelijk tot de conclusie gekomen dat we samen met de SP, na een eerder initiatief van Van Gerven en Kerstens, maar door moeten gaan met een plan, want er zijn weduwen. Is nog steeds daar. Een van hen zit hier vandaag op de publieke tribune, Christine Menxel-van den Hemel. Dus het is er gewoon. Het ongemakkelijke - en dat blijf ik benadrukken, ook in de discussie - is dat het systeem hier niets toestaat, als we de betrokkenen zien en in de ogen kijken. Dit is nog steeds ongemakkelijk.
Zowel het Banco de Previsión Social als het AEF-rapport sluiten een plan niet uit. Natuurlijk is het ingewikkeld, maar het is niet onmogelijk. We hebben al veel uitgewisseld, ook met de staatssecretaris. Tot slot, ook ik noem het een laatste redmiddel, stellen we voor om voor een bepaalde groep een kleine correctie door te voeren en deze buiten het systeem om te organiseren. Hoe kunnen we weduwen maatwerk bieden die we in de ogen kunnen kijken?
Stoel. Nogmaals, de aanvraag zoals ingediend. Natuurlijk hebben we samen een groot project. Ik ben ook benieuwd naar de reactie op het "Share and Connect" rapport en al die andere dingen, maar dat boek is niet gesloten. Helaas. Zo voel je je toch. Wij zullen deze zaak met belangstelling blijven volgen.
Gracias.
Vansilla:
Mevrouw Maeijer, van de Partij voor de Vrijheid.
DameKan(PVV):
Voorzitter, dank u. Op 31 januari, ruim twee jaar na het voorstel van Van Gerven, liet de staatssecretaris de Tweede Kamer weten dat er geen betalingsachterstand voor weduwen komt. Hiermee wordt een grens getrokken aan financiële arrangementen gericht op individueel rechtsherstel. Er is minstens twee jaar uitgetrokken om een beslissing te nemen over een dossier met zo'n lange geschiedenis, waarvan de doelgroep zeer oud of overleden is.
Stoel. We hebben al meerdere meldingen gekregen van bejaarde weduwen die vechten voor erkenning en financiële compensatie voor het salaris van hun overleden echtgenoot. De staatssecretaris kan hier het verschil maken. Daarom zou ik u namens mijn fractie willen verzoeken dit te doen.
Stoel. Vandaar de volgende stap.
Vierde,
luister naar het gesprek
roept de regering op om zo snel mogelijk een betalingsachterstandsregeling voor weduwen in te voeren;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Maeijer.
Het duurt het nummer 191 (20454).
DameKan(PVV):
Ik heb zojuist vernomen dat er nogal wat voorstellen op dit gebied zijn. Lijkt me een belangrijk teken. Misschien moeten we eens kijken wat we ermee kunnen doen.
Stoel. Tot slot mijn laatste punt.
Vierde,
luister naar het gesprek
roept de regering op om te streven naar een toename van 20% naar 100% van het aantal schoolkinderen dat een monument of museum uit de Tweede Wereldoorlog bezoekt, zoals het Anne Frank Huis en kamp Westerbork;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Dit voorstel is ingediend door de leden Maeijer en Beertema.
Het duurt het nummer 192 (20454).
DameKan(PVV):
Gracias.
Vansilla:
Bedankt. De laatste spreker van de Tweede Kamer is de heer Simons van de VVD-fractie.
Dhrchris simons(VVD):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb twee suggesties, met betrekking tot herdenkingen en het vieren van de vrijheid.
Vierde,
luister naar het gesprek
overwegende dat de kennis en het bewustzijn van jongeren over de Tweede Wereldoorlog en de herdenking ervan afneemt;
dat kennis van de geschiedenis belangrijk is.
dat toekomstig geheugen gegarandeerd moet zijn;
constaterende dat het antisemitisme in Nederland toeneemt en dat het begrip "Holocaust" voor veel mensen onbekend begint te worden;
roept het kabinet op de herdenkingscultuur in Nederland te versterken en gedenkplaatsen beter toegankelijk te houden en digitaal toegankelijk te maken;
verzoekt de regering voorts om initiatieven zoals de Nationale Kinderherdenking en het Na de Dam Theater, die de bewustwording en participatie van jongeren bevorderen, structureel te integreren in de politiek van de herinnering;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Chris Simons, Drost en Werner.
Het duurt het nummer 193 (20454).
Dhrchris simons(VVD):
Dan de tweede zet.
Vierde,
luister naar het gesprek
overwegende dat de kennis en het bewustzijn van jongeren over de Tweede Wereldoorlog afneemt;
dat het naast vieren belangrijk is om op 5 mei de vrijheid te vieren;
dat de viering van onze vrijheid in de toekomst gegarandeerd moet worden.
constaterende dat bevrijdingsfestivalorganisaties aangeven dat het houden van bevrijdingsfestivals in de toekomst niet gegarandeerd is;
opmerkend dat het belang van vrijheid en bezinning daarop op 5 mei nog duidelijker werd als gevolg van de aanhoudende oorlog tussen Rusland en Oekraïne;
roept de regering op overleg te starten met organisaties van bevrijdingsfestivals en zich in te spannen om het vieren van de vrijheid in de toekomst mogelijk te houden en de mogelijkheid van toegang tot bevrijdingsfestivals in deze discussie te betrekken;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Chris Simons.
Taken nr. 194 (20454).
Erg goed. Tot zover de termijn van de Kamer. Ik pauzeer vijf minuten en dan horen we van de staatssecretaris.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Vansilla:
Het woord komt overeen met de staatssecretaris.
staatssecretarisVan Ooyen:
Dank u wel, voorzitter. Het doel van het voorstel Dijk/Mohandis op punt 188, het voorstel van Van Haga op punt 190 en het voorstel van Maeijer op punt 191 is in feite hetzelfde, namelijk het invoeren van een betalingsachterstandsregeling voor weduwen. Tijdens het gesprek op 12 april hebben we daar uitgebreid van gedachten gewisseld. Net als de Kamer ben ik me er terdege van bewust dat de pijn van het lijden tijdens de Tweede Wereldoorlog en het deels ontoereikende herstel van Indiase rechten na de Tweede Wereldoorlog nog leeft in de Indiase en Molukse gemeenschappen. Zoals tijdens het debat van 12 april uitvoerig is besproken, hebben verschillende kabinetten getracht via diverse wetten en regelingen verhaal te halen. Dit heeft de wrok bij een deel van de gemeenschap weggenomen, maar nooit helemaal.
Geconcludeerd moet worden dat volledige reparatie of volledige tevredenheid niet mogelijk is. Helaas zal een nieuwe financiële regeling, gericht op een beperkte doelgroep, de wrevel over rechtsherstel, die al bijna 78 jaar leeft onder de Indische en Molukse gemeenschap, niet kunnen wegnemen. Daarom adviseer ik om deze moties niet in uw Kamer in te dienen.
DhrDijk(SP):
Je kluisje, hè? Veroorzaak je zelf geen onvrede? Met zo'n opstelling kun je deze onvrede zeker wegnemen. Je kunt echter veel steun krijgen voor zo'n plan zonder mensen uit te sluiten of tegen elkaar op te zetten. Is het niet logisch dat ook weduwen en erfgenamen tot zo'n regeling behoren? Als je het in zo'n ontwerp niet vanaf het begin goed voor elkaar hebt, is het niet heel redelijk dat mensen er ontevreden over zullen zijn? Als deze regeling in één keer was voltooid, zoals het hoort, voor alle levende personen en voor de weduwen en andere erfgenamen, zou er in deze gemeenschappen zeker geen wrok over zijn geweest. Als het kabinet gewoon zijn werk goed had gedaan en met een goede regeling was gekomen die geen mensen uitsluit, dan hadden we hier nu niet gezeten. Je zou daar dus heel trots kunnen staan. Dan zouden de mensen op de publieke tribune trots zijn op een kabinet dat een goede regeling had getroffen. Dat doe je gewoon niet. Dit is het probleem.
(Applaus uit het publiek)
Vansilla:
Je hebt al een keer geklapt. Dit is duidelijk, maar ik verzoek u de rest van de discussie in stilte te bekijken.
staatssecretarisVan Ooyen:
Natuurlijk ben ik het niet eens met de heer Dijk. Het is een zeer beknopte samenvatting van de discussie. We hebben een zeer intensief gesprek gehad, waarbij uiteraard goed is nagedacht, ook door de heer Mohandis, of er een enge doelgroep kan worden gedefinieerd. Ik begrijp. Ook deze vragen heb ik volledig beantwoord. Ik heb gekeken of er nog een kans is. Ik denk ook aan mevrouw Paulusma, die zich afvroeg of het niet mogelijk was werk te delegeren. Het is heel legitiem om al die verschillende opties samen echt te verkennen om te zien of er toch een mogelijkheid is. We vonden dit echt enorm ingewikkeld. Het kabinet besluit ten slotte: we gaan niet over tot individuele regulering. Zo ook. Ik neem hiervoor de verantwoordelijkheid en leg het uit. En hier zijn we nu.
DhrDijk(SP):
De wereld is een ingewikkelde plek. Het is aan politici om deze complexe problemen op te lossen en ervoor te zorgen dat mensen de rechten krijgen die hen toekomen. Het spijt me, maar in de lokale politiek was je met dat antwoord niet weggekomen. Ik zal je vertellen waarom. Het belang van een openbare tribune met een aanzienlijk aantal mensen is daar veel belangrijker dan hier. Nu kun je gemakkelijk zeggen: dat doen we niet. Werkt niet. Sterker nog, het lijkt mij onvoorstelbaar dat zulke dingen niet gebeuren. Natuurlijk hebben meneer Mohandis en meneer Hijink geprobeerd uit te zoeken wat er bij jou mogelijk is. Zelfs als dat niet lukt... Ik noemde het zojuist niet voor niets jammer. Hoe leg je dat meteen uit aan de mensen die hier op de tribune zitten? Ik zou je echt willen vragen om daar even heen te lopen en met deze mensen te praten. Leg het maar uit. U kunt het mij niet uitleggen en eerlijk gezegd vraag ik de coalitiepartijen: hoe zou de minister van Buitenlandse Zaken u dit kunnen uitleggen?
staatssecretarisVan Ooyen:
Mijnheer Dijk, ik zou willen zeggen: ook na het debat ben ik bij de weduwen langs geweest en heb ik verteld wat ik ervan vind. Natuurlijk is er ruimte voor onenigheid. Ik heb voorafgaand aan het debat intensieve gesprekken gevoerd met de gemeenschap en zal dat blijven doen.
Vansilla:
Ga jij maar verder. Ik wil dat er stilte heerst op de openbare tribune. De minister van Buitenlandse Zaken vervolgt.
staatssecretarisVan Ooyen:
Bedankt. Dan het voorstel voor document nr. 189 door de heer Van Haga. Dit is in wezen dezelfde situatie. Er wordt alleen een andere doelgroep gedefinieerd, namelijk de groep die leed onder de Japanse bezetting. En hier is het natuurlijk buitengewoon pijnlijk – ik zeg dit tegen de heer Van Haga – om te moeten constateren dat de Nederlandse regering de slachtoffers van de Indische en Molukse oorlog in de jaren vijftig ongelijk behandelde ten opzichte van andere oorlogsslachtoffers. Eigenlijk geldt de keuze die ik in de eerste zet heb gemaakt ook hier. Individuele regulering is naar onze mening niet de juiste weg.
Vansilla:
Het voorstel wordt dus verworpen.
staatssecretarisVan Ooyen:
Het voorstel wordt dus verworpen.
Dan ga ik over op de motie van mevrouw Maeijer op stuk 192. Ik zal de Kamer een uitspraak doen over die motie, want ik vind de zaak heel goed, maar ik wil nog een paar dingen toevoegen. A. Dit is geen vergunning voor financiële vraag van deze instellingen. Zo zou het ervaren kunnen worden, zeg ik in alle eerlijkheid. Ten tweede is het een inspanning. Ik kan er natuurlijk nooit een resultaatsverbintenis aan afgeven. Dit is dus van cruciaal belang. Ten derde is het natuurlijk een uiterst ambitieus doel dat hier gesteld wordt. Dat wil ik even opmerken. We leveren grote inspanningen, maar ik wil ook de buitengewone ambitie benadrukken die u hier stelt. Met dat in gedachten kan ik de motie naar de Kamer brengen.
Stoel. Dan ga ik verder met punt 193 van de heer Simons over de herinneringscultuur. Ik zou tegen de heer Simons willen zeggen dat ik, net als hij, van mening ben dat het heel belangrijk is dat de Tweede Wereldoorlog wordt herinnerd en herinnerd door de huidige en toekomstige generaties. Er zijn al veel mooie initiatieven om jongeren te betrekken bij de herdenking en herdenking van de Tweede Wereldoorlog. Ik interpreteer de verhuizing als een oproep om jongeren te laten nadenken en hen te betrekken bij waardevolle initiatieven die de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog levend houden. Ik ben het hier volledig mee eens en wil de Kamer dan ook graag adviseren over het voorstel.
Ik kom bij de laatste zin, meneer de president. Motie voor punt 194 roept op tot overleg om te beginnen met organisaties van bevrijdingsfestivals en inspanningen om ervoor te zorgen dat het vieren van de vrijheid ook in de toekomst mogelijk blijft. Ik heb het natuurlijk over de festivals. Ik deed dit ook voor de viering van 5 mei. Het is erg belangrijk om onze vrijheid op 5 mei in de toekomst te herinneren. In het debat van 12 april bespraken we ook het kabinetsstandpunt over festivalfinanciering. Deze positie verandert niet. Daarom is een gesprek met festivals bedoeld om zinvolle ideeën te delen over de toekomst van het vieren van vrijheid. Ik zou de beweging op deze manier willen beoordelen.
Tot nu toe, voorzitter.
Vansilla:
Bedankt. Tot zover deze discussie.
Discussie is gesloten.
Vansilla:
Dinsdag stemmen we over de voorstellen. Uitstel tot 20 uur voor het diner. Ophalen: 20:10 uur
De vergadering wordt geschorst van 19.19 uur tot 20.11 uur.
Uitbreiding van de sluitingsbevoegdheden van de burgemeester en de plaatsvervangend gouverneur
Voorzitter: Bergkamp
Uitbreiding van de sluitingsbevoegdheden van de burgemeester en de plaatsvervangend gouverneur
Het probleem is de behandeling:
- het wetsvoorstel tot wijziging van de Gemeentewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, St. Eustatius en Saba en bepaalde andere wetten betreffende de uitbreiding van de uitsluitingsbevoegdheid van de burgemeester en gezaghebber ter handhaving van de openbare orde en het herstellen van bepaalde nalatigheden (36217) .
Vansilla:
Aan de orde is het wetsvoorstel tot wijziging van de Gemeentewet, de Wet op de openbare lichamen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en enkele andere wetten in verband met de uitbreiding van de uitsluitingsbevoegdheden van burgemeester en wethouders tot handhaving van de openbare orde en het herstellen van enkele omissies (36217).
Ik heet onder ons de minister van Justitie en Veiligheid van harte welkom, evenals de pers en degenen die anderszins naar het debat kijken.
De algemene discussie wordt geopend.
Vansilla:
Ik geef nu het woord aan mevrouw Michon-Derkzen. Hij zal namens de VVD spreken. Het is goed om meneer Van Nispen weer bij ons te hebben. Hij is bezig met de Onderzoekscommissie, maar nog met het debat van vanavond. Dit wordt gewaardeerd.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Bedankt, en dit is ook namens mij. Fijn je hier te zien.
Stoel. Veilig kunnen wonen in uw stad, buurt of regio. Dit is de basis van een vrij leven. Maar de praktijk is anders. Explosies en bomaanslagen op huizen in woonwijken in Nederland klinken als thrillers, maar zijn tegenwoordig de harde realiteit. Er vinden steeds vaker explosies plaats, zoals in de Rotterdamse wijken Spangen en Vreewijk, waar de teller nu op meer dan 50 staat, maar ook in Amersfoort en Amsterdam. Het maakt angstaanjagend eens te meer duidelijk dat de drugsmaffia niet meer in de schaduw opereert en geen middelen lijkt uit de weg te gaan, met grote schade aan woningen maar vooral met een groot onveiligheidsgevoel bij omwonenden. Dit buitensporige geweld hoort niet thuis in een woonwijk. Daarom ben ik blij met deze wetswijziging, die de burgemeester een duidelijke bevoegdheid geeft om de straten veilig te houden. We kunnen de georganiseerde drugscriminaliteit immers niet alleen via het strafrecht aanpakken. De middelen van het bestuursrecht zijn nodig en die hebben we gelukkig. Ik denk aan de wet van Bibob en de wet van Damocles, die hier eerder zijn besproken.
Deze wet is een uitbreiding van de bestaande bevoegdheid om een woning te sluiten in het kader van het toezicht op de openbare orde. Dit wetsvoorstel maakt het mogelijk om een woning af te sluiten wanneer de openbare orde rondom de woning wordt verstoord doordat in of in de directe omgeving van de woning ernstig geweld wordt gepleegd of daarvoor wordt gevreesd, en om een woning af te sluiten wanneer een wordt ontslagen. hij is daar en de openbare orde rondom het huis wordt verstoord of hij vreest dat die verstoord zal worden. Ik beveel deze wijziging van de Gemeentewet ten zeerste aan. Tegelijkertijd wil ik hier ook benadrukken, ik wil het gewoon zeggen, dat het gaat om personalisatie en proportionaliteit. Voor afsluiting is een gedegen managementrapportage vereist.
Stoel. Ik heb een amendement ingediend om de respijtperiode uit het wetsvoorstel te schrappen. Als de politie, in overleg met de gemeenten, na eerdere waarschuwingen eerst iemand de kans moet geven om sluiting te voorkomen, dan wordt de uitvoering ingewikkelder dan nodig. Het is precies deze toepassing waar we ons hier als Kamer op gaan richten. We hebben dit vaak tussen ons gezegd. Het zijn juist de burgemeesters die ons zeiden: doe dit niet. Hij is geen voorstander van deze respijtperiode. De gemeente Nijmegen noemde het zelfs een stom onderdeel van het wetsvoorstel. Deze respijtperiode schept ook verwachtingen bij betrokkenen die niet kunnen worden waargemaakt, omdat de maatregelen die men in zo'n situatie kan nemen vaak onvoldoende zijn om de buurt op de lange termijn veilig te houden. Een korte lockdown van het huis is effectiever, omdat het de buurt veiliger maakt. Bovendien kan de sluiting altijd direct worden opgeheven als er voldoende maatregelen zijn genomen.
Vansilla:
Het betreft de wijziging van document nr. 8 door mevrouw Michon-Derkzen.
DameMichon-Derkzen(VVD):
slaat. Dank daarvoor.
DhrDesde Nispen(SP):
Je was zo aardig voor me door me hier te verwelkomen dat ik dacht: dat zal ik doen. dan moet er minimaal één interrupt zijn. Het zal mevrouw Michon-Derkzen niet verbazen dat ik binnenkort een iets andere bijdrage aan dit onderwerp zal hebben. Ik zie er ook de voordelen van in en de ernst van de georganiseerde misdaad. Ik doe er niets aan. Ik zou mevrouw Michon-Derkzen alleen willen vragen of zij het dilemma ziet dat zware misdrijven in principe strafrechtelijk moeten worden afgedaan. Dit wetsvoorstel zorgt ervoor dat als er in huizen wordt geschoten of explosieven in andermans huizen worden geplaatst, niet zozeer de daders het doelwit zijn, maar mogelijk de slachtoffers, misschien de familie, de kinderen die in zo'n huis wonen. Ziet mevrouw Michon-Derkzen dit dilemma hoe dan ook?
DameMichon-Derkzen(VVD):
De heer Van Nispen heeft helemaal gelijk: we hebben strafrecht om overtreders te straffen. Dit gebeurt niet van de ene op de andere dag. Er ligt een lang werk voor de boeg. In het kader van de openbare orde heeft een burgemeester nu eenmaal de verantwoordelijkheid om zijn gemeente te beschermen. Het één sluit het ander niet uit. Ik vind deze discussie altijd vervelend en echt onnodig. Met deze wet geven we de burgemeester de bevoegdheid om de straten veilig te houden, om ervoor te zorgen dat je niet naast een huis woont waar explosieven liggen. Ik bedoel, dat wens je toch niemand toe? Ik denk niet dat meneer Van Nispen dat ook met zijn gezin zou willen. Je wenst het niemand toe. Dan is het noodzakelijk dat de burgemeester direct ingrijpt om de buurt veilig te maken. Ik ben het met de heer Van Nispen eens: ik zou graag zien dat de dader – de dader maakt ook vaak deel uit van een crimineel netwerk – ook kennismaakt met politie en justitie. Maar met dit wetsvoorstel regelen we vooral de verkeersveiligheid voor omwonenden.
DhrDesde Nispen(SP):
Nogmaals, ik ben het eens met dit uitgangspunt. Het zal het dilemma wat meer belichten, namelijk dat de wet zoals die er nu is, niet verhindert dat onschuldige mensen uit hun huizen worden gezet ten behoeve van de veiligheid van de hele buurt. Ik verwijs naar de uitstelperiode voor de bewoners van dat gebouw, die misschien geen schuld hebben. Juist in de huidige Gemeentewet is opgenomen dat zij de mogelijkheid krijgen iets uit de situatie te herstellen, de verstoring van de openbare orde te beëindigen of ongedaan te maken. Het is precies deze clausule die mevrouw Michon-Derkzen wil schrappen. Vergeef me, ik kan het niet begrijpen.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Daarom keek ik erg uit naar de heer Van Nispen in dit debat. Ik had dit kunnen schilderen. We zijn het hier alleen principieel niet eens. Ik vind het ook verkeerd om de persoon wiens huis op slot zit af te schilderen als mogelijk onschuldig. Er is een pistool in dit huis. Er zijn explosieven in dit huis. Je wilt niet meer naast een huis wonen waar explosieven liggen, maar niemand wil toch... Stel je huisgenoot heeft een andere hobby en heeft explosieven, dus je wilt niet dat die persoon daar blijft wonen omdat je denkt: nou wat denk je, heeft het een negatief gevolg voor jou? Dit heeft natuurlijk ook negatieve gevolgen voor iedereen die in dit huis woont, maar wij zorgen ervoor dat de buurt veilig is. Dit gebeurt niet van de ene op de andere dag. Er moeten altijd degelijke managementrapportages zijn.
Dan voor de aflossingsvrije periode. Naar mijn mening is dit een extra stoot om deze urgentie aan te tonen, wat niet nodig is. Dit leidt tot willekeur in de toepassing. De applicatie zegt eigenlijk: "Doe het niet. We hebben het niet nodig, want we doen het al goed. We weten heel goed dat de administratieve rapportage sterk moet zijn." Dat vat samen wat mij tot dit amendement drijft.
Vansilla:
Tot slot de heer Van Nispen.
DhrDesde Nispen(SP):
Eindelijk, voorzitter. Ik begrijp de uitleg van dit amendement, maar ben nog niet overtuigd. Ik sprak over mogelijke onschuldigen. Dit geldt niet voor het geval dat er wapens, explosieven in een huis zijn gevonden. Dan worden ze verdacht van misdrijven en moeten ze wat mij betreft strafrechtelijk worden afgedaan. Maar het verwijst ook naar de situatie waarin huizen van buitenaf worden aangevallen, beschoten en explosieven worden geplant. Dan valt het de bewoners van het gebouw misschien helemaal niet te verwijten. Dat zei ik over het verhaal.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Het is niet duidelijk. Maar ik denk dat de wet heel duidelijk is. Het gaat dus om wapens die zorgen voor verstoring van de openbare orde of angst voor verstoring van de openbare orde. Er zijn geen wapens in dit gebouw die met deze wapens te maken hebben, maar dat zou ook een vraag kunnen zijn voor de minister. Ik denk dat je dat ook zult vragen, en ik denk dat ze het in haar bijdrage zal behandelen. Ik vind het bemoedigend om van de heer Van Nispen te horen dat hij in het kader van straat- en buurtveiligheid ook vindt dat het niet normaal is dat er explosieven in gebouwen aanwezig zijn. Dus samen moeten we ook de burgemeester deze uitgebreide bevoegdheid willen geven om zo'n huis te sluiten.
Damewederzijds(PvdA):
Ik denk dat we het allemaal eens zijn over het tweede. Ik wil graag ingaan op het amendement van de heer Michon-Derkzen. Ik denk dat mijn collega het met mij eens is dat als artikel 174a van deze nieuwe wet wordt gebruikt, het proportioneel moet zijn, dit handelen proportioneel moet zijn en het subsidiariteitsbeginsel in acht moet worden genomen. Dit omvat het nemen van de minst ernstige behandeling en het gebruik ervan als de ultieme behandeling. Is mijn collega het ermee eens, omdat het noodzakelijk is om het subsidiariteitsbeginsel te respecteren, dat je iemand de kans moet geven om een minder serieus voorstel in te dienen om de wanorde op te heffen? Als u deze link verwijdert, krijgt u waarschijnlijk juridische problemen en ontneemt u iemand ook de mogelijkheid om zelf een oplossing te vinden. Misschien wilt u daar eens over nadenken, zodat ik uw amendement beter kan beoordelen, want ik heb daar ook mijn twijfels over.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik zou het argument van mevrouw Mutluer willen omdraaien, want er is geen burgemeester die zomaar een huis sluit. Mogelijk heb je tijdens de show al een waarschuwing afgegeven. Het moet ook verschillende badges hebben om bestand te zijn tegen deze administratieve blootstelling aan een mogelijke juridische actie door de persoon van wie het adres is gesloten. Maar ik ben er tegen om deze wet nu vast te leggen. We gaan nu wettelijk vastleggen dat een burgemeester daadwerkelijk moet bewijzen dat er sprake is van een calamiteit en dat de gratietermijn niet geldt omdat het een calamiteit is. Ik zou de burgemeesters en de achter hen staande politieorganisatie deze handhavingsdrempels niet willen geven, want een goede burgemeester zal er altijd voor zorgen dat hun zaak geldig is. Daarom bouwt het een dergelijk besluit op, zoals mevrouw Mutluer zei, in de context van evenredigheid en subsidiariteit. Daarom zou ik niet willen vastleggen dat een dergelijke respijtperiode van toepassing is, tenzij er sprake is van een noodsituatie. Het legt de politie en de lokale overheid, heb ik ook van hen gehoord, een extra last, een extra gedoe, om uw zaak voor een eventuele rechtszaak te brengen.
Damewederzijds(PvdA):
Ik weet ook een beetje van de praktijk en weet dat niet alle gemeenten op dezelfde manier handelen. Daarom ben ik blij dat de richtlijnen binnenkort worden gepubliceerd. Ook hierover gaan we in gesprek. De minister noemt het een "handboek". Of het nationale kaders of richtlijnen moeten zijn, is een andere discussie. Maar ik kan moeilijk uitsluiten dat de bewoners zelf een reeks maatregelen zullen voorstellen, want dat zou iets kunnen verstoren. Misschien hebben we hier een gesprek waar we niet bij kunnen komen, maar ik ben ook nog niet overtuigd. Ik ben van mening dat we in feite een schakel verwijderen en mogelijk een belangrijk beginsel ondermijnen dat een burgemeester moet handhaven, namelijk het subsidiariteitsbeginsel, als we dit amendement aannemen. Ik realiseer me dat ik hier echt een probleem mee heb, zelfs na dit antwoord. Dat begrijp ik, maar ik ben het er niet mee eens, denk ik.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Maar dezelfde show, die mevrouw Mutluer zo goed kent, zegt: ik heb het niet nodig. Zorg dat het lukt. Daarom, gericht op de uitvoering juist in het licht van de uitvoering, zou u mijn amendement moeten steunen, tenzij u als wetgever wilt dat dit van bovenaf geregeld wordt, met alle verschillen van dien die later in de uitvoeringspraktijk ontstaan, want dan volgt dat een plaatselijk onderzoek of u iets dringend vindt of niet. Ik denk niet dat we moeten werken met een respijtperiode voor de aanvraag. Dit leidt tot meer eenheid in focus.
DhrSneller(D66):
Waarom vindt mevrouw Michon-Derkzen dat dit wel voor grief A zou moeten gelden, maar niet voor grief B en C?
DameMichon-Derkzen(VVD):
Een goede vraag van de heer Sneller. Hij heeft altijd goede inhoudelijke vragen. Deze reeds bestaande a-god hoorde bij het gedrag in een huis. Dat b en c in die zin veiliger zijn dan c helemaal, eh.. Dat is gewoon het vinden van wapens met een potentiële bedreiging voor de openbare orde. Deze b is ernstig geweld. Dit zijn dus al actievere manifestaties dan in een seconde, dit gedrag.
DhrSneller(D66):
Maar kun je fysieke aanwezigheid niet makkelijker beëindigen of voorkomen?
DameMichon-Derkzen(VVD):
Men kan ook zeggen dat de fysieke aanwezigheid van wapens altijd urgent is. Want wie zou zeggen: laat het explosief nog een maand staan, misschien was de man van dat huis niet van plan om het snel te gebruiken. Je zou ook kunnen zeggen dat het enkele feit dat er wapens of explosieven in een huis aanwezig zijn, al aangeeft dat er een serieuze vrees bestaat voor verstoring van de openbare orde.
Vansilla:
Tot slot de heer Sneller.
DhrSneller(D66):
Met andere woorden, een zeer korte termijn, aan te wijzen door de burgemeester, om het te voorkomen of te beëindigen, zou de buurman zelf zeggen. Mevrouw Michon-Derkzen zegt terecht vaak dat we aandacht moeten besteden aan de aanvraag. Maar ik denk dat we ook aandacht moeten besteden aan de inperking van grondrechten. In verschillende andere discussies die we in de loop der jaren hebben gevoerd, hebben we gezegd dat we het zorgvuldig moeten doen. Wat mevrouw Michon-Derkzen een "extra barrière" noemt, in de woorden van de minister in de nota naar aanleiding van het rapport, is juist een extra garantie die deze inperking van grondrechten rechtvaardigt. Hij schrijft: "Om zo'n rechtvaardiging te laten bestaan, kan men niet simpelweg zeggen dat respect voor privacy belangrijk is zonder ook juridische waarborgen in te voeren om het te beperken." Dit is het antwoord op de vragen van de VVD over deze respijtperiode. Dus hoe heeft hij ook deze constitutionele kant gewogen? Omdat het een belangrijke beperking is. Daar zijn we het altijd over eens.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik denk dat het goed is om iets toe te voegen aan deze discussie die al gaande is. Het gebeurt nu ook. Huizen met wapens zijn nu op slot, maar dit is op noodbevel. Dan zou je ook kunnen zeggen: alleen al door dit in 174a op te nemen bij deze redenen b en c, hebben we het beter opgelost dan met een noodbevel. Dus we kunnen het beter oplossen. Laat me het zo zeggen. Dat is waar de burgemeesters om vragen. Een burgemeester zal deze afweging maken tussen het ene grondrecht en het andere bij het overwegen van het besluit om een woning te sluiten. Die gedachte moet natuurlijk ook terugkomen in het bestuursverslag, want daar mag niet lichtvaardig over worden gedacht. Maar dit gebeurt al, waarbij nu de noodbevel als basis wordt gebruikt. Ik denk dat ik het daar ook niet mee eens ben met de heer Sneller van D66. Kijk, ik heb iets minder grondwettelijk recht om daar comfortabel te wonen als er explosieven in hetzelfde huis zijn. Je kunt dus zeggen dat het een grote overtreding is als we dit huis sluiten, maar kijk eens naar de praktijk. In een stad als Amsterdam zijn er 50 straatexplosies per jaar. Het is dus geen theoretisch probleem. Het gebeurt echt. De burgemeesters grijpen nu ook in met de middelen die ze tot hun beschikking hebben, namelijk het noodbevel. We zijn het er allemaal over eens dat dit allemaal suboptimaal is. Dus eerlijk gezegd hoop ik dat we met deze wet deze burgemeesters beter kunnen ondersteunen om deze kwestie krachtiger aan te pakken.
Vansilla:
Tot slot de heer Sneller. Dan gaan wij verder.
DhrSneller(D66):
Dat is, denk ik, in een oogwenk de kern van waar het hier om gaat. Mevrouw Michon-Derkzen zegt drie verschillende dingen. A. We zijn het oneens over de vraag of burgemeesters de Grondwet kunnen beperken. Dat is niet wat er gebeurt. De Grondwet zegt eenvoudigweg: bij of krachtens de wet. Er staat niet: door burgemeesters. Ik denk niet dat het een meningsverschil is. Het gaat erom dat we deze grondrechten hier beperken tot formele wetten in formele zin. Het is niet zo dat burgemeesters dit kunnen doen. Twee. Wij lossen het dan beter op dan met de spoedbevel. Ik denk dat we het daar helemaal over eens zijn, maar deze respijtperiode is net die extra garantie. Dit is een van de belangrijke garanties die ervoor zorgen dat het beter gereguleerd wordt. Ten slotte wijst mevrouw Michon-Derkzen altijd op grond c, de aanwezigheid van deze explosieven. Dat snap ik, maar het is te retorisch. Want het is natuurlijk juist dit b-land, ook gezien waar deze onschuldige burgers terecht komen. Het zijn mensen wiens huis is afgeschoten zonder te weten wat het is. Dit zijn de onschuldige burgers die ook op straat kunnen belanden en van wie we volgens mij ook de grondrechten moeten beschermen.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik hoor geen vraag van meneer Sneller. Waar hij mij vertelt dat deze wet nodig is om een grondrecht in te perken, ben ik het zeer met hem eens, maar de toepassing van deze wet komt overeen met een burgemeester. In hun brief zeggen alle G4-burgemeesters: geef mij deze wet, want ik heb hem hard nodig en wil hem uitvoeren om mijn gemeente veilig te houden. We zijn het dus nog steeds oneens over de vraag of er een respijtperiode is of niet, maar ik heb het in detail besproken in mijn antwoord. Als ik er nu op terugkom, zal ik mezelf herhalen. Dat doe ik dus ook niet.
Vansilla:
Dat gaan we niet doen. Je vervolgt je betoog.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Goed gedaan. Je kijkt me streng aan. dus wij niet.
Stoel. Het zijn niet alleen wapens en explosieven die het leven in huis in gevaar brengen. net als de aanwezigheid van illegaal vuurwerk. Lees het artikel van Paul Vugts van afgelopen zaterdag in Het Parool over cobra's. Dit is illegaal vuurwerk. Cobra's zijn gewoon explosief. In lijn met mijn memo tegen illegaal vuurwerk wil ik dat burgemeesters de macht hebben om een huis af te sluiten, zelfs als er kleine hoeveelheden illegaal vuurwerk zijn. Als dit zwaar, potentieel explosief illegaal vuurwerk is, moet het mogelijk zijn om een huis af te sluiten. Dit zijn potentieel dodelijke explosieven die het milieu in gevaar kunnen brengen. Ik zou graag nog eens de mening van de minister hierover horen. Daar hebben we het in de schriftelijke ronde ook over gehad, maar ik wil er even bij stil staan, ook in het licht van de actualiteit.
Stoel. Mijn fractie steunt deze wetswijziging. Geef lokale bestuurders meer mogelijkheden om geweld in de frontlinie aan te pakken. Zo houdt een burgemeester zijn straten veilig en vrij van wapens, explosieven en illegaal vuurwerk.
Gracias.
DhrSneller(D66):
Sorry, het was niet mijn bedoeling om door de sluis te gaan. Ik vond het een goede vraag over vuurwerk, maar wat wil de VVD precies? Hoe moet het worden opgelost? Moet het worden opgenomen in de Wet wapens en munitie of moet er een aparte categorie komen voor vuurwerk dat niet onder de Wet wapens en munitie valt? Je wilt ook niet dat het voor alle illegale strijkplanken geldt. Mevrouw Michon-Derkzen heeft de initiatiefnota ingediend, dus daar kan ze zeker een goed antwoord op geven.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Dit is een goede vraag van de heer Sneller, want aan het antwoord dat u zojuist hebt gelezen dat illegaal vuurwerk als een explosief kan worden beschouwd, zou ik alleen wat achtergrondinformatie willen toevoegen. Ik vraag me af wanneer dat gaat gebeuren. Zijn het de cijfers of is het de hoeveelheid buskruit in grammen? Nu kennen we ook dit woord "flitspoeder" uit dat artikel van Paul Vugts. Ik zou zeggen dat we die grens hier niet moeten stellen, maar juist zo laag mogelijk moeten houden. Wat mij betreft is illegaal vuurwerk niet voor niets illegaal vuurwerk. Heel vaak is het eigenlijk een enorm explosief, omdat het allemaal samen in een doos of verpakking zit, zoals deze cobra's. Dan zou ik ook graag willen dat de drempel om dit als een explosief te zien heel laag is, zodat het niet nog een keer gezegd kan worden: je zegt dat dit een wapen is, maar het was maar wat vuurwerk. Het is niet voor niets gewoon illegaal vuurwerk. Ik denk dat het een dubbele bewijslast is als je het nog kunt zien: het kan explosief zijn. Je ziet immers dat ze explosief zijn. Steeds meer illegaal cobra-achtig vuurwerk wordt als explosief gebruikt.
Dhrobispo(SGP):
Ik begrijp deze gedachten, maar ik vraag me af of dit instrument niet al te serieus wordt genomen. Ten eerste is het een soort sanctie geworden. Natuurlijk zijn er volwassenen die er gek op zijn, maar als je weet hoe het werkt, weet je ook dat er tieners, ondernemers en tja zijn die het op de een of andere manier geheim houden in hun slaapkamer. Dan zouden mama en papa de dupe zijn. Ik vermoed dat dat misschien niet de bedoeling is.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Die voorzichtigheid hebben we eigenlijk altijd, met alle respect, hè meneer Bisschop noemt een tienerzoon met schoenveters onder zijn bed en zegt dan, dus we gaan toch niet de hele familie het huis uit schoppen? ; Ik wil niet in het avontuur stappen, want het is echt aan de lokale overheid om te bepalen wanneer dat middel wordt ingezet. Ik denk oprecht dat we af moeten van de naïviteit dat iedereen zegt, nou ja, illegaal, illegaal. Hij had een doos met cobra's. Maar je hoort het van de politie: de gehoorschade die deze agenten bij elke demonstratie oplopen. Dit komt omdat vuurwerk wordt gegooid bij openbare evenementen of wat dan ook. Als we hier samen hebben gezegd dat dit illegaal vuurwerk is en we vinden het niet terecht, dan gaat het veel verder. Ze kunnen zelfs explosief zijn. Ik vind ook dat je krachtig moet optreden tegen hen. Ik wil er niet op ingaan of in het door de heer Bisschop genoemde geval dit huis moet worden gesloten. Maar als uitgangspunt denk ik dat als we tegen elkaar zeggen "illegaal vuurwerk klopt niet", we ook krachtiger gaan optreden dan nu het geval is.
Dhrobispo(SGP):
Dat alleen al ben ik het helemaal mee eens. De vraag is alleen of je dat via deze wetgeving moet doen en of je niet op andere manieren moet optreden en wetgeving moet opzetten die het mogelijk maakt. Ik denk dat we dit voorbeeld niet als indirect moeten afdoen. Dit is de realiteit. Als nietsvermoedende ouders kunnen ze het in een oogwenk aan. Als je erover nadenkt, zou ik willen denken, ik wil proportionele maatregelen. Subsidiariteit is daarbij ook ontzettend belangrijk. Dit kan heel erg fout gaan. Dat moet u als wetgever ook weten. Ik zou dit graag in een andere richting zien en nodig mevrouw Michon-Derkzen uit om dat te doen.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik wil hier alleen benadrukken dat ik denk dat het gewoon aan de burgemeester is om mee te wegen in zijn besluitvorming over wanneer illegaal vuurwerk daadwerkelijk explosief kan zijn en wanneer hij moet zeggen: "nou, ze zijn er, maar..." Ik denk dat we hebben daar hier in de Kamer veel over gesproken en dat we snel coulant zijn als het gaat om de tiener die nog wat onder zijn bed heeft liggen. Ik denk dat het wel wat strakker kan. Maar ik ben het met u eens: het gebruik van deze wet moet te allen tijde proportioneel zijn en een toets op subsidiariteit kunnen doorstaan. Dit moet de burgemeester doen als hij dit instrument gebruikt.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik denk niet dat iemand naïef is over illegaal zwaar vuurwerk. Cobra's en ander afval zijn echte bommen. Deze zijn explosief. Mevrouw Michon-Derkzen heeft gelijk. Als ze worden gevonden, moet er natuurlijk actie tegen worden ondernomen. Het grootste probleem is natuurlijk dat ze vaak onopgemerkt blijven. Je kunt dus geen gebouw sluiten en dan kun je niet handelen. Maar het doel moet toch het onmiddellijke einde van deze gevaarlijke situatie zijn, om er onmiddellijk een einde aan te maken? Dat betekent veilige inbeslagname door de explosievendienst of zo en dan straf. Waarom zou dit in deze wet moeten worden opgenomen? Dit is de vraag. Het is voor mij vrij makkelijk om te zeggen: ik wil het niet hebben over casuïstiek. Het is precies dit soort situaties dat zich voordoet. Als de macht bij een burgemeester ligt, kan er ook druk zijn om die macht te gebruiken. Daarom moeten we niet te gemakkelijk weglopen van een deugdelijk voorbeeld zoals dat van de heer Bisschop.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik neem het voorbeeld van meneer Bisschop ook niet weg, maar er zijn andere voorbeelden, zoals de explosies die nu gebeuren met de cobra's. Omdat je het kunt zien, toch? Dus ze waren in hetzelfde huis, wil ik alleen maar zeggen. Dus in dit huis konden we deze explosieven niet op een andere manier verwijderen. Het is een feit. Nu zijn er explosies in de straten met illegaal vuurwerk. Tegen de heer Van Nispen zou ik willen zeggen: als we dit weten, waarom is er dan niet eerder op een andere manier actie ondernomen? Hoe wordt dit gedaan? Hoe kan dit gebeuren? Natuurlijk pakken we illegaal vuurwerk op verschillende manieren aan. Net zoals dit een middel is in de aanpak om de straten en buurten veilig te houden omdat we nog strafrecht hebben waar we alles mee kunnen, zo denk ik ook dat dit onderdeel van die wet zou kunnen zijn omdat er illegaal vuurwerk gebruikt zou kunnen worden. als explosief. Of dat in alle gevallen zo is, kunnen we hier niet samen zeggen, want dat is precies de redenering van de burgemeester.
DhrDesde Nispen(SP):
Maar voor mij was het gewoon de situatie waarin je weet dat het er is. Je moet dus handelen. Maak dus direct een einde aan deze gevaarlijke situatie en dan volgt de straf. Mevrouw Michon-Derkzen doet alsof ik wil optreden in situaties die we niet kennen. Dat is niet het punt. De macht die mevrouw Michon-Derkzen de burgemeester wil geven kan ook alleen gebruikt worden als hij in de weg staat. Het doel, daar moeten we het denk ik over eens zijn, is een veilige buurt, dus het per direct beëindigen van de situatie. Dus ik begrijp nog steeds niet waarom ze de burgemeester de bevoegdheid willen geven om een gebouw te sluiten met zelfs maar het geringste beetje zeer gevaarlijk illegaal vuurwerk, want ik denk niet dat het er iets mee te maken heeft. Je moet ermee omgaan.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Alles wat helpt helpt, en dit zou ook kunnen helpen. Ik wil het meneer Van Nispen gewoon vertellen. Je kunt ook een wapen dat er is in beslag nemen. Dus waarom zou je dit gebouw sluiten? Dus wat helpt, helpt. Als dit, het afsluiten van het gebouw, ook kan helpen om de buurt veilig te houden, dan moet je dat niet uitsluiten. Je hebt een scala aan middelen, van het burgemeestersambt tot bestuursrecht en strafrecht. Van daaruit kies je de juiste behandeling.
DameBriljant(PVV):
Is het ook geen gegeven dat om redenen b en c, die in dit wetsvoorstel aan bod komen, ook de openbare orde ernstig bedreigd of bedreigd moet worden? Illegaal vuurwerk wordt illegaal vuurwerk genoemd omdat het niet voor consumenten bestemd is. We hebben het dus over zwaar vuurwerk in het algemeen. Als dat zware vuurwerk wordt gevonden, dan geeft dat toch een extra reden voor de bedreiging van de openbare orde? Want dit is zwaar vuurwerk dat alleen door de producenten mag worden gebruikt en opgeslagen. wat in een huis niet mag.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ja, dat is mijn punt. Dat wilde ik in de schriftelijke ronde ook zeggen. Waarom zou er dan een minimum aantal kilo's moeten zijn? Hoeveel flitspoeder moet erin zitten? Het is niet voor niets illegaal. Maar ook geldt dat er sprake moet zijn van verstoring van de openbare orde of vrees voor verstoring van de openbare orde. Dus we komen terug op de discussie die we net hadden: geldt dat ook voor de gewelddadige tiener? Ik geloof oprecht dat de onbeleefde tiener dit soort afval niet onder het bed mag hebben, omdat het gewoon gevaarlijk is, niet alleen voor zijn huis, maar ook voor de straat.
Vansilla:
Dank u, mevrouw Michon-Derkzen. Dan geef ik het woord aan de heer Sneller van D66.
DhrSneller(D66):
Dank u wel, voorzitter. Ik zorg voor de coreferado.
Vansilla:
Je kan dat opnieuw zeggen;
DhrSneller(D66):
Ik wilde zeggen: ik zal voor de coreferado zorgen. Maar dat is niet zo, voorzitter.
Dit wetsvoorstel is bijna twee jaar oud, maar na het nieuws van de laatste weken, vooral uit Rotterdam, is het helaas weer erg actueel. De burgemeester heeft om uiteenlopende redenen meerdere winkels en woningen gesloten. de vorige spreker lichtte het uitgebreid toe. Vandaag gaan we het hebben over die uitbreidingen van de burgemeestersbevoegdheid in de Gemeentewet om huizen te sluiten. Volgens de minister, de Raad van State en de burgemeesters is deze verlenging nodig om de openbare orde te beschermen en te bewaken. Ik kan me ook voorstellen dat het huidige kader tekortschiet, zoals de rechter zo treffend verwoordde.
Stoel. Het gaat om het sluiten van bedrijven en plaatsen, maar ook het sluiten van een huis is een hele grote kracht, soms met hartverscheurende gevolgen. Onschuldige huisgenoten of mensen die niets met het misdrijf of wangedrag te maken hebben, kunnen op straat belanden. Soms zijn er ook minderjarige kinderen bij betrokken. Mensen belanden maandenlang in de auto of op de camping. We hebben deze voorbeelden in de praktijk gezien bij andere scholen die gebouwen sluiten. De huur wordt dan opgezegd en mensen worden op de zwarte lijst gezet door de woningstichting of de hypotheek wordt betwist. Er is ook een echt geval waarbij een gezin enkele jaren later uit elkaar viel. We kennen deze situaties uit andere zaken en schandalen.
We moeten dit soort beperkingen van de grondrechten dus serieus bespreken. Dat is ook de realiteit achter de wat abstractere en hoogdravende discussies die we soms voeren over het systeem van inperking van grondrechten in de Grondwet en de zogenaamde voorafgaande toetsing van de grondwettigheid. Ik kom hier binnenkort op terug. Maar het punt is naar mijn mening dat dit garanties zijn voor proportioneel gebruik. Dat schrijft ook branchevereniging van woningcorporaties Aedes. Het gaat wat mij betreft ook om rechtsbescherming en nazorg.
Daarom heb ik een aantal concrete vragen aan de minister. De minister heeft veel vertrouwen in de burgemeesters. Ik snap het, want de overgrote meerderheid van de mensen doet dit allemaal perfect. Tegelijkertijd zagen we in de praktijk, jurisprudentie en - ik citeerde daar al uit - in het evaluatierapport van het onderzoek naar de uitvoering van artikel 13b van de Opiumwet dat de situatie van minderjarige kinderen of de kwestie van alternatieve huisvesting. Er zijn verschillen in aanpak, waarbij de pasvorm soms ook willekeurig kan zijn. Tijdens de herziening, het debat over artikel 13b van de Opiumwet, hebben de heer Van Nispen en ik gepleit voor een landelijk kader om meer eenheid te brengen. De minister schreef destijds in de memo naar aanleiding van het rapport: de richtlijnen zijn niet in lijn met de woning van Thorbecke, maar we gaan richtlijnen ontwikkelen en richtlijnen geven. Misschien kan de minister er wat kleur aan geven. Wat is hij van plan om ervoor te zorgen dat de hier gecreëerde bevoegdheden voor het hele land gelijkwaardig zijn... Met andere woorden: er moet ruimte zijn voor aanpassing, maar er moet wat meer duidelijkheid komen in de toepassing.
Uit de evaluatie kwam ook naar voren dat we de impact en effectiviteit van het andere deel van de Opiumwet niet goed konden volgen, omdat niet kon worden bijgehouden waar bewoners heen waren gegaan en wat er met hen was gebeurd. Er kwam ook geen vervolg op wat er uiteindelijk gebeurde met de openbare orde op deze weg. Er is een verhuizing goedgekeurd om ervoor te zorgen dat de gegevensverzameling correct is en om ervoor te zorgen dat de resultaten in kaart kunnen worden gebracht. Ik zag ook het PvdA-amendement en GroenLinks ter evaluatie na drie jaar. De minister schrijft zelf over een proefimplementatie. Ik begrijp al deze plannen. Die zien er ook goed uit. Maar gaan we er ook voor zorgen dat de gegevens goed worden verzameld, zodat we iets kunnen zeggen over de gevolgen? Dit kan ook zijn schaduw werpen.
Dan de c-pitch over het vuurwerk. Ik ben het helemaal niet eens met wat de vorige spreker zei, maar ik ben benieuwd naar de antwoorden van de minister, want ik denk dat er wat meer detail nodig is.
De minister zegt dat er een belangrijke waarborg zit in de eis dat er een duidelijk verband moet zijn tussen de gedragingen die hebben geleid tot de sluiting en de huisvesting. Deze verbinding moet dus niet met de bewoners zijn, maar met het huis. Ik heb hier twee vragen over. Allereerst zegt de minister dat het niet om de buren gaat, maar tegelijkertijd zegt ze over de evenredigheidstoets dat "bij de beoordeling van de evenredigheid ook de vraag moet worden meegenomen of hun iets te verwijten valt". Dan moet er een mate van schuld en schuld onderzocht worden. En dat terwijl de minister in zijn andere antwoorden, met name in de SP, zegt dat dit te veel op strafrechtelijk terrein komt en dat we de burgemeester daar niet bij moeten betrekken.
De tweede vraag die ik hierover zou willen stellen is deze. Naar mijn mening, hoe meer je de band met de bewoners verzwakt en hoe meer je aan het huis blijft, hoe groter het risico op doelvervanging. Met andere woorden, als het me niet lukt om het huis van de persoon met wie ik deze vijandschap heb te raken, dan zal ik iemand van de familie of iemand uit een nog grotere kring zoeken en het huis van die persoon bedreigen. Want het maakt niet uit wie er woont, het gaat om het huis en de openbare orde. Dit heeft ook gevolgen voor degenen die familie van haar zijn. Zou dit niet ook een zuigende werking kunnen hebben? Geeft dat geen extra boost? Want als crimineel kan ik nu zeggen... Ik vind het moeilijk om met een crimineel mee te voelen, maar ik kan me voorstellen dat ik vecht tegen een man, die ik nu gemakkelijker kan targeten, omdat alles wat ik neerschiet door de burgemeester wordt stilgelegd. Tenminste, de veronderstelling is dat het gemakkelijker zal zijn. Kan het dus niet leiden tot meer geweld, terwijl we natuurlijk allemaal minder geweld willen?
Als hij dat huis nog steeds beheert - dat begrijp ik, want het is tenslotte openbare orde en het gaat om het huis en de dreiging ertegen - zou er geen grotere nazorgplicht voor de burgemeester moeten zijn, vooral als in het geval van witte vervanging, gebeurt de sluiting bijvoorbeeld terwijl de mensen die er zelf wonen er weinig of niets mee te maken hebben?
Voorzitter, ik zie dat ik te laat ben. Ik kom terug op het amendement dat ik samen met de heer Van Nispen heb ingediend. Dit brengt me eigenlijk terug bij het punt van de grondwettelijke toetsing. Dit werd gewijzigd in document nr. 10.
Vansilla:
Juist, het amendement op document nr. 10.
DhrSneller(D66):
De Raad van State is de belangrijkste adviseur van het kabinet en de Tweede Kamer bij de grondwetsherziening aan het front, dus vóór de invoering van de wetten. Het advies van de Raad van State bepaalt ook dat de wettelijke bevoegdheid op grond van deze bepalingen moet worden beperkt en uitdrukkelijk moet worden bepaald in situaties waarin de openbare orde ernstig wordt verstoord. Dat is een gedegen advies, wat mij betreft. Ik hoor graag de mening van de minister hierover. Hij verwijst naar de jurisprudentie en zegt dat die voldoende geregeld is. Maar wat mij betreft, en dat was de formulering die er in 1996 aan is gegeven, moeten wij als Kamer de bevoegdheden van burgemeesters van tevoren standaardiseren en niet achteraf aan rechterlijke toetsing overlaten. Het is dus goed om even stil te staan bij deze redenering, want we kunnen niet tegen de rechters zeggen: “Dank u, Raad van State, voor deze mooie uitspraken over proportionaliteit. Dit is een hele brede formulering: proportionaliteit is het leidende principe. Succes ermee.” ". "Ik denk dat het niet genoeg is, want voorkomen is beter dan genezen, en het kan lang duren voordat de definitieve beslissing is genomen, om nog maar te zwijgen over de belasting van de rechterlijke macht, en het maakt de rechter ook kwetsbaar. Want ja, ¿ Welke richting geven we er als context aan?
Ik ben dus nog steeds erg benieuwd waar het afwegingskader komt te liggen voor de nieuwe bevoegdheden van de burgemeester en de bredere openbare orde-discussie die al langer gaande is.
Excuses voor de overloop, voorzitter.
Vansilla:
Bedankt meneer Faster. Er is nog een vraag van mevrouw Kuik van het CDA.
DameKuiken(ADC):
Even ter verduidelijking. De heer Sneller stelt terecht dat het sluiten van een woning best een ingrijpende maatregel is. Het geeft ook aan dat de slachtoffers mogelijk kinderen zijn en mogelijk huisgenoten die er niets mee te maken hebben. Maar het kan ook onzekerheid met zich meebrengen, zeker voor deze mensen. Ziet meneer Sneller dit object ook? Want als de burgemeester het huis sluit om redenen van openbare orde, dus voor de veiligheid van de buurt, betekent dat natuurlijk ook voor de mensen die er wonen.
DhrSneller(D66):
Zeker. Daar ben ik het helemaal mee eens. Ik vond dit ook een goed onderdeel van de memo naar aanleiding van het rapport. Daaronder viel ook de beschermingsplicht van de overheid. Die vergoeding moet er dus zijn. Zo denk ik persoonlijk meer over dit wetsvoorstel dan over artikel 13b van de Opiumwet. Ik denk dat dit een extra zorgplicht voor de burgemeester inhoudt, bijvoorbeeld om vervangende huisvesting te zoeken. In dit geval moet goed worden nagegaan bij de sociale herberg of het geregeld kan worden. Het is dus een extra inspanning. Daarom moet het goed worden gewogen. Maar als er minderjarige kinderen zijn, mag dit geen regelrechte afwijzing zijn.
Vansilla:
Bedankt meneer Faster. Dan geef ik het woord aan mevrouw Helder, PVV.
DameBriljant(PVV):
Dank u wel, voorzitter. Denk niet dat ik dit ga vermelden. Het is maar een klein stukje. Ik heb maar vijf minuten, dus dat komt wel goed. Ook de gebruikelijke inleiding sla ik over. Hier is al genoeg over gezegd. Ik heb twee vragen aan de minister.
Ten eerste staat in de memorie van toelichting dat een combinatie van maatregelen niet is uitgesloten, bijvoorbeeld een lockdownmaatregel en bewakingscamera's of een lockdownmaatregel en een verboden gebied rond het afgesloten gebied. De aanwijzing van een veiligheidsrisicogebied wordt echter niet expliciet genoemd in de memorie van toelichting. Dus mijn vraag is of de bevoegdheid om te sluiten kan worden gecombineerd met het instellen van een veiligheidsrisicozone. Zo niet, dan denk ik dat het mogelijk zou zijn. Ik denk aan de situatie op dit moment in Rotterdam.
Stoel. Dan de tweede vraag. In artikel 174a van de Gemeentewet is de bevoegdheid tot sluiten gericht aan "een woning, een niet voor het publiek toegankelijke kamer of een bij die woning of kamer behorende patio". Kortom, het is een huis of andere afgesloten ruimte en bijbehorende erven. Maar in de begeleidende omschrijving van een huis of besloten ruimte in de toelichting bij deze definities, vandaar dat ik dit dikke pakket heb opgenomen, staat: "Wonen betekent: een plek die daadwerkelijk als woning wordt gebruikt. Panden die meestal niet worden genoemd als woonruimte, zoals een schuur, garage, loods, keet of boot, kunnen als woonruimte kwalificeren indien gebruikers deze ook daadwerkelijk als woonruimte gebruiken.Dit daadwerkelijke gebruik kan bijvoorbeeld worden aangetoond door de aanwezigheid van een bed en omgekeerd. kan het ook voorkomen dat een gebouw is geclassificeerd als woning, maar uitsluitend voor andere doeleinden wordt gebruikt. Een dergelijk gebouw moet worden beschouwd als een niet voor het publiek toegankelijke ruimte. Onder deze term vallen alle ruimten waarin de aldaar uitgeoefende activiteiten privé zijn , maar er is geen huisvesting".
Stoel. Dan kom ik terug op de situatie in Rotterdam. Daar is onlangs twee keer een toko aangevallen. Dit is geen huis, maar het is ook geen plek waar geïsoleerde activiteiten plaatsvinden. Mijn vraag is dus: kan de burgemeester het dan niet sluiten? Dit lijkt mij ongewenst. Als ik het goed heb, zal ik de minister vragen een nota van wijziging in te dienen.
Vansilla:
Voordat ik verder ga, mevrouw...
DameBriljant(PVV):
ik ben klaar
Vansilla:
O, ben je al klaar? Hartelijk dank. Mevr. Michon-Derkzen, VVD.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Het begin van de toespraak van mevrouw Helder vond ik interessant. Het combineert het sluiten van een woning met het veiligheidsrisicogebied. Kan mevrouw Helder meer details geven? Is een veiligheidsgevarenzone nodig volgens mevrouw Helder? Of kunnen andere maatregelen gecombineerd worden met het sluiten van een woning? Waarom maak je deze combinatie in je betoog? Ik vind het interessant.
DameBriljant(PVV):
Ik lees net dat het mogelijk is om administratieve maatregelen te cumuleren. Ik begrijp dat. Er zijn een aantal dingen genoemd, maar niet alleen het afbakenen van een veiligheidsrisicogebied. Het is niet voldoende om alleen een veiligheidsrisicozone af te bakenen. Het is juist de bedoeling om preventief te gaan zoeken naar wapens en soms vuurwerk. Ik kan me voorstellen dat een burgemeester dat doet, maar zou dat betekenen dat hij niet langer beslag kan leggen op een huis in dit gevaarlijke gebied? Dit is mijn vraag. Als het antwoord daarop "ja" is, lijkt me dat spamachtig.
Vansilla:
Dank u, mevrouw Helder. Dan geef ik het woord aan mevrouw Mutluer, PvdA.
Damewederzijds(PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ik spreek ook namens GroenLinks.
Explosieven in woonwijken. Huizen schoten omhoog, niet één keer, maar wel 50 of 60 keer. Het is moeilijk te geloven dat deze dingen gebeuren. Alleen in zo'n buurt woon je! De impact die dit heeft op bewoners, waaronder gezinnen met kinderen, en de overlast die het veroorzaakt is onbeschrijfelijk. Niet voor niets heb ik in het verleden gepleit voor goede nazorg voor buurtbewoners.
Het is duidelijk dat de openbare orde hier in het geding is. Het is ook duidelijk dat er snel en daadkrachtig tegen moet worden opgetreden. Dat is wat mij betreft de kern van de oplossing. De leiders van de criminele organisaties moeten worden gearresteerd en vervolgd, en de boosdoeners, zeg ik oneerbiedig, aan wie deze gruwelijke misdaden zijn gepleegd, moeten worden opgespoord. Dat het nu uit de hand is gelopen en de autoriteiten zijn overweldigd door deze golf van geweld, wijst op de incompetentie van de recherche.
De oplossing van dit probleem mag niet aan de kant worden geschoven bij burgemeesters, maar ik begrijp ook dat er bestuurlijke instrumenten buiten deze strafrechtketen nodig zijn om de burgemeester bij te staan in zijn taak om de openbare orde te beschermen. De minister stelt dat het in dit wetsvoorstel niet gaat om ernstig geweld of wapenbezit an sich, maar om de daaruit voortvloeiende verstoring van de openbare orde. Ik zie het juridische verschil, maar in de praktijk verwarren ze me. Ik vraag de minister dan ook om dit onderscheid nader toe te lichten.
Stoel. Burgemeesters wijzen erop dat de toename van wapengeweld (de explosies die we in verschillende gemeenten hebben gezien zijn de meest recente) een zware last legt op de lokale overheid. Ik begrijp dat. Ze hebben daar al middelen voor, van zachte bevelen tot noodbevelen en bestaande opties om gebouwen te sluiten. Met dit wetsvoorstel wordt deze toolkit verder aangevuld. Het is makkelijker om een huis te sluiten als daar wapens worden gevonden en in gewelddadige situaties rond een huis. Dit klinkt allemaal heel logisch en handig, maar ik denk niet dat het zo eenvoudig is. Had een van de explosies in Rotterdam voorkomen kunnen worden als de burgemeester een van de getroffen panden eerder had kunnen sluiten? Heeft de burgemeester de wettelijke grenzen overschreden die deze wet zou moeten wegnemen?
Stoel. De bescherming van de openbare orde botst met de belangen van de bewoners van wie de woningen gesloten moeten worden. Mijn collega's noemden het net ook. Het zijn niet altijd geharde criminelen. Het zijn vaak onschuldige bewoners of huisgenoten, waaronder kinderen. Of het gebeurt gewoon dat het verkeerde huis wordt aangevallen omdat de aanvaller een fout heeft gemaakt. Ook als het gaat om kwetsbare mensen met een licht verstandelijke beperking die door een crimineel zijn opgevangen, kun je je afvragen of ze uit huis moeten worden gezet of dat ze begeleid moeten worden en/of vervangend onderdak moeten zoeken. De minister mag dan zeggen dat de wet niet "schuldig of niet" is, maar als de openbare orde wordt gehandhaafd door een huis op slot te doen, wat kan, dan worden onschuldige bewoners letterlijk en figuurlijk buitengesloten. De verhuurder kan dan de huur opzeggen. Ze moeten maar zien hoe ze een nieuw dak boven hun hoofd kunnen krijgen. De sleutel aan de rechterkant biedt enige bescherming, maar dat is een bijzaak. Dat is wat mij betreft niet genoeg.
Stoel. U merkt aan mijn bijdrage dat ik op zoek ben naar garanties. De minister zegt een implantatietest te gaan invoeren. Dat klinkt mij allemaal goed in de oren, maar de wet bestaat al en later aanpassingen doen is vaak lastiger. Ik zoek op voorhand garanties, te beginnen met vooraf aan de burgemeesters duidelijk te maken wat de voorwaarden zijn voor het gebruik van het nieuwe instrument. Hij mag immers niet - ik citeer eigenlijk een burgemeester - zich onder publieke en politieke druk tot dit orgaan wenden. De minister wil wat mij betreft niet verder gaan dan het maken van een landelijke richtlijn. Ik wil je reactie hierop. Is hij niet te mager? Is dat niet te onzeker? Moet het niet, zoals andere collega's suggereerden, landelijke kaders of richtlijnen opstellen om te voorkomen dat bewonersbelangen in de ene gemeente minder zwaar wegen dan in de andere? Wat mij betreft mag de rechtsbescherming waarbij grondrechten in het geding zijn niet van gemeente tot gemeente verschillen. Zelfs met landelijk gemaakte frames is er wat mij betreft nog ruimte voor maatwerk.
Stoel. Dan is er nog de hamvraag: doet deze wet wel wat hij moet doen, namelijk de handhaving van de openbare orde? Wat is de effectiviteit? Daarom hebben we een amendement ingediend om de werking van de wet na drie jaar te evalueren. Ook hierop wil ik graag een antwoord.
Vansilla:
Dit is het amendement op document nr. 9, samen met mevrouw Ellemeet.
Damewederzijds(PvdA):
Zo ook. Dit is het amendement op document nr. 7 ingediend door mevrouw Ellemeet.
Vansilla:
In deel 9.
Damewederzijds(PvdA):
In nummer 9? Ik moet het goed zeggen.
Stoel. Tot slot de Eilandsraad BES. We hebben ze niet genoemd, maar gelukkig maken ze er deel van uit. Het is alleen de vraag of de eilandsraad voldoende is geïnformeerd. We hebben zelf contact opgenomen. Ik weet dus niet precies wat er is gebeurd, maar ik vind het belangrijk dat de BES-eilanden goed worden meegenomen in dit soort rekeningen. Dit is niet de eerste en het zal niet de laatste zijn.
Nu zal ik echt afronden, voorzitter. Ik begrijp de wens van de burgemeester voor extra anti-ondermijningstroepen, vooral na de recente explosies. Ik zoek wat garanties zodat ik deze wet eindelijk kan aannemen, met dien verstande dat de wet hooguit een schakel is in de keten van oplossingen voor het probleem van de onveilige buurten. Er is alleen veel meer nodig, namelijk het verbeteren van vervallen buurten, het geven van perspectief aan kinderen en het aanpakken van geharde criminelen. Ik denk dat er wat dat betreft nog een lange weg te gaan is.
Vansilla:
Gracias.
DameBriljant(PVV):
Collega Mutluer zoekt garanties, maar dan vraag ik me het volgende af. Nu gebeurt dat ook, maar dan op basis van artikel 175 van de Gemeentewet. Waar zijn deze garanties? Is dit wetsvoorstel geen verbetering?
Damewederzijds(PvdA):
Daar ben ik het helemaal mee eens. Ik denk dat de grondrechten daarin iets beter beschermd zijn dan in artikel 175 van de Gemeentewet, waarin staat dat de burgemeester een spoedbevel of een buitengewoon bevel kan uitvaardigen. Maar ook dan hoop ik dat mijn collega begrijpt dat ik ook garanties zoek. We hebben net deze hele discussie gehad over evenredigheid, evenredigheid en het subsidiariteitsbeginsel. We hebben hier te maken met mogelijk onschuldige mensen, kinderen en MID's, die soms door criminelen worden gelokt. Daarom is het belangrijk om deze goed te beveiligen. Dat zou bijvoorbeeld via zo'n landelijk kader kunnen, want de burgemeesters geven in de praktijk aan: we hebben wat handvatten nodig, want voor je het weet grijp je onder politieke of publieke druk deze wet aan. Dus ik hoop dat mijn collega begrijpt dat ik op zoek ben naar deze garanties.
DameBriljant(PVV):
De collega heeft het steeds over onschuldige mensen in dit huis, maar hoe zit het met de onschuldige mensen die in de buurt van dit huis zijn? Er zijn vast kinderen en zo. Willen wij hen ook niet beschermen? Het is ook een grondrecht. De overheid en in dit geval de burgemeester moeten zich daarvoor inzetten. Mijn collega Mutluer noemt een burgemeester, maar ik vraag me eigenlijk af waarom we niet kijken naar wat de burgemeesters van de vier grote steden zeggen. Hoe weeg je het nu? Ik hoor in haar speech dat een burgemeester zegt: we moeten dit niet mogelijk maken vanwege politieke druk. daarom is een nationaal kader nodig. Ik laat het liever in de handen van de burgemeesters.
Damewederzijds(PvdA):
Ik denk dat we het daar niet over eens zijn. Ik denk dat we het voor meer dan 100 procent eens zijn, ik meen dat ik dat vorige week in mijn mondelinge vragen heb gezegd, dat we ervoor moeten zorgen dat de lokale bevolking zich altijd en overal veilig voelt. Ik kan me voorstellen wat het met je doet als er een bom afgaat in je buurt en je kleine kinderen hebt. Wat mij betreft moet je ongetwijfeld actie ondernemen, je merkt gewoon de verschillen. Ik hoop dat de minister daar ook daadwerkelijk antwoord op geeft, want ze zei: laten we naar de richtlijnen gaan. Dit is al een eerste stap. Ik vind het een beetje te informeel. Ik wil maatwerk. Ik zoek wat meer duidelijkheid om te zorgen dat ook dit in de praktijk netjes en correct wordt uitgevoerd.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik luister aandachtig naar het verhaal van mevrouw Mutluer, maar wat ze zegt vind ik ingewikkeld. Ik hoor "er zijn niet genoeg rechercheurs", "eigenlijk moet het met strafrecht" en "ik wil een helpende hand voor de burgemeester, maar het moet maatwerk zijn". We hebben allemaal de brief gelezen van de burgemeesters van de G4, van wie er drie behoren tot een partij die mevrouw Mutluer hier vertegenwoordigt. Wie zegt: geef mij deze wet, want het strafrecht komt later. Met strafrecht alleen red ik het niet. Dus kan mevrouw Mutluer iets duidelijker zeggen of haar partij en GroenLinks, die zij hier ook vertegenwoordigt, voor of tegen bestuurlijke maatregelen zijn? Dit is iets anders dan het strafrecht. daar zijn we het allemaal over eens. Is mevrouw Mutluer voor of tegen?
Damewederzijds(PvdA):
Als mijn collega goed naar mijn input had geluisterd – waarschijnlijk wel, maar dan anders geïnterpreteerd – had hij gehoord dat ik heel positief sta tegenover dit bestuurlijk instrumentarium dat een burgemeester kan gebruiken. Het is een aanvulling, het zal het makkelijker maken. Ik besef dat. Al kan er nu ook gebruik worden gemaakt van bijvoorbeeld een spoedbevel of een dergelijke spoedregeling. Dat zien wij ook. Het zal het gemakkelijker maken. Ik vind het goed dat het makkelijker is. We gaan geen criminelen arresteren, vervolgen of het hele probleem oplossen. Het is slechts een onderdeel of een link. Dat zie ik ook. Ik hoop echter dat mijn collega beseft dat wij samen met GroenLinks vooral de bescherming zoeken van onschuldige buurtbewoners en minderjarige kinderen. Er moet goed worden nagedacht over hoe dit op de juiste manier kan worden aangepakt. In de praktijk heb ik verschillen gezien. Dat bevalt me niet, dus ik ben blij dat de implementatie wordt geëvalueerd en getest. Dit helpt. En ik heb er wat vragen over.
Vansilla:
Bedankt. Genoeg? Nee?
DameMichon-Derkzen(VVD):
Nou, voorzitter, dat maakt het duidelijk. Mevrouw Mutluer zegt: ik ben voor en we moeten het proportioneel doen. En dat hangt af van de burgemeester. Een gids kan dus helpen, maar dit zal altijd maatwerk zijn. Dat hoor ik mevrouw Mutluer ook zeggen. Als een burgemeester zo'n beslissing neemt, stelt hij de veiligheid van die straat boven het individuele verblijfsrecht van degene wiens huis gesloten is. Dat is niet fijn, maar soms is het nodig. Is mevrouw Mutluer het eens met deze veronderstelling? Omdat ik denk dat dat de voorwaarde is dat je moet instemmen met het aannemen van een wet als deze.
Damewederzijds(PvdA):
Ik herhaal, ik heb gezegd dat ik positief sta tegenover deze wet, maar dat er bepaalde voorwaarden zijn waaraan wij, de PvdA, maar ook GroenLinks, willen voldoen. Ik heb zojuist deze twee voorwaarden gegeven. We moeten ook niet doen alsof alle gemeenten, zoals de G4-gemeenten, de kennis, capaciteit en mensen hebben om er adequaat mee om te gaan. Er zijn nog meer gemeenten, sommige kleinere gemeenten, die de CDA-collega's en anderen altijd steunen, zeg ik. Er zijn ook enkele handvatten nodig. Dus ik moet een opmerking als "Ik wil dit medium niet gebruiken onder politieke of publieke druk" serieus nemen. In die zin denk ik dat het niet onredelijk is om naar deze voorwaarden te vragen.
Vansilla:
Dan geef ik het woord aan de heer Van Nispen van de SP.
DhrDesde Nispen(SP):
Dank u wel, voorzitter. De georganiseerde misdaad moet worden bestreden door te voorkomen dat met name jongeren er verliefd op worden. Onderzoek, uitwerpen van netten en arrestatie van de daders. En de geldstromen volgen en geld afpakken van de misdaad. Dit wetsvoorstel, om gebouwen door burgemeesters te sluiten in verband met bombardementen en wapens, is niet geheel onbegrijpelijk. Toch vraag ik me echt af of we deze kant op moeten en of het nodig, wenselijk en noodzakelijk is en of het geen ongewenste bijwerking heeft. Ik laat me graag overtuigen, maar ik heb ernstige twijfels. Ten eerste omdat ik van mening ben dat strafbare feiten strafrechtelijk moeten worden aangepakt. Het gaat over de ontdekking van wapens en explosieven in huizen. Dit is een schietspel. Dit zijn allemaal ernstige strafbare feiten, waarop gevangenisstraffen staan, die horen erbij. Waarom verlengen we dan de bevoegdheid van de burgemeester om zo'n gebouw te sluiten?
Het is waar dat ik ook begrijp dat u de vrede in de regio wilt herstellen. Het is immers een ernstige verstoring van de openbare orde. Het strafrecht is hier echter op zijn plaats en is hier niet de hoofdzaak? Zo zou het moeten zijn toch? Als u vindt dat het strafrecht niet snel genoeg gaat, is er iets mis met uw strafrechtketen. Je moet er dus meer in investeren. De capaciteit had allang op orde moeten zijn, zoals de SP zo vaak heeft gesuggereerd.
De SP heeft vaak kritiek geuit op de uitbreiding van bestuurlijke bevoegdheden. Dit past bij deze trend, waar ik niet zo blij mee ben. Het sluiten van een huis is eigenlijk een straf, een bestraffend element, al noemt de overheid dat bewust niet zo. De bewoners van het gesloten gebouw ervaren het als een straf. Dat is uiteindelijk wat telt, en wel in de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Dit is des te urgenter nu het ook mensen kan overkomen die de openbare orde niet hebben verstoord of daartoe aanleiding hebben gegeven. Het antwoord op onze vragen over hoe je daadwerkelijk voorkomt dat onschuldige mensen worden geraakt is: nee. Het is niet aan de burgemeester om te bepalen of iemand schuldig is.
Het gebouw wordt als uitgangspunt genomen. Het is niet voor mensen. Maar is dat niet waar het allemaal om draait? Heeft dat niet bijna altijd invloed op de mensen in dat huis? Dit blijkt toch niet in alle gevallen eerlijk in de redenering van de regering? Extreem uitgedrukt: je haat iemand en door hun huis aan te vallen kun je ze verdrijven. Denk ook aan vechtpartijen, waarbij criminelen granaten aan de deur hangen of erger. Dit wetsvoorstel vergroot de kans dat de bedreigde woning wordt gesloten. Hoe voorkom je dat deze rekening een beloning wordt voor het bedreigen en aanvallen van andermans huizen? De heer Sneller stelde zojuist een soortgelijke vraag. Het zal zeker niet de bedoeling van de minister zijn, maar het zou een mogelijke uitkomst kunnen zijn. Ik zie dat in dit wetsvoorstel op geen enkele manier worden uitgesloten.
DameKuiken(ADC):
Ik begrijp de vraag van de heer Van Nispen, maar we moeten natuurlijk ook kijken naar de huidige realiteit en praktijk. Hierin zien we een enorme toename, ik zou bijna zeggen een explosie, in explosies. Het is dringend dat de burgemeesters optreden voor het welzijn van de openbare orde. Zie jij ook deze kant van de vraag die je stelt?
DhrDesde Nispen(SP):
Ja, dat zie ik zeker. Als ik niet duidelijk genoeg heb gemaakt dat ik dit dilemma zie, zal ik het hier herhalen. Ik begrijp de wens, want er is een echt, heel groot en serieus probleem met bombardementen en explosies. Er is een enorme toename van de georganiseerde misdaad waarbij ook de meest fundamentele vraag gesteld moet worden: waar komt het eigenlijk vandaan en waarom is er de laatste jaren zo weinig aan gedaan? Daar hebben we andere discussies over. Ik vind het een dilemma om een maatregel te accepteren waarin ik veel nadelen zie en toch weinig garanties.
Vansilla:
Je vervolgt je betoog.
DhrDesde Nispen(SP):
Het is mij ook onduidelijk hoe de regering ervoor zal zorgen dat deze bevoegdheid als laatste redmiddel wordt toegepast. Hoe zorg je ervoor dat hier spaarzaam mee wordt omgegaan? Het is immers aan de burgemeesters en die wil ik graag vertrouwen, maar we hebben in het verleden gezien dat de sluitingsbevoegdheid op grond van de Opiumwet niet altijd goed wordt toegepast. Rechters hebben het regelmatig uitgezocht. Nu is ook de Raad van State strenger geworden. Waarom moet het altijd zover komen? Hoe wordt dit gedaan? Hoe zorgt u ervoor dat dit wetsvoorstel alleen als laatste redmiddel wordt ingevoerd?
Dan de situatie van de bewoners of kinderen. Wat betekent dit voor hen? Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters zegt dat er meer duidelijkheid en sturing nodig is over hoe het wetsvoorstel zich verhoudt tot het grondwettelijk verblijfsrecht en hoe het de rechterlijke toetsing kan doorstaan als er ook kinderen thuis wonen. Het lijkt mij een belangrijk punt, maar ik zie niet helemaal in wat de minister heeft geantwoord.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Bedankt voor uw inbreng meneer Van Nispen. Ik vind het zo knap dat met name de SP een tijdje geleden met deze veilige straten, veilige buurten kwam en nu horen we veel van de heer Van Nispen over woonrechten en kinderrechten. Wat rechtvaardigt het, met alle nadelen van het sluiten van huizen en mensen die de deur uit moeten, naast een huis staan of in een straat wonen waar explosieven liggen? Wat rechtvaardigt een kind dat in een huis woont waar explosieven zijn? De heer Van Nispen schept een tegenstelling en maakt er een verblijfsrecht van. Het vermeldt het recht van kinderen om ergens te kunnen wonen. Het is moeilijk voor mij om in deze context door te gaan. Kan de heer Van Nispen dit toelichten?
DhrDesde Nispen(SP):
Ja, ik geniet altijd van discussies met mevrouw Michon-Derkzen, niet geheel onverwacht, maar ik vind het heel vreemd om deze vraag te krijgen: wat rechtvaardigt dat kinderen in andere tehuizen hierdoor worden getroffen? Zoals hier staan en pleiten dat er explosieven bij huizen worden geplaatst of dat er op huizen wordt geschoten. Ik ben een beetje beledigd door deze vraag, als je het niet erg vindt. zo bedoelde je het zeker niet. Dat rechtvaardigt nooit iets. Tegen hem moet worden opgetreden. Het was niet voor niets dat ik begon met te zeggen dat criminelen moeten worden aangepakt, dat er meer onderzoek moet worden gedaan, dat er geld van misdaad moet worden afgepakt, dat er nog veel meer moet worden gedaan om de georganiseerde misdaad te voorkomen, waar de partij van mevrouw Michon-Derkzen voor de grote fouten die in het verleden zijn gemaakt. Maar wat mij betreft is het antwoord niet om de bevoegdheden van de burgemeester uit te breiden zonder de bijbehorende waarborgen, wat ik denk dat ik correct vraag, waarvan ik niet denk dat het een crimineel achter de tralies zou zetten, wat niet zou leiden tot een extra geld uit de misdaad en belet ook niet dat jongeren de georganiseerde misdaad betreden. Ik geloof zelfs dat het mijn taak is om het dilemma te stellen van een autoriteit die ik begrijp, omdat die deze buurt het recht op rust wil geven. Maar het neemt het niet weg, en mevrouw Michon-Derkzen kan het niet wegnemen, wat ook gevolgen kan hebben voor onschuldige bewoners wier eigendommen worden aangevallen. Dit wordt niet uitgesloten door het wetsvoorstel. De kinderen van deze vermoedelijk onschuldige volwassen bewoners hebben geen aandeel meer, dus het is niet zo verwonderlijk dat hij het ook heeft over hun woonrechten en garanties voor hen.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik had niet verwacht dat meneer Van Nispen het anders zou hebben, maar er zit ook een tegenstrijdigheid in zijn verhaal. Zoals ik zelf zei in antwoord op de vraag van de heer Van Nispen: het is geen strafrecht of bestuursrecht. Natuurlijk hebben we ook het strafrecht nodig. Natuurlijk hebben we ook met deze daders te maken. Natuurlijk moeten we deze kinderen weghouden van de misdaad. Maar wat we ook moeten doen, is ervoor zorgen dat mensen gewoon veilig kunnen leven. Je zegt het nadrukkelijk. Natuurlijk willen we dat iedereen veilig woont. Dus in wezen moeten we een burgemeester de macht geven die hij nu heeft onder een noodbevel om een gebouw aan de voet van 174a te kunnen afsluiten, zodat de hele straat veilig kan leven. Ik denk dat de heer Van Nispen het ook met mij eens is, maar hij staat natuurlijk voor een dilemma over het recht op huisvesting en onschuldige mensen. Dit is precies wat de burgemeester denkt, die hier ook een bestuurlijk rapport over moet maken en zijn best wil doen, want geen enkele burgemeester wil dat de rechter hem later berispt. Is meneer Van Nispen het met mij eens? Dus zegt hij ook: ik vind het vergaand, maar is het een bevoegdheid die ik de burgemeester zou willen geven omdat dat over de hele linie nodig is om deze buurt veilig te houden?
DhrDesde Nispen(SP):
Dat laatste is een uitspraak van mevrouw Michon-Derkzen waar u wellicht aan twijfelt. Zolang we niet genoeg gemeenschapspolitie hebben, zolang er geen onderzoeken meer zijn, omdat er ernstige hiaten zijn in de strafrechtketen, en zolang er maar heel weinig wordt gedaan om het geld van misdaad te voorkomen en aan te pakken, deze bendeoorlogen zullen doorgaan. uit de hand lopen Dus uiteindelijk kun je zeggen "dit strafrecht is prima, maar nu gaan we de burgemeestersbevoegdheid uitbreiden om huizen af te schermen", zonder de bestraffing van de onschuldigen en al die andere obstakels die ik noem te voorkomen . … Ik vind het een heel complex dilemma. Ik geef het hier gewoon toe. Maar ik denk dat het mijn taak is om erop te wijzen. Ik ben er op dit moment niet van overtuigd dat dit nodig is, omdat dit het enige is dat nu moet worden gedaan om de georganiseerde misdaad te bestrijden, omdat ik geloof dat veel andere dingen op dit moment buiten beschouwing worden gelaten, en b dat het wordt ondersteund door voldoende waarborgen. Dat vind ik heel belangrijk, want dat zijn grondrechten en het element schuld ontbreekt eigenlijk helemaal in dit wetsvoorstel.
DameBriljant(PVV):
Deze laatste zin van collega Van Nispen is een goede brug naar mijn vraag. De meest schrijnende situatie die je kunt bedenken is natuurlijk een schietpartij in een huis waar niemand in dat huis iets mee te maken heeft. Maar nu staat op pagina 47 van de motivering: "Er moet een duidelijk verband zijn tussen de gedraging en de woning of het erf. Dit betekent dat een schot op de stoep voor een woning geen grond kan zijn om die woning te sluiten, als deze huis heeft er niets mee te maken en dus ontbreekt die verbinding". Tja, zou je denken... ik probeer hier de juiste plek te vinden. best bijzonder misschien voor PVV, maar ik probeer het toch. zou meneer Van Nispen er niet voorstander van zijn als er een aflossingsvrije periode zou zijn? Want dan kun je als bewoner bewijzen dat je er eigenlijk niets mee te maken had.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik denk dat het zinvol is om af te zien van de huidige begunstigde periode die de VVD wil schrappen. Ik zal daarom tegen dit amendement stemmen. Ik waardeer de inzet van mevrouw Helder oprecht. Ik weet dat de parlementaire geschiedenis, namelijk wat we hier bespreken en de memorie van toelichting, deel uitmaakt van de wetsgeschiedenis en daarom belangrijk is. Maar ik zie het niet op de rekening. Ik meld mijn dilemma hier. Ik vertrouw het graag toe aan de burgemeesters. Maar we hebben in het verleden gezien hoe we omgaan met de stroomafsluiting en de wet Damocles onder de Opiumwet. Daar zijn grote fouten gemaakt. Er zijn vreselijke situaties ontstaan. Gemeenten worden regelmatig door magistraten op straat gezet als mensen in ernstige problemen zijn geraakt. Deze bevoegdheid werd niet zorgvuldig uitgeoefend. Dit brengt mij zeer aan het twijfelen. Nogmaals bedankt voor deze quote, het helpt. Er moet een schuldelement zijn. Maar toch overtuigt dat me niet.
Vansilla:
Vervolg uw toespraak.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik was bijna klaar, voorzitter, want ik had al te veel gezegd. Ik wilde ook uitleggen waarom ik een amendement heb ingediend op de heer Sneller van D66, maar je hebt het uitstekend gedaan. We moeten in ieder geval stellen dat er sprake moet zijn van een ernstige verstoring van de openbare orde, zoals de Raad van State heeft geadviseerd. Ik neem aan dat de collega's die ik nog een laatste vriendelijke blik werp, er ook voor open zullen staan.
Vansilla:
Bedankt meneer Faster. Meneer Sneller, luister naar me. Meneer Van Nispen, bedoel ik. Ook de heer Sneller staat onder het amendement. Vervolgens geef ik het woord aan mevrouw Kuik van het CDA.
DameKuiken(ADC):
Ja, voorzitter. We hebben het er vandaag vaak over gehad. Je komt daar te wonen, in een wijk waar je te maken krijgt met explosies, granaten en bombardementen. Je gaat daar werken. Daar breng je je kinderen naar school. Het lijkt misschien iets uit een film, maar het is de realiteit in steden als Rotterdam en Amsterdam, maar ook in Amersfoort, zoals we hebben gezien. Naast bedreigingen voor gebouwen, zien burgemeesters ook dat criminelen huizen gebruiken als opslagplaatsen en fabricage van wapens en explosieven. Het brengt mensen in woonwijken in gevaar. ze voelen zich onzeker en zijn bang voor herhaling. Ik begrijp. Het laat ook duidelijk zien hoe ver we als samenleving zijn gekomen wat betreft het ondermijnen en terroriseren van drugsdealers. Het vraagt een brede aanpak van politie en justitie, maar ook van een samenleving die misstanden aan de kaak stelt en niet bijdraagt aan het in stand houden van criminele verdienmodellen. Een proactieve en sociale aanpak is vereist. Burgemeesters en wethouders moeten de middelen hebben om hun burgers te beschermen door de openbare orde te handhaven en te herstellen.
Dat is het doel van deze wetgeving. De opties die nu beschikbaar zijn, zijn zeer beperkt. Daarom is executie nu mogelijk na huiselijk geweld. Het gooien van explosieven, schietpartijen en andere vormen van ernstig geweld die de openbare orde rond een huis verstoren, zijn voor burgemeesters redenen om het huis af te sluiten. Het is een wetsvoorstel van minister Grapperhaus, in 2019 ontworpen voor zijn anti-subversieve aanpak, maar nu actueler dan ooit. De urgentie is hoog. Wanneer kunnen de burgemeesters in ieder geval op deze uitbreiding rekenen? Wat is het oordeel van de minister?
De burgemeester is degene die wordt ingezet als er explosieven, wapens of vuurwerk zijn gevonden of al tot ontploffing zijn gebracht. Maar hoe zorgt de minister ervoor dat dit geweld ook in de frontlinie wordt voorkomen? Overweeg het gemak waarmee u voorlopers kunt verkrijgen voor het maken van explosieven, waarover ik hierboven vragen heb geschreven.
Voorzitter eindelijk. Vorig jaar heb ik samen met mevrouw Michon-Derkzen van de VVD een motie ingediend met de vraag of de huidige bestuurlijke bevoegdheden van burgemeesters voldoende zijn om de georganiseerde misdaad te bestrijden. Meer onderzoek is nog nodig, concluderen ook de WODC-onderzoekers. We moeten het nieuws blijven volgen en blijven horen wat de burgemeesters nodig hebben om de openbare orde te kunnen handhaven. Hoe controleert de minister dit?
Nat.
Vansilla:
Er is nog een vraag van de heer Sneller.
DhrSneller(D66):
Ik ben benieuwd hoe mevrouw Kuik de noodzakelijke waarborgen ziet om grondrechten in te perken en waar zij rekening mee houdt. Heeft u al een mening over het wetsvoorstel zoals het er nu uitziet en de verschillende amendementen?
DameKuiken(ADC):
De heer Schneller heeft duidelijk gemaakt, zoals we ook hebben gezegd, dat het sluiten van een woning slechts een drastische maatregel is en dat burgemeesters van geval tot geval moeten afwegen of het noodzakelijk en proportioneel is. Proportionaliteit en subsidiariteit zijn dus gewoon heel belangrijke elementen – en hier staan ze in de wetgeving – waarmee burgemeesters hun standpunt moeten onderbouwen. Uit de jurisprudentie hebben we al gezien dat burgemeesters heel goed in staat zijn om deze beslissing te nemen. Dan heb je natuurlijk altijd bestuurlijke toetsing van de rechter. Dit zijn dus de belangrijkste elementen die terugkomen in dit wetsvoorstel. Het is ook een geval per geval besluit van de burgemeesters. We kunnen hier alle gevallen beschrijven, maar het kan sterk variëren afhankelijk van de situatie. En die proportionaliteit en subsidiariteit, ja, dat zijn de kernpunten waarover een besluit moet worden genomen.
DhrSneller(D66):
Ik denk dat we het er allemaal over eens zijn dat dit heel belangrijke waarden zijn, maar dat ze niet in deze wet staan. Dat hebben rechters op grond van andere wetten gezegd. Het is heel vaak in het geheugen. Het wordt heel vaak genoemd. Heel mooi, maar het staat niet in de wet. het staat in de wet. Ik zoek nog wat meer houvast over welke waarborgen in deze wet moeten worden opgenomen of weggelaten om dit grondrecht in te perken, omdat ook het CDA vindt dat dit een te ruime bevoegdheid is.
DameKuiken(ADC):
Natuurlijk. De burgemeesters melden natuurlijk dat de manier waarop we ons hebben gevestigd onvoldoende is. We hebben gezien dat ze hun beslissingen nu baseren op proportionaliteit en subsidiariteit. Ik denk dat het een heel belangrijk uitgangspunt is dat we het in de toelichting en in dit debat hebben neergelegd. Als dit niet expliciet vermeld wordt in de wettekst, wil dat niet zeggen dat dit element er niet bij betrokken is. Dit speelt zeker een zeer belangrijke rol. Daarom voeren we dit gesprek. Dus ja, ik kijk een beetje rond. Wil meneer Sneller dat we subsidiariteit en proportionaliteit in de wet schrijven? Want ik denk dat we het in de toelichting hebben gezegd, maar ook in het debat: dit zijn slechts de basisprincipes die de burgemeesters moeten hanteren om die beslissing te nemen.
Vansilla:
Tot slot de heer Sneller.
DhrSneller(D66):
Sorry, toen was het niet duidelijk. Er is een amendement dat zegt: er mag geen enkele voorafgaande aankondiging zijn. Er mag geen tijdslimiet worden gesteld aan de bewoners om, indien mogelijk, de situatie te verhelpen. En er is een amendement dat zegt: nee, het mag geen gewone verstoring van de openbare orde zijn, maar een ernstige. De minister zegt dat dit al in de jurisprudentie staat, terwijl de indieners, de SP en wij, zeggen: het moet gewoon in de wet worden vastgelegd want het is ook onze plicht als wetgever om ervoor te zorgen dat inperking van deze grondrechten prima wordt geregeld .
DameKuiken(ADC):
Om bij het eerste te beginnen: daar twijfel ik nog over en dat wil ik ook van de minister horen. Bij een calamiteit wilt u snel kunnen handelen. Je kunt dus zeggen "we hebben deze regeling zodat de buren toch iets kunnen doen", maar dat lijkt mij niet relevant. Ik vraag me af hoe de minister dit ziet. Misschien zijn er ook verschillende argumenten als het gaat om grondstuk b of grondstuk c. Dat hoor ik ook graag. Ik zal deze vraag overslaan.
Dan de heer Sneller en de heer Van Nispen, namelijk dat het niet makkelijk moet zijn op basis waarvan de burgemeester een woning sluit. Eerlijk gezegd ben ik er niet bang voor. De burgemeester moet zijn beslissing goed motiveren. Dit betekent dat er sprake moet zijn van verstoring van de openbare orde. Dit is echt een veiligheidsprobleem. Ik kan me ook niet voorstellen in welke situatie het voor een burgemeester makkelijk zou zijn om zo'n huis zomaar te sluiten.
Vansilla:
Je vervolgt je betoog. Oh, je was al aan het einde van je betoog. Vervolgens geef ik het woord aan de heer Bisschop van de SGP.
Dhrobispo(SGP):
Voorzitter, hartelijk dank. Om ondermijnende criminaliteit, ondermijning en alle ellende die daarmee gepaard gaat aan te pakken, is natuurlijk veel meer nodig dan het onderhavige voorstel. De opmerkingen van collega's die voortdurend vragen om de hele keten op orde te krijgen, onderschrijf ik van harte. Ja, dit kost tijd, het kost geld, dat klopt, maar het kan een schakel zijn. Dit is hoe we dit voorstel benaderen. We begrijpen dat het sluiten van het huis een gevoelige ingreep is in de vrijheid van burgers. Dit vereist uiterste voorzichtigheid en terughoudendheid van de kant van de overheid. Daarom belicht de SSA graag drie belangrijke uitgangspunten. Ten eerste is het sluiten van een woning geen straf. Ten tweede wordt het sluiten van een gebouw niet gedaan om de bewoners te beschermen, maar om de bewoners van het gebied te beschermen, ten behoeve van de openbare orde. Ten derde moet de overheid alternatieve huisvesting overwegen.
Stoel. Het kabinet schrijft dat de wetgever maatregelen wil toestaan bij ernstige overlast en ernstige bedreiging van de veiligheid en gezondheid van omwonenden. Opvallend is dat de wet en het wetsvoorstel niet spreken van "ernstige verstoring" van de openbare orde. Zou dit niet worden aanbevolen op basis van het feit dat de belangrijkste elementen van de verordening wettelijk moeten worden vastgelegd? Dit komt enigszins overeen met de opmerkingen van collega Van Nispen.
Stoel. Het kabinet acht het niet reëel om burgers van onberispelijk gedrag te onteigenen. Ik zou bijna zeggen: dit moet er ook bij! Dat klinkt mooi en geruststellend, maar het klinkt ook alsof het theoretisch mogelijk zou zijn. Ik wil graag een toelichting van de minister, zodat we radicaal de mogelijkheid kunnen uitsluiten om burgers met onberispelijk gedrag te onteigenen. Klopt het overigens dat onteigening niet mogelijk is op grond van deze bepaling in de Gemeentewet, maar pas na sluiting op grond van de Opiumwet, dus als wettelijke basis?
Stoel. De SSA wil graag meer weten over de beoordeling van subsidiariteit, het toepassen van minder belastende maatregelen dan woningsluitingen. Het kabinet wijst erop dat sluitingen soms voorkomen kunnen worden door ervoor te zorgen dat een bewoner bijvoorbeeld niet meer tijdelijk thuis is, dat ze daar thuis zijn. Kan de minister bevestigen dat het benutten van dergelijke kansen geen optie maar een verplichting is? Dit sluit aan bij de disruptiediscussie van zojuist en de eerdere uitwisselingen.
De SSA vindt dat de overheid meer nadruk moet leggen op de verantwoordelijkheid van woningvervanging. In de evaluatie van 2019 stelt de Raad van State dat de burgemeester moet vragen naar alternatieve huisvestingsoplossingen, zeker als het om kinderen gaat. Het kabinet schrijft dat de regels voor onderstand alleen gelden als iemand niet te redden is als zijn woning gesloten is. Betekent dit dat we niemand op straat zullen gooien, zeker niet als het minderjarigen zijn? Is dit precies wat er gebeurt? Zou dit niet veel duidelijker moeten worden gewaarborgd dan alleen in een gids te worden opgenomen?
Eindelijk, voorzitter. De SGP vraagt om meer uitleg over de staat van de religieuze gebouwen. Er is hier ook een juridisch probleem dat misschien kan worden opgehelderd. De minister stelt dat religieuze gebouwen vaak worden bezocht en daarom niet onder dit wetsvoorstel vallen. De Wet op de volksgezondheid beschouwt religieuze gebouwen echter als "gesloten plaatsen" onder de grondwet. De vraag is: hoe verklaart de minister dit verschil en wat is het statuut van gesloten ruimtes als het gaat om het kunnen sluiten? Als voetnoot: de SSA vindt het niet ideaal om zoveel verschillende en gevarieerde definities in verschillende wetten in deze verordening te hebben.
Voorzitter, ik wil het hierbij laten. Bedankt.
Vansilla:
Dank u, bisschop. Hiermee zijn we aan het einde van de eerste termijn van de Tweede Kamer gekomen. De minister heeft erop gewezen dat het ongeveer 21 minuten voorbereidingstijd kost. Dus meteen begonnen we weer om 21.54 uur.
De vergadering wordt geschorst van 21.34 uur tot 21.57 uur.
Vansilla:
Ik geef het woord aan de minister van Justitie en Veiligheid voor haar eerste termijn.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dank u wel, voorzitter. Vorige week, tijdens het Vragenuur, hebben we het al gehad over de explosies in Rotterdam en Amsterdam. Ik verwees toen al naar dit belangrijke wetsvoorstel en ik ben erg blij dat we het zo snel kunnen bespreken. Burgemeester Aboutaleb schreef deze maand naar zijn gemeenteraad om dit voorstel te steunen. Samen met de burgemeesters van Amsterdam, Den Haag en Utrecht benadrukt hij zijn belang voor zijn Kamer. Ze willen een constante kracht om huizen en privéruimtes te sluiten. Dit wetsvoorstel biedt een stevige basis voor de sluiting in plaats van de huidige noodbevelen. Het is stabiel voor mensen van wie het verblijfsrecht in het geding is, omdat het garanties bevat. En het is stevig voor de burgemeesters die het voorstel aanvaarden, die aarzelen om de openbare orde te handhaven maar ook de belangen van iedereen afwegen.
Dat is belangrijk voor grote steden, maar niet alleen daar, want daar beperkt het probleem zich niet. Half april heeft burgemeester Van Selm van Purmerend een verklaring afgegeven. Daarin vertelt hij over een gewelddadige gebeurtenis in zijn dorp: een explosie, een brand, flinke schade, bange buren, veel schrik, weggelopen buren, psychosociale hulp, een buurtbijeenkomst, overal bewakingscamera's en tijdelijke woningafsluitingen. Soortgelijke incidenten hebben zich in het verleden in deze gemeente voorgedaan, net als in Middenbeemster, een plaats met een paar duizend inwoners.
Stoel. Ik ben duidelijk: geweld is crimineel. De politie en het Openbaar Ministerie ondernemen strafrechtelijke stappen. Zo arresteerde de Rotterdamse politie op 27 april een 14-jarige jongen en een 15-jarige jongen voor het plaatsen van een explosief. Ook brengt de politie de oorzaken in kaart. Kunnen we het verwijderen? Natuurlijk zijn er veel dingen die proactief moeten gebeuren, maar we praten er vaak over, vooral als het gaat om jongeren die in beeld zijn.
Naast – niet ‘in plaats van’ – strafrechtelijk optreden, wordt de burgemeester altijd geconfronteerd met vragen als: wat is er aan de hand, wat doe ik om de openbare orde te handhaven, hoe maak ik belangenafweging? Want dat is de taak van burgemeesters: er gewoon zijn als mensen het moeilijk hebben en de openbare orde waarborgen. Dit doen ze door middel van een goed gesprek, het uitvoeren van extra patrouilles, fouillering van lichamen of foto's en soms ook het tijdelijk sluiten van een woning om de rust in een buurt te herstellen. Als ik 'burgemeesters' zeg, bedoel ik natuurlijk ook de gouverneurs in Caribisch Nederland tegenwoordig.
Dus, meneer de president, met dat in gedachten, en hopelijk in uw achterhoofd, zal ik graag de vragen beantwoorden. Je zou graag willen weten in welke volgorde ik het zal doen. Ik begin met het bestuursrecht en de rol van de burgemeester. Vervolgens bespreek ik nut en noodzaak. Vervolgens zal ik het hebben over bewoners en grondrechten. Ik zie dat we veel mappen hebben, maar ze zijn dun. Na de vragen over c-aarding, het sluiten van het huis vanwege de wapens. Na de vervolgstappen andere zeer belangrijke zaken en tot slot de amendementen.
Vansilla:
Bedoel je de categorie "anders"?
MinisterOjoverde-Zegerius:
NEE NEE NEE. Als klimaatvertegenwoordiger in een vorig leven die alle vragen over kernenergie in het andere dossier vond, zal ik nooit "het andere dossier" zeggen.
Stoel. Ik begin met de eerste map. Hierbij heb ik een vraag van mevrouw Mutluer. Ik vat uw vraag als volgt samen: hoe zit het met het verschil tussen strafrecht en bestuursrecht bij het optreden? Deze vraag kwam vaak voorbij. Het Openbaar Ministerie en de correctionele rechtbank ondernemen strafrechtelijke stappen. Dit omvat het identificeren, vervolgen en vervolgen van de daders. Vandaag hebben we het over het bestuursrecht. Het is een bestuursorgaan, de burgemeester of de plaatsvervangend gouverneur, die in wezen de openbare orde moet handhaven. Hij is daar direct verantwoordelijk voor, bijvoorbeeld als een buurt onveilig is of als er grote maatschappelijke onrust is. Deze dingen kunnen oplopen. Natuurlijk is er ook het driehoeksoverleg van de officier van justitie, de burgemeester en de politiechef. Ook hierin worden afwegingen gemaakt en afstemming gezocht.
Daar ga ik zo op in, want er waren nogal wat vragen over. De heer Van Nispen vindt dat strafbare feiten via het strafrecht moeten worden berecht. Aangezien vuurwapens en explosieven een zaak van vrijheidsbeneming waren, vroeg hij waarom er een bestuursrechtelijke instantie nodig was om een gebouw af te sluiten. Een klassiek rechtsbeginsel is dat het strafrecht het laatste redmiddel is tegen onrechtmatig handelen. Dit gebeurt, zoals de heer Van Nispen opmerkte, met incidenten met explosieven, wapens en schietpartijen. Daar is het strafrecht voor en dat wordt ook gebruikt. Dat neemt niet weg dat bijvoorbeeld een schietpartij ook de openbare orde verstoort. De burgemeesters zijn dan verantwoordelijk voor de handhaving ervan. Ze hebben er echt een rol in. Dan moet je er ook voor zorgen dat ze de juiste bevoegdheden hebben om het te doen. Daarbij horen natuurlijk waarborgen voor bewoners en hun omgeving. Ik kom hier binnenkort op terug. Daarom wordt deze sluitingsbevoegdheid toegevoegd aan het strafrecht. Het vervangt het strafrecht niet. het is complementair.
Vansilla:
Voordat we verder gaan, wordt er onderbroken door de heer Van Nispen.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik heb een heel korte vraag. Is het altijd zo? Of zijn het denkbare situaties waarin op deze nieuwe kavels, kavels b en c, een woning wordt gesloten, maar tegelijkertijd geen strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld? Dit lijkt mij vreemd, omdat het altijd om ernstige misdrijven gaat.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dit is een ernstige verstoring van de openbare orde. Ik zal hier straks een amendement op indienen. Maar dat is eigenlijk wat hier aan de hand is. Er kan dus van worden uitgegaan - dit is iets anders dan garanderen - dat deze gevallen veelvuldig voorkomen en dat ook het Openbaar Ministerie onderzoek doet en dat er een strafrechtelijk onderzoek loopt. Maar dat hangt af van het Openbaar Ministerie. Ze zijn dus niet noodzakelijkerwijs aan elkaar gerelateerd.
DhrDesde Nispen(SP):
Nee, want de staat is onafhankelijk. Maar zijn er situaties denkbaar waarbij granaten worden geplant, huizen worden beschoten, wapens in grote hoeveelheden in huizen worden gevonden en met geweld zo'n huis wordt gesloten, maar er geen strafrechtelijke vervolging volgt? is het begonnen Is dit voorstelbaar?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Het is moeilijk voor mij om nu een theoretisch voorbeeld te vinden. Het is mogelijk dat er destijds geen strafrechtelijk onderzoek heeft plaatsgevonden. Het had net zo goed al kunnen gebeuren. Daarom is deze driehoek belangrijk, al zal het niet altijd zo zijn dat het Openbaar Ministerie alle informatie kan delen met bijvoorbeeld een burgemeester. Ook kan er een strafrechtelijk onderzoek worden ingesteld. Het is in ieder geval niet uitgesloten dat er precedenten zijn waarin geen strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld, omdat dit overeenkomt met de Staat. Maar ik heb op dit moment geen zaak klaar waarin dat heel specifiek en heel duidelijk kan zijn. De heer Van Nispen heeft natuurlijk volkomen gelijk dat het om zeer ernstige zaken gaat, dus ik denk dat het goed is om dat hier nog eens te benadrukken. We hebben het echt over een ernstige verstoring van de openbare orde, die we ook associëren met ernstige vormen van criminaliteit. Het is dus theoretisch mogelijk, maar moeilijk voor te stellen.
Ik ga dus verder met de heer Van Nispen, die zegt: begrijp ik het goed dat mensen van wie de woning gesloten is het ook als een straf ervaren of kunnen ervaren? Dat was iets aardiger in zijn toespraak, maar dat was een van de vragen. Natuurlijk begrijp ik dat. Ik denk dat het heel belangrijk is om hier te onderstrepen, ongeacht het sentiment, dat het geen straf is, ook niet volgens de Europese jurisprudentie. Als er op iemands huis wordt geschoten, is die persoon een slachtoffer. Ongeacht of je een goede burger bent of niet, als we even een stapje terug doen: op dat moment ben je het slachtoffer van een bepaalde daad. Ook is de kans heel groot dat de betrokkene, wie het ook is, bij een shutdown denkt: ik ben hier niet de dader, maar ik sta voor ernstige gevolgen. Dan gaan we toch nog even weg om een situatie te observeren. Daarom moeten burgemeesters die willen sluiten ook rekening houden met de belangen van de bewoners. Ze moeten ze niet alleen wegen, maar veel wegen. Ook dan is sluiting geen straf. Het gaat hier niet om vergelding voor het gedrag van een schuldige, maar om handhaving van de openbare orde, dat wil zeggen om terugkeer naar een veilige en rustige situatie. Sluiten kan hierbij helpen. Dat dit niet nieuw is, is al genoemd in de verschillende feestdagen. Als de burgemeester bijvoorbeeld een café sluit of een trein supporters terugstuurt, doet hij dat ook op grond van de Wet Bestuurlijke Orde. Er zijn dus meer stappen die een burgemeester kan en al neemt om de openbare orde te herstellen. Dus nogmaals, daarom haal ik deze voorbeelden naar voren, te bitter voor goedbedoelende mensen die gebruik maakten van de horeca of fans die gewoon naar een wedstrijd wilden. Met deze belangen wordt rekening gehouden. Dan is dat besluit genomen. Deze situatie is op zich niet nieuw.
Mevrouw Kuik: Vorig jaar is samen met de VVD een motie ingediend met de vraag of de bestuurlijke bevoegdheden van de burgemeesters voldoende zijn. Het WODC, dat hier ook onderzoek naar heeft gedaan, gaf ook aan dat er meer onderzoek nodig is. Mevrouw Kuik vraagt ook wat de volgende stap is. Dit voorstel is in de brief van eind mei vorig jaar opgelost. Uit de bestuurlijke focusmonitor blijkt dat bestuurlijke bevoegdheden adequaat waren en zijn, maar ik zal binnenkort een beleidsreactie op de bestuurlijke focusmonitor plaatsen. Dus hier komt het.
Dus ik ben eigenlijk in nut en noodzaak. Ik zei al dat de enveloppen dun zijn. We hebben veel folders, maar ze zijn goed verdeeld. De heer Van Nispen vraagt of het echt nodig, wenselijk en noodzakelijk is om deze bevoegdheid aan de burgemeester te geven. Dit is een vrij fundamentele vraag. Ja, burgemeesters sluiten nu huizen op noodbevel. Dit gebeurt al. het staat ook in de documenten, maar het kwam ook naar voren. Deze noodbevelen zijn algemeen van aard. Omdat een dergelijke sluiting per definitie het recht op privacy aantast, vereist de Grondwet specifieke wetgeving. De Raad van State wijst er in zijn oordeel op dat hij dit ook nodig acht. Met dit voorstel creëren we de specifieke wet en de specifieke basis. De burgemeester sluit voor openbare orde, zodat u rustig over straat kunt lopen en uw buurt veilig of rustig is. Bij grote maatschappelijke onrust kan de buurt opgelucht ademhalen, wetende dat het gebouw waaromheen het gebeurde leeg komt te staan. Het enkele feit dat een huis in gebruik is, kan criminelen aantrekken. Ook de Raad van State heeft hier in zijn uitspraak op gewezen. Daarom moet de burgemeester bepalen of de sluiting in een bepaald geval nuttig en noodzakelijk is. Hij kent de feiten en de lokale situatie, maar hij kan ook belangen afwegen die volgens mij door iedereen in dit Huis ontzettend belangrijk worden gevonden.
Mevrouw Mutluer vraagt of de burgemeesters de meest recente explosies hadden kunnen voorkomen door de gebouwen te sluiten. Ik wou dat ik daar een antwoord op had. Ik denk niet dat we dat kunnen zeggen, want burgemeesters kunnen al optreden bij noodbevel. Het vaststellen van een oorzakelijk verband is altijd moeilijk. Het is ook heel moeilijk om aan te tonen waarom iets niet gebeurt. Dat is natuurlijk altijd ons streven bij het investeren in preventiemiddelen: hoe laat je zien dat je interventie ervoor zorgde dat het achteraf niet misging? Door een pand te sluiten herstelt de burgemeester de openbare orde en wil herhaling voorkomen. Ik denk dat we hierdoor in ieder geval de middelen met betere garanties kunnen aanbieden, dus dit zal de burgemeesters in ieder geval zeker helpen.
Ik zit dus in de volgende map. Mevrouw Michon-Derkzen vraagt of de bepaling dat mensen nog de mogelijkheid hebben om te sluiten, geschrapt kan worden. Daar heeft hij een amendement voor. Ook tijdens de vakantie is hier over gesproken. Veel leden vroegen ook hoe dit eruit ziet. Allereerst begrijp ik heel goed dat mevrouw Michon-Derkzen doelt op de aanvraag, namelijk de politie en de burgemeesters. Ik ben er erg gevoelig voor. Natuurlijk ben ik zeer gehecht aan uw bijdragen. Dat is ook onze taak hier: vooral luisteren naar de interpretatie. Dus mijn advies, mijn idee, zou zijn om tijdens het testen en evalueren van de applicatie naar deze vragen te kijken: helpt deze periode het doel dat we allemaal voor ogen hebben of zijn er risico's, zoals mevrouw Michon-Derkzen zegt hij wil dit voor deze reden; Het is ook belangrijk om een evenredige wet te maken. De Grondwet en de verdragen vereisen dat natuurlijk. Deze garantie is daar een onderdeel van. Het is ook eerlijk om dat hier te vermelden. Er is het algemeen belang van de openbare orde. Dit is waar wij voor staan. Daarom ben ik hier en daarom zijn we hier samen. Het sluiten van een woning raakt de bewoners enorm. Aan de ene kant hopen we allemaal dat een burgemeester ingrijpt en de boel kalmeert. Aan de andere kant weten we dat het incident ernstige gevolgen kan hebben voor mensen. Gaat de overheid dicht, dan betaalt u in principe ook de kosten. Er kunnen ook gevolgen zijn zoals beëindiging van de huurovereenkomst. Dit betekent dat we echt moeten opkomen voor de grondrechten van bewoners, proportioneel overheidsoptreden en een zo licht mogelijk model hanteren. Soms is het voldoende om een bewoner te verhuizen en soms zijn er andere zaken nodig om daar de rust te herstellen.
Vansilla:
Trouwens, wanneer geeft u commentaar op de raming van de wijzigingen?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dat zal ik zometeen doen, maar ik denk dat ik met mijn antwoord al een tipje van de sluier heb opgelicht. Ik wilde deze beoordeling meteen maken. Ik wilde mevrouw Michon-Derkzen laten weten dat de zogenaamde respijtperiode niet van toepassing is op urgente of ultra-urgente zaken, zoals dat heet, als de burgemeester dus niet op voorhand een beslissing kan nemen. Dit zal ook gebeuren in zeer ernstige gevallen. Afhankelijk van het geval kan de tijd dat u mag vertrekken ook erg kort zijn. Dus nogmaals, niet noodzakelijkerwijs alle ruimte erin. Er is echt ruimte om dit te verminderen.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik dank de minister voor haar uitleg. Dus wat is de reden om met deze respijtperiode te werken? Omdat de uitvoering het niet wil. Niet nodig in geval van nood. Dezelfde applicatie zegt dat het vaak een noodsituatie zal zijn met betrekking tot gevallen b en c. Ik hoor de minister zeggen dat de doorbraakgarantie een reden is voor zo'n respijtperiode. Ik wil eigenlijk het volgende teruggeven. De hele beslissing moet toch worden gedocumenteerd om voor een rechter te verschijnen? Dus heb je overwogen of het nodig was vanwege de dreiging van overlast? Wat is de noodzaak van een respijtperiode?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dit betekent ook dat het ook na het besluit nodig is om constitutionele evenredigheid aan te tonen. Ik noemde slechts enkele voorbeelden. Als u het niet erg vindt, voorzitter, neem ik het amendement meteen over. Om al deze redenen raad ik dit amendement af, hoewel ik het heel goed begrijp. Mocht een burgemeester toch failliet gaan, dan kunnen de kosten worden terugbetaald en zijn er gronden om de huurovereenkomst buitengerechtelijk te beëindigen. Er kunnen dus zoveel gevolgen zijn dat je zelfs na de beslissing in voorkomende gevallen ongesteld wilt worden. Ik heb alleen aangegeven dat in het geval van extreme noodsituaties de term misschien niet bestaat. Mensen kunnen allerlei redenen hebben om uiteindelijk helemaal voor hun geld te kiezen. In principe dient u deze ruimte erin te laten. Dit kan te kort zijn. Als het echt niet mogelijk is, is het niet nodig om een deadline op te geven. Omdat ik erg gevoelig ben voor uitvoeringssignalen en input, wil ik nogmaals zeggen dat ik dit graag meeneem in het uitvoeringsbesluit en de evaluatie. Je wilt er echt zeker van zijn dat de waarborgen die ik net noemde in de praktijk zo werken, en dat je geen ruimte hebt gecreëerd voor mensen voor wie je in de eerste plaats geen ruimte wilde creëren.
Vansilla:
Bedankt. Het wordt daarom niet aanbevolen om document #8 te wijzigen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dan ga ik verder met...
Vansilla:
Dit is een soort voorwendsel van mevrouw Kuik.
DameKuiken(ADC):
Ik worstel hier nog steeds mee. Met welke situaties moet ik rekening houden? We hebben het hier over explosieven en wapens. Ik probeer er echt achter te komen wanneer zo'n respijtperiode realistisch gezien nodig of mogelijk zou zijn.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Waar we het hier over hebben is verbonden met een plek, een gebouw of een huis, want het is een afsluiting. Het is mogelijk dat de persoon in dat huis zich gedraagt op een manier die... Laat ik het zo zeggen: een huis loopt het risico beschoten te worden, en dat geldt zowel voor het huis als voor de persoon erin. De burgemeester kan namens de woning optreden door deze te sluiten en betrokkene verlaat het pand. Dan zegt hij: ik blijf daar niet langer. Dan laat hij daar bijvoorbeeld zijn gezin wonen, maar hij was de belanghebbende. wat kan. Dit zijn situaties die kunnen voorkomen. De burgemeester beslist dan of het nog geschikt is. Uiteindelijk gaat het hier nog steeds om maatwerk. Ik denk dat dat het belangrijkste is wat ik hier wil zeggen, want ik vind dat je in de gratieperiode ruimte moet laten voor de garanties die nodig zijn, want het gaat echt om proportionaliteit en grondrechten. We moeten ze zorgvuldig hebben gewogen. Maar er is een reden waarom ik benadruk dat deze oefentekens in overweging moeten worden genomen. Die moeten we dus volgend jaar en bij de evaluatie gaan wegen. Want stel dat het situaties veroorzaakt waarbij burgemeesters de handen op de rug gebonden hebben of heel ingewikkelde situaties waarbij wij zeggen: dit had dat effect niet. Je moet er dus van kunnen leren. Er is immers nog ruimte om het heel snel of helemaal niet te beëindigen. Dus ik hoop dat we met al deze variaties en evaluaties kunnen zien of het theoretische geval waar mevrouw Kuik en ik het over hebben of dat ik hier naar voren breng, daadwerkelijk zal gebeuren.
DameKuiken(ADC):
Nog een, dus ik begrijp het. Laten we zeggen dat een burgemeester besloot te sluiten. Dit is vaak gebaseerd op de rechtvaardiging dat het nodig is, dat er een behoefte is. Ik denk dat er ook urgentie is. Je zegt niet: laten we het in een maand doen. Ik vecht er nog steeds tegen. Hoe zie ik deze respijtperiode als de beslissing van de burgemeester al duidelijk is en hij er goed rekening mee heeft gehouden?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Het kan ook een kwestie van uren zijn. Ze kunnen heel dichtbij zijn. Het kan als volgt zijn. Stel dat de persoon in kwestie zegt: ik ga toch weg. Tot die tijd wilde hij niet weg, maar het risico om in dat gebouw neergeschoten te worden is enorm, in een woonwijk met gezinnen in de buurt. Dan zegt betrokkene bijvoorbeeld: ik ga toch over een paar uur weg, want ik wil niet dat mijn gezin naar een maatschappelijke opvang moet. Dit is de theoretische situatie. Dus als er toch nog iemand gaat, kan de burgemeester afzien van uitvoering van zijn besluit. Hier konden we het volgen. thuis kun je het misschien niet meer doen. Maar daarom is het niet aan te raden.
Dan beantwoord ik de vragen nog een keer. Mevrouw Michon-Derkzen zei: hoe gaat u om met het bombarderen van gebouwen waar de bewoners niets te verwijten valt? Dit is natuurlijk een echt gevecht. Het is ook een heel terechte vraag. Want als een huis moet sluiten, heeft dat invloed op mensen. Dit betekent niet dat deze mensen altijd deel hebben uitgemaakt van wat als criminele activiteiten kan worden beschouwd. Je kunt niet zomaar zeggen: je bent het aan jezelf verplicht. Dit is zeer beknopt en landelijk geformuleerd. De burgemeester weegt alle belangen af om onnodige misleiding te voorkomen, maar soms is hij in het belang van de openbare orde niet te omzeilen. Een buurt moet veilig en stil zijn. Dat is ook in het belang van de mensen. Dat is de moeilijke beslissing die een burgemeester op dat moment moet nemen. De burgemeester houdt in zijn gedachten altijd rekening met de belangen van gebruikers, buren, andere buren en kinderen: kan er ergens heen, is er informele opvang of via de gemeente en is het voldoende of zijn er alternatieven?
Misschien is het goed om ook hier een concreet voorbeeld te geven, zodat niet alles zo theoretisch wordt. In de notitie die volgde op het rapport gaf ik een voorbeeld uit Den Bosch hoe burgemeester Mikkers het aanpakte. Er was een explosie in een rustige woonwijk. Het bleek verkeerd te zijn. Het was op hetzelfde huisnummer maar in een andere straat. Deze bewoners hadden er niets mee te maken. Hij plaatste bewakingscamera's rond dit huis en sloot dit huis niet af. Toen was er nog een explosie, in dat andere huis. Er woonde iemand met een crimineel verleden, met kinderen, en iemand die bij een motorbende betrokken zou raken. Dat kan zo zijn, maar deze mensen vroegen ook niet om een aanslag, terwijl de kinderen daar ook wonen. Dus je moet al deze dingen wegen. Alle belangen afwegend sloot de burgemeester dat huis tijdelijk af, bij noodbevel. Ook gaf hij de volwassenen een zoneverbod, omdat de burgemeester bepaalde dingen kan combineren. Ik kom daar zo op terug als ik mevrouw Helder een vraag stel. De sluiting na één maand uitgesteld voor evenredigheid en uitdrukkelijk kijkend naar het belang van de minderjarige kinderen. Dus soms is het antwoord gewoon iets ingewikkelds dat je moet schetsen. Maar als het heel gemakkelijk zou zijn, zouden we dit soort krachten misschien helemaal niet nodig hebben.
De heer Van Nispen en, als ik me niet vergis, ook de heer Bisschop, stelden in lijn met de vorige vraag: wat betekent dit voorstel voor onschuldige mensen maar ook voor kinderen, en hoe wordt er omgegaan met de schending van hun grondrechten? Zeker als er kinderen bij betrokken zijn, is het altijd een drama als zoiets gebeurt. Omdat dit een inperking van grondrechten is, moeten burgemeesters zorgen voor proportionaliteit en subsidiariteit, ook als ze noodbevoegdheden gebruiken. Dit is inderdaad inbegrepen. Dus alle vragen die ik zojuist noemde, spelen een rol. Kun je overal heen? Hoe ziet dit eruit? Wat betekent het voor huur? De burgemeester houdt daar allemaal rekening mee. Het belang van een bewoner die de openbare orde niet verstoort, weegt zwaarder dan het belang van degene die een dergelijke dreiging of verstoring vormt. Dat is de balans die je hebt als het gaat om dit. Dan moet de burgemeester natuurlijk ook nadenken over minder ingrijpende alternatieven, zoals beveiliging, toezicht, camera's of preventieve registraties. Het is dus niet zo dat er een grote breuk is en er dan voor gaan. Er zijn allerlei alternatieven. Zo wordt het gewogen zodat mensen niet onnodig worden misleid.
DhrDesde Nispen(SP):
Maar het Nederlands Genootschap van Burgemeesters zei juist dat er meer duidelijkheid en houvast moet komen over hoe het voorstel zich verhoudt tot het grondwettelijk verblijfsrecht en hoe het de rechterlijke toetsing kan doorstaan als er ook kinderen thuis wonen. Is wat de minister nu zegt dat er qua toelichting en regie op dit punt meer geboden kan worden dan het Nederlands Genootschap van Burgemeesters?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik kom straks bij de verschillende handleidingen en dergelijke. Het gaat erom dat je dat allemaal afweegt, dat je de burgemeester die ruimte geeft, en dan kan de burgemeester het uitleggen als hij getest is.
DhrDesde Nispen(SP):
Maar mijn punt is dat de burgemeesters zelf om meer opheldering en richting vragen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ja, daar kom ik op. Misschien verwar ik het, maar...
Vansilla:
Mevrouw Mutluer had ernaar gevraagd, ja.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik kom daar straks op terug als ik kan.
Dhr. Sneller vroeg naar het risico van doelvervanging, bijvoorbeeld krachtig dichtbij schieten om het slachtoffer te raken. Het doel is dan wat de burgemeester doet. Als aan de sluitingseisen wordt voldaan, is het de vraag of de sluiting proportioneel is, zoals zojuist genoemd. Dit principe geldt nu ook bij het sluiten met een noodbevel. In die zin verandert er niets. De burgemeester moet de belangen afwegen en vragen of zij schuld hebben. U dient deze allemaal mee te nemen in de evaluatie. Als ik het allemaal ga zeggen, herhaal ik mezelf weer, maar dat is de wisselwerking. In deze afweging worden ook de risico's van afpersing en bedreiging met geweld meegenomen, voor zover men zich daarvan bewust is uiteraard. Het belang van een bewoner die de openbare orde niet verstoort, weegt nog altijd zwaarder dan het belang van degene die dat wel doet of degene die een bedreiging of overlast vormt. Als u dit soort situaties kunt herkennen, kunt u mogelijk totaal andere acties ondernemen als dit het geval is. In het algemeen is het niet uitgesloten – dit was ook de vraag van de heer Sneller – dat mensen slachtoffer worden van het gebruik van een dergelijk instrument. Het is ook waar.
DhrSneller(D66):
Ik kom echter terug op het eerste punt. Enerzijds zegt de minister, met name tegen de SP, dat de burgemeester niet gevraagd kan worden om naar schuld of schuldigheid te kijken, omdat dit een strafzaak is. Aan de andere kant zegt de minister dat bij de toetsing van de proportionaliteit rekening wordt gehouden met de mate van verwijtbaarheid. Ik weet niet hoe ik die twee met elkaar moet verzoenen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Er wordt met veel zaken rekening gehouden, zoals kinderen en hun rechten, maar ook of de huurovereenkomst dreigt te worden verbroken en of mensen daarna nog lang dakloos zullen zijn. Met dit alles wordt rekening gehouden, voor zover de burgemeester en de driehoek er dan een mening over hebben. Dat is misschien wel het eerlijkste antwoord. Daarom zeg ik dat de wereld nog steeds een slachtoffer kan zijn. Je kunt het niet uitsluiten, mede daarom.
DhrSneller(D66):
Maar ik denk dat het ook nuttig is voor burgemeesters om te weten in hoeverre ze zich moeten verdiepen in de mate van verwijtbaarheid, als we ook niet willen dat juist door een strikte scheiding tussen bestuursrecht en strafrecht de burgemeester de verantwoordelijkheid neemt. soortgelijk. Dat mag je ook niet verwachten van deze officier. Het is nu niet nodig, maar ik denk dat we het terzijde moeten schuiven, zoals de minister elders heel duidelijk maakt.
Dan de andere vraag. Natuurlijk kunnen zij het slachtoffer zijn. Wil je immers toch dat deze bevoegdheid vaker wordt gebruikt aangezien het niet in alle gevallen gebeurt dat het zou moeten kunnen? De burgemeesters van G4 schrijven het ook met zoveel woorden. Ziet de minister ook het risico van meer geweld, juist omdat je, zoals iemand anders in de bijdrage zei, iemands huis beschiet en je weet dat de politie of de burgemeester je helpt om dat huis niet alleen te bedreigen, maar ook kapot te maken? dichtbij?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik kom eerst terug op het eerste punt. Ik denk dat het goed is om het volgende hier te verduidelijken. Schuld is dus geen factor voor jurisdictie. De bevoegdheid is dus aan de burgemeester om te kunnen optreden. Bij de toepassing daarvan – daar hebben we ook jurisprudentie over, ook bij andere bevoegdheden – zou je dat moeten kunnen wegen, voor zover je weet. Dus ik hoop dat het enige duidelijkheid brengt in die discussie voorafgaand aan het wetgevingsproces, maar we zullen het zeker meenemen in onze gesprekken met de burgemeesters, in deze uitvoeringstest en in de evaluatie. Ruis of grijs gebied treedt op. Dat willen we niet allemaal.
Dan het tweede punt, het risico dat mensen het als middel gebruiken en resulteren in verdere escalatie. Dat risico bestaat zeker. In die zin neemt dit niet toe, omdat dit risico al bestaat, kunnen gebouwen al op noodbevel worden gesloten. We weten niet precies wat er achter de explosies zit waar we het hier de afgelopen weken over hebben gehad, maar mogelijk zit er ook copycat-gedrag achter. Zo zie je al welke dynamiek er kan ontstaan. Daar hebben we van geleerd, ook de afgelopen jaren. We leren ook dat het als instrument kan worden gebruikt in andere voorbeelden. denk aan coffeeshops. Daarom is het belangrijk om ervan te leren en als burgemeester een afweging te kunnen maken als je denkt: hé, dit heeft een bepaald doel. En dan nog moet je dat altijd afwegen tegen de ernstige verstoring van de openbare orde of overlast, en die balans moet je kunnen vinden. Maar het is een schatting. Dus ik denk dat dat echt een les is van de afgelopen jaren. Ik weet niet of iedereen het daarmee eens zal zijn. we zullen het zo zien.
Dus ik ben nog steeds bij meneer Sneller. Zou er geen grotere zorgplicht moeten komen? Hoe ga je om met mensen die het slachtoffer worden van de hele zaak als je weet dat er een sluiting komt, of noem maar op? Immers, als aan de eisen voor afsluiting is voldaan, is het altijd de vraag of er dan wel wordt afgesloten. Het zijn dus twee stappen. Het gaat dus om de belangen van de bewoners. We hebben het er net over gehad. Al deze elementen worden gewogen. De burgemeester moet zich dus afvragen of het gesloten kan worden zonder andere maatregelen te nemen. Voordat de beslissing wordt genomen, moet ik zeggen dat de burgemeester zou moeten nagaan in hoeverre de persoon in kwestie bijvoorbeeld een geschikte vervangende plek kan vinden. Al deze elementen worden gewogen. Het is elke keer weer een heel ingewikkelde beslissing. Zo benadrukt de jurisprudentie ook: hiermee moet rekening worden gehouden in het geval van minderjarige kinderen. Informeer daarom naar alternatieve verblijfsmogelijkheden. Een burgemeester zet dus niet zomaar mensen op straat en denkt: hij lost het wel op. Dat is hier ook niet meegenomen. Deze beveiligingen zijn ook ingebouwd. Als iemand door de lockdown niet thuis kan blijven of het daarna niet meer redt, zeg maar voor een bepaalde tijd, maar de persoon daarna niet naar huis kan, gelden ook de normale huisregels. Natuurlijk. Maar daarvoor zijn er nog veel gedachten voor de burgemeester.
De heer Sneller zegt: aandringen op een ernstige verstoring van de openbare orde, want daar heb ik een amendement voor. Hij zei dat het wat chiquer was dan ik het nu opsom, maar daar kwam het op neer. Dit voorstel brengt altijd ernstige verstoringen met zich mee. Daar mag geen twijfel over bestaan, dus het is goed om het met elkaar te delen. Het gaat niet om kleinigheden, kleinigheden of wat dan ook. De Grondwet en de mensenrechtenverdragen vereisen het zelfs. Daar zit het heel duidelijk in verankerd. Dan zijn er bomaanslagen, granaten en grote maatschappelijke onrust. Dit zijn zeer ernstige vormen van wanorde. Dat is het onderwerp van vandaag.
Dit gezien het amendement.
Vansilla:
Misschien kun je het nu doen. Zo makkelijk kan het zijn.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik heb me goed geamuseerd in een bende. Toen stopte mevrouw Michon-Derkzen alles. Nou ja, niet allemaal, maar ik verloor mijn stapel een tijdje. Ik heb ze weer. We kunnen het amendement aan de Kamer voorleggen. Het staat precies zoals de wet er nu voor ons staat, dus we leggen de lat niet lager of hoger dan het amendement. Het is dezelfde balk. Als er toch een wijziging nodig is, beslist de Kamer. Ambtenaren hebben het net zo goed op papier geschreven: de regering heeft ooit in 174a voorgesteld om het letterlijk zo te schrijven. Toen stelden de voorgangers van de PvdA, de VVD en de ChristenUnie er vragen over en werd het verwijderd. Toen had de D66 ook een modificatie, dus hij is redelijk consistent. Dit amendement is destijds niet aangenomen, maar het is eigenlijk een serieuze overlast. In die zin is het amendement dus overbodig. Meneer Sneller wil het misschien uiteindelijk terugnemen.
Vansilla:
Ik kijk meneer Sneller aan. Nee? Als het amendement ingediend blijft, ontvangt het in ieder geval bericht van de Kamer.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Aangezien het gebaseerd is op de wettekst.
Vansilla:
De minister heeft de mening van de Kamer aangegeven, dus ja.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Nou, ik zie dat er nog besloten kan worden er iets anders mee te doen.
Ik kom nu bij de vragen van mevrouw Mutluer over waarborgen en evenredigheid. Soms worden onschuldige burgers getroffen. we hebben het er net over gehad. Welke garanties zijn er nu? Zoals gezegd, om niet teveel te herhalen, worden al deze belangen afgewogen, want sluiting moet proportioneel zijn. Het is niet zwart-wit. Er is geen controlelijst. Je zult altijd zien dat het best ingewikkeld is. Daarom zullen de belangen van de bewoner of gebruiker van een gebouw, maar ook van bijvoorbeeld omwonenden en omwonenden worden afgewogen. Dit verwijst naar al die vragen die ik zojuist heb genoemd. Is het een huurwoning? Komt er wel of geen buitengerechtelijke ontbinding? Gaan ze je op een sanctielijst zetten zodat je geen nieuwe woning meer kunt krijgen? De problemen en risico's waar de burgemeester rekening mee moet houden zijn zeer groot. Het blijft zo, en ik herhaal het toch, het belang van een bewoner die niet zelf de openbare orde verstoort, zal zwaarder wegen dan het belang van iemand die zo'n bedreiging of verstoring vormt. Er moet natuurlijk wel ergens een burgemeester worden aangesteld.
Damewederzijds(PvdA):
Ik stel de vraag ook aan de hand van voorbeelden waar we zien dat onschuldige bewoners na de sluiting van zo'n gebouw dakloos kunnen worden en letterlijk in de steek worden gelaten. Ik noem de fout explosies of geweld. Ik noem mensen die kwetsbaar zijn omdat ze lvb-problemen hebben. In de praktijk is alternatieve hosting te regelen, maar waar ik naar op zoek was toen ik de vraag stelde was: moet je dat niet gewoon expliciet oplossen?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Wat precies;
Damewederzijds(PvdA):
Soms hangt het echt van een taxatie af, en misschien van de burgemeester, of iemand wel of niet in aanmerking komt voor woonbegeleiding. Juist omdat dit grondrecht serieus wordt uitgedaagd op het moment dat je zo'n transcendentale beslissing neemt, kan ik me voorstellen dat je ook nadenkt of je iets alternatief kunt vinden en dat je dat beter kunt borgen of duidelijk maken, bijvoorbeeld via een gids van dit type. of patroon. Misschien kan de minister daar ook iets over zeggen, want daar wilde ik heen met mijn vraag.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik kom nog steeds bij de handleiding / gids. Ik noem de huur en het huis, maar er is een groter belang. We praten er de hele nacht over: er zijn veel belangen die een substantiële impact kunnen hebben op wat er daarna gebeurt. Daarom worden ze nadrukkelijk meegenomen in de evenredigheidstoets. Als je er een uithaalt en zegt: "Ik ga er totaal andere frames aan toevoegen", dan komt er bijna geen einde aan een mensenleven met zoiets ingewikkelds. Je ziet ook dat de Raad van State het in zijn jurisprudentie steunt. Dit zijn wat mij betreft zeker de dingen die terugkomen in de handleiding. Mevrouw Mutluer en ik zullen straks, als ik op deze vraag kom, moeten zien of het een gids of een pamflet is. Het komt er uiteindelijk op neer dat je deze tools aan de burgemeester geeft. Sterk mee eens. Ik denk dat we dat daar duidelijk kunnen maken en dat zullen we in deze behandeling ook doen. Ik zou ook willen wijzen op al die andere belangen, waar we op dit moment niet zo veel aandacht aan besteden, maar die mevrouw Mutluer in haar bijdrage noemde. Die moeten we als geheel meenemen in de proportionaliteitstoets, in overleg met de Raad van State.
Damewederzijds(PvdA):
Wat de minister zegt klopt meestal, maar in de praktijk is het onbestuurbaarder. Nogmaals, een burgemeester heeft genoeg vaardigheid, kennis en steun om die beslissing te nemen. De ander kan gewoon een andere aanpak kiezen. Het is erg belangrijk voor ons om deze waarborgen te creëren. We zullen het hebben over de gids, het is een semantische discussie of de contexten.
Vansilla:
We zullen daar zo op ingaan.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Uiteindelijk hangt het allemaal af van hoe we de burgemeesters helpen. Ik ben ervan overtuigd dat er geen burgemeester is die denkt: dat zal mij goed doen. Iedereen wil deze beslissing goed kunnen nemen. Indien nodig wordt dit ook getest. Er zijn veel redenen voor een burgemeester om het goed te doen, in de eerste plaats zijn eigen bewoners. Wij gaan je hier zeker bij helpen. Dat komt wat mij betreft heel sterk tot uiting in deze handleiding.
De heer Bisschop stelt een vraag over religieuze gebouwen en de vergelijking met andere wetten. Hoe zit dat precies? Het is de moeite waard om nogmaals te benadrukken dat religieuze gebouwen niet met deze kracht kunnen worden gesloten. Daar gaat het dus niet om. Ze zijn meestal open voor het publiek en dat is bij dit wetsvoorstel niet het geval. Sterker nog, het is niet duidelijk dat dergelijke panden tijdens de corona een andere status hadden. Ik denk dat de heer Bisschop gelijk heeft dat u zo consistent mogelijk moet zijn in uw definities en woordkeuze. Je moet alles zoveel mogelijk egaliseren. Of het hier echt anders is, hangt simpelweg af van het feit dat de vrijheid van godsdienst ernstig beknot zou kunnen worden als we gebouwen destijds als openbare ruimte zouden beschouwen. Er is dus bewust voor een andere aanpak gekozen. Het had een lichtere vorm moeten hebben. Welnu, ik weet dat de heer Bishop zich deze discussie en dit debat ongetwijfeld heel goed herinnert. Dat is het verschil.
Dan kom ik bij het dossier over de reden voor het sluiten van het wapen. Mevrouw Michon-Derkzen en mevrouw Helder stellen een vraag over deze sluitingsreden. Wat vinden we van de mogelijkheid dat een huis wordt gesloten bij illegaal vuurwerk, bij minimaal illegaal vuurwerk of zelfs bij vuurwerk? Dit kan alleen in uitzonderlijke gevallen. Bovendien is vuurwerk in het algemeen geen wapen in de zin van de Wet Wapens en Munitie. Volgens mij was het mevrouw Helder die zei: illegaal vuurwerk, je hebt het en het is gevaarlijk. Ik kan die benadering heel goed volgen, maar het wordt niet beschouwd als een wapen in de zin van die wet. Alleen als u van plan bent personen of zaken te verwonden door brand of explosie - dit wordt toegevoegd - of als redelijkerwijs mag worden aangenomen dat u van plan bent mensen te verwonden of te dreigen te verwonden. Indien overlast dreigt of aanwezig is als gevolg van een dergelijke constatering, wordt deze meegenomen in voorstel reden c en kan daarom worden gesloten. Dit betekent niet dat, als deze koppeling niet kan worden gelegd, een burgemeester of andere persoon niet kan optreden. Dan heb je andere redenen als ze geschikt waren. Denk aan de Woningwet. Op basis hiervan kan het college van burgemeester en wethouders handhaven als het gebruik van de woning een gezondheids- of veiligheidsrisico oplevert. De burgemeester kan ook overwegen of een noodbevel in andere omstandigheden op zijn plaats is. Er zijn dus meer mogelijke stappen voor een burgemeester, maar hier gaat het echt om de openbare orde en de bedreiging van de openbare orde.
Vansilla:
Alvorens verder te gaan, wordt mevrouw Michon-Derkzen onderbroken.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Ik kan het antwoord van de minister heel goed volgen, maar ik zou haar willen vragen wat er nog meer, laten we het even opsplitsen, met een doos cobra's kan. Misschien was het niet zijn bedoeling de openbare orde te verstoren. Maar wat zou je er mee willen doen? Het mag gewoon niet, het is gevaarlijk, het kan gevaarlijk zijn, ook al wil je dat niet. Je zou alleen maar een lucifer gooien. Er is dus een bom in je huis. Dus ik vind het onderscheid moeilijk. Ik heb in mijn bijdrage al gezegd dat juist dit illegale vuurwerk een potentiële verstoring van de openbare orde is. Het is gewoon levensbedreigend.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ja, en ik begrijp het. Ik begrijp dit niet alleen inhoudelijk, maar ook emotioneel. Dus laten we eens kijken... Ik wil niemand op ideeën brengen, maar het is tenslotte heel gevaarlijk spul. We noemen ze nog steeds collectief 'vuurwerk', maar ze zijn explosief. Je kunt ze in huis hebben omdat je ze naar het strand wilt dragen of omdat je ze graag hebt. Hoe dan ook, zelfs voor deze wetgevende behandeling is het niet zo goed. Dit is fout en je kunt ervoor gestraft worden. Dat is de manier waarop het zou moeten zijn. Maar het valt niet onder die jurisdictie. Daarom noemde ik andere voorbeelden. Als een woning bijvoorbeeld een veiligheidsrisico vormt omdat er dergelijke spullen in de woning aanwezig zijn, dan is er op grond van de Woningwet nog een bevoegdheid om een woning te sluiten. Je kunt dus andere dingen doen, maar de kracht waar we het vandaag over hebben gaat echt over aansluiting op de openbare orde, daar waar sprake is of dreigt te worden van zeer ernstige verstoring. Dat is de bottom line.
DameBriljant(PVV):
Eigenlijk heb ik een simpele vraag. Betekent dit dat louter behoud niet onder persoonsgedragingen valt?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Nee, dat is het, want specifiek deze kracht heeft te maken met of ze als wapen kunnen worden gebruikt.
Ik denk dat ik de onderstaande vraag al heb beantwoord. Meneer Bishop is er nu ook niet. Ik zal in het tweede semester luisteren als je denkt dat ik deze vraag niet goed heb beantwoord.
Vansilla:
Meneer Bishop is uitgelogd.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Oh! Ja. Maar dit waren onschuldige mensen die het slachtoffer werden. Ik denk dat we dat genoeg delen.
Dan kom ik bij de andere zeer belangrijke vragen. Dan heb ik meneer Schneller en mevrouw Mutluer. Nu komen we bij de punten die we zojuist met mevrouw Mutluer hebben besproken. Hoe kunnen we plannen maken om ervoor te zorgen dat de macht gelijkmatig en landelijk wordt ingezet, zodat je in ieder geval een basis hebt met bijsturing? Zo hoorde ik het. Er zal echt draagvlak zijn voor de uitvoering van deze bevoegdheid. Dit doen we samen met het Centrum Criminaliteitspreventie en Veiligheid. Dit zal ook echt raken aan de kwesties waar mevrouw Mutluer het over had. We zeggen dus niet 'we maken een landelijke richtlijn en zo horen burgemeesters zich te gedragen', want dat is nooit het geval, maar de zoektocht hier was anders. We zitten hier echt samen in. Casussen en gemeenten verschillen natuurlijk wat betreft de problematiek, de problematiek, de gezinssamenstelling, de complexe problematiek waar we het vandaag over hebben. Daarom is het ook belangrijk dat de burgemeester de vrijheid heeft om te beslissen of en hoe hij de bevoegdheid tot sluiten gebruikt. Dit moet gebeuren binnen de wet, binnen de grenzen van het evenredigheidsbeginsel. Maar zelfs dan heeft mevrouw Mutluer gelijk. Het zou heel nuttig zijn als we daar kaders voor geven, want ook burgemeesters hebben behoefte aan concrete uitleg en ondersteuning om een nieuw principe door te voeren. Dat is ook niet zo gek. Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid zal naar verluidt zijn aanvraag ondersteunen. We hebben hiervoor ook geld van mijn ministerie. Dit is dus zeer strak geregeld.
Damewederzijds(PvdA):
Het laatste wat ik nu wil, is dat we onderling een heel stom debat voeren over de vraag of het nationale kaders of richtlijnen moeten zijn. Ik denk dat we hetzelfde willen, maar ik wil het niet zonder compromis of alleen op basis van "dit zijn de goede voorbeelden". Ook wil hij het CVV, het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid, vragen medische dossiers te controleren en vast te leggen, zodat deze ook bij de beoordeling kunnen worden geraadpleegd. En eigenlijk wil je een reeks garanties, kaders, want in elke gemeente is het kader anders en kunnen er andere afwegingen worden gemaakt. Het is ook een hulpvraag aan de gemeentehuizen, zodat op een gegeven moment de basis een beetje hetzelfde is, met een marge voor de couleur locale zou ik zeggen. Ik wil hierover concrete toezeggingen, want ik denk niet dat het een stap waard is. Ik denk dat we elkaar begrijpen, dus ik wil graag een korte samenvatting van de minister en dan zal ik kijken of dat voor mij genoeg is en of ik haar inderdaad goed heb begrepen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ik denk dat we hetzelfde zoeken, want een richtlijn is een bindend instrument voor burgemeesters en dat kan niet. Dat kan ik ook niet. Waar het om gaat, en dit is waar we ons bevinden, is een reeks kaders, die we een drijfveer noemen. we kunnen het ook anders zeggen: waar het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid de burgemeesters zal ondersteunen, precies voor het doel waar mevrouw Mutluer het over heeft. Dus ja, ik vind het een goed idee. Dat zullen we doen, en wat mij betreft is hier een compromis.
Toen kwam de kwestie van beoordeling en gegevens. Dat was een andere vraag van mevrouw Mutluer. Ik denk dat hij na drie jaar om een herziening vroeg als ik me niet vergis. Klinkt mij echter goed in de oren. We hebben een toelatingstoets en een assessment na drie jaar. Mevrouw Mutluer heeft volkomen gelijk om ervoor te zorgen dat u de gegevens op orde heeft. Met zoiets als dit is dat erg ingewikkeld. Dus laten we eens kijken of we het advies van de wetenschap kunnen volgen. Evaluatie is immers de interpretatie van data. Hoe doe je het? Hoe interpreteer je het en wat zeg je erover? Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid kan dit niet, maar ik zal wetenschappers hier sterk bij betrekken. Dus ik denk dat we beide verlangens heel specifiek op die manier hebben aangepakt.
Vansilla:
Bedankt. En u zult meteen het amendement van mevrouw Mutluer en mevrouw Ellemeet op punt 9 waarderen.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Het klinkt best logisch, maar ik was het eigenlijk even kwijt, dus ik doe het op deze manier. is dit toegestaan Oh wacht, ik snap het! Dit is de beoordeling na drie jaar. Dat is een goed idee. Over.
Vansilla:
Rechtszaal. Zoveel is duidelijk.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Sorry, ik had dit behandeld in de vorm van een vraag.
Vansilla:
De wijziging van document nr. 9 ontvangt een advies van de Kamer.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Absoluut geweldig. Mevrouw Helder heeft vervolgens een vraag over combineren met een veiligheidsrisicogebied. Zou dit ook j-j kunnen zijn? Ja, de burgemeester kan verschillende acties ondernemen. Soms is een meter voldoende. Sluiten hoeft dus niet. Soms zie je dit bijvoorbeeld bij bewakingscamera's. dus je kunt er in ieder geval eerst deze stappen voor opnemen. Het kan ook gecombineerd worden. Zo kan een woning, indien van toepassing, worden afgesloten als deze zich in een gebied bevindt waar bijvoorbeeld ook preventief gefouilleerd kan worden of andere manieren mogelijk zijn binnen een veiligheidsrisicogebied.
Mevrouw Helder heeft zich goed verdiept in de vraag of het klopt dat een belang of een ander niet-besloten pand niet onder artikel 174a van de Gemeentewet valt. Zo ook. Dat betekent niet dat ze niet gesloten kunnen worden. Daartoe dient artikel 174 van de Gemeentewet. Dit is al opgelost dus daar komen we ook niet aan toe. We voegen daarentegen elementen toe, zoals degene waar we het vandaag over hebben.
De eilandsraden van Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn opgeheven, vertel ik mevrouw Mutluer. Eilandbesturen werden geraadpleegd. Dit gebeurt via het Kabinet van Plaatsvervangend Gouverneurs. Bonaire antwoordde volmondig ja. zij schreven dat. Sint Eustatius en Sava hebben zich daarbij aangesloten. Mijn ambtenaren hebben ook met Saba-ambtenaren gesproken om te vragen hoe dit in de praktijk zou werken en hoe het eruit zou zien in relatie tot eilandsraden. Indien de Gezaghebber van deze bevoegdheid gebruik maakt, rapporteert hij aan de Eilandsraad, zoals wij hierin hebben voorzien, en aan de burgemeester en de gemeenteraad.
Mevrouw Kuik vroeg hoe ik ervoor kan zorgen dat de preventie van thuisaanvallen in de frontlinie wordt beschermd. Als ik me niet vergis, noemde u de voorloperbenadering voor het maken van explosieven als voorbeeld. De verwerving van precursoren voor explosieven wordt beperkt door de Wet precursoren explosieven. In februari 2021 is dit aangescherpt. Er gelden verschillende voorwaarden. Eén van deze voorwaarden is dat gevaarlijke precursoren pas mogen worden verkocht nadat de identiteit van de koper is geverifieerd. Veel garanties zijn inbegrepen. Hierdoor zijn deze grondstoffen niet voor iedereen beschikbaar. Dus aan die kant is dit besloten.
Ik heb hier nog een vraag van de heer Van Nispen, die de heer Sneller ook elders heeft bezocht. Er werd verwezen naar artikel 13b van de Opiumwet. Sluiting op grond van artikel 13b Opiumwet is een laatste redmiddel. Hetzelfde geldt voor dit wetsvoorstel. Dus ik begrijp de gemaakte vergelijkingen. Aangezien de sluiting ingrijpend is, moet deze uiteraard proportioneel en ondergeschikt worden beantwoord. Laat ik het anders zeggen, want ik denk dat meneer Sneller het echt als voorbeeld aanhaalde: in de praktijk had het veel beter gekund. Laat ik het wat beter verwoorden. Ook hier is veel van geleerd. Denk aan de waarborgen, tests en raamwerken die we hier nu beschrijven. Dit is echt een aanvulling op wat we daar zagen en ervan leerden. Dit is waar de burgemeesters om vragen en niet omdat ze het licht opvatten. Daar ben ik van overtuigd. dat zei niemand hier. Ze hebben de kaders nodig om hun werk goed te kunnen doen. Hiervoor zullen we de lessen volgen.
Ik denk dat ik toen alle oplossingen had, huh? Met moeite.
Vansilla:
Natuurlijk! Allemaal ingebed in de tekst.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ja.
Vansilla:
Ik wil de minister bedanken voor haar eerste termijn.
Ik kijk bij de Kamerleden of er behoefte is aan een tweede termijn. Dit gebeurt. Mevrouw Michon-Derkzen van de VVD voert het woord.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Dank u wel, voorzitter. Ik dank de minister voor haar antwoord. Dit is een groot debat, waarbij het ook lijkt dat we al het mogelijke moeten doen om de georganiseerde drugscriminaliteit en alle negatieve gevolgen daarvan aan te pakken, inclusief het vergroten van de bevoegdheden van burgemeesters. De burgemeester heeft de plicht om alle inwoners te beschermen. Je moet ervoor zorgen dat je gewoon veilig kunt wonen in een wijk.
Stoel. De minister en ik zijn het niet eens over de uitkeringsperiode. We zijn het vaak eens, maar vanavond niet. Ik heb het advies opnieuw gelezen. Er is geen burgemeester... Het is niet alleen de politie die zegt: niet doen. Dat zijn er nogal wat: het is Leeuwarden, het is Nijmegen, het is Amsterdam, het is Rotterdam. Ik zou de minister ook willen vragen hoe we ervoor zorgen dat het niet anders wordt ingevuld. Wat kan een bedreigd slachtoffer doen? Wat kan deze persoon in de respijtperiode doen om de dreiging te voorkomen? Welke maatregelen kunnen genomen worden? Ik hoorde haar zeggen dat ze het zal opnemen in de implementatie/implementatietest, ik weet niet zeker wat de term is, maar voorlopig blijf ik bij mijn amendement.
Stoel. Ik heb een suggestie om te doen dat mijn team en ik het belangrijk vinden om dit zware, illegale vuurwerk ook als wapens te zien. Want net als bij een vuurwapen zijn er verschillende hulpmiddelen om een wapen uit een woning te halen en hetzelfde kan gebeuren met illegaal vuurwerk.
Vierde,
luister naar het gesprek
Vaststellend dat met het van kracht worden van de wet tot uitbreiding van de bevoegdheid van de burgemeester om te sluiten, een woning kan worden gesloten indien de openbare orde wordt verstoord of er ernstige vrees bestaat voor verstoring van de openbare orde;
opmerkend dat dit het geval kan zijn indien een wapen in de zin van artikel 2 van de Wet wapens en munitie wordt aangetroffen;
is van mening dat het afsteken van illegaal vuurwerk de openbare orde kan verstoren en dat het omgaan met een grote hoeveelheid illegaal vuurwerk ernstige angst voor de openbare orde kan doen ontstaan;
constaterende dat naast de strafrechtelijke inbeslagname van illegaal vuurwerk en de bestuurlijke handhaving van de regels van de Woningwet, uiteindelijk de vondst van illegaal vuurwerk in sommige gevallen ook kan leiden tot de onteigening van een woning;
verzoekt de regering om in overleg met de burgemeesters voor de uitvoering van deze wet ervoor te zorgen dat in artikel 174a lid 1 letter c) ook het aantreffen van illegaal vuurwerk wordt opgenomen;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Michon-Derkzen.
Het duurt het nummer 11 (36217).
DameMichon-Derkzen(VVD):
Voorzitter, dank u.
Vansilla:
Dank u, mevrouw Michon-Derkzen. Ik geef nu het woord aan de heer Sneller, D66.
DhrSneller(D66):
Bedankt. Ik dank ook de minister voor het antwoord. Ik denk dat het altijd goed is om dit soort sterke accounts door te nemen. Er waren nog best wat vragen uit het eerste kwartaal. Een vraag was of de dataverzameling deze keer tijdens de evaluatie daadwerkelijk beter zal zijn. Dat was een van de lessen die ik telkens leerde: als de wet van kracht wordt, moet je al afspreken welke gegevens worden verzameld. Dan gaat het bijvoorbeeld om wat er gebeurt met mensen die uit hun huis worden gezet.
De minister liet nog twee andere vragen onbeantwoord. Ik begrijp dat, want ze zijn eigenlijk in de gebouwen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, maar ze worden besproken in de stukken en adviezen van de Raad van State. Eén betreft: we zijn het eens... De regering heeft zelf gezegd: er moet een kader komen om de nieuwe bevoegdheden van burgemeesters te evalueren.
In de stukken staat nog dat de Kamer die eind 2022 krijgt. Die hebben we nog niet, maar we gaan weer een nieuwe bevoegdheid in het leven roepen. We hebben er al 175, maar er komt nog een nieuw begin. Wanneer komt het aan? Gaan we het nu beter doen?
Over de Wet openbare orde is veel discussie. De minister zegt: we gaan het niet reorganiseren. dit is niet de bedoeling van de regering. Tegelijkertijd is het al een keer aangekondigd. De Raad van State zei ook dat het nog urgenter is om er dieper op in te gaan. Dus hopelijk horen we ook van het kabinet wanneer dat gaat gebeuren.
Tot slot over de bedenktijd. Ik denk dat als dit amendement wordt aangenomen, het heel moeilijk zal zijn om deze wet goed te keuren. Ik ben er nog niet overheen. Ik weet ook niet wat de Senaat met dit hele wetsvoorstel gaat doen. Er komt ook een echte constitutionele herziening aan. Ik zou vooral van de minister willen weten – ik heb deze vraag ook aan mijn VVD-collega gesteld – of de gratietermijn wel geldt voor reden a en niet voor reden b en reden c, wat voor effect dat heeft op de samenhang van deze wet;
Gracias.
Vansilla:
Bedankt meneer Faster. Dan geef ik het woord aan mevrouw Helder. Nee? U neemt ontslag vanaf uw tweede termijn. Dan geef ik het woord aan mevrouw Mutluer, PvdA.
Damewederzijds(PvdA):
Dank u wel, voorzitter. Ik dank ook de minister voor het beantwoorden van de vragen. Ik dank de minister en collega's voor het goede gesprek dat we vandaag met elkaar hebben gehad.
Ik vind het belangrijk dat burgemeesters, zeker in het licht van de recente explosies, wat meer bestuurlijke mogelijkheden hebben om gebouwen te sluiten. We hebben eerder gewezen op het belang van grondrechten, die niet zomaar terzijde mogen worden geschoven. We hebben het ook gehad over andere waarborgen.
Ik ben blij met de inzet van de minister voor data, evaluatie en begeleiding, die steviger en minder ontwijkend is dan ik eerst dacht.
Stoel. Ik heb nog een zet. Ik wil het nog steeds verzenden. Het gaat om kwetsbare mensen, onschuldige mensen.
Vierde,
luister naar het gesprek
overwegende dat het sluiten van woningen verstrekkende gevolgen heeft voor bewoners, met name kwetsbare mensen zoals kinderen, ouderen en mensen met lichamelijke of geestelijke gezondheidsproblemen;
Overwegende dat de burgemeester altijd afweegt, in relatie tot de belangen, of het belang van het sluiten van woningen in verhouding staat tot de gevolgen voor de bewoners, maar dat kwetsbaarheid niet noodzakelijkerwijs betekent dat wordt afgezien van het sluiten van woningen en daarom niet kan worden geoordeeld dat kwetsbare mensen hun huizen moeten verlaten;
verzoekt de regering om in nauw overleg met vertegenwoordigers van de lokale regering te onderzoeken of het gegarandeerd is dat er geen kwetsbare mensen dakloos zullen worden als de lockdown wordt ingevoerd, om zo nodig voorstellen te doen om te voorkomen dat kwetsbare mensen dakloos worden en informeer de Kamer hierover,
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door de leden Mutluer en Ellemeet.
Het duurt het nummer 12 (36217).
Damewederzijds(PvdA):
Eigenlijk ben ik heel benieuwd naar de antwoorden op de laatste vraag die de heer Sneller stelde naar aanleiding van het VVD-amendement. Als de wijziging wordt goedgekeurd, kunnen we ook een andere afweging maken. Dit is, denk ik, een ander twistpunt.
Vansilla:
Dank u, mevrouw Mutluer. Vervolgens geef ik het woord aan de heer Van Nispen, SP.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik denk dat het zinvol is om het VVD-amendement te ontmoedigen. Ik vind het ook logisch dat het amendement op D66 en de SP door de Kamer is vastgesteld. Ik denk niet dat het onnodig is. Ik denk dat het heel verstandig is om in de wet vast te leggen wat we bedoelen. Het lijkt me dus niet overbodig, maar wel heel erg goed. Ik denk dat dit belangrijk is.
Ik doe mijn suggesties, voorzitter. Ik heb er twee.
Vierde,
luister naar het gesprek
dat de uitsluitingsbevoegdheden van de burgemeester worden uitgebreid tot situaties zoals schietpartijen in woningen en het vinden van wapens in woningen;
constaterend dat het gaat om ernstige strafbare feiten die in ieder geval ook strafrechtelijk moeten worden aangepakt;
verzoekt de regering ervoor te zorgen dat het uitgangspunt blijft dat dergelijke misdrijven strafrechtelijk worden afgedaan en dat de bevoegdheid tot sluiting alleen kan worden gebruikt als er een onderzoek wordt ingesteld;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Van Nispen.
Het duurt het nummer 13 (36217).
Vierde,
luister naar het gesprek
dat de bevoegdheid van de burgemeester om panden te sluiten zich uitstrekt tot situaties waarin bijvoorbeeld huizen van buitenaf worden aangevallen of beschoten of met geweld worden bedreigd;
opmerkend dat de uitoefening van de bevoegdheid tot sluiting niet vereist dat de bewoners van het gebouw op enigerlei wijze worden beschuldigd van het verstoren van de openbare orde, waardoor onschuldigen lijden en zelfs geweld riskeren omdat het belegerde huis mogelijk wordt gesloten.
verzoekt de regering ervoor te zorgen dat de uitoefening van de bevoegdheid tot sluiting alleen kan worden gebruikt in gevallen waarin de bewoners van wie de panden zijn gesloten ernstig kunnen worden beschuldigd van verstoring van de openbare orde;
En ga verder naar de agenda.
Vansilla:
Deze motie is ingediend door lid Van Nispen.
Het duurt het nummer 14 (36217).
Er is nog een vraag van mevrouw Helder, PVV.
DameBriljant(PVV):
Zonder nu al toegang te hebben tot de voorstellen, zal ik kort verwijzen naar het eerste voorstel van de heer Van Nispen. Ik meen te hebben vernomen dat de regering wordt gevraagd erop toe te zien dat er in ieder geval een strafrechtelijk onderzoek komt. Hoe moet de regering dat bereiken, gegeven het politieke driemanschap en de regiebevoegdheid van de minister?
DhrDesde Nispen(SP):
Welnu, ik heb zojuist mijn motie laten varen, dus die ligt niet meer voor mij, maar ik vind dat het uitgangspunt moet zijn dat misdrijven strafrechtelijk worden afgedaan. Ik meen het zo te hebben verwoord dat van deze bestuursbevoegdheid geen gebruik kan worden gemaakt tenzij er ook een strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld. Zo niet, dan kijk ik er nog eens naar. Het komt mij zeer vreemd voor en ik heb er een probleem mee dat het niet uitgesloten is dat deze bestuurlijke bevoegdheid zonder strafrechtelijk onderzoek kan worden gebruikt. Dat heeft de minister gezegd. Het zou mij heel vreemd lijken, omdat dit ernstige en strafbare feiten zijn.
DameBriljant(PVV):
Ik denk dat we misschien achterlopen, omdat we het hebben over de bescherming van de openbare orde. Voor de uitoefening van deze bevoegdheid is geen schuld van personen vereist. Het is ook niet nodig om de dreiging van de persoon weg te nemen. De bedoeling is echt om de openbare orde te beschermen. Dat is de taak van de burgemeester.
DhrDesde Nispen(SP):
Maar dat is de tweede zet, over schuldgevoelens.
DameBriljant(PVV):
Nee, alleen in antwoord op uw vraag een tijdje geleden. Kijk, schuldgevoel doet er niet toe als de burgemeester macht wil uitoefenen.
DhrDesde Nispen(SP):
Zo ook.
DameBriljant(PVV):
In het kader van proportionaliteit speelt ook de vraag of zij deze daadwerkelijk toepassen een rol. Bij strafrechtelijke schuld bewandelen we de strafrechtelijke weg, maar dat zijn toch twee aparte trajecten? Ik vind het een beetje overdreven om te zeggen: luister, je kunt deze bevoegdheid niet uitoefenen tenzij je een strafrechtelijk onderzoek start. Het is geweldig?
DhrDesde Nispen(SP):
Dus ik denk dat het mogelijk is. Ik denk dat het uitgangspunt zou moeten zijn dat mensen huizen inschieten, explosieven plaatsen, grote wapenvondsten doen... Ik kan me geen situatie voorstellen waarin we zeggen: het is verstandig om zo'n huis te sluiten, maar dat doen we niet. doe hier iets mee.strafrecht. Ik denk niet dat het mogelijk is. De volgorde der dingen is ingewikkeld. Ik heb hier niet echt een oplossing voor. Dus als mevrouw Helder mij vraagt hoe ik het precies zie in deze motie, heeft ze zeker gelijk, maar ik probeer hier het uitgangspunt te geven.
Vansilla:
Mevrouw Helder, eindelijk.
DameBriljant(PVV):
Dit is dus het uitgangspunt, maar dit is meer dan een uitputtend uitgangspunt. Zo heb ik het gehoord, dat wil zeggen: tenzij er een strafrechtelijk onderzoek wordt ingesteld, kan deze bevoegdheid niet worden uitgeoefend. Ik denk niet dat dat kan kloppen.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik zal de formulering nog eens bekijken en beseffen dat dit een lastig punt is. Dit toch. Als het echt niet kan, dan kan het niet, maar ik denk dat we dit principe grondig moeten bespreken. Ik zal zien hoe ver ik kan komen met de verhuizing, maar ik realiseer me dat het moeilijk is.
Vansilla:
Bedankt. Vervolgens geef ik het woord aan mevrouw Kuik, CDA. Nee? Hiermee zijn we aan het einde van de tweede termijn van de Kamer gekomen. De minister vraagt maar liefst drie minuten! Ik schors de vergadering tot 23.05 uur.
De vergadering wordt enkele minuten geschorst.
Vansilla:
Het woord komt overeen met de minister voor haar tweede termijn.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dank u wel, voorzitter. Ik zal eerst de moties doornemen. Het eerste voorstel, dat betrekking heeft op punt 11, is van mevrouw Michon-Derkzen. We hebben het hier over illegaal vuurwerk gehad. Ik heb de verordening nu als volgt gelezen, in overeenstemming met onze bespreking, waarin ik heb aangegeven dat, als er sprake is van een ernstige verstoring van de openbare orde, ook illegaal vuurwerk daaronder kan vallen. Zo ook. Om deze reden zal het voorstel een besluit krijgen in het parlement.
Dan de motie over punt 12, ingediend door mevrouw Mutluer en mevrouw Ellemeet. Er zijn daar veel termen als "kwetsbaar" en dergelijke die we niet samen hebben gedefinieerd. Het gaat mij dus echt om mijn interpretatie, die consistent is met de stelling, zoals ik die hier formuleerde, dat "in principe" niemand op straat belandt. Het kan niet 100% worden geblokkeerd. We hebben ook geen 100% duidelijk beeld van wie kwetsbaar is en wanneer en hoe je het weegt. Daar moet dus aanpassingsruimte zijn.
Vansilla:
Ik constateer dat mevrouw Mutluer het hiermee eens is, wat betekent dat de motie over punt 12 door de Kamer zal worden beslist.
DhrDesde Nispen(SP):
Ik heb een vraag over het voorstel van mevrouw Michon-Derkzen omdat ik mijn team natuurlijk ook goed wil adviseren. Ik begreep het antwoord van de minister in eerste instantie dat "vuurwerk voor zover het als wapen kan worden beschouwd" en ga zo maar door. Het volgde een iets ingewikkelder redenering dan nu in dit voorstel wordt gepresenteerd, maar daarover beslist de Tweede Kamer. Ook zwaar illegaal vuurwerk beschouw ik als explosief. Dus ik beschouw ze als wapens, in de volksmond, maar wettelijk denk ik niet dat ze dat zijn. Ik ben dus nog steeds aan het uitzoeken wat het effect van deze zet is.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Dus ik heb wat meer tekst gebruikt dan "Sentence Room", maar het komt overeen met hoe ik deze kracht hier heb uitgelegd en verdedigd. Aangezien u nu zegt 'het is te begrijpen', heb ik mevrouw Michon-Derkzen gevraagd of dit overeenkomt met wat we hier besproken hebben en of zij met deze zin het belang hiervan wil onderstrepen. Zo zie ik het.
Vansilla:
Dan gaan we over tot het voorstel van de heer Van Nispen voor punt 13.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Ja, meneer Van Nispen. Beide voorstellen werden ook gevolgd door een onderlinge discussie, als ik me niet vergis. Juist daarom adviseer ik de motie over artikel 13 niet. Want in die motie wordt gevraagd "het uitgangspunt blijft dat dergelijke misdrijven strafrechtelijk zullen ophouden en de beëindigingsbevoegdheid kan niet worden gebruikt tenzij in ieder geval een onderzoek." benadruk in deze discussie nogmaals dat het heel moeilijk is om een theoretisch voorbeeld te bedenken waarin er geen – voor, tijdens of na – een opsporingsonderzoek plaatsvindt, omdat het een ernstige schending van de openbare orde is, explosief, schietpartijen. Ik kan nog steeds geen voorbeeld vinden. Ik kan ze niet voorwaardelijk verbinden, want dan moet je invullen wat de Staat moet doen of hoe een burgemeester daarvan afhankelijk moet zijn. Daarom hoop ik van harte dat deze laatste uitwisselingsopinie de nadruk zal leggen op nogmaals dat ik de heer Van Nispen voldoende verzeker dat hij dit voorstel het liefst zou intrekken.Uiteindelijk doen wij dat ook, maar ze kunnen niet bij elkaar omdat dan bevoegdheden, bevoegdheden en onafhankelijkheid door elkaar lopen.
DhrDesde Nispen(SP):
Of ik rustig genoeg ben, weet ik zelf nog niet. Nou, ik denk dat ik het terug moet nemen. Dat komt door de onderbreking van mevrouw Helder maar ook door wat de minister nu zegt. Als ik mijn eigen zin nog eens kritisch herlees... wil ik het Openbaar Ministerie op geen enkele manier in diskrediet brengen. Ik begrijp zelf heel goed wat ik hier wil doen, namelijk vooral het strafrecht toepassen bij ernstige misdrijven. Maar er is geen volgorde waarin je dit netjes kunt doen. Helaas. Ik zal de motie dus moeten intrekken, maar wat de minister daarnet over heeft gezegd vind ik wel relevant en dat hoort ook bij het wetgevingsproces.
Vansilla:
Aangezien het voorstel van Van Nispen (36217, #13) is ingetrokken, staat het niet meer ter discussie.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Bedankt. Waar de heer Van Nispen naar op zoek is – ongeacht de volgorde, maar ook de ernst en waar het om gaat – is heel duidelijk verwoord en voegt wat mij betreft zeker iets toe aan de juridische behandeling.
Ook de motie blok 14 moet ik afraden. Dit heeft te maken met het feit dat de verordening gaat over ernstige berispingen aan bewoners wiens voorzieningen gesloten zijn. Ik interpreteer de stap zo dat u zoekt naar manieren om te voorkomen dat onschuldige mensen hier het slachtoffer van worden. Dit willen we allemaal voorkomen. Tegelijkertijd ben ik van mening dat de bevoegdheid om schuld te bewijzen niet aan de bevoegdheid van de burgemeester moet worden toegevoegd. Het gaat echt om de openbare orde en het verstoren ervan. Deze bevoegdheid valt al onder de bevoegdheid van een burgemeester. Wij voegen er niets aan toe, maar zorgen voor meer middelen om de openbare orde te handhaven. Dus je laat de burgemeester de schuld op zich nemen voor zover hij of iets ervan weet. De verwoording van het voorstel door de heer Van Nispen betekent dat u eigenlijk de overlast wegneemt en er bijna een macht aan toevoegt. Ik geloof ook dat met deze motie de bedoeling van de heer Van Nispen heel duidelijk is en dat dit ook bijdraagt aan mijn nadruk op hoe de wet moet worden gelezen. We moeten er alles aan doen om onschuldige mensen etc. te beschermen, maar de burgemeester moet altijd de balans vinden. Eventuele schuld dient dan op de aanvraag te worden vermeld. Ik zal mijn papieren niet overdrijven. Ik dank de heer Van Nispen voor het intrekken van zijn voorstel op punt 13.
Misschien wilt u de motie van punt 14 zo nog eens bekijken, want ik denk dat u met die formulering ook uw eigen doel negeert, met alle respect. Ik denk dat ik het snap, maar ik denk niet dat dat je daar zal brengen. Om die reden wijs ik dit voorstel af. Ik zal later zien of het voorstel blijft zoals het is of dat het wordt aangepast of misschien zelfs wordt uitgesteld of ingetrokken.
Dan heb ik nog vragen van mevrouw Michon-Derkzen. Een van zijn vragen ging over zijn amendement, dat we samen niet konden begrijpen. Hij vroeg wat er gedaan kon worden. Zoals ik al zei, kan men er bijvoorbeeld voor kiezen om het pand te verlaten. Er zijn acties die direct na het vonnis mogelijk zijn, maar voordat de woning wordt verzegeld of verzegeld. Het heeft trouwens waarschijnlijk een meer officiële naam. Dit kan binnen een paar uur. Deze ruimte geeft ons de garanties die we samen willen.
Dhr. Sneller had een vraag over dataverzameling. Ik heb mevrouw Mutluer daar ook op gewezen. Het is heel makkelijk om te zeggen "we gaan dit doen" en "we gaan dit evalueren", maar we hebben ook geleerd dat dit erg ingewikkeld is. Daarom zullen we wetenschappers betrekken die ons op deze manier zullen helpen. Ik heb gehoord dat het bijvoorbeeld is – de heer Sneller zei 'divers', maar hij zei ook 'bijvoorbeeld' hier - wat er daarna met die mensen gebeurt en daar kun je qua geruststelling wat van leren en kun je wat aan doen. Zo vul ik het.
Dan het toetsingskader voor burgemeesters. Nu zal ik antwoorden op basis van wat BZK aangeeft. Uw Kamer krijgt in de brief advies over de versterking van lokaal bestuur en parlementen. De minister van Binnenlandse Zaken zal het voor de zomer naar zijn Kamer sturen. Zij zal voorstellen om het evaluatiekader in 2023 te implementeren. Daar gebeurt dat.
Dan voor de herschikking van de wet op de openbare orde. Ik vermoed dat ik na deze reactie nog wel eens op dit punt zal reflecteren in volgende gesprekken met de heer Sneller. Hij stelde me een vraag en daarin was de veronderstelling dat het zou gebeuren. Wetshandhavers achtten het niet nodig. Opeenvolgende ministers van Justitie en Veiligheid, mijn voorgangers, hebben dit gesteund. Dat doe ik ook. Dus ik denk dat dat het antwoord is, maar als ik meneer Sneller een beetje leer kennen, komt dat weer naar boven.
Dus ik denk dat ik de bewegingen had. Ik vermoed dat ik dan in de buurt ben. Of ben ik iets vergeten?
Vansilla:
U bent het niet vergeten, mevrouw Michon-Derkzen, maar...
DameMichon-Derkzen(VVD):
Nee. Alleen voor vragen over de begunstigde periode. Ik kan de minister goed horen. Ik hoor de heer Sneller ook zeggen: nou, nou, nou, dit amendement is te zwaar voor mij. Maar de minister zei in haar eerste termijn: ik ga sowieso met de burgemeesters praten met dezelfde aanvraag of aanvraag... Ik kan me deze termijn niet herinneren.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Presentaties, ja.
DameMichon-Derkzen(VVD):
Hij zei: ik ga ook in op de vraag hoe de implementatie van deze respijtperiode in de praktijk werkt. Ik wil dit ook nogmaals bevestigen in het kader van het wetgevingsproces. Hoe zijn we erachter gekomen? Ik hecht veel waarde aan het volgende. We doen iets waar de implementatie eigenlijk niet om vraagt. We doen het toch als dit amendement er niet komt. Ik wil ervoor zorgen dat we niet dezelfde voorstelling hebben met meer ellende dan goed. Hoe worden we hierover geïnformeerd naar aanleiding van de eerste termijn?
MinisterOjoverde-Zegerius:
We gaan het zeker bespreken. Na een jaar vindt het toelatingsonderzoek plaats en na drie jaar het beoordelingsonderzoek. Ik zal de resultaten een jaar na de sollicitatietoets zeker delen en dit punt expliciet opnemen. Uiteindelijk is het bedoeld als bescherming, niet als extra barrière voor implementatie. Het is ook niet de bedoeling dat mensen er misbruik van maken. Maar het kan dus zijn dat iemand bijvoorbeeld over een paar uur besluit te vertrekken en de burgemeester het besluit terugdraait om andere complexe gevolgen te voorkomen. Betrokkene zou bijvoorbeeld kunnen zeggen: ik sluit het zelf en neem het heft in handen. Dan heb je andere stappen. Dan krijgen we dit. U wordt geïnformeerd over de uitslag van het toelatingsonderzoek, inclusief dit item.
DhrSneller(D66):
Ik had een korte vraag over het amendement. Als het wel blijft gelden voor reden a, maar niet voor reden b en c, wordt de wet ingewikkelder. Ik vraag me af hoe de minister tegen dit onderdeel van het amendement aankijkt?
MinisterOjoverde-Zegerius:
Specifiek om de term helemaal te verwijderen?
DhrSneller(D66):
Dus slechts voor twee van de drie kavels.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Geldt nu voor A. O, sorry...
DhrSneller(D66):
In het huidige recht is het van toepassing op a, althans zoals het nu luidt. Het amendement zegt: we willen geen respijtperiode voor reden b en c, maar houden die voor reden a. Ik vroeg me af, dat was mijn onderbreking van mevrouw Michon-Derkzen, hoe de minister tegen dit deel van het amendement aankijkt. Het is nog niet met pensioen, dus ik probeer wat aanvullende argumenten te geven die het volgens mij problematisch maken.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Misschien ligt daarin mijn verwarring met de vraag. Met dank aan meneer Faster. Ik denk dat de vraag aan mij gerechtvaardigd is, maar ik denk nog steeds dat het op dit moment om veel verschillende redenen niet nodig is terwijl we naar de show luisteren. Voor b en c zou het niet zijn... Ik begrijp de vraag zelf, maar ik denk eigenlijk dat het een doorverwijzing is naar mevrouw Michon-Derkzen. Ik ben bang dat ik veel herhaal.
Vansilla:
We gaan het niet nog een keer doen. Ik zal je daarbij helpen, zeg ik.
MinisterOjoverde-Zegerius:
Bedankt, want ik merkte dat ik mezelf ging herhalen en dat is niet handig.
Vansilla:
Ik dank de minister van Veiligheid en Justitie voor haar tweede termijn. Ik wil de minister en de vertegenwoordigers bedanken voor het goede en zinvolle debat. Dank ook aan de mensen die naar deze discussie hebben gekeken.
Het algemeen overleg is gesloten.
Vansilla:
Aanstaande dinsdag stemmen we over de wet, de amendementen en de ingediende voorstellen.
Daarmee zijn we aan het einde gekomen. Ik bedank iedereen nogmaals en beëindig de vergadering.
Sluiting
Sluit 23:18 uur
FAQs
Hoe is de Tweede Kamer georganiseerd? ›
De Tweede Kamer der Staten-Generaal, kortweg de Tweede Kamer, vormt samen met de Eerste Kamer de Nederlandse Staten-Generaal, de landelijke volksvertegenwoordiging voor Nederland. De leden van de Tweede Kamer worden uiterlijk eens in de vier jaar gekozen door de kiesgerechtigde Nederlandse bevolking.
Wat is de taak van de griffier in de Tweede Kamer? ›De griffier is het hoofd van het ambtelijk apparaat dat de kamer ten dienste staat. De griffier en de overige ambtenaren van de kamers kunnen niet tevens lid van de Staten-Generaal zijn. De griffiers van de Eerste en Tweede Kamer zijn lid van de Association of Secretaries General of Parliaments.
Hoeveel leden heeft FVD in de Tweede Kamer? ›Verkiezingsjaar | Lijsttrekker | Aantal stemmen |
---|---|---|
2017 | Thierry Baudet | 187.162 |
2021 | 523.083 |
Als een kabinet gevallen is, wordt als regel de Tweede Kamer ontbonden. De regering heeft daar Grondwettelijk het recht toe. Door Kamerontbinding kan de regering bij een conflict een uitspraak van de kiezers vragen.
Wat is het salaris van een griffier? ›Griffiers/gerechtsjuristen vallen onder de cao Rijk. Zij verdienen volgens de cao minimaal 2.817,71 euro. In vacatures op verschillende vacaturesites worden voor griffiers salarissen genoemd met een minimum van circa 3.000 euro bruto per maand in schaal 10 en ruim 3.500 euro in schaal 11.
Wat verdient de griffier van de 2e kamer? ›Je functie niet meer vervullen als griffier en wel maandelijks een bedrag van 11.000 euro bruto opstrijken.
Wie is de baas van de griffier? ›Na het vertrek van Simone Roos in 2022 is Geert Jan Hamilton interim-griffier. De langstzittende was D. Veegens , die 34 jaar griffier was.
Hoe rechts is de PVV? ›Media in Nederland duiden de PVV meestal als rechts of rechts-populistisch aan. Door bekende media buiten Nederland wordt de PVV geregeld geduid als zeer rechts, extreemrechts en/of populistisch en/of anti-islamitisch.
Wat is de grootste populistische partij? ›Zo worden zowel de Nederlandse Socialistische Partij (SP) als de Partij voor de Vrijheid (PVV) en de vroegere Boerenpartij vooral door tegenstanders als populistisch bestempeld.
Wie is de broer van Floortje Dessing? ›Johan Dessing (1965) is sinds 11 juni 2019 lid van de FVD-Eerste Kamerfractie. Hij is lid van Provinciale Staten van Noord-Holland en was lijsttrekker bij de Statenverkiezingen. De heer Dessing is assistent-luchtverkeersleider op Schiphol en cursusmanager en docent.
Heeft de Tweede Kamer recht van interpellatie? ›
Ieder Kamerlid mag een minister of staatssecre- taris ter verantwoording roepen en mondelinge of schriftelijke vragen stellen. Dit heet het recht van interpellatie.
Heeft de Tweede Kamer recht van amendement? ›Wijzigingen voorstellen in een wetsvoorstel
Voordat er een nieuwe wet komt, gaat het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. Een Tweede Kamerlid kan dan wijzigingen voorstellen. Dit heet het recht van amendement.
De leden van de Tweede Kamer en de ministers en staatssecretarissen spreken in de Tweede Kamer nooit direct tegen elkaar, maar altijd via de voorzitter. Een van de redenen hiervan is dat het theoretisch gezien niet mogelijk is om boos te worden op de persoon met wie men in debat is.
Hoe heet het dagelijkse bestuur van de Tweede Kamer? ›Het Presidium van de Tweede Kamer der Staten-Generaal is sinds 1966 het dagelijks bestuur van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. In het Presidium zitten de Voorzitter van de Tweede Kamer en alle ondervoorzitters. Het Presidium van de Tweede Kamer heeft vooral een organiserende taak.
Welke partijen zitten er op dit moment in de Tweede Kamer? ›- VVD.
- D66.
- PVV.
- CDA.
- SP.
- PvdA.
- GroenLinks.
Recht van amendement
Tweede Kamerleden hebben het recht om wetsvoorstellen aan te passen. De Eerste Kamer heeft dit recht niet.
In de Kamer van Volksvertegenwoordigers worden de 150 volksvertegenwoordigers rechtstreeks verkozen bij algemeen stemrecht. Op vlak van talen is de Kamer samengesteld uit 88 Nederlandstaligen en 62 Franstaligen. 41 % van de volksvertegenwoordigers is vrouw.